Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 12 april 2017, gesloten in het Paritair Comité voor de stoffering en de houtbewerking, betreffende het SWT "zware beroepen - residuair stelsel - op 58 of 59 jaar" | Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 12 april 2017, gesloten in het Paritair Comité voor de stoffering en de houtbewerking, betreffende het SWT "zware beroepen - residuair stelsel - op 58 of 59 jaar" |
---|---|
FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG | FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG |
30 AUGUSTUS 2017. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend | 30 AUGUSTUS 2017. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend |
wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 12 april 2017, | wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 12 april 2017, |
gesloten in het Paritair Comité voor de stoffering en de | gesloten in het Paritair Comité voor de stoffering en de |
houtbewerking, betreffende het SWT "zware beroepen - residuair stelsel | houtbewerking, betreffende het SWT "zware beroepen - residuair stelsel |
- op 58 of 59 jaar" (1) | - op 58 of 59 jaar" (1) |
FILIP, Koning der Belgen, | FILIP, Koning der Belgen, |
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve | Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve |
arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel | arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel |
28; | 28; |
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de stoffering en de | Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de stoffering en de |
houtbewerking; | houtbewerking; |
Op de voordracht van de Minister van Werk, | Op de voordracht van de Minister van Werk, |
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 12 april 2017, | overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 12 april 2017, |
gesloten in het Paritair Comité voor de stoffering en de | gesloten in het Paritair Comité voor de stoffering en de |
houtbewerking, betreffende het SWT "zware beroepen - residuair stelsel | houtbewerking, betreffende het SWT "zware beroepen - residuair stelsel |
- op 58 of 59 jaar". | - op 58 of 59 jaar". |
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van |
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van |
dit besluit. | dit besluit. |
Gegeven te Brussel, 30 augustus 2017. | Gegeven te Brussel, 30 augustus 2017. |
FILIP | FILIP |
Van Koningswege : | Van Koningswege : |
De Minister van Werk, | De Minister van Werk, |
K. PEETERS | K. PEETERS |
_______ | _______ |
Nota | Nota |
(1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : | (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : |
Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. | Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. |
Bijlage | Bijlage |
Paritair Comité voor de stoffering en de houtbewerking | Paritair Comité voor de stoffering en de houtbewerking |
Collectieve arbeidsovereenkomst van 12 april 2017 | Collectieve arbeidsovereenkomst van 12 april 2017 |
SWT "zware beroepen - residuair stelsel - op 58 of 59 jaar" | SWT "zware beroepen - residuair stelsel - op 58 of 59 jaar" |
(Overeenkomst geregistreerd op 16 mei 2017 onder het nummer | (Overeenkomst geregistreerd op 16 mei 2017 onder het nummer |
139262/CO/126) | 139262/CO/126) |
HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied | HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied |
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op |
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op |
de werkgevers en arbeiders/sters van de ondernemingen die ressorteren | de werkgevers en arbeiders/sters van de ondernemingen die ressorteren |
onder de bevoegdheid van het Paritair Comité voor de stoffering en de | onder de bevoegdheid van het Paritair Comité voor de stoffering en de |
houtbewerking. | houtbewerking. |
Art. 2.Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten in het |
Art. 2.Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten in het |
