Etaamb.openjustice.be
Meertalige weergave van Koninklijk Besluit van 31/01/2018
← Terug naar "Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 22 juni 2017, gesloten in het Paritair Comité voor de papier- en kartonbewerking, betreffende de risicogroepen en de vorming "
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 22 juni 2017, gesloten in het Paritair Comité voor de papier- en kartonbewerking, betreffende de risicogroepen en de vorming Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 22 juni 2017, gesloten in het Paritair Comité voor de papier- en kartonbewerking, betreffende de risicogroepen en de vorming
FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG
31 JANUARI 2018. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend 31 JANUARI 2018. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend
wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 22 juni 2017, wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 22 juni 2017,
gesloten in het Paritair Comité voor de papier- en kartonbewerking, gesloten in het Paritair Comité voor de papier- en kartonbewerking,
betreffende de risicogroepen en de vorming (1) betreffende de risicogroepen en de vorming (1)
FILIP, Koning der Belgen, FILIP, Koning der Belgen,
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve
arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel
28; 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de papier- en Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de papier- en
kartonbewerking; kartonbewerking;
Op de voordracht van de Minister van Werk, Op de voordracht van de Minister van Werk,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage

overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 22 juni 2017, gesloten overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 22 juni 2017, gesloten
in het Paritair Comité voor de papier- en kartonbewerking, betreffende in het Paritair Comité voor de papier- en kartonbewerking, betreffende
de risicogroepen en de vorming. de risicogroepen en de vorming.

Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van

Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van

dit besluit. dit besluit.
Gegeven te Brussel, 31 januari 2018. Gegeven te Brussel, 31 januari 2018.
FILIP FILIP
Van Koningswege : Van Koningswege :
De Minister van Werk, De Minister van Werk,
K. PEETERS K. PEETERS
_______ _______
Nota Nota
(1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad :
Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.
Bijlage Bijlage
Paritair Comité voor de papier- en kartonbewerking Paritair Comité voor de papier- en kartonbewerking
Collectieve arbeidsovereenkomst van 22 juni 2017 Collectieve arbeidsovereenkomst van 22 juni 2017
Risicogroepen en vorming Risicogroepen en vorming
(Overeenkomst geregistreerd op 26 juli 2017 onder het nummer (Overeenkomst geregistreerd op 26 juli 2017 onder het nummer
140596/CO/136) 140596/CO/136)
HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op

de werkgevers en arbeidsters en arbeiders tewerkgesteld in de de werkgevers en arbeidsters en arbeiders tewerkgesteld in de
ondernemingen die onder de bevoegdheid van het Paritair Comité voor de ondernemingen die onder de bevoegdheid van het Paritair Comité voor de
papier- en kartonbewerking ressorteren. papier- en kartonbewerking ressorteren.
HOOFDSTUK II. - Risicogroepen HOOFDSTUK II. - Risicogroepen

Art. 2.Dit hoofdstuk wordt afgesloten in toepassing van :

Art. 2.Dit hoofdstuk wordt afgesloten in toepassing van :

- de wet houdende diverse bepalingen (I) van 27 december 2006, titel - de wet houdende diverse bepalingen (I) van 27 december 2006, titel
XIII, hoofdstuk VIII, afdelingen 1 en 2 (Belgisch Staatsblad van 28 XIII, hoofdstuk VIII, afdelingen 1 en 2 (Belgisch Staatsblad van 28
december 2006); december 2006);
- het koninklijk besluit van 19 februari 2013 tot uitvoering van - het koninklijk besluit van 19 februari 2013 tot uitvoering van
artikel 189, vierde lid van de wet van 27 december 2006 houdende artikel 189, vierde lid van de wet van 27 december 2006 houdende
diverse bepalingen (Belgisch Staatsblad van 8 april 2013); diverse bepalingen (Belgisch Staatsblad van 8 april 2013);
- de wet werkbaar en wendbaar werk van 5 maart 2017 (Belgisch - de wet werkbaar en wendbaar werk van 5 maart 2017 (Belgisch
Staatsblad van 15 maart 2017) en zijn uitvoeringsbesluiten. Staatsblad van 15 maart 2017) en zijn uitvoeringsbesluiten.
Overeenkomstig de bepalingen van voormelde wet houdende diverse Overeenkomstig de bepalingen van voormelde wet houdende diverse
bepalingen wordt de inspanning van 0,10 pct. gebruikt in 2017 en 2018, bepalingen wordt de inspanning van 0,10 pct. gebruikt in 2017 en 2018,
langs het fonds voor bestaanszekerheid, om de vormings- en langs het fonds voor bestaanszekerheid, om de vormings- en
omscholingsmogelijkheden van de arbeiders en arbeidsters te omscholingsmogelijkheden van de arbeiders en arbeidsters te
stimuleren. stimuleren.

