gepubliceerd op 22 januari 2018
Wet wijziging van de wet van 11 februari 2013 houdende organisatie van het beroep van vastgoedmakelaar
21 DECEMBER 2017. - Wet wijziging van de wet van 11 februari 2013Relevante gevonden documenten type wet prom. 11/02/2013 pub. 22/08/2013 numac 2013011368 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet houdende organisatie van het beroep van vastgoedmakelaar sluiten houdende organisatie van het beroep van vastgoedmakelaar (1)
FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
De Kamer van volksvertegenwoordigers heeft aangenomen en Wij bekrachtigen hetgeen volgt : HOOFDSTUK 1. - Algemene bepaling
Artikel 1.Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 74 van de Grondwet. HOOFDSTUK 2. - Wijzigingen van de wet van 11 februari 2013Relevante gevonden documenten type wet prom. 11/02/2013 pub. 22/08/2013 numac 2013011368 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet houdende organisatie van het beroep van vastgoedmakelaar sluiten houdende organisatie van het beroep van vastgoedmakelaar
Art. 2.In artikel 5 van de wet van 11 februari 2013Relevante gevonden documenten type wet prom. 11/02/2013 pub. 22/08/2013 numac 2013011368 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet houdende organisatie van het beroep van vastgoedmakelaar sluiten houdende organisatie van het beroep van vastgoedmakelaar wordt paragraaf 4 opgeheven.
Art. 3.In artikel 16 van dezelfde wet worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in het eerste lid worden de woorden "voor zes jaar" tussen de woorden "minister" en "voor elke" ingevoegd; 2° het eerste lid wordt met een zin aangevuld, luidende : "De rechtskundig assessoren van de uitvoerende kamers vormen samen het rechtskundig assessoraat."; 3° tussen het eerste en het tweede lid, dat het zesde lid wordt, worden vier leden ingevoegd luidende : "De minister wijst voor zes jaar, onder de advocaten die zijn ingeschreven op een tableau van de Orde een Franstalige rechtskundig assessor generaal en Nederlandstalige rechtskundig assessor generaal, alsook een of meer plaatsvervangende rechtskundig assessoren generaal van dezelfde taalrol als deze van de te vervangen rechtskundige assessor generaal aan, van wie de opdrachten van juridische ondersteuning, onderzoek en uitwerking van aanbevelingen, worden vastgelegd door de Koning.Ze vormen samen het rechtskundig assessoraat generaal.
De functie van rechtskundig assessor en van rechtskundig assessor generaal zijn onverenigbaar.
Niemand mag meer dan twee opeenvolgende mandaten van rechtskundig assessor uitoefenen. Het mandaat van rechtskundig assessor mag evenmin worden uitgeoefend in de periode van vier jaar volgend op het einde van het laatste van deze twee mandaten. Niemand mag meer dan twee opeenvolgende mandaten van rechtskundig assessor generaal uitoefenen.
Het mandaat van rechtskundig assessor generaal mag evenmin worden uitgeoefend in de periode van vier jaar volgend op het einde van het laatste van deze twee mandaten.
Tussen het einde van het mandaat van rechtskundig assessor en het begin van het mandaat van rechtskundig assessor generaal moet een periode van minstens vier jaar zitten. 4° in het tweede lid, dat het zesde lid wordt worden de woorden "en van de rechtskundig assessor generaal" ingevoegd tussen de woorden "assessor" en "volgens";5° in het derde lid, dat het zevende lid wordt worden de woorden ", de rechtskundige assessoren generaal" ingevoegd tussen de woorden "rechtskundige assessoren" en de woorden "en hun plaatsvervangers".
Art. 4.Artikel 18 van dezelfde wet waarvan de bestaande tekst paragraaf 1 zal vormen, wordt aangevuld met de paragrafen 2 en 3, luidende : " § 2. Het motiverend en beschikkend gedeelte van de tuchtbeslissingen van de Uitvoerende Kamers en Kamers van Beroep worden binnen de 15 dagen na het nemen ervan overgemaakt aan het Bureau en aan de rechtskundig assessor of rechtskundig assessor generaal die beslist heeft om de vastgoedmakelaar op te roepen om voor de Uitvoerende kamer te verschijnen.