raam van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 van de Nationale | raam van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 van de Nationale |
Arbeidsraad van 19 december 1974 (Belgisch Staatsblad van 31 januari | Arbeidsraad van 19 december 1974 (Belgisch Staatsblad van 31 januari |
1975), de wet houdende het Generatiepact van 23 december 2005 | 1975), de wet houdende het Generatiepact van 23 december 2005 |
(Belgisch Staatsblad van 30 december 2005), de programmawet van 29 | (Belgisch Staatsblad van 30 december 2005), de programmawet van 29 |
maart 2012 (Belgisch Staatsblad van 6 april 2012) en hun | maart 2012 (Belgisch Staatsblad van 6 april 2012) en hun |
uitvoeringsbesluiten, te weten het koninklijk besluit van 3 mei 2007 | uitvoeringsbesluiten, te weten het koninklijk besluit van 3 mei 2007 |
tot regeling van het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag en | tot regeling van het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag en |
het koninklijk besluit van 30 december 2014 tot wijziging van het | het koninklijk besluit van 30 december 2014 tot wijziging van het |
koninklijk besluit van 3 mei 2007 tot regeling van het stelsel van | koninklijk besluit van 3 mei 2007 tot regeling van het stelsel van |
werkloosheid met bedrijfstoeslag en de collectieve arbeidsovereenkomst | werkloosheid met bedrijfstoeslag en de collectieve arbeidsovereenkomst |
nr. 122 van 21 maart 2017. | nr. 122 van 21 maart 2017. |
Art. 3.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op alle |
Art. 3.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op alle |
arbeiders die door een arbeidsovereenkomst zijn verbonden, voor zover | arbeiders die door een arbeidsovereenkomst zijn verbonden, voor zover |
zij aanspraak kunnen maken op de werkloosheidsvergoeding en voldoen | zij aanspraak kunnen maken op de werkloosheidsvergoeding en voldoen |
aan de leeftijds- en loopbaanvoorwaarden bepaald in de artikelen 4 en | aan de leeftijds- en loopbaanvoorwaarden bepaald in de artikelen 4 en |
5. | 5. |
HOOFDSTUK II. - Leeftijds- en loopbaanvoorwaarden | HOOFDSTUK II. - Leeftijds- en loopbaanvoorwaarden |
Art. 4.Leeftijdsvoorwaarde en algemene loopbaanvoorwaarden |
Art. 4.Leeftijdsvoorwaarde en algemene loopbaanvoorwaarden |
§ 1. Kunnen na ontslag, behalve om dringende reden, tijdens de | § 1. Kunnen na ontslag, behalve om dringende reden, tijdens de |
geldigheidsduur van deze collectieve arbeidsovereenkomst, aanspraak | geldigheidsduur van deze collectieve arbeidsovereenkomst, aanspraak |
maken op dit sectoraal stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag, | maken op dit sectoraal stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag, |
de arbeid(st)ers die op het ogenblik van de beëindiging van de | de arbeid(st)ers die op het ogenblik van de beëindiging van de |
arbeidsovereenkomst 35 jaar beroepsverleden als loontrekkende kunnen | arbeidsovereenkomst 35 jaar beroepsverleden als loontrekkende kunnen |
rechtvaardigen en gewerkt hebben in een zwaar beroep. Van deze 35 jaar | rechtvaardigen en gewerkt hebben in een zwaar beroep. Van deze 35 jaar |
moeten : | moeten : |
- ofwel minstens 5 jaar, gerekend van datum tot datum, een zwaar | - ofwel minstens 5 jaar, gerekend van datum tot datum, een zwaar |
beroep behelzen. Deze periode van 5 jaar moet gelegen zijn in de loop | beroep behelzen. Deze periode van 5 jaar moet gelegen zijn in de loop |
van de laatste 10 kalenderjaren, gerekend van datum tot datum, vóór | van de laatste 10 kalenderjaren, gerekend van datum tot datum, vóór |
het einde van de arbeidsovereenkomst; | het einde van de arbeidsovereenkomst; |
- ofwel minstens 7 jaar, gerekend van datum tot datum, een zwaar | - ofwel minstens 7 jaar, gerekend van datum tot datum, een zwaar |
beroep behelzen. Deze periode van 7 jaar moet gelegen zijn in de loop | beroep behelzen. Deze periode van 7 jaar moet gelegen zijn in de loop |
van de laatste 15 kalenderjaren, gerekend van datum tot datum, vóór | van de laatste 15 kalenderjaren, gerekend van datum tot datum, vóór |
het einde van de arbeidsovereenkomst. | het einde van de arbeidsovereenkomst. |
