Etaamb.openjustice.be
Meertalige weergave van Koninklijk Besluit van 27/09/2023
← Terug naar "Koninklijk besluit tot wijziging van koninklijk besluit van 17 oktober 2016 tot vaststelling van een plafond voor afwikkelingsvergoedingen voor binnenlandse debetkaarttransacties van consumenten "
Koninklijk besluit tot wijziging van koninklijk besluit van 17 oktober 2016 tot vaststelling van een plafond voor afwikkelingsvergoedingen voor binnenlandse debetkaarttransacties van consumenten Koninklijk besluit tot wijziging van koninklijk besluit van 17 oktober 2016 tot vaststelling van een plafond voor afwikkelingsvergoedingen voor binnenlandse debetkaarttransacties van consumenten
FEDERALE OVERHEIDSDIENST ECONOMIE, K.M.O., MIDDENSTAND EN ENERGIE FEDERALE OVERHEIDSDIENST ECONOMIE, K.M.O., MIDDENSTAND EN ENERGIE
27 SEPTEMBER 2023. - Koninklijk besluit tot wijziging van koninklijk 27 SEPTEMBER 2023. - Koninklijk besluit tot wijziging van koninklijk
besluit van 17 oktober 2016 tot vaststelling van een plafond voor besluit van 17 oktober 2016 tot vaststelling van een plafond voor
afwikkelingsvergoedingen voor binnenlandse debetkaarttransacties van afwikkelingsvergoedingen voor binnenlandse debetkaarttransacties van
consumenten consumenten
FILIP, Koning der Belgen, FILIP, Koning der Belgen,
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op het Wetboek van economisch recht, artikel VII.63/1, ingevoegd Gelet op het Wetboek van economisch recht, artikel VII.63/1, ingevoegd
bij de wet van 29 juni 2016; bij de wet van 29 juni 2016;
Gelet op het koninklijk besluit van 17 oktober 2016 tot vaststelling Gelet op het koninklijk besluit van 17 oktober 2016 tot vaststelling
van een plafond voor afwikkelingsvergoedingen voor binnenlandse van een plafond voor afwikkelingsvergoedingen voor binnenlandse
debetkaarttransacties van consumenten; debetkaarttransacties van consumenten;
Gelet op de adviesaanvraag binnen 30 dagen, verlengd met 15 dagen, die Gelet op de adviesaanvraag binnen 30 dagen, verlengd met 15 dagen, die
op 26 juli 2023 bij de Raad van State is ingediend, met toepassing van op 26 juli 2023 bij de Raad van State is ingediend, met toepassing van
artikel 84, § 1, eerste lid, 2/, van de wetten op de Raad van State, artikel 84, § 1, eerste lid, 2/, van de wetten op de Raad van State,
gecoördineerd op 12 januari 1973; gecoördineerd op 12 januari 1973;
Overwegende dat het advies niet is meegedeeld binnen die termijn; Overwegende dat het advies niet is meegedeeld binnen die termijn;
Gelet op artikel 84, § 4, tweede lid, van de wetten op de Raad van Gelet op artikel 84, § 4, tweede lid, van de wetten op de Raad van
State, gecoördineerd op 12 januari 1973; State, gecoördineerd op 12 januari 1973;
Overwegende Verordening (EU) nr. 2015/751 van het Europees Parlement Overwegende Verordening (EU) nr. 2015/751 van het Europees Parlement
en de Raad van 29 april 2015 betreffende afwikkelingsvergoedingen voor en de Raad van 29 april 2015 betreffende afwikkelingsvergoedingen voor
op kaarten gebaseerde betalingstransacties; op kaarten gebaseerde betalingstransacties;
Overwegende dat voornoemde Verordening (EU) nr. 2015/751 een maximum Overwegende dat voornoemde Verordening (EU) nr. 2015/751 een maximum
vaststelt voor het bedrag van afwikkelingsvergoedingen voor de vaststelt voor het bedrag van afwikkelingsvergoedingen voor de
debetkaarttransacties van consumenten - namelijk 0,2 % van de debetkaarttransacties van consumenten - namelijk 0,2 % van de
transactiewaarde - zowel voor binnenlandse betalingstransacties als transactiewaarde - zowel voor binnenlandse betalingstransacties als
voor de grensoverschrijdende betalingstransacties (artikel 3, lid 1) voor de grensoverschrijdende betalingstransacties (artikel 3, lid 1)
en de lidstaten toelaat te opteren voor een lager plafond voor de en de lidstaten toelaat te opteren voor een lager plafond voor de
binnenlandse debetkaarttransacties (artikel 3, leden 2 en 3); binnenlandse debetkaarttransacties (artikel 3, leden 2 en 3);
