Etaamb.openjustice.be
Meertalige weergave van Koninklijk Besluit van 29/09/2000
← Terug naar "Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 april 1999, gesloten in het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid, betreffende de loon- en arbeidsvoorwaarden van de arbeiders tewerkgesteld in de roomijsondernemingen "
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 april 1999, gesloten in het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid, betreffende de loon- en arbeidsvoorwaarden van de arbeiders tewerkgesteld in de roomijsondernemingen Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 april 1999, gesloten in het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid, betreffende de loon- en arbeidsvoorwaarden van de arbeiders tewerkgesteld in de roomijsondernemingen
MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID
29 SEPTEMBER 2000. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend 29 SEPTEMBER 2000. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend
wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 april 1999, wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 april 1999,
gesloten in het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid, gesloten in het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid,
betreffende de loon- en arbeidsvoorwaarden van de arbeiders betreffende de loon- en arbeidsvoorwaarden van de arbeiders
tewerkgesteld in de roomijsondernemingen (1) tewerkgesteld in de roomijsondernemingen (1)
ALBERT II, Roi des Belges, ALBERT II, Roi des Belges,
A tous, présents et à venir, Salut. A tous, présents et à venir, Salut.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve
arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel
28; 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de
voedingsnijverheid; voedingsnijverheid;
Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid, Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage

overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 30 april 1999, overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 30 april 1999,
gesloten in het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid betreffende gesloten in het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid betreffende
de loon- en arbeidsvoorwaarden van de arbeiders tewerkgesteld in de de loon- en arbeidsvoorwaarden van de arbeiders tewerkgesteld in de
roomijsondernemingen. roomijsondernemingen.

Art. 2.Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering

Art. 2.Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering

van dit besluit. van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 29 september 2000. Gegeven te Brussel, 29 september 2000.
ALBERT ALBERT
Van Koningswege : Van Koningswege :
De Minister van Werkgelegenheid, De Minister van Werkgelegenheid,
Mevr. L. ONKELINX Mevr. L. ONKELINX
_______ _______
Nota Nota
(1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad :
Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.
Bijlage Bijlage
Paritair Comité voor de voedingsnijverheid Paritair Comité voor de voedingsnijverheid
Collectieve arbeidsovereenkomst van 30 april 1999 Collectieve arbeidsovereenkomst van 30 april 1999
Loon- en arbeidsvoorwaarden van de arbeiders tewerkgesteld in de Loon- en arbeidsvoorwaarden van de arbeiders tewerkgesteld in de
roomijsondernemingen (Overeenkomst geregistreerd op 9 juli 1999 onder roomijsondernemingen (Overeenkomst geregistreerd op 9 juli 1999 onder
het nummer 51253/CO/118.12.02) het nummer 51253/CO/118.12.02)
HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op

de werkgevers en op de arbeiders van de roomijsondernemingen. de werkgevers en op de arbeiders van de roomijsondernemingen.
Met "arbeiders" worden de mannelijke en vrouwelijke arbeiders bedoeld. Met "arbeiders" worden de mannelijke en vrouwelijke arbeiders bedoeld.
HOOFDSTUK II. - Uurlonen HOOFDSTUK II. - Uurlonen

Art. 2.Op 1 juni 1999 gelden volgende minimumuurlonen voor de

Art. 2.Op 1 juni 1999 gelden volgende minimumuurlonen voor de

arbeiders, ongeacht hun leeftijd : arbeiders, ongeacht hun leeftijd :
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld
Deze minimumuurlonen worden verhoogd met 6,25 BEF per uur op 1 juni Deze minimumuurlonen worden verhoogd met 6,25 BEF per uur op 1 juni
2000, ongeacht het arbeidsduurstelsel. 2000, ongeacht het arbeidsduurstelsel.

