Etaamb.openjustice.be
Meertalige weergave van Bericht van --
← Terug naar "Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof Bij vonnis van 13 juni 2002 in zake C. de Broqueville tegen de Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Arbitragehof is ingekomen « Schenden de artikelen 308, eerste lid, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1964 (418, eer(...)"
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof Bij vonnis van 13 juni 2002 in zake C. de Broqueville tegen de Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Arbitragehof is ingekomen « Schenden de artikelen 308, eerste lid, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1964 (418, eer(...) Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof Bij vonnis van 13 juni 2002 in zake C. de Broqueville tegen de Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Arbitragehof is ingekomen « Schenden de artikelen 308, eerste lid, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1964 (418, eer(...)
ARBITRAGEHOF ARBITRAGEHOF
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6
januari 1989 op het Arbitragehof januari 1989 op het Arbitragehof
Bij vonnis van 13 juni 2002 in zake C. de Broqueville tegen de Bij vonnis van 13 juni 2002 in zake C. de Broqueville tegen de
Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Arbitragehof Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Arbitragehof
is ingekomen op 25 juni 2002, heeft de Rechtbank van eerste aanleg te is ingekomen op 25 juni 2002, heeft de Rechtbank van eerste aanleg te
Brussel de volgende prejudiciële vraag gesteld : Brussel de volgende prejudiciële vraag gesteld :
« Schenden de artikelen 308, eerste lid, van het Wetboek van de « Schenden de artikelen 308, eerste lid, van het Wetboek van de
inkomstenbelastingen 1964 (418, eerste lid, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1964 (418, eerste lid, van het Wetboek van de
inkomstenbelastingen 1992) en 309, eerste lid, 3°, van het Wetboek van inkomstenbelastingen 1992) en 309, eerste lid, 3°, van het Wetboek van
de inkomstenbelastingen 1964 (419, eerste lid, 3°, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1964 (419, eerste lid, 3°, van het Wetboek van
de inkomstenbelastingen 1992) de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, de inkomstenbelastingen 1992) de artikelen 10 en 11 van de Grondwet,
in die zin geïnterpreteerd dat een belastingplichtige geen recht heeft in die zin geïnterpreteerd dat een belastingplichtige geen recht heeft
op moratoriumintresten op de in artikel 277, §§ 1 en 2, van het op moratoriumintresten op de in artikel 277, §§ 1 en 2, van het
Wetboek van de inkomstenbelastingen 1964 (376, §§ 1 en 2, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1964 (376, §§ 1 en 2, van het
Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992) beoogde overbelastingen, Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992) beoogde overbelastingen,
waarvan tot de ontheffing, die door de directeur der belastingen die waarvan tot de ontheffing, die door de directeur der belastingen die
de vordering van de belastingplichtige behandelt, ten onrechte werd de vordering van de belastingplichtige behandelt, ten onrechte werd
geweigerd, door de rechtbank wordt bevolen vanwege een dubbele geweigerd, door de rechtbank wordt bevolen vanwege een dubbele
belasting en dit zowel voor de periode vóór het ogenblik waarop de belasting en dit zowel voor de periode vóór het ogenblik waarop de
overbelasting door de administratie werd vastgesteld of door de overbelasting door de administratie werd vastgesteld of door de
belastingschuldige aan de administratie werd bekendgemaakt na afloop belastingschuldige aan de administratie werd bekendgemaakt na afloop
van de termijn voor het indienen van bezwaarschriften, als voor de van de termijn voor het indienen van bezwaarschriften, als voor de
periode na dat ogenblik, terwijl in dergelijke intresten is voorzien periode na dat ogenblik, terwijl in dergelijke intresten is voorzien
in geval van teruggave na inwilliging van een bezwaarschrift en in geval van teruggave na inwilliging van een bezwaarschrift en
terwijl het volgens de bedoeling van de wetgever ' dan ook billijk terwijl het volgens de bedoeling van de wetgever ' dan ook billijk
[is] moratoire interesten aan de belastingplichtigen toe te kennen [is] moratoire interesten aan de belastingplichtigen toe te kennen
telkens de Staat een gekweten belasting terugbetaalt, zelfs indien de telkens de Staat een gekweten belasting terugbetaalt, zelfs indien de
terugbetaling het gevolg is van een aan de belastingplichtige toe te terugbetaling het gevolg is van een aan de belastingplichtige toe te
schrijven vergissing ' ? » schrijven vergissing ' ? »
Die zaak is ingeschreven onder nummer 2460 van de rol van het Hof. Die zaak is ingeschreven onder nummer 2460 van de rol van het Hof.
De griffier, De griffier,
P.-Y. Dutilleux. P.-Y. Dutilleux.
^