Etaamb.openjustice.be
Meertalige weergave van Koninklijk Besluit van 29/09/2019
← Terug naar "Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 4 april 2019, gesloten in het Paritair Subcomité voor de bedienden van de inrichtingen van het gesubsidieerd vrij onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap, tot oprichting van het "Fonds tweede pijler PSC 225.01" en tot vaststelling van zijn statuten "
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 4 april 2019, gesloten in het Paritair Subcomité voor de bedienden van de inrichtingen van het gesubsidieerd vrij onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap, tot oprichting van het "Fonds tweede pijler PSC 225.01" en tot vaststelling van zijn statuten Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 4 april 2019, gesloten in het Paritair Subcomité voor de bedienden van de inrichtingen van het gesubsidieerd vrij onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap, tot oprichting van het "Fonds tweede pijler PSC 225.01" en tot vaststelling van zijn statuten
FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG
29 SEPTEMBER 2019. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend 29 SEPTEMBER 2019. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend
wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 4 april 2019, wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 4 april 2019,
gesloten in het Paritair Subcomité voor de bedienden van de gesloten in het Paritair Subcomité voor de bedienden van de
inrichtingen van het gesubsidieerd vrij onderwijs van de Vlaamse inrichtingen van het gesubsidieerd vrij onderwijs van de Vlaamse
Gemeenschap, tot oprichting van het "Fonds tweede pijler PSC 225.01" Gemeenschap, tot oprichting van het "Fonds tweede pijler PSC 225.01"
en tot vaststelling van zijn statuten (1) en tot vaststelling van zijn statuten (1)
FILIP, Koning der Belgen, FILIP, Koning der Belgen,
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve
arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel
28; 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de bedienden van Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de bedienden van
de inrichtingen van het gesubsidieerd vrij onderwijs van de Vlaamse de inrichtingen van het gesubsidieerd vrij onderwijs van de Vlaamse
Gemeenschap; Gemeenschap;
Op de voordracht van de Minister van Werk, Op de voordracht van de Minister van Werk,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage

overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 4 april 2019, gesloten overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 4 april 2019, gesloten
in het Paritair Subcomité voor de bedienden van de inrichtingen van in het Paritair Subcomité voor de bedienden van de inrichtingen van
het gesubsidieerd vrij onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap, tot het gesubsidieerd vrij onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap, tot
oprichting van het "Fonds tweede pijler PSC 225.01" en tot oprichting van het "Fonds tweede pijler PSC 225.01" en tot
vaststelling van zijn statuten. vaststelling van zijn statuten.

Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van

Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van

dit besluit. dit besluit.
Gegeven te Brussel, 29 september 2019. Gegeven te Brussel, 29 september 2019.
FILIP FILIP
Van Koningswege : Van Koningswege :
De Minister van Werk, De Minister van Werk,
W. BEKE W. BEKE
_______ _______
Nota Nota
(1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad :
Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.
Bijlage Bijlage
Paritair Subcomité voor de bedienden van de inrichtingen van het Paritair Subcomité voor de bedienden van de inrichtingen van het
gesubsidieerd vrij onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap gesubsidieerd vrij onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap
Collectieve arbeidsovereenkomst van 4 april 2019 Collectieve arbeidsovereenkomst van 4 april 2019
Oprichting van het "Fonds tweede pijler PSC 225.01" en vaststelling Oprichting van het "Fonds tweede pijler PSC 225.01" en vaststelling
van zijn statuten (Overeenkomst geregistreerd op 16 mei 2019 onder het van zijn statuten (Overeenkomst geregistreerd op 16 mei 2019 onder het
nummer 151591/CO/225.01) nummer 151591/CO/225.01)
TITEL I. - Doelstelling en toepassingsgebied TITEL I. - Doelstelling en toepassingsgebied

Art. 3.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft als doel de

Art. 3.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft als doel de

oprichting en de statuten van het "Fonds tweede pijler PSC 225.01" te oprichting en de statuten van het "Fonds tweede pijler PSC 225.01" te
regelen. regelen.

Art. 4.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de

Art. 4.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de

werkgevers en op de werknemers van de inrichtingen van het werkgevers en op de werknemers van de inrichtingen van het
gesubsidieerd vrij onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap die gesubsidieerd vrij onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap die
ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de bedienden van de ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de bedienden van de
inrichtingen van het gesubsidieerd vrij onderwijs van de Vlaamse inrichtingen van het gesubsidieerd vrij onderwijs van de Vlaamse
Gemeenschap, met uitzondering van de hogescholen. Gemeenschap, met uitzondering van de hogescholen.
Onder "werknemers" wordt verstaan : de mannelijke en vrouwelijke Onder "werknemers" wordt verstaan : de mannelijke en vrouwelijke
bedienden. bedienden.