Het bureau, de rechtskundig assessor en rechtskundig assessor generaal die beslist heeft om de vastgoedmakelaar op te roepen om voor de Uitvoerende kamer te verschijnen kunnen elk tegen de beslissingen van de Uitvoerende Kamer die hen zijn overgemaakt op basis van het eerste lid, binnen de 30 dagen na ontvangst ervan, beroep aantekenen bij de Kamer van Beroep. § 3. De Kamers delen de klager binnen de 15 dagen het beschikkend gedeelte mee van de op grond van zijn klacht genomen in kracht van gewijsde gegane beslissing.
De Kamer kan, op uitdrukkelijk verzoek van de klager, beslissen dat hem het motiverend gedeelte van de beslissing wordt meegedeeld. De Kamer kan op een met redenen omklede manier en op basis van ernstige redenen beslissen dat hem inzage in het tuchtdossier wordt toegestaan.
De Kamer kan op een met redenen omklede manier beslissen dat het beschikkend gedeelte van de beslissingen zal worden meegedeeld aan derden. Met eenparigheid van stemmen kan de Kamer op een met redenen omklede manier en op basis van ernstige redenen beslissen dat het motiverend gedeelte van de beslissingen wordt meegedeeld aan derden of dat hun inzage in het tuchtdossier wordt toegestaan."
Art. 5.Artikel 20 van dezelfde wet wordt vervangen als volgt : " § 1. Nadat de rechtskundige assessor de informatie die hij noodzakelijk acht heeft verzameld of heeft laten verzamelen, oordeelt hij over de opportuniteit van de tuchtrechtelijke vervolging.
Hij kan de leden van het Instituut oproepen of doen oproepen om voor de Uitvoerende Kamer te verschijnen indien hij van oordeel is dat de feiten een deontologische tekortkoming inhouden die zwaarwichtig genoeg is.
In het tegenovergestelde geval klasseert hij het dossier zonder gevolg. Hij kan deze klassering zonder gevolg afhankelijk maken van het respecteren van bepaalde voorwaarden door de betrokken persoon.
De rechtskundige assessor kan bij deze klassering elke aanbeveling formuleren die hij nuttig acht. § 2. Wanneer wegens de aan een lid of een beoefenaar ten laste gelegde feiten gevreesd mag worden dat de verdere uitoefening van zijn beroepswerkzaamheid schade kan berokkenen aan derden of aan de eer van het Instituut, kunnen de rechtskundig assessor en de rechtskundig assessor generaal elk de voorlopige maatregelen nemen, die de voorzichtigheid vereist, waaronder het tijdelijk verbod om het beroep uit te oefenen. Deze voorlopige maatregelen mogen de termijn van drie maanden niet overschrijden.
Op verzoek van de rechtskundig assessor of van de rechtskundig assessor generaal kan de termijn van de voorlopige maatregelen met een termijn van maximaal 6 maanden worden verlengd, bij een met redenen omklede beslissing van de Uitvoerende Kamer, nadat de belanghebbende ten minste acht dagen voor de zitting gehoord of opgeroepen werd.
Van de voorlopige maatregelen wordt binnen de acht dagen na het nemen van de beslissing bij aangetekende zending kennis gegeven aan de belanghebbende. Dezelfde maatregelen worden binnen de acht dagen na het nemen ervan overgemaakt aan het Bureau. § 3. De belanghebbende kan beroep aantekenen tegen de voorlopige maatregelen en tegen de verlenging van de termijn van de voorlopige maatregelen, bij voorraad uitvoerbaar, bij de Kamer van Beroep.
