Etaamb.openjustice.be
Meertalige weergave van Koninklijk Besluit van 25/05/2021
← Terug naar "Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 7 april 2020, gesloten in het Paritair Comité voor de textielnijverheid, houdende sectorale maatregelen in het kader van de coronaviruscrisis "
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 7 april 2020, gesloten in het Paritair Comité voor de textielnijverheid, houdende sectorale maatregelen in het kader van de coronaviruscrisis Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 7 april 2020, gesloten in het Paritair Comité voor de textielnijverheid, houdende sectorale maatregelen in het kader van de coronaviruscrisis
FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG
25 MEI 2021. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt 25 MEI 2021. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt
verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 7 april 2020, verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 7 april 2020,
gesloten in het Paritair Comité voor de textielnijverheid, houdende gesloten in het Paritair Comité voor de textielnijverheid, houdende
sectorale maatregelen in het kader van de coronaviruscrisis (1) sectorale maatregelen in het kader van de coronaviruscrisis (1)
FILIP, Koning der Belgen, FILIP, Koning der Belgen,
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve
arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel
28; 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de
textielnijverheid; textielnijverheid;
Op de voordracht van de Minister van Werk, Op de voordracht van de Minister van Werk,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage

overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 7 april 2020, gesloten overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 7 april 2020, gesloten
in het Paritair Comité voor de textielnijverheid, houdende sectorale in het Paritair Comité voor de textielnijverheid, houdende sectorale
maatregelen in het kader van de coronaviruscrisis. maatregelen in het kader van de coronaviruscrisis.

Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van

Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van

dit besluit. dit besluit.
Gegeven te Brussel, 25 mei 2021. Gegeven te Brussel, 25 mei 2021.
FILIP FILIP
Van Koningswege : Van Koningswege :
De Minister van Werk, De Minister van Werk,
P.-Y. DERMAGNE P.-Y. DERMAGNE
_______ _______
Nota Nota
(1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad :
Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.
Bijlage Bijlage
Paritair Comité voor de textielnijverheid Paritair Comité voor de textielnijverheid
Collectieve arbeidsovereenkomst van 7 april 2020 Collectieve arbeidsovereenkomst van 7 april 2020
Sectorale maatregelen in het kader van de coronaviruscrisis Sectorale maatregelen in het kader van de coronaviruscrisis
(Overeenkomst geregistreerd op 25 mei 2020 onder het nummer (Overeenkomst geregistreerd op 25 mei 2020 onder het nummer
158546/CO/120) 158546/CO/120)
HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op

alle textielondernemingen en op alle erin tewerkgestelde arbeiders die alle textielondernemingen en op alle erin tewerkgestelde arbeiders die
onder de bevoegdheid vallen van het Paritair Comité voor de onder de bevoegdheid vallen van het Paritair Comité voor de
textielnijverheid (PC 120), met uitzondering van de Celanese textielnijverheid (PC 120), met uitzondering van de Celanese
Production Belgium B.V.B.A. en Celanese B.V.B.A. en met uitzondering Production Belgium B.V.B.A. en Celanese B.V.B.A. en met uitzondering
van de ondernemingen en de erin tewerkgestelde arbeiders die onder de van de ondernemingen en de erin tewerkgestelde arbeiders die onder de
bevoegdheid vallen van de paritaire subcomités voor textiel Verviers bevoegdheid vallen van de paritaire subcomités voor textiel Verviers
(PSC 120.01) en voor de jute (PSC 120.03). (PSC 120.01) en voor de jute (PSC 120.03).
Met "arbeiders" worden de mannelijke en de vrouwelijke arbeiders Met "arbeiders" worden de mannelijke en de vrouwelijke arbeiders
bedoeld. bedoeld.
HOOFDSTUK II. - Gemeenschappelijke verklaring HOOFDSTUK II. - Gemeenschappelijke verklaring