Art. 3.Volgende personen behoren tot de risicogroepen :

Art. 3.Volgende personen behoren tot de risicogroepen :

1) De langdurige werkloze : 1) De langdurige werkloze :
- de werkzoekende die gedurende de zes maanden die aan zijn - de werkzoekende die gedurende de zes maanden die aan zijn
indienstneming voorafgaan, zonder onderbreking werkloosheids- of indienstneming voorafgaan, zonder onderbreking werkloosheids- of
wachtuitkeringen heeft genoten voor alle dagen van de week; wachtuitkeringen heeft genoten voor alle dagen van de week;
- de werkzoekende die, gedurende de zes maanden die aan zijn - de werkzoekende die, gedurende de zes maanden die aan zijn
indienstneming voorafgaan, uitsluitend deeltijds heeft gewerkt om aan indienstneming voorafgaan, uitsluitend deeltijds heeft gewerkt om aan
de werkloosheid te ontkomen en/of als interimair; de werkloosheid te ontkomen en/of als interimair;
2) De laaggeschoolde werkloze : 2) De laaggeschoolde werkloze :
de werkzoekende van meer dan 18 jaar die geen houder is van : de werkzoekende van meer dan 18 jaar die geen houder is van :
- ofwel een universitair diploma; - ofwel een universitair diploma;
- ofwel een diploma of een getuigschrift van het hoger technisch - ofwel een diploma of een getuigschrift van het hoger technisch
onderwijs van het lange of het korte type; onderwijs van het lange of het korte type;
- ofwel een getuigschrift van het hoger secundair technisch onderwijs; - ofwel een getuigschrift van het hoger secundair technisch onderwijs;
3) De mindervalide werkloze : 3) De mindervalide werkloze :
de mindervalide werkzoekende die, op het ogenblik van zijn de mindervalide werkzoekende die, op het ogenblik van zijn
indienstneming, bij één der fondsen voor de sociale reclassering van indienstneming, bij één der fondsen voor de sociale reclassering van
de mindervaliden is ingeschreven; de mindervaliden is ingeschreven;
4) De deeltijds leerplichtige : 4) De deeltijds leerplichtige :
de werkzoekende van minder dan 18 jaar die nog onder de leerplicht de werkzoekende van minder dan 18 jaar die nog onder de leerplicht
valt en die het secundair onderwijs met volledig leerplan niet meer valt en die het secundair onderwijs met volledig leerplan niet meer
volgt; volgt;
5) De herintreder : 5) De herintreder :
de werkzoekende die tegelijk aan de volgende voorwaarden voldoet : de werkzoekende die tegelijk aan de volgende voorwaarden voldoet :
- geen werkloosheidsuitkeringen of loopbaanonderbrekingsuitkering - geen werkloosheidsuitkeringen of loopbaanonderbrekingsuitkering
hebben genoten gedurende de periode van drie jaar die zijn hebben genoten gedurende de periode van drie jaar die zijn
indienstneming voorafgaat; indienstneming voorafgaat;
- geen beroepsactiviteit hebben uitgeoefend gedurende de periode van - geen beroepsactiviteit hebben uitgeoefend gedurende de periode van
drie jaar die zijn indienstneming voorafgaat; drie jaar die zijn indienstneming voorafgaat;
- vóór de periode van drie jaar, bedoeld in de twee vorige punten, - vóór de periode van drie jaar, bedoeld in de twee vorige punten,
zijn beroepsactiviteit hebben onderbroken, ofwel nooit een dergelijke zijn beroepsactiviteit hebben onderbroken, ofwel nooit een dergelijke
activiteit begonnen zijn; activiteit begonnen zijn;
6) De bestaansminimumtrekker : 6) De bestaansminimumtrekker :
de werkzoekende die op het ogenblik van zijn indienstneming het de werkzoekende die op het ogenblik van zijn indienstneming het
bestaansminimum ontvangt; bestaansminimum ontvangt;
7) De oudere werkloze : 7) De oudere werkloze :
de werkzoekende van 50 jaar en ouder; de werkzoekende van 50 jaar en ouder;
8) De werkloze uit een begeleidingsplan : 8) De werkloze uit een begeleidingsplan :
de werkzoekende die een begeleidingsplan heeft gevolgd; de werkzoekende die een begeleidingsplan heeft gevolgd;
9) De laaggeschoolde werknemer : 9) De laaggeschoolde werknemer :
de werknemer of werkneemster die geen houder is van : de werknemer of werkneemster die geen houder is van :
- ofwel een universitair diploma; - ofwel een universitair diploma;
- ofwel een diploma of getuigschrift van het hoger technisch onderwijs - ofwel een diploma of getuigschrift van het hoger technisch onderwijs
van het lange of het korte type; van het lange of het korte type;
- ofwel een getuigschrift van het hoger secundair technisch onderwijs; - ofwel een getuigschrift van het hoger secundair technisch onderwijs;
10) De werknemer of werkneemster met een onaangepaste of een 10) De werknemer of werkneemster met een onaangepaste of een
ontoereikende beroepsbekwaamheid : ontoereikende beroepsbekwaamheid :
- de werknemer of werkneemster die naar een andere functie moet worden - de werknemer of werkneemster die naar een andere functie moet worden
geheroriënteerd; geheroriënteerd;
- de werknemer of werkneemster waarvan de beroepsbekwaamheid - de werknemer of werkneemster waarvan de beroepsbekwaamheid
onaangepast of ontoereikend is geworden tengevolge van de technische onaangepast of ontoereikend is geworden tengevolge van de technische
evolutie. evolutie.

Art. 4.Het beheerscomité van het fonds voor bestaanszekerheid is

Art. 4.Het beheerscomité van het fonds voor bestaanszekerheid is

belast met het opstellen van het reglement voor de praktische belast met het opstellen van het reglement voor de praktische
toepassing van deze maatregelen. Het beheerscomité van het fonds voor toepassing van deze maatregelen. Het beheerscomité van het fonds voor
bestaanszekerheid zal onderzoeken of het opportuun is een bestaanszekerheid zal onderzoeken of het opportuun is een
vormingsfonds op te richten teneinde een optimale aanwending van de vormingsfonds op te richten teneinde een optimale aanwending van de
opleidingsmiddelen na te streven. opleidingsmiddelen na te streven.

Art. 5.Tenminste 0,05 pct. van de 0,10 pct.-bijdrage zal worden

Art. 5.Tenminste 0,05 pct. van de 0,10 pct.-bijdrage zal worden

voorbehouden voor één of meerdere van de volgende risicogroepen : voorbehouden voor één of meerdere van de volgende risicogroepen :
1) Werknemers van minstens 50 jaar oud die in de sector werken; 1) Werknemers van minstens 50 jaar oud die in de sector werken;
2) Werknemers van minstens 40 jaar oud die in de sector werken en 2) Werknemers van minstens 40 jaar oud die in de sector werken en
bedreigd zijn met ontslag : bedreigd zijn met ontslag :
a. hetzij doordat hun arbeidsovereenkomst werd opgezegd en de a. hetzij doordat hun arbeidsovereenkomst werd opgezegd en de
opzeggingstermijn loopt; opzeggingstermijn loopt;
b. hetzij doordat zij tewerkgesteld zijn in een onderneming die erkend b. hetzij doordat zij tewerkgesteld zijn in een onderneming die erkend
is als onderneming in moeilijkheden of herstructurering; is als onderneming in moeilijkheden of herstructurering;
c. hetzij doordat zij tewerkgesteld zijn in een onderneming waar een c. hetzij doordat zij tewerkgesteld zijn in een onderneming waar een
collectief ontslag is aangekondigd; collectief ontslag is aangekondigd;
3) Niet-werkenden en personen die sinds minder dan een jaar werken en 3) Niet-werkenden en personen die sinds minder dan een jaar werken en
niet-werkend waren op het ogenblik van hun indiensttreding. Onder niet-werkend waren op het ogenblik van hun indiensttreding. Onder
"niet-werkenden" wordt verstaan : "niet-werkenden" wordt verstaan :
a. langdurig werkzoekenden, dit zijn personen die in het bezit zijn a. langdurig werkzoekenden, dit zijn personen die in het bezit zijn
van een werkkaart (artikel 13 van het koninklijk besluit van 19 van een werkkaart (artikel 13 van het koninklijk besluit van 19
december 2001); december 2001);
b. uitkeringsgerechtigde werklozen; b. uitkeringsgerechtigde werklozen;
c. werkzoekenden die laaggeschoold zijn, dit zijn de jongeren die geen c. werkzoekenden die laaggeschoold zijn, dit zijn de jongeren die geen
getuigschrift of diploma van het hoger secundair onderwijs bezitten, getuigschrift of diploma van het hoger secundair onderwijs bezitten,
of werkzoekenden die erg-laaggeschoold zijn, dit zijn de jongeren die of werkzoekenden die erg-laaggeschoold zijn, dit zijn de jongeren die
geen getuigschrift van de tweede graad van het secundair onderwijs geen getuigschrift van de tweede graad van het secundair onderwijs
bezitten of van het lager secundair onderwijs bezitten (cfr. bezitten of van het lager secundair onderwijs bezitten (cfr.
definities uit artikel 24 van de wet van 24 december 1999); definities uit artikel 24 van de wet van 24 december 1999);
d. herintreders, zijnde de personen die zich na een onderbreking van d. herintreders, zijnde de personen die zich na een onderbreking van
minstens 1 jaar terug op arbeidsmarkt begeven; minstens 1 jaar terug op arbeidsmarkt begeven;
e. personen die gerechtigd zijn op maatschappelijke integratie in e. personen die gerechtigd zijn op maatschappelijke integratie in
toepassing van de wet van 26 mei 2002, personen die gerechtigd zijn op toepassing van de wet van 26 mei 2002, personen die gerechtigd zijn op
maatschappelijke hulp in toepassing van de organieke wet van 8 juli maatschappelijke hulp in toepassing van de organieke wet van 8 juli
1976 betreffende de OCMW's; 1976 betreffende de OCMW's;
f. werknemers die in het bezit zijn van een verminderingskaart f. werknemers die in het bezit zijn van een verminderingskaart
herstructureringen (cfr. koninklijk besluit van 9 maart 2006); herstructureringen (cfr. koninklijk besluit van 9 maart 2006);
g. werkzoekenden die niet de nationaliteit van een lidstaat van de g. werkzoekenden die niet de nationaliteit van een lidstaat van de
Europese Unie bezitten of van wie minstens één van de ouders deze Europese Unie bezitten of van wie minstens één van de ouders deze
nationaliteit niet bezit of niet bezat bij overlijden, of van wie nationaliteit niet bezit of niet bezat bij overlijden, of van wie
minstens twee van de grootouders deze nationaliteit niet bezitten of minstens twee van de grootouders deze nationaliteit niet bezitten of
bezaten bij overlijden; bezaten bij overlijden;
4) De personen met een verminderde arbeidsgeschiktheid, namelijk : 4) De personen met een verminderde arbeidsgeschiktheid, namelijk :
a. de personen die voldoen aan de voorwaarden om ingeschreven te a. de personen die voldoen aan de voorwaarden om ingeschreven te
worden in een regionaal agentschap voor personen met een handicap; worden in een regionaal agentschap voor personen met een handicap;
b. de personen met een definitieve arbeidsongeschiktheid van minstens b. de personen met een definitieve arbeidsongeschiktheid van minstens
33 pct.; 33 pct.;
c. de personen die voldoen aan de medische voorwaarden om recht te c. de personen die voldoen aan de medische voorwaarden om recht te
hebben op een inkomensvervangende of een integratietegemoetkoming hebben op een inkomensvervangende of een integratietegemoetkoming
(cfr. wet van 27 februari 1987 op de tegemoetkomingen aan personen met (cfr. wet van 27 februari 1987 op de tegemoetkomingen aan personen met
een handicap); een handicap);
d. de personen die als doelgroepwerknemer tewerkgesteld zijn of waren d. de personen die als doelgroepwerknemer tewerkgesteld zijn of waren
bij een werkgever die valt onder het toepassingsgebied van het bij een werkgever die valt onder het toepassingsgebied van het
Paritair Comité voor de beschutte en sociale werkplaatsen; Paritair Comité voor de beschutte en sociale werkplaatsen;
e. de gehandicapte die het recht op verhoogde kinderbijslag opent op e. de gehandicapte die het recht op verhoogde kinderbijslag opent op
basis van een lichamelijke of geestelijke ongeschiktheid van minstens basis van een lichamelijke of geestelijke ongeschiktheid van minstens
66 pct.; 66 pct.;
f. de personen die in het bezit zijn van een attest afgeleverd door de f. de personen die in het bezit zijn van een attest afgeleverd door de
Algemene Directie Personen met een Handicap van de FOD Sociale Algemene Directie Personen met een Handicap van de FOD Sociale
Zekerheid voor het verstrekken van sociale en fiscale voordelen; Zekerheid voor het verstrekken van sociale en fiscale voordelen;
g. de persoon met een invaliditeitsuitkering of een uitkering voor g. de persoon met een invaliditeitsuitkering of een uitkering voor
arbeidsongevallen of beroepsziekten in het kader van programma's tot arbeidsongevallen of beroepsziekten in het kader van programma's tot
werkhervatting; werkhervatting;
5) De jongeren die nog geen 26 jaar oud zijn en opgeleid worden, 5) De jongeren die nog geen 26 jaar oud zijn en opgeleid worden,
hetzij in een stelsel van alternerend leren, hetzij in het kader van hetzij in een stelsel van alternerend leren, hetzij in het kader van
een individuele beroepsopleiding in een onderneming (cfr. artikel 27, een individuele beroepsopleiding in een onderneming (cfr. artikel 27,
6° van het koninklijk besluit van 25 november 1991), hetzij in het 6° van het koninklijk besluit van 25 november 1991), hetzij in het
kader van een instapstage (artikel 36quater van het koninklijk besluit kader van een instapstage (artikel 36quater van het koninklijk besluit
van 25 november 1991). van 25 november 1991).