Dit beroep wordt opgeworpen binnen de acht dagen na de kennisgeving van de beslissing van de rechtskundig assessor, de rechtskundig assessor generaal of van de Uitvoerende Kamer bij aangetekende zending aan de secretaris van de Kamer van Beroep, die de Kamer binnen de 30 dagen bijeenroept. Deze neemt een beslissing nadat de belanghebbende ten minste acht dagen voor de zitting gehoord of opgeroepen werd. § 4. In geval een beslissing wordt genomen tot het klasseren zonder gevolg van een klacht door de rechtskundig assessor wordt van de beslissing, ontdaan van elementen die omwille van de bescherming van het privéleven van de vastgoedmakelaar of derden niet mogen bekend worden gemaakt, kennis gegeven per aangetekende zending aan de klager en wordt deze verzonden aan het bureau, binnen de 15 dagen na het nemen ervan.
De klager en het bureau kunnen elk een gemotiveerd verzoek om de beslissing van de rechtskundig assessor inzake het klasseren zonder gevolg van een klacht te herzien verzenden aan de rechtskundig assessor generaal binnen de 15 dagen na de kennisgeving van deze beslissing. Op straffe van onontvankelijkheid, dient de klager dit verzoek in bij aangetekende zending.
De mededeling van deze beslissing aan de klager neemt de tekst van het tweede lid van deze paragraaf over.
De rechtskundige assessor generaal bevestigt ontvangst van het verzoek tot herziening aan de indiener van het verzoek binnen de 15 dagen na ontvangst van deze vraag en neemt een beslissing binnen een redelijke termijn.
In geval van herziening van de beslissing van de rechtskundige assessor om te klasseren zonder gevolg, roept de rechtskundige assessor generaal het lid op of doet hij het lid oproepen om voor de bevoegde Uitvoerende Kamer te verschijnen.
In geval een beslissing wordt genomen tot het klasseren zonder gevolg van een klacht door de rechtskundig assessor generaal wordt deze beslissing, ontdaan van elementen die omwille van de bescherming van het privéleven van de vastgoedmakelaar of derden niet mogen bekend worden gemaakt, binnen de 15 dagen na het nemen ervan verzonden aan de indiener van het verzoek."
Art. 6.Artikel 21 van dezelfde wet wordt vervangen als volgt : "
Art. 21.§ 1. Indien een of meerdere voorlopige maatregelen een syndicus betreffen of in geval van een tuchtbeslissing waarbij een schorsing van langer dan een maand zonder uitstel of de schrapping van het tableau of de lijst van stagiairs van een syndicus wordt uitgesproken, informeert de betrokken syndicus bij aangetekende zending de voorzitter van de laatste algemene vergadering van elke vereniging van mede-eigenaars die hij beheert binnen de 15 dagen over de in kracht van gewijsde gegane beslissing. De aangetekende zending geeft aan welke maatregelen genomen zijn en geeft aan tijdens welke periode de syndicus de activiteiten van vastgoedmakelaar niet meer mag uitoefenen of dat hij geschrapt is van het tableau of de lijst van stagiairs.
De syndicus levert binnen de 15 dagen na de verzending ervan het bewijs van deze aangetekende zending bedoeld in het eerste lid aan de bevoegde rechtskundig assessor, rechtskundig assessor generaal of Kamer. Het niet voldoen door de syndicus van de informatieplicht aan de voorzitter van de laatste algemene vergadering van elke vereniging van mede-eigenaars die hij beheert zoals bedoeld in het eerste lid, wordt aanzien als het onwettig dragen van de titel en het onwettig uitoefenen van het beroep als bedoeld in artikel 22.