Art. 3.Gedurende de eerste zes maanden van tewerkstelling in de

Art. 3.Gedurende de eerste zes maanden van tewerkstelling in de

onderneming, te rekenen vanaf de eerste dag van de eerste onderneming, te rekenen vanaf de eerste dag van de eerste
indiensttreding, geldt een instaploon ten bedrage van 90 pct. van het indiensttreding, geldt een instaploon ten bedrage van 90 pct. van het
werkelijke betaalde loon van de functie in de onderneming. werkelijke betaalde loon van de functie in de onderneming.
De periodes van tewerkstelling in de onderneming vóór 1 juni 1999 De periodes van tewerkstelling in de onderneming vóór 1 juni 1999
worden in mindering gebracht op deze zes maanden. De periode van zes worden in mindering gebracht op deze zes maanden. De periode van zes
maanden kan slechts één maal per arbeider worden toegepast maar kan maanden kan slechts één maal per arbeider worden toegepast maar kan
evenwel gespreid worden over meerdere tewerkstellingsperiodes. evenwel gespreid worden over meerdere tewerkstellingsperiodes.
Eens deze periode van zes maanden overschreden, heeft de betrokken Eens deze periode van zes maanden overschreden, heeft de betrokken
arbeider recht op een premie ten bedrage van 10 pct. van het product arbeider recht op een premie ten bedrage van 10 pct. van het product
bestaande uit 26 maal het normaal uurloon, vermenigvuldigd met de bestaande uit 26 maal het normaal uurloon, vermenigvuldigd met de
overeengekomen arbeidsregeling van de betrokken arbeider in de overeengekomen arbeidsregeling van de betrokken arbeider in de
onderneming. onderneming.
De instaplonen kunnen niet ingeroepen worden voor de toepassing van De instaplonen kunnen niet ingeroepen worden voor de toepassing van
artikel 10 van de wet van 24 juli 1987 betreffende de tijdelijke artikel 10 van de wet van 24 juli 1987 betreffende de tijdelijke
arbeid, de uitzendarbeid en het ter beschikking stellen van werknemers arbeid, de uitzendarbeid en het ter beschikking stellen van werknemers
ten behoeve van gebruikers. ten behoeve van gebruikers.
De instaplonen kunnen niet gecumuleerd worden met andere degressieve De instaplonen kunnen niet gecumuleerd worden met andere degressieve
loonregelingen zoals deze voor stagiairs, industriële leerlingen en loonregelingen zoals deze voor stagiairs, industriële leerlingen en
studenten. studenten.

Art. 4.In afwijking op artikel 2 van deze collectieve

Art. 4.In afwijking op artikel 2 van deze collectieve

arbeidsovereenkomst gelden voor arbeiders tewerkgesteld met een arbeidsovereenkomst gelden voor arbeiders tewerkgesteld met een
overeenkomst voor tewerkstelling van studenten zoals bepaald in titel overeenkomst voor tewerkstelling van studenten zoals bepaald in titel
VII van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten VII van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten
volgende minimumlonen, uitgedrukt als een percentage van de in artikel volgende minimumlonen, uitgedrukt als een percentage van de in artikel
2 vermelde minimumlonen : 2 vermelde minimumlonen :
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld
HOOFDSTUK III. - Koppeling van de lonen aan het indexcijfer van de HOOFDSTUK III. - Koppeling van de lonen aan het indexcijfer van de
consumptieprijzen consumptieprijzen

Art. 5.De bij deze collectieve arbeidsovereenkomst vastgestelde

Art. 5.De bij deze collectieve arbeidsovereenkomst vastgestelde

minimumuurlonen, alsook de werkelijk betaalde lonen in de onderneming minimumuurlonen, alsook de werkelijk betaalde lonen in de onderneming
worden gekoppeld aan het indexcijfer van de consumptieprijzen worden gekoppeld aan het indexcijfer van de consumptieprijzen
overeenkomstig de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 april 1999, overeenkomstig de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 april 1999,
gesloten in het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid, tot gesloten in het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid, tot
koppeling van de lonen aan het indexcijfer der consumptieprijzen. Zij koppeling van de lonen aan het indexcijfer der consumptieprijzen. Zij
stemmen overeen met de stabilisatieschijf 100,81 inbegrepen - 104,88 stemmen overeen met de stabilisatieschijf 100,81 inbegrepen - 104,88
niet inbegrepen, zoals deze voortvloeit uit de toepassing van niet inbegrepen, zoals deze voortvloeit uit de toepassing van
voormelde collectieve arbeidsovereenkomst. voormelde collectieve arbeidsovereenkomst.
HOOFDSTUK IV. - Premie voor nachtarbeid HOOFDSTUK IV. - Premie voor nachtarbeid

Art. 6.Onverminderd de bepalingen van de arbeidswet van 16 maart 1971

Art. 6.Onverminderd de bepalingen van de arbeidswet van 16 maart 1971

wordt het werk verricht tussen tweeëntwintig en zes uur als wordt het werk verricht tussen tweeëntwintig en zes uur als
nachtarbeid beschouwd. nachtarbeid beschouwd.