Wordt als zwaar beroep beschouwd : | Wordt als zwaar beroep beschouwd : |
- het werk in wisselende ploegen, meer bepaald de ploegenarbeid in | - het werk in wisselende ploegen, meer bepaald de ploegenarbeid in |
minstens twee ploegen van minstens twee werknemers, die hetzelfde werk | minstens twee ploegen van minstens twee werknemers, die hetzelfde werk |
doen, zowel qua inhoud als qua omvang en die elkaar in de loop van de | doen, zowel qua inhoud als qua omvang en die elkaar in de loop van de |
dag opvolgen zonder dat er een onderbreking is tussen de opeenvolgende | dag opvolgen zonder dat er een onderbreking is tussen de opeenvolgende |
ploegen en zonder dat de overlapping meer bedraagt dan één vierde van | ploegen en zonder dat de overlapping meer bedraagt dan één vierde van |
hun dagtaak, op voorwaarde dat de werknemer van ploegen alterneert; | hun dagtaak, op voorwaarde dat de werknemer van ploegen alterneert; |
- het werk in onderbroken diensten waarbij de werknemer permanent | - het werk in onderbroken diensten waarbij de werknemer permanent |
werkt in dagprestaties waarvan de begintijd en de eindtijd minimum 11 | werkt in dagprestaties waarvan de begintijd en de eindtijd minimum 11 |
uur uit elkaar liggen met een onderbreking van minstens 3 uur en | uur uit elkaar liggen met een onderbreking van minstens 3 uur en |
minimumprestaties van 7 uur. Onder "permanent" verstaat men : dat de | minimumprestaties van 7 uur. Onder "permanent" verstaat men : dat de |
onderbroken dienst de gewone arbeidsregeling van de werknemer vormt en | onderbroken dienst de gewone arbeidsregeling van de werknemer vormt en |
dat hij niet occasioneel in een dergelijke dienst wordt tewerkgesteld; | dat hij niet occasioneel in een dergelijke dienst wordt tewerkgesteld; |
- het werk in een arbeidsregime zoals bedoeld in artikel 1 van de | - het werk in een arbeidsregime zoals bedoeld in artikel 1 van de |
collectieve arbeidsovereenkomst nr. 46, gesloten op 23 maart 1990 en | collectieve arbeidsovereenkomst nr. 46, gesloten op 23 maart 1990 en |
algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 10 mei 1990. | algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 10 mei 1990. |
§ 2. Voor de periode van 1 januari 2017 tot 31 december 2017 wordt de | § 2. Voor de periode van 1 januari 2017 tot 31 december 2017 wordt de |
leeftijd vanaf welke dit stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag | leeftijd vanaf welke dit stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag |
kan worden toegekend vastgesteld op 58 jaar. | kan worden toegekend vastgesteld op 58 jaar. |
De arbeider moet worden ontslagen in 2017 en de leeftijd van 58 jaar | De arbeider moet worden ontslagen in 2017 en de leeftijd van 58 jaar |
of ouder hebben bereikt uiterlijk op 31 december 2017 en op het | of ouder hebben bereikt uiterlijk op 31 december 2017 en op het |
ogenblik van de beëindiging van de arbeidsovereenkomst. | ogenblik van de beëindiging van de arbeidsovereenkomst. |
De arbeider die voldoet aan de voorwaarden en wiens opzeggingstermijn | De arbeider die voldoet aan de voorwaarden en wiens opzeggingstermijn |
na 31 december 2017 verstrijkt, behoudt het recht op bedrijfstoeslag. | na 31 december 2017 verstrijkt, behoudt het recht op bedrijfstoeslag. |
§ 3. Voor de periode van 1 januari 2018 tot 31 december 2018 wordt de | § 3. Voor de periode van 1 januari 2018 tot 31 december 2018 wordt de |
leeftijd vanaf welke dit stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag | leeftijd vanaf welke dit stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag |
kan worden toegekend vastgesteld op 59 jaar. | kan worden toegekend vastgesteld op 59 jaar. |
De arbeider moet worden ontslagen in 2018 en de leeftijd van 59 jaar | De arbeider moet worden ontslagen in 2018 en de leeftijd van 59 jaar |
of ouder hebben bereikt uiterlijk op 31 december 2018 en op het | of ouder hebben bereikt uiterlijk op 31 december 2018 en op het |
ogenblik van de beëindiging van de arbeidsovereenkomst. | ogenblik van de beëindiging van de arbeidsovereenkomst. |
De arbeider die voldoet aan de voorwaarden en wiens opzeggingstermijn | De arbeider die voldoet aan de voorwaarden en wiens opzeggingstermijn |
na 31 december 2018 verstrijkt, behoudt het recht op bedrijfstoeslag. | na 31 december 2018 verstrijkt, behoudt het recht op bedrijfstoeslag. |
Art. 5.Bijkomende loopbaanvoorwaarde |
Art. 5.Bijkomende loopbaanvoorwaarde |
§ 1. Om echter recht te kunnen laten gelden op het SWT, dient de | § 1. Om echter recht te kunnen laten gelden op het SWT, dient de |
arbeider/ster niet alleen de door de wetgeving gestelde | arbeider/ster niet alleen de door de wetgeving gestelde |
loopbaanvereiste te vervullen, doch dient hij/zij bovendien een | loopbaanvereiste te vervullen, doch dient hij/zij bovendien een |
loopbaan te kunnen bewijzen van ten minste 15 jaar bij de werkgever | loopbaan te kunnen bewijzen van ten minste 15 jaar bij de werkgever |
die hem/haar ontslaat. Indien de arbeider/ster dit bewijs niet kan | die hem/haar ontslaat. Indien de arbeider/ster dit bewijs niet kan |
leveren, dient hij/zij een loopbaan te bewijzen van minimum 20 jaar in | leveren, dient hij/zij een loopbaan te bewijzen van minimum 20 jaar in |
de sector waarvan minstens 8 jaar bij de werkgever die hem/haar | de sector waarvan minstens 8 jaar bij de werkgever die hem/haar |
ontslaat. De loopbaan dient te worden berekend van datum tot datum. | ontslaat. De loopbaan dient te worden berekend van datum tot datum. |
§ 2. Uitzondering wordt echter gemaakt voor de arbeider/ster die het | § 2. Uitzondering wordt echter gemaakt voor de arbeider/ster die het |
slachtoffer werd van een faillissement, een sluiting of een | slachtoffer werd van een faillissement, een sluiting of een |
herstructurering van een onderneming uit de sector stoffering en | herstructurering van een onderneming uit de sector stoffering en |
houtbewerking, die daarna werd aangeworven door een andere werkgever | houtbewerking, die daarna werd aangeworven door een andere werkgever |
van de sector en op het ogenblik van deze aanwerving 50 jaar of ouder | van de sector en op het ogenblik van deze aanwerving 50 jaar of ouder |
was. | was. |
Deze werknemer kan op de leeftijd van 58 jaar niet altijd voldoen aan | Deze werknemer kan op de leeftijd van 58 jaar niet altijd voldoen aan |
de vereiste, het bewijs te leveren van 8 jaar bij de werkgever die | de vereiste, het bewijs te leveren van 8 jaar bij de werkgever die |
ontslaat. Toch zal hij het SWT kunnen genieten indien hij het bewijs | ontslaat. Toch zal hij het SWT kunnen genieten indien hij het bewijs |
levert van een loopbaan van ten minste twintig jaar in de sector. | levert van een loopbaan van ten minste twintig jaar in de sector. |
HOOFDSTUK III. - Bedrijfstoeslag | HOOFDSTUK III. - Bedrijfstoeslag |
Art. 6.De arbeiders omschreven in artikel 3 hebben recht op een |
Art. 6.De arbeiders omschreven in artikel 3 hebben recht op een |
bedrijfstoeslag ten laste van de werkgever op voorwaarde dat zij | bedrijfstoeslag ten laste van de werkgever op voorwaarde dat zij |
aanspraak kunnen maken op de werkloosheidsuitkeringen in het kader van | aanspraak kunnen maken op de werkloosheidsuitkeringen in het kader van |
het SWT. Deze bedrijfstoeslag wordt maandelijks uitbetaald. | het SWT. Deze bedrijfstoeslag wordt maandelijks uitbetaald. |
Art. 7.De bedrijfstoeslag, volgens de berekeningsmethode bepaald door |
Art. 7.De bedrijfstoeslag, volgens de berekeningsmethode bepaald door |
het paritair comité, wordt toegekend tot de pensioengerechtigde | het paritair comité, wordt toegekend tot de pensioengerechtigde |
leeftijd. | leeftijd. |
De bedrijfstoeslag bestaat uit de helft (50 pct.) van het verschil | De bedrijfstoeslag bestaat uit de helft (50 pct.) van het verschil |
tussen de werkloosheidsvergoeding en het netto refertemaandloon. De | tussen de werkloosheidsvergoeding en het netto refertemaandloon. De |
sociale en/of fiscale afhoudingen op de bedrijfstoeslag vallen ten | sociale en/of fiscale afhoudingen op de bedrijfstoeslag vallen ten |
laste van de arbeider. | laste van de arbeider. |
De bedrijfstoeslag voor SWT van de arbeider die gebruik maakt van een | De bedrijfstoeslag voor SWT van de arbeider die gebruik maakt van een |