Art. 5.De partijen vragen de algemeen verbindend verklaring van deze

Art. 5.De partijen vragen de algemeen verbindend verklaring van deze

collectieve arbeidsovereenkomst aan. collectieve arbeidsovereenkomst aan.
TITEL II. - Statuten van het fonds tweede pijler TITEL II. - Statuten van het fonds tweede pijler
HOOFDSTUK I. - Oprichting, benaming en maatschappelijke zetel HOOFDSTUK I. - Oprichting, benaming en maatschappelijke zetel

Art. 6.Met ingang van 1 september 2018 wordt een fonds voor

Art. 6.Met ingang van 1 september 2018 wordt een fonds voor

bestaanszekerheid opgericht, onder de benaming "Fonds tweede pijler bestaanszekerheid opgericht, onder de benaming "Fonds tweede pijler
PSC 225.01", hierna F2P PSC 225.01 genoemd. PSC 225.01", hierna F2P PSC 225.01 genoemd.

Art. 7.Het F2P PSC 225.01 is opgericht in uitvoering van de wet van 7

Art. 7.Het F2P PSC 225.01 is opgericht in uitvoering van de wet van 7

januari 1958 betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid en in januari 1958 betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid en in
uitvoering van de bepalingen van hoofdstuk III van de wet op de uitvoering van de bepalingen van hoofdstuk III van de wet op de
aanvullende pensioenen van 28 april 2003, hierna WAP. aanvullende pensioenen van 28 april 2003, hierna WAP.

Art. 8.De maatschappelijke zetel van het F2P PSC 225.01 is gevestigd

Art. 8.De maatschappelijke zetel van het F2P PSC 225.01 is gevestigd

te 1040 Brussel, Guimardstraat 1. De zetel van het F2P PSC 225.01 kan te 1040 Brussel, Guimardstraat 1. De zetel van het F2P PSC 225.01 kan
echter verplaatst worden naar iedere andere plaats die bij een bij echter verplaatst worden naar iedere andere plaats die bij een bij
koninklijk besluit algemeen verbindend verklaarde collectieve koninklijk besluit algemeen verbindend verklaarde collectieve
arbeidsovereenkomst wordt vastgelegd. arbeidsovereenkomst wordt vastgelegd.
HOOFDSTUK II. - Doel HOOFDSTUK II. - Doel

Art. 9.Het F2P PSC 225.01 wordt belast met de taak van inrichter van

Art. 9.Het F2P PSC 225.01 wordt belast met de taak van inrichter van

het sociaal sectoraal pensioenplan zoals bepaald in de WAP. het sociaal sectoraal pensioenplan zoals bepaald in de WAP.

Art. 10.De opdracht tot inrichting van het sectoraal sociaal

Art. 10.De opdracht tot inrichting van het sectoraal sociaal

pensioenplan omvat : pensioenplan omvat :
a. de invoering, wijziging of opheffing van een sociaal sectoraal a. de invoering, wijziging of opheffing van een sociaal sectoraal
pensioenplan; pensioenplan;
b. de organisatie van alle noodzakelijke mededelingen naar de b. de organisatie van alle noodzakelijke mededelingen naar de
pensioeninstelling, de solidariteitsinstelling, de werkgevers, de pensioeninstelling, de solidariteitsinstelling, de werkgevers, de
aangeslotenen, de begunstigden of hun rechthebbenden; aangeslotenen, de begunstigden of hun rechthebbenden;
c. de organisatie van de financiering; c. de organisatie van de financiering;
d. de uitvoering van elke verplichting opgelegd door de wetgeving en d. de uitvoering van elke verplichting opgelegd door de wetgeving en
haar uitvoeringsbesluiten. haar uitvoeringsbesluiten.
HOOFDSTUK III. - Voordelen HOOFDSTUK III. - Voordelen

Art. 11.De pensioentoezegging en de solidariteitstoezegging vormen

Art. 11.De pensioentoezegging en de solidariteitstoezegging vormen

samen het sociaal sectoraal pensioenplan zoals in artikel 8 beoogd. samen het sociaal sectoraal pensioenplan zoals in artikel 8 beoogd.