Art. 2.De sociale partners van de textielsector engageren zich ten

Art. 2.De sociale partners van de textielsector engageren zich ten

volle om zowel tegenover de werkgevers als de werknemers het belang te volle om zowel tegenover de werkgevers als de werknemers het belang te
benadrukken van het in acht nemen van de nodige veiligheidsmaatregelen benadrukken van het in acht nemen van de nodige veiligheidsmaatregelen
en social distancing. Tevens bevestigen zij het belang om aan het werk en social distancing. Tevens bevestigen zij het belang om aan het werk
te blijven of terug aan het werk te gaan, daar waar mogelijk en de te blijven of terug aan het werk te gaan, daar waar mogelijk en de
nodige veiligheidsmaatregelen en social distancing kunnen worden nodige veiligheidsmaatregelen en social distancing kunnen worden
toegepast en dit ongeacht of het essentiële of niet-essentiële toegepast en dit ongeacht of het essentiële of niet-essentiële
activiteiten betreft. activiteiten betreft.
De sociale partners van de textielsector onderschrijven dan ook ten De sociale partners van de textielsector onderschrijven dan ook ten
volle de gemeenschappelijke verklaring en oproep van de volle de gemeenschappelijke verklaring en oproep van de
interprofessionele werkgevers- en werknemersorganisaties, interprofessionele werkgevers- en werknemersorganisaties,
vertegenwoordigd in de Groep van 10, van 27 maart 2020. vertegenwoordigd in de Groep van 10, van 27 maart 2020.
HOOFDSTUK III. - Tijdelijke werkloosheid wegens overmacht HOOFDSTUK III. - Tijdelijke werkloosheid wegens overmacht

Art. 3.Voor elke dag die zich situeert in de periode van 13 maart

Art. 3.Voor elke dag die zich situeert in de periode van 13 maart

2020 tot en met 14 mei 2020 en waarop de arbeider niet heeft gewerkt 2020 tot en met 14 mei 2020 en waarop de arbeider niet heeft gewerkt
wegens tijdelijke werkloosheid wegens overmacht in het kader van de wegens tijdelijke werkloosheid wegens overmacht in het kader van de
coronaviruscrisis, is de werkgever een supplement verschuldigd van coronaviruscrisis, is de werkgever een supplement verschuldigd van
2,60 EUR (regime vijfdagenweek; 2,17 EUR uitgedrukt in regime 2,60 EUR (regime vijfdagenweek; 2,17 EUR uitgedrukt in regime
zesdagenweek) bovenop de werkloosheidsuitkeringen wegens schorsing van zesdagenweek) bovenop de werkloosheidsuitkeringen wegens schorsing van
de uitvoering van zijn arbeidsovereenkomst omwille overmacht. de uitvoering van zijn arbeidsovereenkomst omwille overmacht.
Voor de tijdelijke werkloosheid wegens overmacht in de maanden maart Voor de tijdelijke werkloosheid wegens overmacht in de maanden maart
en april 2020 wordt dit supplement betaald bij de loonafrekening voor en april 2020 wordt dit supplement betaald bij de loonafrekening voor
de maand april 2020; voor de tijdelijke werkloosheid wegens overmacht de maand april 2020; voor de tijdelijke werkloosheid wegens overmacht
in de maand mei 2020 met de loonafrekening van de maand mei 2020. in de maand mei 2020 met de loonafrekening van de maand mei 2020.

Art. 4.Voor de arbeiders, tewerkgesteld in de (halve)

Art. 4.Voor de arbeiders, tewerkgesteld in de (halve)

overbruggingsploegen wordt het bedrag van 2,60 EUR per dag in de overbruggingsploegen wordt het bedrag van 2,60 EUR per dag in de
vijfdagenweek omgezet naar 5,78 EUR per dag in de vijfdagenweek omgezet naar 5,78 EUR per dag in de
overbruggingsploegen. overbruggingsploegen.

Art. 5.Voor de deeltijds tewerkgestelde arbeiders wordt dit

Art. 5.Voor de deeltijds tewerkgestelde arbeiders wordt dit

supplement pro rata toegekend op basis van de tewerkstellingsbreuk van supplement pro rata toegekend op basis van de tewerkstellingsbreuk van
toepassing op de desbetreffende dag tijdelijke werkloosheid. toepassing op de desbetreffende dag tijdelijke werkloosheid.

