Etaamb.openjustice.be
Meertalige weergave van Bericht van --
← Terug naar "Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof Bij vonnis van 29 maart 2001 in zake de Minister van Financiën en het openbaar ministerie tegen G. Vergracht, waarvan de expeditie ter griffie van « Houden de artikelen 220, 221 en 224 van de algemene wet van 18 juli 1977 inzake douane en accijnz(...)"
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof Bij vonnis van 29 maart 2001 in zake de Minister van Financiën en het openbaar ministerie tegen G. Vergracht, waarvan de expeditie ter griffie van « Houden de artikelen 220, 221 en 224 van de algemene wet van 18 juli 1977 inzake douane en accijnz(...) Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof Bij vonnis van 29 maart 2001 in zake de Minister van Financiën en het openbaar ministerie tegen G. Vergracht, waarvan de expeditie ter griffie van « Houden de artikelen 220, 221 en 224 van de algemene wet van 18 juli 1977 inzake douane en accijnz(...)
ARBITRAGEHOF ARBITRAGEHOF
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6
januari 1989 op het Arbitragehof januari 1989 op het Arbitragehof
Bij vonnis van 29 maart 2001 in zake de Minister van Financiën en het Bij vonnis van 29 maart 2001 in zake de Minister van Financiën en het
openbaar ministerie tegen G. Vergracht, waarvan de expeditie ter openbaar ministerie tegen G. Vergracht, waarvan de expeditie ter
griffie van het Arbitragehof is ingekomen op 5 april 2001, heeft de griffie van het Arbitragehof is ingekomen op 5 april 2001, heeft de
Correctionele Rechtbank te Aarlen de volgende prejudiciële vraag Correctionele Rechtbank te Aarlen de volgende prejudiciële vraag
gesteld : gesteld :
« Houden de artikelen 220, 221 en 224 van de algemene wet van 18 juli « Houden de artikelen 220, 221 en 224 van de algemene wet van 18 juli
1977 inzake douane en accijnzen geen discriminaties in ten aanzien van 1977 inzake douane en accijnzen geen discriminaties in ten aanzien van
het algemeen strafrecht en schenden zij bijgevolg de artikelen 10 en het algemeen strafrecht en schenden zij bijgevolg de artikelen 10 en
11 van de Grondwet, in zoverre die bepalingen op dusdanige wijze 11 van de Grondwet, in zoverre die bepalingen op dusdanige wijze
worden gelezen dat de verbeurdverklaring waarin is voorzien een reëel worden gelezen dat de verbeurdverklaring waarin is voorzien een reëel
karakter heeft en meer in het bijzonder omdat zij kan worden karakter heeft en meer in het bijzonder omdat zij kan worden
uitgesproken zonder dat er een onderscheid moet worden gemaakt tussen uitgesproken zonder dat er een onderscheid moet worden gemaakt tussen
het geval waarin het voorwerp de eigendom is van de veroordeelde en het geval waarin het voorwerp de eigendom is van de veroordeelde en
het geval waarin het voorwerp de eigendom is van derden, zelfs als zij het geval waarin het voorwerp de eigendom is van derden, zelfs als zij
niets te maken hebben met de fraude, zelfs als zij daarvan niets weten niets te maken hebben met de fraude, zelfs als zij daarvan niets weten
of als zij zijn vrijgesproken, en meer in het bijzonder in de mate of als zij zijn vrijgesproken, en meer in het bijzonder in de mate
waarin die straf van verbeurdverklaring niet gepaard kan gaan met waarin die straf van verbeurdverklaring niet gepaard kan gaan met
uitstel noch met opschorting ? » uitstel noch met opschorting ? »
Die zaak is ingeschreven onder nummer 2157 van de rol van het Hof en Die zaak is ingeschreven onder nummer 2157 van de rol van het Hof en
werd samengevoegd met de zaken met rolnummers 2041 en 2078. werd samengevoegd met de zaken met rolnummers 2041 en 2078.
De griffier, De griffier,
L. Potoms. L. Potoms.
^