Art. 6.Van de in artikel 5 bedoelde inspanning van 0,05 pct. moet

Art. 6.Van de in artikel 5 bedoelde inspanning van 0,05 pct. moet

minstens de helft besteed worden aan initiatieven ten voordele van één minstens de helft besteed worden aan initiatieven ten voordele van één
of meerdere van de volgende groepen : of meerdere van de volgende groepen :
a. De in artikel 5, 5) bedoelde jongeren; a. De in artikel 5, 5) bedoelde jongeren;
b. De in artikel 5, 3) en 4) bedoelde personen die nog geen 26 jaar b. De in artikel 5, 3) en 4) bedoelde personen die nog geen 26 jaar
zijn. zijn.

Art. 7.Bovendien zal een bijkomende inspanning van 0,025 pct.

Art. 7.Bovendien zal een bijkomende inspanning van 0,025 pct.

voorbehouden worden voor de jongeren die nog geen 26 jaar zijn in voorbehouden worden voor de jongeren die nog geen 26 jaar zijn in
toepassing van de collectieve arbeidsovereenkomst "ingroeibanen" toepassing van de collectieve arbeidsovereenkomst "ingroeibanen"
afgesloten in het Paritair Comité voor de papier- en kartonbewerking afgesloten in het Paritair Comité voor de papier- en kartonbewerking
op 22 juni 2017. op 22 juni 2017.