Art. 6.Dit supplement wordt betaald door de werkgever, maar ten laste

Art. 6.Dit supplement wordt betaald door de werkgever, maar ten laste

genomen door het waarborg- en sociaal fonds (hierna het fonds genomen door het waarborg- en sociaal fonds (hierna het fonds
genoemd). De werkgever kan dit supplement terugvorderen bij het fonds. genoemd). De werkgever kan dit supplement terugvorderen bij het fonds.
De raad van beheer van het fonds zal daartoe de toepasselijke De raad van beheer van het fonds zal daartoe de toepasselijke
modaliteiten vastleggen. modaliteiten vastleggen.

Art. 7.De ondernemingen hebben de mogelijkheid om tegen eind april

Art. 7.De ondernemingen hebben de mogelijkheid om tegen eind april

2020, respectievelijk eind mei 2020, van het fonds een voorschot te 2020, respectievelijk eind mei 2020, van het fonds een voorschot te
bekomen met het oog op de betaling van dit supplement. De raad van bekomen met het oog op de betaling van dit supplement. De raad van
beheer van het fonds zal daartoe de toepasselijke modaliteiten beheer van het fonds zal daartoe de toepasselijke modaliteiten
vastleggen. vastleggen.

Art. 8.De ondernemingen die reeds een minstens gelijkwaardige

Art. 8.De ondernemingen die reeds een minstens gelijkwaardige

regeling op ondernemingsvlak voorzien hebben, kunnen dit sectorale regeling op ondernemingsvlak voorzien hebben, kunnen dit sectorale
supplement daar op aanrekenen en eveneens terugvorderen bij het fonds. supplement daar op aanrekenen en eveneens terugvorderen bij het fonds.
HOOFDSTUK IV. - Verhoging van het patronaal aandeel in de HOOFDSTUK IV. - Verhoging van het patronaal aandeel in de
maaltijdcheques maaltijdcheques

Art. 9.Tijdens de periode van 13 maart 2020 tot en met 14 mei 2020

Art. 9.Tijdens de periode van 13 maart 2020 tot en met 14 mei 2020

wordt het patronaal aandeel in de maaltijdcheque verhoogd met 2 EUR. wordt het patronaal aandeel in de maaltijdcheque verhoogd met 2 EUR.

Art. 10.§ 1. In afwijking op artikel 9 wordt voor de arbeiders,

Art. 10.§ 1. In afwijking op artikel 9 wordt voor de arbeiders,

tewerkgesteld in de (halve) overbruggingsploegen, het patronaal tewerkgesteld in de (halve) overbruggingsploegen, het patronaal
aandeel van de maaltijdcheque verhoogd met 2,51 EUR indien aan de aandeel van de maaltijdcheque verhoogd met 2,51 EUR indien aan de
voltijds tewerkgestelde arbeiders in de klassieke ploegen één voltijds tewerkgestelde arbeiders in de klassieke ploegen één
maaltijdcheque per gepresteerde dag wordt toegekend. maaltijdcheque per gepresteerde dag wordt toegekend.
§ 2. Indien de onderneming de alternatieve telling voor de voltijds § 2. Indien de onderneming de alternatieve telling voor de voltijds
tewerkgestelde arbeiders toepast, wordt in afwijking op § 1 hiervoor, tewerkgestelde arbeiders toepast, wordt in afwijking op § 1 hiervoor,
voor de arbeiders, tewerkgesteld in de (halve) overbruggingsploegen, voor de arbeiders, tewerkgesteld in de (halve) overbruggingsploegen,
het patronaal aandeel van de maaltijdcheque verhoogd met 2,65 EUR. het patronaal aandeel van de maaltijdcheque verhoogd met 2,65 EUR.

Art. 11.Deze tijdelijke verhoging van het patronaal aandeel in de

Art. 11.Deze tijdelijke verhoging van het patronaal aandeel in de

maaltijdcheque heeft geen invloed op de berekeningswijze van het maaltijdcheque heeft geen invloed op de berekeningswijze van het
aantal verschuldigde maaltijdcheques zoals die vandaag in de aantal verschuldigde maaltijdcheques zoals die vandaag in de
onderneming wordt toegepast. onderneming wordt toegepast.

Art. 12.De verhoging van het patronaal aandeel in de maaltijdcheque

Art. 12.De verhoging van het patronaal aandeel in de maaltijdcheque

zoals voorzien in de artikelen 9 en 10 hiervoor wordt betaald door de zoals voorzien in de artikelen 9 en 10 hiervoor wordt betaald door de
werkgever, maar ten laste genomen door het fonds. De ondernemingen werkgever, maar ten laste genomen door het fonds. De ondernemingen
kunnen deze verhoging terugvorderen bij het fonds. De raad van beheer kunnen deze verhoging terugvorderen bij het fonds. De raad van beheer
van het fonds zal daartoe de toepasselijke modaliteiten vastleggen. van het fonds zal daartoe de toepasselijke modaliteiten vastleggen.

Art. 13.Voor ondernemingen die reeds maaltijdcheques toekennen met

Art. 13.Voor ondernemingen die reeds maaltijdcheques toekennen met

een nominale waarde van 8 EUR, wordt op sectoraal niveau een een nominale waarde van 8 EUR, wordt op sectoraal niveau een
alternatieve regeling uitgewerkt : als equivalent van de verhoging van alternatieve regeling uitgewerkt : als equivalent van de verhoging van
het patronaal aandeel van de maaltijdcheque zoals bedoeld in artikel 9 het patronaal aandeel van de maaltijdcheque zoals bedoeld in artikel 9
hiervoor, wordt per toegekende maaltijdcheque in de periode van 13 hiervoor, wordt per toegekende maaltijdcheque in de periode van 13
maart 2020 tot en met 14 mei 2020, een brutopremie van 2 EUR maart 2020 tot en met 14 mei 2020, een brutopremie van 2 EUR
toegekend. toegekend.

Art. 14.De ondernemingen die onvoldoende ruimte hebben binnen de

Art. 14.De ondernemingen die onvoldoende ruimte hebben binnen de

maaltijdcheque (maximum 8 EUR) om het patronaal aandeel te verhogen maaltijdcheque (maximum 8 EUR) om het patronaal aandeel te verhogen
zoals bedoeld in de artikelen 9 en 10 hiervoor, dienen prioritair de zoals bedoeld in de artikelen 9 en 10 hiervoor, dienen prioritair de
nog beschikbare ruimte binnen de maaltijdcheque te benutten. Voor het nog beschikbare ruimte binnen de maaltijdcheque te benutten. Voor het
saldo passen zij verhoudingsgewijs de alternatieve regeling toe saldo passen zij verhoudingsgewijs de alternatieve regeling toe
bedoeld in artikel 13 hiervoor. bedoeld in artikel 13 hiervoor.

Art. 15.§ 1. In afwijking op artikel 13 wordt voor de arbeiders,

Art. 15.§ 1. In afwijking op artikel 13 wordt voor de arbeiders,

tewerkgesteld in de (halve) overbruggingsploegen, de brutopremie tewerkgesteld in de (halve) overbruggingsploegen, de brutopremie
vastgesteld op 2,51 EUR. De brutopremie van 2,51 EUR wordt evenveel vastgesteld op 2,51 EUR. De brutopremie van 2,51 EUR wordt evenveel
keer toegekend als er maaltijdcheques toegekend worden voor dezelfde keer toegekend als er maaltijdcheques toegekend worden voor dezelfde
periode zoals berekend volgens de alternatieve telling. periode zoals berekend volgens de alternatieve telling.
§ 2. Indien de onderneming voor de maaltijdcheques de alternatieve § 2. Indien de onderneming voor de maaltijdcheques de alternatieve
telling voor de voltijds tewerkgestelde arbeiders toepast, wordt in telling voor de voltijds tewerkgestelde arbeiders toepast, wordt in
afwijking op § 1 hiervoor, voor de arbeiders, tewerkgesteld in de afwijking op § 1 hiervoor, voor de arbeiders, tewerkgesteld in de
(halve) overbruggingsploegen, de brutopremie vastgesteld op 2,65 EUR. (halve) overbruggingsploegen, de brutopremie vastgesteld op 2,65 EUR.
De brutopremie van 2,65 EUR wordt evenveel keer toegekend als er De brutopremie van 2,65 EUR wordt evenveel keer toegekend als er
maaltijdcheques toegekend worden voor dezelfde periode zoals berekend maaltijdcheques toegekend worden voor dezelfde periode zoals berekend
volgens de alternatieve telling. volgens de alternatieve telling.

Art. 16.De brutopremie bedoeld in de artikelen 13, 14 en 15 hiervoor,

Art. 16.De brutopremie bedoeld in de artikelen 13, 14 en 15 hiervoor,

zal voor de maanden maart en april 2020 door de werkgever betaald zal voor de maanden maart en april 2020 door de werkgever betaald
worden met de loonafrekening van de maand april 2020; voor de maand worden met de loonafrekening van de maand april 2020; voor de maand
mei 2020 zal dit gebeuren met de loonafrekening van de maand mei 2020. mei 2020 zal dit gebeuren met de loonafrekening van de maand mei 2020.

Art. 17.De brutopremie bedoeld in de artikelen 13, 14 en 15 hiervoor

Art. 17.De brutopremie bedoeld in de artikelen 13, 14 en 15 hiervoor

wordt betaald door de werkgever, maar ten laste genomen door het wordt betaald door de werkgever, maar ten laste genomen door het
fonds. De ondernemingen kunnen deze brutopremie, verhoogd met 50 pct. fonds. De ondernemingen kunnen deze brutopremie, verhoogd met 50 pct.
patronale lasten, berekend op de brutopremie aan 108 pct., patronale lasten, berekend op de brutopremie aan 108 pct.,
terugvorderen bij het fonds. De raad van beheer van het fonds zal terugvorderen bij het fonds. De raad van beheer van het fonds zal
daartoe de toepasselijke modaliteiten vastleggen. daartoe de toepasselijke modaliteiten vastleggen.

Art. 18.De ondernemingen hebben de mogelijkheid om tegen eind april

Art. 18.De ondernemingen hebben de mogelijkheid om tegen eind april

2020 respectievelijk eind mei 2020 van het fonds een voorschot te 2020 respectievelijk eind mei 2020 van het fonds een voorschot te
bekomen met het oog op de betaling van hetzij de verhoging van het bekomen met het oog op de betaling van hetzij de verhoging van het
patronaal aandeel van de maaltijdcheque hetzij van de brutopremie of patronaal aandeel van de maaltijdcheque hetzij van de brutopremie of
hetzij een combinatie van beide. De raad van beheer van het fonds zal hetzij een combinatie van beide. De raad van beheer van het fonds zal
daartoe de toepasselijke modaliteiten vastleggen. daartoe de toepasselijke modaliteiten vastleggen.

Art. 19.De ondernemingen die reeds een minstens gelijkwaardige

Art. 19.De ondernemingen die reeds een minstens gelijkwaardige

regeling op ondernemingsvlak voorzien hebben, kunnen de sectorale regeling op ondernemingsvlak voorzien hebben, kunnen de sectorale
regeling op deze ondernemingsregeling aanrekenen en eveneens regeling op deze ondernemingsregeling aanrekenen en eveneens
terugvorderen bij het fonds. terugvorderen bij het fonds.
HOOFDSTUK V. - Spreiding van de betaling van de patronale bijdragen HOOFDSTUK V. - Spreiding van de betaling van de patronale bijdragen

Art. 20.Aan de textielondernemingen bedoeld in artikel 1 wordt de

Art. 20.Aan de textielondernemingen bedoeld in artikel 1 wordt de

mogelijkheid geboden tot spreiding van de betaling in 12-maandelijkse mogelijkheid geboden tot spreiding van de betaling in 12-maandelijkse
gelijke schijven voor de patronale bijdragen aan de fondsen, zonder gelijke schijven voor de patronale bijdragen aan de fondsen, zonder
bijdrageverhoging en nalatigheidsintresten. bijdrageverhoging en nalatigheidsintresten.