Art. 12.De pensioentoezegging en de solidariteitstoezegging maken het

Art. 12.De pensioentoezegging en de solidariteitstoezegging maken het

voorwerp uit van een bij koninklijk besluit algemeen verbindend voorwerp uit van een bij koninklijk besluit algemeen verbindend
verklaarde collectieve arbeidsovereenkomst waarin de personen worden verklaarde collectieve arbeidsovereenkomst waarin de personen worden
vermeld die ervan kunnen genieten en waarin ook de aard en de vermeld die ervan kunnen genieten en waarin ook de aard en de
toekennings- en uitbetalingswijze ervan worden vastgesteld. toekennings- en uitbetalingswijze ervan worden vastgesteld.
HOOFDSTUK IV. - Financiering HOOFDSTUK IV. - Financiering

Art. 13.De bijdragen voor de financiering van het sociaal sectoraal

Art. 13.De bijdragen voor de financiering van het sociaal sectoraal

pensioenplan worden uitsluitend vastgelegd bij een bij koninklijk pensioenplan worden uitsluitend vastgelegd bij een bij koninklijk
besluit algemeen verbindend verklaarde collectieve besluit algemeen verbindend verklaarde collectieve
arbeidsovereenkomst. arbeidsovereenkomst.

Art. 14.Deze bijdragen worden geïnd en ingevorderd door de

Art. 14.Deze bijdragen worden geïnd en ingevorderd door de

Rijksdienst voor Sociale Zekerheid, hierna RSZ genoemd. Rijksdienst voor Sociale Zekerheid, hierna RSZ genoemd.
Overeenkomstig artikel 7 van de wet van 7 januari 1958 betreffende de Overeenkomstig artikel 7 van de wet van 7 januari 1958 betreffende de
fondsen voor bestaanszekerheid, zijn de wijzen van berekening, van fondsen voor bestaanszekerheid, zijn de wijzen van berekening, van
inning, van invordering van deze bijdragen en de eventuele verhogingen inning, van invordering van deze bijdragen en de eventuele verhogingen
van de bijdragen en verwijlinteresten dezelfde als deze voor de van de bijdragen en verwijlinteresten dezelfde als deze voor de
sociale zekerheidsbijdragen. sociale zekerheidsbijdragen.

Art. 15.De werkingskosten van het F2P PSC 225.01 worden jaarlijks

Art. 15.De werkingskosten van het F2P PSC 225.01 worden jaarlijks

vastgesteld door de raad van bestuur. vastgesteld door de raad van bestuur.

Art. 16.Het F2P PSC 225.01 verdeelt de bijdragen en stort deze door

Art. 16.Het F2P PSC 225.01 verdeelt de bijdragen en stort deze door

naar het financieringsfonds pensioen en het financieringsfonds naar het financieringsfonds pensioen en het financieringsfonds
solidariteit overeenkomstig de modaliteiten vastgelegd door de raad solidariteit overeenkomstig de modaliteiten vastgelegd door de raad
van bestuur. van bestuur.

Art. 17.De werkgever is verantwoordelijk voor de gevolgen die

Art. 17.De werkgever is verantwoordelijk voor de gevolgen die

voortvloeien uit alle onnauwkeurige, onvolledige, onjuiste of voortvloeien uit alle onnauwkeurige, onvolledige, onjuiste of
laattijdige inlichtingen die aangegeven worden aan de RSZ en die via laattijdige inlichtingen die aangegeven worden aan de RSZ en die via
het F2P PSC 225.01 aan de pensioeninstelling en de het F2P PSC 225.01 aan de pensioeninstelling en de
solidariteitsinstelling worden overgemaakt. solidariteitsinstelling worden overgemaakt.
HOOFDSTUK V. - Beheer HOOFDSTUK V. - Beheer

Art. 18.Het F2P PSC 225.01 wordt beheerd door een raad van bestuur,

Art. 18.Het F2P PSC 225.01 wordt beheerd door een raad van bestuur,

paritair samengesteld uit werkgevers- en werknemersvertegenwoordigers. paritair samengesteld uit werkgevers- en werknemersvertegenwoordigers.
Deze raad bestaat uit drie effectieve en drie plaatsvervangende Deze raad bestaat uit drie effectieve en drie plaatsvervangende
werkgeversafgevaardigden en drie effectieve en drie plaatsvervangende werkgeversafgevaardigden en drie effectieve en drie plaatsvervangende
werknemersafgevaardigden. werknemersafgevaardigden.
De leden van de raad van bestuur worden aangeduid door het paritair De leden van de raad van bestuur worden aangeduid door het paritair
subcomité onder de effectieve of plaatsvervangende leden van dit subcomité onder de effectieve of plaatsvervangende leden van dit
comité. Hun mandaat duurt 3 jaar en is stilzwijgend hernieuwbaar. comité. Hun mandaat duurt 3 jaar en is stilzwijgend hernieuwbaar.
Hun mandaat eindigt wanneer zij ophouden lid te zijn van het paritair Hun mandaat eindigt wanneer zij ophouden lid te zijn van het paritair
subcomité. In dat geval worden zij voor voleindiging van het mandaat subcomité. In dat geval worden zij voor voleindiging van het mandaat
vervangen door een lid van het paritair subcomité, behorend tot vervangen door een lid van het paritair subcomité, behorend tot
dezelfde groep als het lid wiens mandaat een einde nam. dezelfde groep als het lid wiens mandaat een einde nam.

Art. 19.Om de drie jaar duidt de raad van bestuur in zijn midden een

Art. 19.Om de drie jaar duidt de raad van bestuur in zijn midden een

voorzitter en een ondervoorzitter aan. Deze zijn herkiesbaar. Wanneer voorzitter en een ondervoorzitter aan. Deze zijn herkiesbaar. Wanneer
de voorzitter verhinderd is, oefent de ondervoorzitter diens functies de voorzitter verhinderd is, oefent de ondervoorzitter diens functies
uit. uit.

Art. 20.De raad van bestuur vergadert op bijeenroeping van de

Art. 20.De raad van bestuur vergadert op bijeenroeping van de

voorzitter. De voorzitter is ertoe gehouden de raad minstens éénmaal voorzitter. De voorzitter is ertoe gehouden de raad minstens éénmaal
per jaar bijeen te roepen, en telkens wanneer tenminste twee leden van per jaar bijeen te roepen, en telkens wanneer tenminste twee leden van
de raad van bestuur erom verzoeken. De oproepingen vermelden de de raad van bestuur erom verzoeken. De oproepingen vermelden de
agenda. agenda.
De verslagen worden opgemaakt door de secretaris, aangeduid door de De verslagen worden opgemaakt door de secretaris, aangeduid door de
raad van bestuur, en ondertekend door degene die de vergadering heeft raad van bestuur, en ondertekend door degene die de vergadering heeft
voorgezeten. voorgezeten.
Uittreksels uit deze notulen worden ondertekend door de voorzitter of Uittreksels uit deze notulen worden ondertekend door de voorzitter of
door twee bestuurders. door twee bestuurders.
De beslissingen worden genomen volgens de hierna volgende bepalingen : De beslissingen worden genomen volgens de hierna volgende bepalingen :
- bij gewone meerderheid (de helft van de stemmen van de aanwezige - bij gewone meerderheid (de helft van de stemmen van de aanwezige
leden + één) voor beslissingen betreffende de lopende zaken; leden + één) voor beslissingen betreffende de lopende zaken;
- bij 2/3-meerderheid van de stemmen van de aanwezige leden voor - bij 2/3-meerderheid van de stemmen van de aanwezige leden voor
beslissingen betreffende de statuten of de financiering van het fonds; beslissingen betreffende de statuten of de financiering van het fonds;
- bij unanimiteit van de stemmen van de aanwezige leden voor - bij unanimiteit van de stemmen van de aanwezige leden voor
beslissingen betreffende de ontbinding van het fonds, met respect van beslissingen betreffende de ontbinding van het fonds, met respect van
hetgeen in artikel 10 van de WAP wordt vermeld. hetgeen in artikel 10 van de WAP wordt vermeld.
De stemming is slechts geldig wanneer ten tenminste vier leden De stemming is slechts geldig wanneer ten tenminste vier leden
aanwezig zijn, waarvan de helft leden zijn die de werknemers aanwezig zijn, waarvan de helft leden zijn die de werknemers
vertegenwoordigen en de helft leden die de werkgevers vertegenwoordigen en de helft leden die de werkgevers
vertegenwoordigen en op voorwaarde dat het ter stemming gebrachte punt vertegenwoordigen en op voorwaarde dat het ter stemming gebrachte punt
duidelijk vermeld werd op de agenda van de bijeenkomst van de duidelijk vermeld werd op de agenda van de bijeenkomst van de
vergadering. vergadering.

Art. 21.De raad van bestuur heeft tot opdracht het fonds te beheren

Art. 21.De raad van bestuur heeft tot opdracht het fonds te beheren

en alle maatregelen te treffen die nodig blijken voor zijn goede en alle maatregelen te treffen die nodig blijken voor zijn goede
werking. Hij bezit de meest uitgebreide machten voor het beheer en het werking. Hij bezit de meest uitgebreide machten voor het beheer en het
besturen van het fonds. besturen van het fonds.
De raad van bestuur treedt in rechte op in naam van het fonds bij De raad van bestuur treedt in rechte op in naam van het fonds bij
monde van de voorzitter of van de bestuurder daartoe afgevaardigd. monde van de voorzitter of van de bestuurder daartoe afgevaardigd.
De raad van bestuur kan zijn machten geheel of ten dele overdragen aan De raad van bestuur kan zijn machten geheel of ten dele overdragen aan
één of meerdere van zijn leden of zelfs aan derden. één of meerdere van zijn leden of zelfs aan derden.
Om het fonds geldig te vertegenwoordigen tegenover derden volstaat Om het fonds geldig te vertegenwoordigen tegenover derden volstaat
voor alle akten, met uitzondering van deze waarvoor de raad bijzondere voor alle akten, met uitzondering van deze waarvoor de raad bijzondere
opdrachten heeft gegeven, de gezamenlijke handtekening van twee opdrachten heeft gegeven, de gezamenlijke handtekening van twee
bestuurders (één van iedere groep) zonder dat deze bestuurders enige bestuurders (één van iedere groep) zonder dat deze bestuurders enige
voorafgaande beraadslaging of machtiging moeten kunnen aantonen. voorafgaande beraadslaging of machtiging moeten kunnen aantonen.
De bestuurders zijn slechts verantwoordelijk voor de uitvoering van De bestuurders zijn slechts verantwoordelijk voor de uitvoering van
hun mandaat en zij gaan geen enkele persoonlijke verplichting aan ten hun mandaat en zij gaan geen enkele persoonlijke verplichting aan ten
gevolge van hun beheer ten opzichte van de verbintenissen van het gevolge van hun beheer ten opzichte van de verbintenissen van het
fonds. fonds.
HOOFDSTUK VI. - Balans en rekeningen HOOFDSTUK VI. - Balans en rekeningen

Art. 22.Het dienstjaar neemt een aanvang op 1 januari en sluit op 31

Art. 22.Het dienstjaar neemt een aanvang op 1 januari en sluit op 31

december. december.

Art. 23.Elk jaar, op 31 december, worden de balans en de rekeningen

Art. 23.Elk jaar, op 31 december, worden de balans en de rekeningen

van het afgelopen dienstjaar afgesloten. van het afgelopen dienstjaar afgesloten.
De jaarrekening moet duidelijk omschreven zijn en opgesteld worden in De jaarrekening moet duidelijk omschreven zijn en opgesteld worden in
de structuur zoals bepaald in het koninklijk besluit van 15 januari de structuur zoals bepaald in het koninklijk besluit van 15 januari
1999 betreffende de boekhouding en de jaarrekening met betrekking tot 1999 betreffende de boekhouding en de jaarrekening met betrekking tot
de fondsen voor bestaanszekerheid. de fondsen voor bestaanszekerheid.
HOOFDSTUK VII. - Toezicht HOOFDSTUK VII. - Toezicht

Art. 24.De raad van bestuur, alsmede de bij toepassing van artikel 12

Art. 24.De raad van bestuur, alsmede de bij toepassing van artikel 12

van de wet van 7 januari 1958 betreffende de fondsen voor van de wet van 7 januari 1958 betreffende de fondsen voor
bestaanszekerheid door het paritair subcomité aangewezen revisor of bestaanszekerheid door het paritair subcomité aangewezen revisor of
accountant brengen jaarlijks ieder een schriftelijk verslag uit over accountant brengen jaarlijks ieder een schriftelijk verslag uit over
het vervullen van hun opdracht tijdens het verlopen jaar. het vervullen van hun opdracht tijdens het verlopen jaar.
De jaarrekening, samen met de hoger bedoelde schriftelijke jaarlijkse De jaarrekening, samen met de hoger bedoelde schriftelijke jaarlijkse
verslagen, moeten uiterlijk tijdens de maand juni overgemaakt worden verslagen, moeten uiterlijk tijdens de maand juni overgemaakt worden
aan de voorzitter van het paritair subcomité die ze voorlegt aan het aan de voorzitter van het paritair subcomité die ze voorlegt aan het
paritair subcomité. paritair subcomité.
HOOFDSTUK VIII. - Ontbinding en vereffening HOOFDSTUK VIII. - Ontbinding en vereffening