landingsbaan in het kader van de collectieve arbeidsovereenkomsten | landingsbaan in het kader van de collectieve arbeidsovereenkomsten |
nrs. 77 en 103 van de Nationale arbeidsraad, wordt berekend op basis | nrs. 77 en 103 van de Nationale arbeidsraad, wordt berekend op basis |
van het bruto refertemaandloon, omgerekend naar een voltijdse | van het bruto refertemaandloon, omgerekend naar een voltijdse |
betrekking. | betrekking. |
Het netto refertemaandloon wordt berekend rekening houdend met de | Het netto refertemaandloon wordt berekend rekening houdend met de |
werkbonus toegekend aan werknemers met een laag loon. | werkbonus toegekend aan werknemers met een laag loon. |
Art. 8.De bedrijfstoeslag, zoals bepaald in artikel 7, is gekoppeld |
Art. 8.De bedrijfstoeslag, zoals bepaald in artikel 7, is gekoppeld |
aan de evolutie van het indexcijfer, zoals dat is voorzien in de | aan de evolutie van het indexcijfer, zoals dat is voorzien in de |
artikelen 5 tot en met 10 van hoofdstuk IV van de sectorale | artikelen 5 tot en met 10 van hoofdstuk IV van de sectorale |
collectieve arbeidsovereenkomst inzake de loon- en arbeidsvoorwaarden. | collectieve arbeidsovereenkomst inzake de loon- en arbeidsvoorwaarden. |
Art. 9.De bedrijfstoeslag waarvan het bedrag bepaald volgens |
Art. 9.De bedrijfstoeslag waarvan het bedrag bepaald volgens |
artikelen 7 en 8 lager is dan 123,50 EUR per maand, wordt verhoogd tot | artikelen 7 en 8 lager is dan 123,50 EUR per maand, wordt verhoogd tot |
123,50 EUR. | 123,50 EUR. |
Deze verhoging zal evenwel nooit tot gevolg hebben dat het totale | Deze verhoging zal evenwel nooit tot gevolg hebben dat het totale |
bruto maandbedrag van de werkloosheidsuitkering en de aanvullende | bruto maandbedrag van de werkloosheidsuitkering en de aanvullende |
vergoeding samen hoger ligt dan de toepasselijke inhoudingsgrenzen | vergoeding samen hoger ligt dan de toepasselijke inhoudingsgrenzen |
zoals bepaald in artikel 130 van de wet van 27 december 2006 (na | zoals bepaald in artikel 130 van de wet van 27 december 2006 (na |
indexering en herwaardering). De verhoging van de aanvullende | indexering en herwaardering). De verhoging van de aanvullende |
vergoeding wordt in voorkomend geval beperkt tot beloop van de | vergoeding wordt in voorkomend geval beperkt tot beloop van de |
toepasselijke inhoudingsgrens. | toepasselijke inhoudingsgrens. |
Art. 10.De werkgever kan de bedrijfstoeslagen die hij betaalde, na |
Art. 10.De werkgever kan de bedrijfstoeslagen die hij betaalde, na |
afloop van elk kalenderjaar terugvorderen bij het "Fonds voor | afloop van elk kalenderjaar terugvorderen bij het "Fonds voor |
bestaanszekerheid voor de stoffering en de houtbewerking" (FBZ). | bestaanszekerheid voor de stoffering en de houtbewerking" (FBZ). |
Hetzelfde geldt voor de eventuele verhoging van de bedrijfstoeslag in | Hetzelfde geldt voor de eventuele verhoging van de bedrijfstoeslag in |
toepassing van artikel 9 van deze collectieve arbeidsovereenkomst. | toepassing van artikel 9 van deze collectieve arbeidsovereenkomst. |
Daarbij zijn de volgende regels van toepassing : | Daarbij zijn de volgende regels van toepassing : |
- De terugvordering moet door de werkgever of zijn gemachtigde worden | - De terugvordering moet door de werkgever of zijn gemachtigde worden |
ingediend met de formulieren die daartoe door het FBZ worden ter | ingediend met de formulieren die daartoe door het FBZ worden ter |
beschikking gesteld; | beschikking gesteld; |
- De terugvordering slaat op de bedrijfstoeslagen die de werkgever | - De terugvordering slaat op de bedrijfstoeslagen die de werkgever |
betaalde in het kalenderjaar X. De terugvorderingen kunnen worden | betaalde in het kalenderjaar X. De terugvorderingen kunnen worden |
ingediend tot het einde van het kalenderjaar X+1; | ingediend tot het einde van het kalenderjaar X+1; |
- De terugbetaling door het FBZ is beperkt tot maximaal 94,20 EUR van | - De terugbetaling door het FBZ is beperkt tot maximaal 94,20 EUR van |
