gepubliceerd op 12 september 2000
Centrum voor Onderzoek in Diergeneeskunde en Agrochemie Te begeven betrekkingen Twee betrekkingen van hoofd van een afdeling zijn te begeven bij het Centrum voor Onderzoek in Diergeneeskunde en Agrochemie te Ukkel. 1. De betrekk(...) Deze afdeling is belast met : - het onderzoek met betrekking tot de ontwikkeling en de verbeteri(...)
MINISTERIE VAN MIDDENSTAND EN LANDBOUW
Centrum voor Onderzoek in Diergeneeskunde en Agrochemie Te begeven betrekkingen Twee betrekkingen van hoofd van een afdeling (trap III) zijn te begeven bij het Centrum voor Onderzoek in Diergeneeskunde en Agrochemie te Ukkel. 1. De betrekking van hoofd van een afdeling bij de afdeling « Diagnostiekontwikkeling Epizoötische Ziekten ». Deze afdeling is belast met : - het onderzoek met betrekking tot de ontwikkeling en de verbetering van nieuwe diagnostische technieken en nieuwe profylactische maatregelen, met inbegrip van moleculair biologische technieken, voor de virale ziekten van lijst A van het Office international des Epizooties (OIE) bij één- en tweehoevige nutsdieren; - de diagnose, met inbegrip van de differentiaaldiagnose en de moleculaire epidemiologie van de volgende virale epizoötische ziekten van lijst A van het OIE, waarvoor het CODA op internationaal en federaal vlak werd aangewezen als referentielaboratorium : mond- en klauwzeer, vesiculeuze stomatitis, vesiculaire ziekte bij varkens, besmettelijke nodulaire dermatose, Rift valley fever, schapen- en geitenpokken en kararraalkoorts bij schapen. 2. De betrekking van hoofd van een afdeling bij de afdeling « Modelisatie Epizoötische Ziekten ». Deze afdeling is belast met : - het onderzoek op diermodellen met betrekking tot de verspreiding en de epidemiologische aspecten van virale epizoötische ziekte van lijst A van het OIE bij één- en tweehoevige nutsdieren; - vaccinologie en evaluatie van noodvaccinatie in geval van epizoötie; - omkadering van de massadiagnostiek in geval van een epizoötie van een virale epizoötische ziekte van lijst A van het Office international des Epizooties (OIE) bij één- en tweehoevige nutsdieren; - de diagnose, met inbegrip van de differentiaaldiagnose en de moleculaire epidemiologie van klassieke varkenspest, Afrikaanse varkenspest, runderpest, pest van de kleine herkauwers en paardenpest, waarvoor het CODA op internationaal en federaal vlak werd aangewezen als refentielaboratorium.
De toegangsvoorwaarden voor deze betrekkingen worden geregeld bij het koninklijk besluit van 21 april 1965 tot vaststelling van het statuut van het wetenschappelijk personeel der wetenschappelijke inrichtingen van de Staat, laatst gewijzigd bij het koninklijk besluit van 19 april 1999.
Toegangsvoorwaarden : A. Volgende speciale wetenschappelijke geschiktheden bezitten : 1. houder zijn van het diploma van dierenarts of van doctor in de diergeneeskunde of van doctor in de veeartsenijkunde.2. een wetenschappelijke activiteit bewijzen op één of meerdere gebieden die onder de bevoegdheid van de beoogde afdeling vallen.3. beschikken over de nodige vaardigheden voor het concipiëren, evalueren en beheren van onderzoeksprogramma's binnen de opdrachten van de beoogde afdeling.4. de bekwaamheid hebben om leiding te geven aan een afdeling en hiervoor de nodige menselijke vaardigheden hebben en over een voldoende talenkennis beschikken om zich vlot in nationale en internationale milieus te kunnen uitdrukken en om wetenschappelijke en administratieve documenten te kunnen opstellen. B. De kandidaat, lid van het wetenschappelijk personeel van een wetenschappelijke inrichting van de Staat, moet : 1. - Hetzij houder zijn van een doctorsdiploma dat behaald werd na verdediging in het openbaar van een verhandeling; - hetzij voor de commissie van een wetenschappelijke inrichting van de Staat het bewijs geleverd hebben dat hij, in de tak der wetenschap waarop het ambt betrekking heeft, wetenschappelijk werk heeft verricht dat kan vergeleken worden met een doctoraatsverhandeling. 2. bevestigd zijn in rang A. De kandidaat, die geen lid is van het wetenschappelijk personeel van een wetenschappelijke inrichting van de Staat, moet : 1. Houder zijn van een diploma dat behaald werd, na verdediging in het openbaar van een verhandeling, in een Belgische universiteit of in een instelling die ermede gelijkgesteld is door één van de Gemeenschappen of voor een examencommissie die voor het toekennen van de academische graden door de Staat of één van de Gemeenschappen is ingesteld.2. Belg zijn of burger van de Europese Unie;de burgerlijke en politieke rechten genieten; aan de dienstplichtwetten voldaan hebben; een gedrag hebben dat in overeenstemming is met de eisen van de beoogde betrekking. 3. Het bewijs leveren van een wetenschappelijke anciënniteit in de zin van artikel 5 van het statuut, van ten minste zes jaar volledige prestaties, te rekenen vanaf het bekomen van het diploma bedoeld in 1. Om reden van bioveiligheid mogen de werknemers van het Centrum voor Onderzoek in Diergeneeskunde en Agrochemie geen eenhoevigen, onevenhoevigen of pluimvee houden of verzorgen, inzover ze voor hun beroepsbezigheden met voor deze diersoorten pathogene organismen (alle organismen van lijst A en sommige organismen van lijst B van het OIE bepaald door de directie van het Centrum voor Onderzoek in Diergeneeskunde en Agrochemie) in contact komen. Ook contact met één van deze diersoorten in het privéleven binnen de 72 uur na het manipuleren van deze organismen is niet toegestaan.
De voorwaarden zijn te vervullen de eerste dag van de maand die volgt op de bekendmaking van het huidig bericht in het Belgisch Staatsblad .
De kandidaturen dienen, samen met een curriculum vitae en de verantwoordingsstukken waaruit blijkt dat de kandidaat voldoet aan de voormelde voorwaarden, binnen de vijftien werkdagen volgend op de publicatie van dit bericht in het Belgisch Staatsblad, bij een ter post aangetekend schrijven gericht te worden aan de Directeur-generaal van het Bestuur voor Onderzoek en Ontwikkeling (DG 6), WTC III, 20e verdieping, Simon Bolivarlaan 30, 1000 Brussel.
Inlichtingen, onder andere over het statuut van het wetenschappelijk personeel, kunnen bekomen worden bij het Centrum voor Onderzoek in Diergeneeskunde en Agrochemie, Groeselenberg 99, te 1180 Brussel (tel. : 02/375 44 55, fax : 02/375 09 79).
De directeur-generaal, J. Bedoret.