Indien de activiteit van vastgoedmakelaar in het kader van een rechtspersoon wordt uitgeoefend waarin andere vastgoedmakelaars ingeschreven op het tableau of op de lijst van stagiairs in de kolom die de vastgoedmakelaars syndici bevat of beroepsbeoefenaars van vrije beroepen die het beroep in gevolge artikel 5, § 3 mogen uitoefenen werkzaam zijn, kan de rechtskundig assessor of de rechtskundig assessor generaal die tot de maatregel besloten heeft of de Uitvoerende Kamer die de disciplinaire beslissing genomen heeft de syndicus vrijstellen van de verplichting bedoeld in het eerste lid om de verenigingen van mede-eigenaars te informeren. Dit voor zover begeleidende maatregelen voorgesteld worden door deze vastgoedmakelaars en/of beroepsbeoefenaars zowel met betrekking tot de bescherming van de door de betrokken syndicus beheerde verenigingen van mede-eigenaars en hun eventuele vergoeding voor de schade geleden in gevolge de ten laste gelegde feiten. § 2. Onverminderd artikel 15, publiceren de Uitvoerende Kamer en de Kamer van Beroep op de website van het Instituut, op anonieme wijze, het motiverend en beschikkend gedeelte van de in kracht van gewijsde gegane beslissingen die een sanctie van schorsing of van schrapping opleggen om redenen van geldverduistering of niet-terugbetaling van gelden en/of wegens het ontvangen van geheime commissies, en/of wegens tekortkomingen die als zwaar beoordeeld worden door de betrokken Kamer of waarvan deze de publicatie nuttig acht en dit binnen de maand nadat deze kracht van gewijsde bekomt. Deze beslissingen zijn ontdaan van elementen die omwille van de bescherming van het privéleven van de betrokken vastgoedmakelaar of van derden niet mogen bekend worden gemaakt."
Art. 7.In hoofdstuk 4, sectie 2, van dezelfde wet wordt een artikel 21/1 ingevoegd, luidende : "
Art. 21/1.§ 1. In afwijking van artikel 8, § 3, van de kaderwet, kunnen het Bureau, de rechtskundig assessor en de rechtskundig assessor generaal die beslist heeft om de vastgoedmakelaar op te roepen om voor de Uitvoerende kamer te verschijnen elk beslissen om, naar aanleiding van de in gevolge de artikelen 18, § 2 en 20, §§ 2 en 4 overgemaakte beslissingen, de voorzitter van de rechtbank van eerste aanleg te verzoeken op basis van artikel 584 van het Gerechtelijk Wetboek om alle nuttige bewarende maatregelen te nemen, onder andere de aanstelling van een voorlopig bewindvoerder en de blokkering van de toegang van de vastgoedmakelaar tot de rekeningen waarop gelden van derden staan.
Indien de maatregel een vastgoedmakelaar syndicus betreft, vervangt de voorlopig bewindvoerder aangeduid overeenkomstig het eerste lid de vastgoedmakelaar als syndicus van mede-eigendommen, zonder afbreuk te doen aan de aanduiding van een voorlopige syndicus op basis van artikel 577-8, § 7, van het Burgerlijk Wetboek. § 2. Het Bureau baseert zich voor het nemen van de beslissing tot het vragen van bewarende maatregelen zoals bedoeld in paragraaf 1 op de nota inzake het doorsturingsbeleid opgesteld door de Nationale Raad en goedgekeurd door de minister bevoegd voor Middenstand.
Het verzoek bedoeld in paragraaf 1 wordt ingediend met het oog op het verdedigen van het collectief belang van de leden van het Instituut en om elke aantasting van de eerbaarheid van het beroep te voorkomen, evenals ter voorkoming van de schade die zou kunnen worden aangericht aan derden.
Art. 8.In dezelfde wet wordt een hoofdstuk 4/1 ingevoegd, luidende : "Derdengelden en kwaliteitsrekening".
Art. 9.In hoofdstuk 4/1 van dezelfde wet, ingevoegd bij artikel 8, wordt een artikel 21/2 ingevoegd, luidende : "
Art. 21/2.§ 1. Elke vastgoedmakelaar die de activiteiten bedoeld in artikel 2, 5° en 7°, uitoefent maakt een onderscheid tussen zijn eigen gelden en derdengelden.
De gelden die vastgoedmakelaars in de uitoefening van hun beroep ontvangen ten behoeve van cliënten of derden worden gestort op een of meer rekeningen geopend op hun naam of op naam van hun vennootschap, met vermelding van hun of haar hoedanigheid. Deze rekening of rekeningen worden geopend overeenkomstig de door het Beroepsinstituut van vastgoedmakelaars vast te stellen regels.
