← Terug naar "Examens waarbij de licentiaten in het notariaat in de gelegenheid worden gesteld te bewijzen dat zij
in staat zijn de voorschriften van de wet op het gebruik der talen in gerechtszaken na te leven. - Gewone
zittijd van oktober 2010 De Federale O De aanvragen tot inschrijving moeten ten laatste op 17 september
2010, bij middel van een kopie van(...)"
Examens waarbij de licentiaten in het notariaat in de gelegenheid worden gesteld te bewijzen dat zij in staat zijn de voorschriften van de wet op het gebruik der talen in gerechtszaken na te leven. - Gewone zittijd van oktober 2010 De Federale O De aanvragen tot inschrijving moeten ten laatste op 17 september 2010, bij middel van een kopie van(...) | Examens waarbij de licentiaten in het notariaat in de gelegenheid worden gesteld te bewijzen dat zij in staat zijn de voorschriften van de wet op het gebruik der talen in gerechtszaken na te leven. - Gewone zittijd van oktober 2010 De Federale O De aanvragen tot inschrijving moeten ten laatste op 17 september 2010, bij middel van een kopie van(...) |
---|---|
FEDERALE OVERHEIDSDIENST JUSTITIE | FEDERALE OVERHEIDSDIENST JUSTITIE |
Examens waarbij de licentiaten in het notariaat in de gelegenheid | Examens waarbij de licentiaten in het notariaat in de gelegenheid |
worden gesteld te bewijzen dat zij in staat zijn de voorschriften van | worden gesteld te bewijzen dat zij in staat zijn de voorschriften van |
de wet op het gebruik der talen in gerechtszaken na te leven. - Gewone | de wet op het gebruik der talen in gerechtszaken na te leven. - Gewone |
zittijd van oktober 2010 | zittijd van oktober 2010 |
De Federale Overheidsdienst Justitie zal binnenkort taalexamens | De Federale Overheidsdienst Justitie zal binnenkort taalexamens |
organiseren ten behoeve van licentiaten in het notariaat (grondige | organiseren ten behoeve van licentiaten in het notariaat (grondige |
kennis of voldoende kennis van de Nederlandse taal of van de Franse | kennis of voldoende kennis van de Nederlandse taal of van de Franse |
taal) overeenkomstig de bepalingen van de wet van 15 juni 1935 | taal) overeenkomstig de bepalingen van de wet van 15 juni 1935 |
betreffende het gebruik der talen in gerechtszaken. | betreffende het gebruik der talen in gerechtszaken. |
De aanvragen tot inschrijving moeten ten laatste op 17 september 2010, | De aanvragen tot inschrijving moeten ten laatste op 17 september 2010, |
bij middel van een kopie van het hierbij gevoegd | bij middel van een kopie van het hierbij gevoegd |
inschrijvingsformulier opgestuurd worden bij aangetekende zending aan | inschrijvingsformulier opgestuurd worden bij aangetekende zending aan |
de FOD Justitie, Directoraat-generaal, Rechterlijke Organisatie, | de FOD Justitie, Directoraat-generaal, Rechterlijke Organisatie, |
dienst personeelszaken ROJ/taalexamens - licentiaten in het notariaat, | dienst personeelszaken ROJ/taalexamens - licentiaten in het notariaat, |
Waterloolaan 115, te 1000 Brussel. Aanvragen na die datum ingediend, | Waterloolaan 115, te 1000 Brussel. Aanvragen na die datum ingediend, |
komen niet in aanmerking. De postdatum geldt als bewijs. De | komen niet in aanmerking. De postdatum geldt als bewijs. De |
examinandus voegt een fotokopie recto verso van de identiteitskaart en | examinandus voegt een fotokopie recto verso van de identiteitskaart en |
van het diploma van licentiaat in het notariaat bij. | van het diploma van licentiaat in het notariaat bij. |
Het examengeld bedraagt 5 EUR. Dit bedrag dient bij de inschrijving | Het examengeld bedraagt 5 EUR. Dit bedrag dient bij de inschrijving |
gestort te worden op prk. 679-2005505-30 van de Federale | gestort te worden op prk. 679-2005505-30 van de Federale |
Overheidsdienst Justitie, Directoraat-generaal, Rechterlijke | Overheidsdienst Justitie, Directoraat-generaal, Rechterlijke |
Organisatie, dienst personeelszaken ROJ/taalexamens - licentiaten in | Organisatie, dienst personeelszaken ROJ/taalexamens - licentiaten in |
