FEDERALE OVERHEIDSDIENST BINNENLANDSE ZAKEN

7 APRIL 2005. - Omzendbrief betreffende het vermoeden van illegaal verblijf bij afwezigheid van inreisstempel in het reisdocument van een niet-EU-onderdaan

Aan de Dames en Heren Burgemeester van het Rijk, Op 16 december 2004 verscheen in het Publicatieblad van de Europese Unie (L 369) de verordening (EG) nr. 2133/2004 van de Raad van 13 december 2004. Deze verordening trad in werking op 1 januari 2005.

Deze verordening bepaalt dat wanneer in het reisdocument van een onderdaan van een derde (d.w.z. niet-EU) land geen inreisstempel is aangebracht, de houder vermoed wordt niet of niet langer te voldoen aan de voorwaarden inzake verblijfsduur die in de betrokken lidstaat van toepassing zijn.

De verordening biedt echter de mogelijkheid aan de onderdaan van een derde land om dit vermoeden van illegaal verblijf te weerleggen, op voorlegging, aan de centrale autoriteiten, van geloofwaardige bewijsmiddelen.

Indien onderdanen van derde landen zich aanbieden bij de gemeente zonder de vereiste inreisstempel in hun reisdocument, terwijl ze toch beweren geloofwaardige bewijsmiddelen (zoals het bewijs van een verblijf in een land buiten het Schengengebied, een reisbiljet op naam,...) te kunnen voorleggen, dienen deze onderdanen doorverwezen te worden naar de Grensinspectiedienst van de Dienst Vreemdelingenzaken, alwaar zij op afspraak zullen worden ontvangen.

Indien het resultaat van het onderzoek negatief is, zal de Grensinspectie een bevel om het grondgebied te verlaten afleveren aan de betrokkene.

Indien het resultaat van het onderzoek positief is, zal de Grensinspectiedienst aan de betrokkene een formulier afleveren, zoals opgenomen in bijlage. Tevens zal de Grensinspectiedienst een speciale inreisstempel plaatsen in het reisdocument ven de betrokken vreemdeling. Op basis hiervan kan de gemeente vervolgens een aankomstverklaring afleveren.

Elke inlichting betreffende het onderwerp van deze omzendbrief kan verkregen worden bij de Grensinspectie van de Dienst Vreemdelingenzaken : - tel. 02-206 19 51 - fax 02-274 66 37 of 02/274 66 38 - e-mail: mdemil@dofi.fgov.be Brussel, 7 april 2005 De Vice-Eerste Minister en Minister van Binnenlandse Zaken, P. DEWAEL

Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld