← Terug naar "Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 2 april 1965 houdende vaststelling van de modaliteiten tot inrichting van de dringende geneeskundige hulpverlening en houdende aanwijzing van gemeenten als centra van het eenvormig oproepstelsel "
| Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 2 april 1965 houdende vaststelling van de modaliteiten tot inrichting van de dringende geneeskundige hulpverlening en houdende aanwijzing van gemeenten als centra van het eenvormig oproepstelsel | Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 2 april 1965 houdende vaststelling van de modaliteiten tot inrichting van de dringende geneeskundige hulpverlening en houdende aanwijzing van gemeenten als centra van het eenvormig oproepstelsel |
|---|---|
| MINISTERIE VAN BINNENLANDSE ZAKEN, EN MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN, | MINISTERIE VAN BINNENLANDSE ZAKEN, EN MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN, |
| VOLKSGEZONDHEID EN LEEFMILIEU | VOLKSGEZONDHEID EN LEEFMILIEU |
| 26 MEI 1999. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk | 26 MEI 1999. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk |
| besluit van 2 april 1965 houdende vaststelling van de modaliteiten tot | besluit van 2 april 1965 houdende vaststelling van de modaliteiten tot |
| inrichting van de dringende geneeskundige hulpverlening en houdende | inrichting van de dringende geneeskundige hulpverlening en houdende |
| aanwijzing van gemeenten als centra van het eenvormig oproepstelsel | aanwijzing van gemeenten als centra van het eenvormig oproepstelsel |
| ALBERT II, Koning der Belgen, | ALBERT II, Koning der Belgen, |
| Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
| Gelet op de wet van 8 juli 1964 betreffende de dringende geneeskundige | Gelet op de wet van 8 juli 1964 betreffende de dringende geneeskundige |
| hulpverlening, gewijzigd door de wetten van 22 maart 1971, 22 december | hulpverlening, gewijzigd door de wetten van 22 maart 1971, 22 december |
| 1977, 22 februari 1994 en 22 februari 1998, inzonderheid op de | 1977, 22 februari 1994 en 22 februari 1998, inzonderheid op de |
| artikelen 1 en 3; | artikelen 1 en 3; |
| Gelet op het koninklijk besluit van 2 april 1965 houdende vaststelling | Gelet op het koninklijk besluit van 2 april 1965 houdende vaststelling |
| van de modaliteiten tot inrichting van de dringende geneeskundige | van de modaliteiten tot inrichting van de dringende geneeskundige |
| hulpverlening en houdende aanwijzing van gemeenten als centra van het | hulpverlening en houdende aanwijzing van gemeenten als centra van het |
| eenvormig oproepstelsel, inzonderheid op het artikel 3, vervangen door | eenvormig oproepstelsel, inzonderheid op het artikel 3, vervangen door |
| het koninklijk besluit van 26 november 1998; | het koninklijk besluit van 26 november 1998; |
| Gelet op het advies van de inspecteur van Financiën, gegeven op 1 | Gelet op het advies van de inspecteur van Financiën, gegeven op 1 |
| maart 1999; | maart 1999; |
| Gelet op de akkoordgeving van Onze Minister van Begroting van 10 mei | Gelet op de akkoordgeving van Onze Minister van Begroting van 10 mei |
| 1999; | 1999; |
| Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari | Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari |
| 1973, inzonderheid op het artikel 3, § 1, vervangen door de wet van 4 | 1973, inzonderheid op het artikel 3, § 1, vervangen door de wet van 4 |
| juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996; | juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996; |
| Gelet op de dringende noodzakelijkheid; | Gelet op de dringende noodzakelijkheid; |
| Overwegende dat het oproepcentrum van Leuven sinds 24 februari 1999 | Overwegende dat het oproepcentrum van Leuven sinds 24 februari 1999 |
| operationeel is; dat de dringende geneeskundige hulpverlening | operationeel is; dat de dringende geneeskundige hulpverlening |
| onmiddellijk gereorganiseerd moet worden; | onmiddellijk gereorganiseerd moet worden; |
| Op de voordracht van Onze Minister van Binnenlandse Zaken, Onze | Op de voordracht van Onze Minister van Binnenlandse Zaken, Onze |
| Minister van Volksgezondheid en van de Staatssecretaris voor | Minister van Volksgezondheid en van de Staatssecretaris voor |
| Veiligheid, Maatschappelijke Integratie en Leefmilieu, toegevoegd aan | Veiligheid, Maatschappelijke Integratie en Leefmilieu, toegevoegd aan |
| de Minister van Binnenlandse Zaken en aan de Minister van | de Minister van Binnenlandse Zaken en aan de Minister van |
| Volksgezondheid, | Volksgezondheid, |
| Hebben Wij besloten en besluiten Wij : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
Artikel 1.In artikel 3 van het koninklijk besluit van 2 april 1965 |
Artikel 1.In artikel 3 van het koninklijk besluit van 2 april 1965 |
| houdende vaststelling van de modaliteiten tot inrichting van de | houdende vaststelling van de modaliteiten tot inrichting van de |
| dringende geneeskundige hulpverlening en houdende aanwijzing van | dringende geneeskundige hulpverlening en houdende aanwijzing van |
| gemeenten als centra van het eenvormig oproepstelsel, vervangen door | gemeenten als centra van het eenvormig oproepstelsel, vervangen door |
| het koninklijk besluit van 26 november 1998, wordt het woord « Leuven | het koninklijk besluit van 26 november 1998, wordt het woord « Leuven |
| » ingevoegd tussen de woorden « Intercommunale de Liège et environs » | » ingevoegd tussen de woorden « Intercommunale de Liège et environs » |
| en « Bergen ». | en « Bergen ». |
Art. 2.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 24 februari 1999. |
Art. 2.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 24 februari 1999. |
Art. 3.Onze Minister van Binnenlandse Zaken, Onze Minister van |
Art. 3.Onze Minister van Binnenlandse Zaken, Onze Minister van |
| Volksgezondheid en de Staatssecretaris voor Veiligheid, | Volksgezondheid en de Staatssecretaris voor Veiligheid, |
| Maatschappelijke Integratie en Leefmilieu, toegevoegd aan de Minister | Maatschappelijke Integratie en Leefmilieu, toegevoegd aan de Minister |
| van Binnenlandse Zaken en aan de Minister van Volksgezondheid, zijn, | van Binnenlandse Zaken en aan de Minister van Volksgezondheid, zijn, |
| ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit. | ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit. |
| Gegeven te Brussel, 26 mei 1999. | Gegeven te Brussel, 26 mei 1999. |
| ALBERT | ALBERT |
| Van Koningswege : | Van Koningswege : |
| De Minister van Binnenlandse Zaken, | De Minister van Binnenlandse Zaken, |
| L. VAN DEN BOSSCHE | L. VAN DEN BOSSCHE |
| De Minister van Volksgezondheid en Pensioenen, | De Minister van Volksgezondheid en Pensioenen, |
| M. COLLA | M. COLLA |
| De Staatssecretaris voor Veiligheid, | De Staatssecretaris voor Veiligheid, |
| Maatschappelijke Integratie en Leefmilieu, | Maatschappelijke Integratie en Leefmilieu, |
| J. PEETERS | J. PEETERS |