de bruto bedrijfstoeslag per maand. Het terugbetaalde bedrag wordt | de bruto bedrijfstoeslag per maand. Het terugbetaalde bedrag wordt |
gekoppeld aan de indexeringen en herwaarderingen zoals die van | gekoppeld aan de indexeringen en herwaarderingen zoals die van |
toepassing zijn op de betaalde bedrijfstoeslagen. De DECAVA-bijdragen | toepassing zijn op de betaalde bedrijfstoeslagen. De DECAVA-bijdragen |
worden niet terugbetaald. Ten aanzien van de eventuele verhoging van | worden niet terugbetaald. Ten aanzien van de eventuele verhoging van |
de bedrijfstoeslag in toepassing van artikel 9 van deze collectieve | de bedrijfstoeslag in toepassing van artikel 9 van deze collectieve |
arbeidsovereenkomst heeft de terugbetaling betrekking op het verschil | arbeidsovereenkomst heeft de terugbetaling betrekking op het verschil |
tussen het verhoogde bedrag en het oorspronkelijk berekende, | tussen het verhoogde bedrag en het oorspronkelijk berekende, |
geïndexeerde en geherwaardeerde bedrag van de bedrijfstoeslag; | geïndexeerde en geherwaardeerde bedrag van de bedrijfstoeslag; |
- De terugbetaling is afhankelijk van het voldoen aan de voorwaarden | - De terugbetaling is afhankelijk van het voldoen aan de voorwaarden |
bepaald in de artikelen 4 en 5 van deze collectieve | bepaald in de artikelen 4 en 5 van deze collectieve |
arbeidsovereenkomst. | arbeidsovereenkomst. |
Art. 11.De bedrijfstoeslag zal door de werkgever worden doorbetaald |
Art. 11.De bedrijfstoeslag zal door de werkgever worden doorbetaald |
bij een eventuele werkhervatting van de ontslagen werknemer, hetzij | bij een eventuele werkhervatting van de ontslagen werknemer, hetzij |
als loontrekkende, hetzij als zelfstandige. | als loontrekkende, hetzij als zelfstandige. |
De ontslagen werknemer zal zijn ex-werkgever vooraf op de hoogte | De ontslagen werknemer zal zijn ex-werkgever vooraf op de hoogte |
brengen van zijn werkhervatting, alsook van de stopzetting ervan. | brengen van zijn werkhervatting, alsook van de stopzetting ervan. |
Art. 12.De opzegging van de individuele arbeidsovereenkomst van de |
Art. 12.De opzegging van de individuele arbeidsovereenkomst van de |
arbeider zal slechts worden gegeven als blijkt dat de betrokken | arbeider zal slechts worden gegeven als blijkt dat de betrokken |
arbeider in aanmerking komt voor SWT, onder meer wat de leeftijds- en | arbeider in aanmerking komt voor SWT, onder meer wat de leeftijds- en |
loopbaanvereisten betreft zoals bepaald in de artikelen 4 en 5. | loopbaanvereisten betreft zoals bepaald in de artikelen 4 en 5. |
Art. 13.De werkgever die met het oog op het SWT zijn arbeider |
Art. 13.De werkgever die met het oog op het SWT zijn arbeider |
ontslaat, is - behoudens vrijstelling - verplicht deze te vervangen | ontslaat, is - behoudens vrijstelling - verplicht deze te vervangen |
door een volledig uitkeringsgerechtigde werkloze of door een andere | door een volledig uitkeringsgerechtigde werkloze of door een andere |
persoon, zoals voorzien bij koninklijk besluit van 3 mei 2007 en | persoon, zoals voorzien bij koninklijk besluit van 3 mei 2007 en |
binnen de termijn in dit koninklijk besluit bepaald. | binnen de termijn in dit koninklijk besluit bepaald. |
In de vervanging moet worden voorzien gedurende ten minste zesendertig | In de vervanging moet worden voorzien gedurende ten minste zesendertig |
maanden. Bij niet-vervanging worden de sancties toegepast voorzien in | maanden. Bij niet-vervanging worden de sancties toegepast voorzien in |
het koninklijk besluit van 3 mei 2007. | het koninklijk besluit van 3 mei 2007. |
HOOFDSTUK IV. - Geldigheidsduur | HOOFDSTUK IV. - Geldigheidsduur |
Art. 14.De collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 |
Art. 14.De collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 |
januari 2017 en houdt op van kracht te zijn op 1 januari 2019. | januari 2017 en houdt op van kracht te zijn op 1 januari 2019. |
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 30 augustus | Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 30 augustus |
2017. | 2017. |
De Minister van Werk, | De Minister van Werk, |
K. PEETERS | K. PEETERS |