MINISTERIE VAN MIDDENSTAND EN LANDBOUW

Centrum voor Landbouwkundig Onderzoek te Gent Te begeven betrekkingen Negen betrekkingen van assistent zijn te begeven bij het Centrum voor Landbouwkundig Onderzoek te Gent. Deze betrekkingen zullen worden toegekend aan kandidaten die kunnen ingeschreven worden op de Nederlandse taalrol.

De kandidaten moeten de volgende voorwaarden vervullen : - Belg zijn of burger van de Europese Unie; - de burgerlijke en politieke rechten genieten; - aan de dienstplichtwetten voldaan hebben; - een gedrag hebben dat in overeenstemming is met de eisen van de beoogde betrekking.

De speciale wetenschappelijke geschiktheid voor de verschillende te begeven betrekkingen werd als volgt vastgesteld : 1. betrekking voor het onderzoek inzake mechanisatie en milieubeveiliging.De kandidaten moeten houder zijn van het diploma van doctor in de toegepaste biologische wetenschappen of van bio-ingenieur of van landbouwkundig ingenieur en een bijzondere kennis hebben van de landbouwmechanisatie en de technieken gericht op de inrichting van een duurzame en milieuvriendelijke landbouw; 2. betrekking voor het onderzoek inzake dierenvoeding.De kandidaten moeten houder zijn van het diploma van doctor in de toegepaste biologische wetenschappen of van bio-ingenieur in de scheikunde of van ingenieur in de scheikunde en de landbouwindustrieën en een bijzondere kennis hebben van de scheikunde en de biochemie toegepast in de dierenvoeding en in de dierenfysiologie; 3. betrekking voor het onderzoek inzake kwaliteit van dierlijke producten.De kandidaten moeten houder zijn van het diploma van doctor in de toegepaste biologische wetenschappen of van doctor in de pharmaceutische wetenschappen of van doctor in de wetenschappen of van bio-ingenieur in de scheikunde of van ingenieur in de scheikunde en de landbouwindustrieën en een bijzondere kennis hebben van chromatografische en massa spectro-metrische technieken; 4. betrekking voor het onderzoek inzake chemische en fysico-chemische analysetechnieken voor de karakterisering van de kwaliteit van bodem, water, lucht en voor het ecofysiologisch onderzoek van voeder- en siergewassen.De kandidaten moeten houder zijn van het diploma van doctor in de toegepaste biologische wetenschappen of van bio-ingenieur of van landbouwkundig ingenieur of van bio-ingenieur in de scheikunde of de milieutechnologie of van ingenieur in de scheikunde en de landbouwindustrieën en een bijzondere kennis hebben van de milieutechnologie; 5. betrekking voor het onderzoek inzake plantengenetica en -veredeling.De kandidaten moeten houder zijn van het diploma van doctor in de toegepaste biologische wetenschappen of van bio-ingenieur in de landbouwkunde of in de cel- en genbiotechnologie of van landbouwkundig ingenieur en een bijzondere kennis hebben van de plantenveredeling en van de teelttechnische aspecten van vegetatief vermeerderbare gewassen; 6. betrekking voor het onderzoek inzake de kwaliteit en valorisatie van zeevisserijproducten.De kandidaten moeten houder zijn van het diploma van doctor in de toegepaste biologische wetenschappen of van bio-ingenieur in de scheikunde of van ingenieur in de scheikunde en de landbouwindustrieën en een bijzondere kennis hebben van de biotechnologie en de moleculaire genetische technieken; 7. betrekking voor het onderzoek inzake gewasbescherming.De kandidaten moeten houder zijn van het diploma van doctor in de toegepaste biologische wetenschappen of van bio-ingenieur of van landbouwkundig ingenieur of van doctor in de biologische wetenschappen en een bijzondere kennis hebben van de toegepaste mycologie en van de moleculaire identificatie van plantenpathogenen; 8. betrekking voor het onderzoek inzake de kwaliteit van dierlijke producten.De kandidaten moeten houder zijn van het diploma van doctor in de diergeneeskundige wetenschappen of van dierenarts of van doctor in de diergeneeskunde en een bijzondere kennis hebben van de voedingsbacteriologie en de contaminantenproblematiek; 9. betrekking voor het onderzoek inzake milieubeveiliging.De kandidaten moeten houder zijn van het diploma van doctor in de toegepaste biologische wetenschappen of van bio-ingenieur in de milieutechnologie of van ingenieur in de scheikunde en de landbouwindustrieën en een bijzondere kennis hebben van de technologieën m.b.t. de mestbehandeling, de mestbewerking en -verwerking.

De vereiste diploma's moeten einddiploma's zijn, na ten minste vier jaar studies, uitgereikt door een universiteit, of door één van de instellingen die ermede gelijkgesteld zijn door één van de Gemeenschappen of door een examencommissie die voor het toekennen van de academische graden door de Staat of één van de Gemeenschappen is ingesteld.

In geval van aanwerving van een burger van de Europese Unie, houder van een diploma zoals bedoeld in vorige alinea dat werd uitgereikt door een andere dan een Belgische instelling, zal de Commissie voor Werving en Bevordering van het Centrum voor Landbouwkundig Onderzoek te Gent vooraf de geldigheid van het door de kandidaat voorgelegde diploma nagaan overeenkomstig de statutair vastgestelde procedure.

De kandidaturen, met vermelding van de beoogde betrekking(en) moeten samen met een curriculum vitae, een eensluidend verklaard afschrift van het vereiste diploma en een lijst van de eventueel gepubliceerde wetenschappelijke werken binnen de dertig kalenderdagen volgend op de publicatie van dit bericht in het Belgisch Staatsblad, per aangetekend schrijven gericht worden aan de directeur-generaal van het Bestuur voor Onderzoek en Ontwikkeling - DG6, W.T.C.-III, Simon Bolivarlaan 30, 20e verdieping, 1000 Brussel.

Nadere inlichtingen omtrent deze betrekkingen, kunnen bekomen worden bij het Centrum voor Landbouwkundig Onderzoek te Gent, Burg. Van Gansberghelaan 96, 9820 Merelbeke, tel. 09/272 02 11, fax 09/272 02 15.