Art. 25.De ontbinding van het fonds wordt uitgesproken door het

Art. 25.De ontbinding van het fonds wordt uitgesproken door het

Paritair Subcomité voor de bedienden van de inrichtingen van het Paritair Subcomité voor de bedienden van de inrichtingen van het
gesubsidieerd vrij onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap. Dit laatste gesubsidieerd vrij onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap. Dit laatste
beslist over de bestemming van de goederen en de waarden van het fonds beslist over de bestemming van de goederen en de waarden van het fonds
na aanzuivering van het passief en geeft aan deze goederen en waarden na aanzuivering van het passief en geeft aan deze goederen en waarden
een bestemming welke in overeenstemming is met het doel waartoe het een bestemming welke in overeenstemming is met het doel waartoe het
fonds werd opgericht en in overeenstemming met de bepalingen fonds werd opgericht en in overeenstemming met de bepalingen
hieromtrent in de WAP. Het paritair subcomité duidt de leden van de hieromtrent in de WAP. Het paritair subcomité duidt de leden van de
raad van bestuur aan als vereffenaars. raad van bestuur aan als vereffenaars.
TITEL III. - Slotbepalingen TITEL III. - Slotbepalingen

Art. 26.Deze collectieve arbeidsovereenkomst vervangt de collectieve

Art. 26.Deze collectieve arbeidsovereenkomst vervangt de collectieve

arbeidsovereenkomst van 11 december 2018, geregistreerd onder het arbeidsovereenkomst van 11 december 2018, geregistreerd onder het
nummer 150278, en treedt in werking op 1 januari 2019. Zij wordt nummer 150278, en treedt in werking op 1 januari 2019. Zij wordt
gesloten voor onbepaalde duur. gesloten voor onbepaalde duur.

Art. 27.Deze collectieve arbeidsovereenkomst kan opgezegd worden mits

Art. 27.Deze collectieve arbeidsovereenkomst kan opgezegd worden mits

naleving van de volgende cumulatieve voorwaarden : naleving van de volgende cumulatieve voorwaarden :
a) mits naleving van artikel 10 van de WAP, hetgeen betekent dat de a) mits naleving van artikel 10 van de WAP, hetgeen betekent dat de
beslissing tot opheffing van het sociaal sectoraal pensioenplan enkel beslissing tot opheffing van het sociaal sectoraal pensioenplan enkel
geldig is wanneer zij 80 pct. van de stemmen van de in het paritair geldig is wanneer zij 80 pct. van de stemmen van de in het paritair
orgaan benoemde, gewone of plaatsvervangende leden die werkgevers orgaan benoemde, gewone of plaatsvervangende leden die werkgevers
vertegenwoordigen en 80 pct. van de stemmen van de in het paritair vertegenwoordigen en 80 pct. van de stemmen van de in het paritair
orgaan benoemde, gewone of plaatsvervangende leden die de werknemers orgaan benoemde, gewone of plaatsvervangende leden die de werknemers
vertegenwoordigen, heeft behaald; vertegenwoordigen, heeft behaald;
en en
b) mits een opzeggingstermijn van zes maanden, betekend bij een ter b) mits een opzeggingstermijn van zes maanden, betekend bij een ter
post aangetekende brief gericht aan de voorzitter van het Paritair post aangetekende brief gericht aan de voorzitter van het Paritair
Subcomité voor de bedienden van de inrichtingen van het gesubsidieerd Subcomité voor de bedienden van de inrichtingen van het gesubsidieerd
vrij onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap. vrij onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap.

Art. 28.De opzegging van deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft

Art. 28.De opzegging van deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft

automatisch de ontbinding van het "Fonds tweede pijler PSC 225.01" tot automatisch de ontbinding van het "Fonds tweede pijler PSC 225.01" tot
gevolg. gevolg.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 29 Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 29
september 2019. september 2019.
De Minister van Werk, De Minister van Werk,
W. BEKE W. BEKE
^