gepubliceerd op 14 augustus 2001
Omzendbrief betreffende de juridische draagwijdte van bijlage 35 van het koninklijk besluit van 8 oktober 1981 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen. - Afvoering van de registers. - Inschrijving
MINISTERIE VAN BINNENLANDSE ZAKEN
20 JULI 2001. - Omzendbrief betreffende de juridische draagwijdte van bijlage 35 van het koninklijk besluit van 8 oktober 1981 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen. - Afvoering van de registers. - Inschrijving
Aan de **** en Heren burgemeesters van het Rijk, 1. Het principe **** 12, eerste lid, 5°, van het koninklijk besluit van 16 juli 1992 betreffende de bevolkingsregisters en het **** bepaalt dat de afvoering van de registers geschiedt op grond van de beslissing, genomen overeenkomstig de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen, die een einde maakt aan het verblijf of de vestiging of die het verlies vaststelt van het recht of de machtiging tot verblijf of tot vestiging. Ik vestig uw aandacht op het feit dat tegen bepaalde beslissingen die een einde maken aan het verblijf of de vestiging of die het verlies vaststellen van het recht op of de machtiging tot verblijf of tot vestiging, een verzoek tot herziening kan worden gericht aan de ****, overeenkomstig de artikelen 64 en 65 van de bovengenoemde wet van 15 december 1980.
Krachtens artikel 66 van de bovengenoemde wet van 15 december 1980, dient de ****, indien het verzoek tot herziening ontvankelijk is, het geval opnieuw te onderzoeken en een nieuwe beslissing te nemen die in de plaats komt van die waartegen het verzoek werd gericht.
In afwachting hiervan krijgt uw bestuur van de **** of van de **** Vreemdelingenzaken de opdracht aan de betrokkene een bijlage 35 (bijzonder ****) te overhandigen, die bepaalt dat de betrokkene mag verblijven in het Rijk totdat er over zijn verzoek tot herziening is beslist.
Aangezien het verzoek tot herziening alleszins moet worden gevolgd door een nieuw onderzoek, kan, in afwachting van een uitspraak van de ****, niet worden gesteld dat er reeds effectief een einde is gemaakt aan het verblijf of de vestiging van de vreemdeling. Daarom ben ik van mening dat artikel 12, eerste lid, 5°, van het bovenvermelde koninklijk besluit van 16 juli 1992 niet toegepast kan worden op de vreemdeling die een verzoek tot herziening heeft ingediend, zolang de **** over dit verzoek nog geen uitspraak heeft gedaan.
Samengevat : zelfs indien de vreemdeling een beslissing tot weigering van verblijf of van vestiging met het bevel om het grondgebied te verlaten (termijn meestal 15 dagen) ontvangt, kan de afvoering uit het **** bijgevolg pas plaatsvinden na het verstrijken van een termijn van acht werkdagen volgend op de kennisgeving van de beslissing (wettelijke termijn om het verzoek tot herziening in te dienen), en, indien een verzoek tot herziening is ingediend, nadat het is verworpen door de ****. 2. Bijzonder geval van de beslissing tot weigering van vestiging betekend aan de echtgenoot van een ****.****.****.-onderdaan of van een **** die in het bezit is van een paspoort waarvan het visum verstreken is.
De omzendbrief van 12 oktober 1998 betreffende de aanvraag tot verblijf of tot vestiging in het Rijk die na het voltrekken van een huwelijk ingediend wordt op grond van de artikelen 10 of 40 van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen (Belgisch Staatsblad van 6 november 1998), bepaalt- onder punt twee- dat, in afwijking van de algemene regel, de aanvraag tot vestiging van deze persoon in aanmerking moet worden genomen en geregistreerd moet worden door een bijlage 19 in te vullen. Deze aanvraag zal evenwel door de **** of de **** Vreemdelingenzaken terstond ten gronde geweigerd worden door middel van een bijlage 20.
Deze bijzondere procedure heeft uiteraard tot gevolg dat de betrokkene niet wordt ingeschreven in het **** volgens de regels bepaald in de artikelen 49, 52, 54 en 61 van het koninklijk besluit van 8 oktober 1981.
Tegen deze beslissing tot weigering van vestiging kan eveneens een verzoek tot herziening worden ingediend.
Om deze personen op een gelijkwaardige manier te behandelen als de vreemdelingen die een beslissing tot weigering van vestiging ontvangen om een andere reden, meen ik dat ze moeten worden ingeschreven in het ****, zeker op het ogenblik dat uw bestuur hun een bijlage 35 overhandigt, niet als houders van dit document maar als vreemdelingen die (gedurende een zeer korte periode) werden gemachtigd tot verblijf.
Inlichtingen over het onderwerp van deze omzendbrief zijn te verkrijgen bij de **** Vreemdelingenzaken : - **** (individuele gevallen); - **** (voor juridische vragen).
****, 20 juli 2001.
Voor de **** van Binnenlandse ****, De ****-generaal van de **** Vreemdelingenzaken, S. ****