het notariaat, Diverse Ontvangsten. | het notariaat, Diverse Ontvangsten. |
Het examen over de grondige kennis of over de voldoende kennis van één | Het examen over de grondige kennis of over de voldoende kennis van één |
van hoger vermelde talen omvat een mondeling en een schriftelijk | van hoger vermelde talen omvat een mondeling en een schriftelijk |
gedeelte. Het mondeling gedeelte geschiedt in het openbaar en gaat het | gedeelte. Het mondeling gedeelte geschiedt in het openbaar en gaat het |
schriftelijk gedeelte vooraf. | schriftelijk gedeelte vooraf. |
I. Het mondeling gedeelte van het examen over de grondige kennis van | I. Het mondeling gedeelte van het examen over de grondige kennis van |
de ene of de andere van die talen bestaat in : | de ene of de andere van die talen bestaat in : |
1. het luidop lezen van één of meer wetteksten, gesteld in de taal | 1. het luidop lezen van één of meer wetteksten, gesteld in de taal |
waarover het examen loopt. Die teksten kunnen betrekking hebben op het | waarover het examen loopt. Die teksten kunnen betrekking hebben op het |
notarieel recht, het burgerlijk recht en het handelsrecht; | notarieel recht, het burgerlijk recht en het handelsrecht; |
2. een ondervraging in dezelfde taal over die teksten; | 2. een ondervraging in dezelfde taal over die teksten; |
3. een onderhoud over een onderwerp in verband met het dagelijks | 3. een onderhoud over een onderwerp in verband met het dagelijks |
leven. | leven. |
Het schriftelijk gedeelte van hetzelfde examen bestaat in : | Het schriftelijk gedeelte van hetzelfde examen bestaat in : |
1. het opstellen van een notariële akte en van een uiteenzetting van | 1. het opstellen van een notariële akte en van een uiteenzetting van |
ongeveer dertig regels betreffende een actueel vraagstuk in verband | ongeveer dertig regels betreffende een actueel vraagstuk in verband |
met het notarisambt; | met het notarisambt; |
2. het schriftelijk beantwoorden van een vraag : | 2. het schriftelijk beantwoorden van een vraag : |
a) over burgerlijk recht; b) over notarieel recht; c) over | a) over burgerlijk recht; b) over notarieel recht; c) over |
handelsrecht; d) over bestuurlijk recht; e) over burgerlijke | handelsrecht; d) over bestuurlijk recht; e) over burgerlijke |
rechtsvordering in verband met het notarisambt. | rechtsvordering in verband met het notarisambt. |
II. Het mondeling gedeelte van het examen over de voldoende kennis van | II. Het mondeling gedeelte van het examen over de voldoende kennis van |
de ene of de andere van die talen bestaat in : | de ene of de andere van die talen bestaat in : |
1. een onderhoud over een onderwerp uit het dagelijks leven; | 1. een onderhoud over een onderwerp uit het dagelijks leven; |
2. het luidop lezen van een dagelijks toegepaste tekst betreffende het | 2. het luidop lezen van een dagelijks toegepaste tekst betreffende het |
notarieel recht, het burgerlijk recht of het handelsrecht, gevolgd | notarieel recht, het burgerlijk recht of het handelsrecht, gevolgd |
door een ondervraging betreffende die tekst. | door een ondervraging betreffende die tekst. |
Het schriftelijk gedeelte van hetzelfde examen bestaat in : | Het schriftelijk gedeelte van hetzelfde examen bestaat in : |
1. een opstel van ongeveer dertig regels waarvan het onderwerp aan de | 1. een opstel van ongeveer dertig regels waarvan het onderwerp aan de |
dagelijkse praktijk van het notarisambt is ontleend; | dagelijkse praktijk van het notarisambt is ontleend; |
2. het beantwoorden van één of meer vragen welke betrekking hebben op | 2. het beantwoorden van één of meer vragen welke betrekking hebben op |
de gewone praktijk inzake het notarisambt. | de gewone praktijk inzake het notarisambt. |
De examinandi mogen zich van juridische boeken en woordenboeken | De examinandi mogen zich van juridische boeken en woordenboeken |
alsmede van wetboeken bedienen. | alsmede van wetboeken bedienen. |