Overwegende dat artikel VII.63/1 van het Wetboek van economisch recht, Overwegende dat artikel VII.63/1 van het Wetboek van economisch recht,
ingevoegd bij de wet van 29 juni 2016, de Koning machtigt om voor ingevoegd bij de wet van 29 juni 2016, de Koning machtigt om voor
binnenlandse debetkaarttransacties van consumenten in de zin van binnenlandse debetkaarttransacties van consumenten in de zin van
voornoemde Verordening (EU) nr. 2015/751 een maximumpercentage en/of voornoemde Verordening (EU) nr. 2015/751 een maximumpercentage en/of
een maximaalbedrag van afwikkelingsvergoedingen vast te stellen, een maximaalbedrag van afwikkelingsvergoedingen vast te stellen,
overeenkomstig artikel 3, leden 2 en 3, van voornoemde Verordening overeenkomstig artikel 3, leden 2 en 3, van voornoemde Verordening
(EU) nr. 2015/751; (EU) nr. 2015/751;
Overwegende dat het koninklijk besluit van 17 oktober 2016 tot Overwegende dat het koninklijk besluit van 17 oktober 2016 tot
vaststelling van een plafond voor afwikkelingsvergoedingen voor vaststelling van een plafond voor afwikkelingsvergoedingen voor
binnenlandse debetkaarttransacties van consumenten het plafond voor binnenlandse debetkaarttransacties van consumenten het plafond voor
binnenlandse debetkaarttransacties van consumenten heeft vastgesteld binnenlandse debetkaarttransacties van consumenten heeft vastgesteld
op 0,056 euro per transacties en maximaal 0,2 % van het op 0,056 euro per transacties en maximaal 0,2 % van het
transactiebedrag; transactiebedrag;
Overwegende dat het plafond van 0,2 % in overeenstemming was met het Overwegende dat het plafond van 0,2 % in overeenstemming was met het
lage percentage elektronische betalingen in België toen het werd lage percentage elektronische betalingen in België toen het werd
ingevoerd; ingevoerd;
Overwegende dat aangezien elektronische betalingen een sterke stijging Overwegende dat aangezien elektronische betalingen een sterke stijging
hebben gekend sindsdien, het mogelijk is om de kosten van deze hebben gekend sindsdien, het mogelijk is om de kosten van deze
elektronische betalingen voor betalingsdienstaanbieders te verlagen; elektronische betalingen voor betalingsdienstaanbieders te verlagen;
Overwegende de mogelijkheid om deze verlaging van de kosten door te Overwegende de mogelijkheid om deze verlaging van de kosten door te
rekenen aan handelaren, werd het passend geacht om het plafond voor rekenen aan handelaren, werd het passend geacht om het plafond voor
binnenlandse debetkaarttransacties van consumenten te verlagen naar binnenlandse debetkaarttransacties van consumenten te verlagen naar
0,1 %; 0,1 %;
Op de voordracht van de Minister van Economie, Op de voordracht van de Minister van Economie,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.In artikel 1 van het koninklijk besluit van 17 oktober 2016

Artikel 1.In artikel 1 van het koninklijk besluit van 17 oktober 2016

tot vaststelling van een plafond voor afwikkelingsvergoedingen voor tot vaststelling van een plafond voor afwikkelingsvergoedingen voor
binnenlandse debetkaarttransacties van consumenten, worden de woorden binnenlandse debetkaarttransacties van consumenten, worden de woorden
"vermeld in artikel 3, lid 1, van de voornoemde verordening, namelijk "vermeld in artikel 3, lid 1, van de voornoemde verordening, namelijk
0,2 %" vervangen door de woorden "namelijk 0,1 %". 0,2 %" vervangen door de woorden "namelijk 0,1 %".

Art. 2.Dit besluit treedt in werking op 1 april 2024.

Art. 2.Dit besluit treedt in werking op 1 april 2024.

Art. 3.De minister bevoegd voor Economie is belast met de uitvoering

Art. 3.De minister bevoegd voor Economie is belast met de uitvoering

van dit besluit. van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 27 september 2023. Gegeven te Brussel, 27 september 2023.
FILIP FILIP
Van Koningswege : Van Koningswege :
De Minister van Economie, De Minister van Economie,
P.-Y. DERMAGNE P.-Y. DERMAGNE
^