De vastgoedmakelaar verhandelt gelden van cliënten of derden via deze rekening. Hij verzoekt cliënten en derden steeds om deze gelden uitsluitend op deze rekening te storten.
Het beheer van deze rekening berust uitsluitend bij de vastgoedmakelaar, onverminderd de aanvullende regels inzake verhandeling van gelden van cliënten of derden vastgesteld door het Beroepsinstituut van vastgoedmakelaars. § 2. De in paragraaf 1 bedoelde rekeningen omvatten de derdenrekeningen en de rubriekrekeningen.
De derdenrekening is een globale rekening waarop gelden worden ontvangen of beheerd die naar cliënten of derden doorgestort moeten worden.
De rubriekrekening is een geïndividualiseerde rekening geopend met betrekking tot een bepaald dossier of voor een bepaalde cliënt. § 3. De derdenrekening en de rubriekrekening zijn rekeningen geopend bij een door de Nationale Bank van België op grond van de wet van 22 maart 1993 op het statuut van en het toezicht op de kredietinstellingen vergunde instelling of bij de Deposito- en Consignatiekas en die minstens voldoen aan volgende eisen : 1° de derdenrekening en de rubriekrekening mogen nooit een debetsaldo vertonen;2° op de derdenrekening of een rubriekrekening mag geen krediet in welke vorm ook, worden toegestaan.Die rekeningen kunnen nooit tot zekerheid dienen; 3° elke schuldvergelijking, fusie of bepaling van eenheid van rekening tussen de derdenrekening, de rubriekrekening en andere bankrekeningen is uitgesloten.Nettingovereenkomsten kunnen op deze rekeningen geen toepassing vinden.
Het Beroepsinstituut van vastgoedmakelaars kan aanvullende regels inzake de verhandeling van gelden van cliënten of derden vaststellen. § 4. Behoudens uitzonderlijke omstandigheden of, wat de vastgoedmakelaar-rentmeester betreft, andersluidende overeenkomst, stort de vastgoedmakelaar de op zijn derdenrekening ontvangen gelden zo vlug als mogelijk door aan de rechthebbende.
Ingeval de vastgoedmakelaar om gegronde redenen de gelden niet binnen vier maanden na ontvangst aan de rechthebbende kan overmaken, stort hij ze op een rubriekrekening.
Onverminderd de toepassing van dwingende rechtsregels, is het tweede lid niet van toepassing indien het totaal van de bedragen ontvangen voor rekening van eenzelfde persoon of bij gelegenheid van eenzelfde verrichting of per dossier 2500 euro niet te boven gaat. De Koning kan dit bedrag om de twee jaar aan de economische toestand aanpassen. Deze aanpassing geldt vanaf 1 januari van het jaar volgend op de bekendmaking van het aanpassingsbesluit. § 5. De Koning kan nadere regels vaststellen met betrekking tot het beheer, de toegang, de controle en het toezicht op de in § 2 bedoelde rekeningen.
Door het Beroepsinstituut van vastgoedmakelaars wordt een toezichtregeling ingevoerd en georganiseerd, waarin minstens wordt bepaald door wie, waarop, wanneer en hoe toezicht wordt gehouden op de naleving van de bepalingen bedoeld in de paragrafen 1 tot en met 4, voor wat de rubriekrekeningen en de derdenrekeningen betreft met uitzondering van de rekeningen die beheerd worden in het kader van een gerechtelijk mandaat. Deze toezichtregeling bepaalt in het bijzonder de sancties en maatregelen die in geval van overtreding genomen kunnen worden. Ze doet geen afbreuk aan andere wettelijke bepalingen die voorzien in een toezicht op de gelden ontvangen op de in § 2 bedoelde rekeningen. § 6. Alle sommen ongeacht het bedrag ervan die door de gerechtigde niet zijn teruggevorderd, noch aan hem zijn overgemaakt twee jaar na de afsluiting van het dossier naar aanleiding waarvan zij door de vastgoedmakelaar werden ontvangen, worden door de vastgoedmakelaar in de Deposito- en Consignatiekas gestort. De termijn wordt geschorst tot zolang deze sommen het voorwerp uitmaken van een rechtsgeding.