Art. 8.Dit betekent concreet dat ingevolge artikelen 6 en 7, 0,05

Art. 8.Dit betekent concreet dat ingevolge artikelen 6 en 7, 0,05

pct. wordt besteed aan initiatieven ten voordele van jongeren die nog pct. wordt besteed aan initiatieven ten voordele van jongeren die nog
geen 26 jaar zijn en die tot de risicogroepen behoren en die geen 26 jaar zijn en die tot de risicogroepen behoren en die
rechtstreeks of onrechtstreeks leiden tot werk via het aanbod van de rechtstreeks of onrechtstreeks leiden tot werk via het aanbod van de
ingroeibanen. ingroeibanen.
HOOFDSTUK III. - Vorming HOOFDSTUK III. - Vorming

Art. 9.§ 1. Voor de periode 2017 en 2018 heeft elke onderneming een

Art. 9.§ 1. Voor de periode 2017 en 2018 heeft elke onderneming een

collectieve vormingsplicht van 2 kalenderdagen per FTE (gemiddeld) per collectieve vormingsplicht van 2 kalenderdagen per FTE (gemiddeld) per
jaar. Er wordt daarbij aanbevolen naar een goede spreiding over de jaar. Er wordt daarbij aanbevolen naar een goede spreiding over de
verschillende niveaus/klassen te streven. verschillende niveaus/klassen te streven.
De evaluatie van de realisatie van dit objectief zal gebeuren door de De evaluatie van de realisatie van dit objectief zal gebeuren door de
ondernemingsraad of, bij ontstentenis, door de syndicale afvaardiging. ondernemingsraad of, bij ontstentenis, door de syndicale afvaardiging.
Als geen van deze organen binnen de onderneming bestaat, zal de Als geen van deze organen binnen de onderneming bestaat, zal de
evaluatie gebeuren op basis van de gegevens die opgenomen zijn in de evaluatie gebeuren op basis van de gegevens die opgenomen zijn in de
sociale balans. sociale balans.
Teneinde de evaluatie op een éénduidige manier te laten verlopen, zal Teneinde de evaluatie op een éénduidige manier te laten verlopen, zal
een evaluatiesysteem worden uitgewerkt door een werkgroep, een evaluatiesysteem worden uitgewerkt door een werkgroep,
samengesteld in de schoot van het paritair comité. samengesteld in de schoot van het paritair comité.
§ 2. 25 pct. van de vorming kan buiten de werkuren worden § 2. 25 pct. van de vorming kan buiten de werkuren worden
georganiseerd. Deze vormingsuren zullen aan de arbeiders en georganiseerd. Deze vormingsuren zullen aan de arbeiders en
arbeidsters worden betaald tegen het gewone loon. arbeidsters worden betaald tegen het gewone loon.

Art. 10.Teneinde de groei naar meer vorming en opleidingstijd te

Art. 10.Teneinde de groei naar meer vorming en opleidingstijd te

stimuleren, conform de wet werkbaar en wendbaar werk, zal het stimuleren, conform de wet werkbaar en wendbaar werk, zal het
sectoraal opleidingsaanbod herbekeken, geanalyseerd en uitgebreid sectoraal opleidingsaanbod herbekeken, geanalyseerd en uitgebreid
worden. worden.
HOOFDSTUK IV. - Diversen HOOFDSTUK IV. - Diversen

Art. 11.Ondertekenende partijen komen overeen de deeltijdse arbeid op

Art. 11.Ondertekenende partijen komen overeen de deeltijdse arbeid op

vrijwillige basis aan te moedigen wanneer de arbeidsorganisatie zulks vrijwillige basis aan te moedigen wanneer de arbeidsorganisatie zulks
toelaat. toelaat.