Art. 7.De nachtarbeid geeft recht op een loontoeslag van 10 pct. met

Art. 7.De nachtarbeid geeft recht op een loontoeslag van 10 pct. met

een minimum van 50 BEF per uur. een minimum van 50 BEF per uur.
HOOFDSTUK V. - Premie voor ploegenarbeid HOOFDSTUK V. - Premie voor ploegenarbeid

Art. 8.Een minimum uurtoeslag van :

Art. 8.Een minimum uurtoeslag van :

- 13 BEF wordt toegekend voor de arbeid geleverd in de morgenploeg; - 13 BEF wordt toegekend voor de arbeid geleverd in de morgenploeg;
- 15 BEF wordt toegekend voor de arbeid geleverd in de namiddagploeg. - 15 BEF wordt toegekend voor de arbeid geleverd in de namiddagploeg.
Behalve wanneer het anders voorzien wordt in het arbeidsreglement, Behalve wanneer het anders voorzien wordt in het arbeidsreglement,
zijn de arbeidsuren van de ploegen als volgt vastgesteld : zijn de arbeidsuren van de ploegen als volgt vastgesteld :
- voor de morgenploeg : van 6 tot 14 uur; - voor de morgenploeg : van 6 tot 14 uur;
- voor de namiddagploeg : van 14 tot 22 uur. - voor de namiddagploeg : van 14 tot 22 uur.
Deze premie kan toegekend worden hetzij onder vorm van vermindering Deze premie kan toegekend worden hetzij onder vorm van vermindering
van de arbeidsduur, hetzij onder vorm van een bijslag op het uurloon, van de arbeidsduur, hetzij onder vorm van een bijslag op het uurloon,
hetzij onder een andere vorm. hetzij onder een andere vorm.
HOOFDSTUK VI. - Geldigheid HOOFDSTUK VI. - Geldigheid

Art. 9.Deze collectieve arbeidsovereenkomst vervangt deze van 25 juni

Art. 9.Deze collectieve arbeidsovereenkomst vervangt deze van 25 juni

1997, gesloten in het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid, tot 1997, gesloten in het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid, tot
vaststelling van de uurlonen van de werklieden en werksters vaststelling van de uurlonen van de werklieden en werksters
tewerkgesteld in de roomijsondernemingen, algemeen verbindend tewerkgesteld in de roomijsondernemingen, algemeen verbindend
verklaard bij koninklijk besluit van 10 juni 1998 (Belgisch Staatsblad verklaard bij koninklijk besluit van 10 juni 1998 (Belgisch Staatsblad
van 9 september 1998). van 9 september 1998).
Zij heeft uitwerking met ingang van 1 juni 1999 en houdt op van kracht Zij heeft uitwerking met ingang van 1 juni 1999 en houdt op van kracht
te zijn op 31 december 2000. Nadien wordt zij stilzwijgend verlengd te zijn op 31 december 2000. Nadien wordt zij stilzwijgend verlengd
voor opeenvolgende periodes van één jaar, behoudens opzegging door één voor opeenvolgende periodes van één jaar, behoudens opzegging door één
der partijen uiterlijk drie maanden voor het verstrijken van de der partijen uiterlijk drie maanden voor het verstrijken van de
collectieve arbeidsovereenkomst bij een ter post aangetekende brief, collectieve arbeidsovereenkomst bij een ter post aangetekende brief,
gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de
voedingsnijverheid. voedingsnijverheid.
Gunstigere regelingen die vóór de inwerkingtreding van deze Gunstigere regelingen die vóór de inwerkingtreding van deze
collectieve arbeidsovereenkomst bestonden, blijven behouden. collectieve arbeidsovereenkomst bestonden, blijven behouden.
De collectieve arbeidsovereenkomst van 14 maart 1991, gesloten in het De collectieve arbeidsovereenkomst van 14 maart 1991, gesloten in het
Paritair Comité voor de voedingsnijverheid, tot vaststelling van de Paritair Comité voor de voedingsnijverheid, tot vaststelling van de
premies voor ploegen- en nachtarbeid van de werklieden en werksters premies voor ploegen- en nachtarbeid van de werklieden en werksters
tewerkgesteld in de roomijsondernemingen, algemeen verbindend tewerkgesteld in de roomijsondernemingen, algemeen verbindend
verklaard bij koninklijk besluit van 14 november 1991 (Belgisch verklaard bij koninklijk besluit van 14 november 1991 (Belgisch
Staatsblad van 28 december 1991) wordt opgeheven met ingang van 1 juni Staatsblad van 28 december 1991) wordt opgeheven met ingang van 1 juni
1999. 1999.
Commentaar : Commentaar :
De in artikel 2, vermelde minimumuurlonen bedragen in euro : De in artikel 2, vermelde minimumuurlonen bedragen in euro :
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 29 Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 29
september 2000. september 2000.
De Minister van Werkgelegenheid, De Minister van Werkgelegenheid,
Mevr. L. ONKELINX Mevr. L. ONKELINX
^