Die deposito's worden ingeschreven op naam van de gerechtigde of gerechtigden, die door de vastgoedmakelaar worden aangewezen. Ze worden door de Deposito- en Consignatiekas ter beschikking van de gerechtigde(n) gehouden tot het verstrijken van de termijn bepaald in artikel 25 van het koninklijk besluit nr. 150 van 18 maart 1935 tot samenschakeling van de wetten betreffende de inrichting en de werking van de Deposito- en Consignatiekas en tot aanbrenging van wijzigingen daarin krachtens de wet van 31 juli 1934.".
Art. 10.In artikel 8/1, eerste lid, van de Hypotheekwet van 16 december 1851, ingevoegd bij de wet van 22 maart 2013, worden de woorden ", artikel 21/2 van de wet van 11 februari 2013Relevante gevonden documenten type wet prom. 11/02/2013 pub. 22/08/2013 numac 2013011368 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet houdende organisatie van het beroep van vastgoedmakelaar sluiten houdende organisatie van het beroep van vastgoedmakelaar" ingevoegd tussen de woorden "522/1 en 522/2 van het Gerechtelijk Wetboek" en de woorden "en de artikelen 34 en 34bis van de wet van 25 ventôse jaar XI". HOOFDSTUK 3. - Overgangsbepalingen
Art. 11.De vastgoedmakelaars bedoeld in artikel 5, § 1, en de personen bedoeld in artikel 5, § 3, eerste lid, van de wet van 11 februari 2013Relevante gevonden documenten type wet prom. 11/02/2013 pub. 22/08/2013 numac 2013011368 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet houdende organisatie van het beroep van vastgoedmakelaar sluiten tot organisatie van het beroep van vastgoedmakelaar maken ten laatste op 1 januari van elk jaar de lijst van verenigingen van mede-eigenaars waarvan ze syndicus zijn over aan het Instituut.
Deze verplichting vervalt na afloop van de overgangsperiode voorzien in het koninklijk besluit genomen in uitvoering van artikel 577-8, § 2/1, van het Burgerlijk wetboek.
Deze verplichting vervalt eveneens voor afloop van de in het tweede lid bedoelde overgangsperiode voor de syndicus die in gevolge artikel 577-8, § 2/1 van het Burgerlijk wetboek ingeschreven is in de Kruispuntbank van ondernemingen voor elke vereniging van mede-eigenaars waarvan hij syndicus is.
Art. 12.In afwijking van artikel 16, vierde lid, eerste zin van de wet van 11 februari 2013Relevante gevonden documenten type wet prom. 11/02/2013 pub. 22/08/2013 numac 2013011368 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet houdende organisatie van het beroep van vastgoedmakelaar sluiten houdende organisatie van het beroep van vastgoedmakelaar, mogen de lopende mandaten van de voor de inwerkingtreding van deze wet benoemde rechtskundige assessoren voleindigd worden ongeacht of het maximum aantal opeenvolgende mandaten voorgeschreven in artikel 16, vierde lid, wordt overschreden. HOOFDSTUK 4. - Inwerkingtreding
Art. 13.Deze wet treedt in werking de tiende dag volgend op de dag van haar publicatie in het Belgisch Staatsblad, met uitzondering van de artikelen 9 en 10 die in werking treden op de eerste dag van de zevende maand die volgt op de maand van haar publicatie in het Belgisch Staatsblad.
Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met `s Lands zegel zal worden bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.
Gegeven te Brussel, 21 december 2017.
FILIP Van Koningswege : De Minister van Justitie, K. GEENS De Minister van Middenstand, Zelfstandigen en K.M.O.'s, D. DUCARME Met `s Lands zegel gezegeld : De Minister van Justitie, K. GEENS _______ Nota (1) Kamer van volksvertegenwoordigers (www.dekamer.be) Stukken : 54 2756 Integraal Verslag : 14 december 2017.