Art. 12.De tewerkstelling van arbeiders en arbeidsters in het kader

Art. 12.De tewerkstelling van arbeiders en arbeidsters in het kader

van de activering van de werkloosheidsuitkeringen is enkel mogelijk na van de activering van de werkloosheidsuitkeringen is enkel mogelijk na
raadpleging van de vakbondsafvaardiging en voorlegging van het raadpleging van de vakbondsafvaardiging en voorlegging van het
voorstel aan de voorzitter van het paritair comité, die het zal voorstel aan de voorzitter van het paritair comité, die het zal
overmaken aan de organisaties vertegenwoordigd in het paritair comité. overmaken aan de organisaties vertegenwoordigd in het paritair comité.
Indien er binnen de 10 dagen na verzending geen negatieve reactie Indien er binnen de 10 dagen na verzending geen negatieve reactie
komt, is het voorstel aanvaard. komt, is het voorstel aanvaard.

Art. 13.Partijen verbinden er zich toe, rekening houdende met de

Art. 13.Partijen verbinden er zich toe, rekening houdende met de

beschikbare banen binnen de onderneming, de mogelijkheid te beschikbare banen binnen de onderneming, de mogelijkheid te
onderzoeken van wederinschakeling van werknemers die het slachtoffer onderzoeken van wederinschakeling van werknemers die het slachtoffer
zijn geworden van een arbeidsongeval. Er wordt aanbevolen bij het zijn geworden van een arbeidsongeval. Er wordt aanbevolen bij het
aanwerven van mindervaliden gebruik te maken van subsidies van de aanwerven van mindervaliden gebruik te maken van subsidies van de
regionale overheid om de arbeidsposten aan te passen teneinde de regionale overheid om de arbeidsposten aan te passen teneinde de
werkgelegenheid ten behoeve van mindervaliden, waar mogelijk, te werkgelegenheid ten behoeve van mindervaliden, waar mogelijk, te
bevorderen. bevorderen.
HOOFDSTUK V. - Werkbaar werk HOOFDSTUK V. - Werkbaar werk

Art. 14.De sector richt een begeleidingscomité op dat in 2017 een

Art. 14.De sector richt een begeleidingscomité op dat in 2017 een

aantal dossiers zal goedkeuren en opvolgen : de zogenaamde aantal dossiers zal goedkeuren en opvolgen : de zogenaamde
proefwerven. Na evaluatie zal dit project uitgebreid worden naar de proefwerven. Na evaluatie zal dit project uitgebreid worden naar de
andere ondernemingen van de sector in 2018. andere ondernemingen van de sector in 2018.
Dit comité zal een menu uitwerken waarrond zal gewerkt worden op maat Dit comité zal een menu uitwerken waarrond zal gewerkt worden op maat
van de proefondernemingen en hun werknemers. van de proefondernemingen en hun werknemers.
Ter ondersteuning en motivering van deze projecten zal voor een Ter ondersteuning en motivering van deze projecten zal voor een
periode van 2 jaar een budget voorzien worden in het fonds voor periode van 2 jaar een budget voorzien worden in het fonds voor
bestaanszekerheid van de arbeiders en het sociaal fonds van de bestaanszekerheid van de arbeiders en het sociaal fonds van de
bedienden dat gezamenlijk zal worden beheerd in een werkbaarheidsfonds bedienden dat gezamenlijk zal worden beheerd in een werkbaarheidsfonds
door de sociale partners met het oog op de uitbouw van een duurzaam door de sociale partners met het oog op de uitbouw van een duurzaam
werkbaarheidsproject. werkbaarheidsproject.
HOOFDSTUK VI. - Slotbepalingen HOOFDSTUK VI. - Slotbepalingen

Art. 15.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1

Art. 15.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1

januari 2017 en loopt tot 31 december 2018. Ingeval van wetswijziging januari 2017 en loopt tot 31 december 2018. Ingeval van wetswijziging
kan deze collectieve arbeidsovereenkomst op verzoek van de meest kan deze collectieve arbeidsovereenkomst op verzoek van de meest
gerede partij tussentijds worden aangepast. gerede partij tussentijds worden aangepast.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 31 januari Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 31 januari
2018. 2018.
De Minister van Werk, De Minister van Werk,
K. PEETERS K. PEETERS
^