gepubliceerd op 10 januari 2020
Oproep tot de kandidaten voor een mandaat van lid niet-magistraat van de Hoge Raad voor de Justitie De Senaat zal, overeenkomstig artikel 151 van de Grondwet en de artikelen 259bis-1 en volgende van het Gerechtelijk Wetboek, overgaan tot de beno Er moeten 22 leden benoemd worden, waarvan 11 Nederlandstaligen en 11 Franstaligen. Samenstelling(...)
BELGISCHE SENAAT
Oproep tot de kandidaten voor een mandaat van lid niet-magistraat van de Hoge Raad voor de Justitie De Senaat zal, overeenkomstig artikel 151 van de Grondwet en de artikelen 259bis-1 en volgende van het Gerechtelijk Wetboek, overgaan tot de benoeming van de leden niet-magistraten van de Hoge Raad voor de Justitie (hierna : "Hoge Raad").
Er moeten 22 leden benoemd worden, waarvan 11 Nederlandstaligen en 11 Franstaligen.
Samenstelling van de Hoge Raad De Hoge Raad telt vierenveertig leden. Hij bestaat uit een Nederlandstalig en een Franstalig college van elk tweeëntwintig leden.
Elk college telt elf magistraten en elf niet-magistraten. Ten minste één lid van het Franstalig college moet het bewijs leveren van de kennis van het Duits.
De groep niet-magistraten telt per college ten minste vier leden van elk geslacht en bestaat uit ten minste : 1° vier advocaten;2° drie hoogleraren aan een universiteit of een hogeschool in de Vlaamse of Franse Gemeenschap;3° vier leden die houder zijn van ten minste een diploma van een hogeschool van de Vlaamse of Franse Gemeenschap. Voor de leden van de Hoge Raad wordt voor de duur van het mandaat een lijst met opvolgers opgesteld. Voor de niet-magistraten wordt deze lijst opgesteld door de Senaat; hij bestaat uit de niet-benoemde kandidaten.
Werking en opdrachten van de Hoge Raad De werking en opdrachten van de Hoge Raad staan beschreven in artikel 151 van de Grondwet en in de artikelen 259bis-4 en volgende van het Gerechtelijk Wetboek.
Benoemingsvoorwaarden - Belg zijn; - op het ogenblik van de kandidaatstelling de leeftijd van 66 jaar niet bereikt hebben; - in de vijf jaar die voorafgaan aan de kandidaatstelling geen beroepsmagistraat in actieve dienst geweest zijn; - de advocaten moeten een beroepservaring hebben van ten minste 10 jaar balie; - de hoogleraren moeten een voor de opdracht van de Hoge Raad relevante beroepservaring hebben van ten minste tien jaar; - de houders van ten minste een diploma van een hogeschool van de Vlaamse of Franse Gemeenschap moeten een voor de opdracht van de Hoge Raad relevante beroepservaring hebben van ten minste tien jaar op juridisch, economisch, administratief, sociaal of wetenschappelijk vlak.
De leden moeten de burgerlijke en politieke rechten genieten. Zij mogen niet veroordeeld zijn door een in kracht van gewijsde gegane veroordeling, zelfs niet met uitstel, tot enige correctionele of criminele straf, tenzij ze in eer en rechten hersteld zijn. Deze bepaling is van overeenkomstige toepassing op personen die in het buitenland tot een soortgelijke straf zijn veroordeeld door een in kracht van gewijsde gegane veroordeling.
Benoeming van de leden De niet-magistraten worden door de Senaat benoemd met een meerderheid van twee derden van de uitgebrachte stemmen.
Duur van het mandaat De leden nemen in de Hoge Raad zitting voor een periode van vier jaar die ingaat op de dag van de installatie. Niemand mag meer dan twee mandaten vervullen. De opvolger valt onder de toepassing van deze regel. Indien de resterende duur van het mandaat minder dan een jaar bedraagt, geldt dit niet als een mandaat voor de toepassing van de beperking van het aantal mandaten.
Onverenigbaarheden en beëindiging van het mandaat Het lidmaatschap van de Hoge Raad is tijdens de duur van het mandaat onverenigbaar met de uitoefening van : 1° een bij verkiezing verleend openbaar mandaat;2° een openbaar ambt van politieke aard;3° een mandaat van korpschef. Het mandaat in de Hoge Raad eindigt van rechtswege indien : 1° het lid er om verzoekt;2° een onverenigbaarheid ontstaat;3° een lid de hoedanigheid vereist als voorwaarde om in de Hoge Raad zitting te kunnen nemen, verliest;4° een lid kandidaat is voor een benoeming tot magistraat of een aanwijzing tot korpschef, bijstandsmagistraat of federaal magistraat;5° een magistraat werd toegelaten tot de inruststelling;6° een lid niet meer voldoet aan de in artikel 259bis-1, § 1, derde lid, van het Gerechtelijk Wetboek bedoelde voorwaarden. Het mandaat van een lid kan om ernstige redenen worden opgeheven door de Hoge Raad die daarover beslist met een meerderheid van twee derden van de uitgebrachte stemmen in elk college.
Kandidaatstelling Onverminderd het recht om zich individueel kandidaat te stellen, kunnen door elk van de orden van advocaten en door elk van de universiteiten en hogescholen van de Vlaamse en Franse Gemeenschap kandidaten worden voorgedragen. Per college worden ten minste vijf leden uit de voorgedragen kandidaten benoemd.
De individuele kandidaturen en de lijsten met voorgedragen kandidaten moeten, op straffe van verval, binnen een termijn van drie maanden na deze oproep aan de voorzitter van de Senaat worden gericht bij een ter post aangetekende brief, op het volgende adres : Belgische Senaat Voorzitster van de Senaat Paleis der Natie Natieplein 1 1009 Brussel De individuele kandidaturen en de lijsten met voorgedragen kandidaten dienen vergezeld te zijn van de documenten die het bewijs leveren dat de kandidaten aan de voornoemde voorwaarden voldoen. Het betreft volgende documenten : - een getuigschrift van nationaliteit; - een uittreksel uit de geboorteakte; - een uittreksel uit het strafregister, bedoeld in artikel 596, eerste lid, van het Wetboek van strafvordering, aangevraagd met het oog op een kandidaatstelling voor het mandaat als lid van de Hoge Raad voor de Justitie (artikel 259bis-1, § 1, derde lid, van het Gerechtelijk Wetboek); - een verklaring op erewoord van de kandidaten dat zij - niet zijn veroordeeld door een in kracht van gewijsde gegane veroordeling tot een correctionele werkstraf; - niet in het buitenland zijn veroordeeld door een in kracht van gewijsde gegane veroordeling tot een straf die overeenkomt met een correctionele of criminele straf in België; - documenten om de beroepservaring te staven; - een kopie van het diploma.
De Franstalige kandidaten met kennis van het Duits dienen hiervan het bewijs te leveren.
In hun brief vermelden de kandidaten in welke hoedanigheid / hoedanigheden (advocaat, hoogleraar, houder van tenminste een diploma van een hogeschool van de Vlaamse of Franse Gemeenschap) zij hun kandidatuur stellen.
Bijkomende inlichtingen kunnen worden verkregen bij de griffie van de Senaat (gref@senate.be - 02/501.72.34 en 02/501.74.96).