Art. 21.De spreiding van de betaling van de patronale bijdragen,

Art. 21.De spreiding van de betaling van de patronale bijdragen,

geïnd door het fonds zowel voor eigen rekening als voor rekening van geïnd door het fonds zowel voor eigen rekening als voor rekening van
derden, geldt voor de patronale bijdragen die verschuldigd zijn op de derden, geldt voor de patronale bijdragen die verschuldigd zijn op de
lonen betaald in het 3de en 4de kwartaal 2019 en het 1ste kwartaal lonen betaald in het 3de en 4de kwartaal 2019 en het 1ste kwartaal
2020. 2020.
Op de normale vervaldata van de voormelde refertekwartalen, namelijk Op de normale vervaldata van de voormelde refertekwartalen, namelijk
15 mei, 15 augustus en 15 november van dit jaar (2020) is de eerste 15 mei, 15 augustus en 15 november van dit jaar (2020) is de eerste
van de twaalf maandelijkse schijven verschuldigd. De daaropvolgende van de twaalf maandelijkse schijven verschuldigd. De daaropvolgende
schijven dienen telkens tegen de 15de van elke volgende maand betaald schijven dienen telkens tegen de 15de van elke volgende maand betaald
te worden. te worden.
De raad van beheer van het fonds zal daartoe de toepasselijke De raad van beheer van het fonds zal daartoe de toepasselijke
modaliteiten vastleggen. modaliteiten vastleggen.
HOOFDSTUK VI. - Waarborg- en sociaal fonds HOOFDSTUK VI. - Waarborg- en sociaal fonds

Art. 22.De statuten van het fonds worden aangepast met hetgeen in de

Art. 22.De statuten van het fonds worden aangepast met hetgeen in de

artikelen 3 tot en met 21 hiervoor overeengekomen werd. artikelen 3 tot en met 21 hiervoor overeengekomen werd.
HOOFDSTUK VII. - Duur van de overeenkomst HOOFDSTUK VII. - Duur van de overeenkomst

Art. 23.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing vanaf

Art. 23.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing vanaf

13 maart 2020 tot en met 30 juni 2020, met uitzondering van de 13 maart 2020 tot en met 30 juni 2020, met uitzondering van de
artikelen 1, 20 en 21 die gelden voor de specifieke duur van de artikelen 1, 20 en 21 die gelden voor de specifieke duur van de
voorziene regeling. voorziene regeling.
HOOFDSTUK VIII. - Algemeen verbindend verklaring HOOFDSTUK VIII. - Algemeen verbindend verklaring

Art. 24.De ondertekenende partijen vragen dat deze collectieve

Art. 24.De ondertekenende partijen vragen dat deze collectieve

arbeidsovereenkomst algemeen verbindend zou verklaard worden per arbeidsovereenkomst algemeen verbindend zou verklaard worden per
koninklijk besluit. koninklijk besluit.
HOOFDSTUK IX. - Ondertekening van deze collectieve arbeidsovereenkomst HOOFDSTUK IX. - Ondertekening van deze collectieve arbeidsovereenkomst

Art. 25.Overeenkomstig artikel 14 van de wet van 5 december 1968

Art. 25.Overeenkomstig artikel 14 van de wet van 5 december 1968

betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire
comités worden, voor wat betreft de ondertekening van deze collectieve comités worden, voor wat betreft de ondertekening van deze collectieve
arbeidsovereenkomst, de handtekeningen van de personen die deze arbeidsovereenkomst, de handtekeningen van de personen die deze
aangaan namens de werknemersorganisaties enerzijds en namens de aangaan namens de werknemersorganisaties enerzijds en namens de
werkgeversorganisaties anderzijds, vervangen door de, door de werkgeversorganisaties anderzijds, vervangen door de, door de
voorzitter en de secretaris ondertekende en door de leden goedgekeurde voorzitter en de secretaris ondertekende en door de leden goedgekeurde
notulen van de vergadering. notulen van de vergadering.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 25 mei Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 25 mei
2021. 2021.
De Minister van Werk, De Minister van Werk,
P.-Y. DERMAGNE P.-Y. DERMAGNE
^
Etaamb.be maakt gebruik van cookies
Etaamb.be gebruikt cookies om uw taalvoorkeur te onthouden en om beter te begrijpen hoe etaamb.be gebruikt wordt.
DoorgaanMeer details
x