| Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 6 mei 1998 tot vaststelling van de weddeschalen verbonden aan de bijzondere graden van de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening | Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 6 mei 1998 tot vaststelling van de weddeschalen verbonden aan de bijzondere graden van de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening |
|---|---|
| MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID | MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID |
| 25 JUNI 1999. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk | 25 JUNI 1999. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk |
| besluit van 6 mei 1998 tot vaststelling van de weddeschalen verbonden | besluit van 6 mei 1998 tot vaststelling van de weddeschalen verbonden |
| aan de bijzondere graden van de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening | aan de bijzondere graden van de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening |
| ALBERT II, Koning der Belgen, | ALBERT II, Koning der Belgen, |
| Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
| Gelet op het koninklijk besluit van 8 januari 1973 houdende | Gelet op het koninklijk besluit van 8 januari 1973 houdende |
| bezoldigingsregeling van het personeel van sommige instellingen van | bezoldigingsregeling van het personeel van sommige instellingen van |
| openbaar nut, inzonderheid op artikel 3, § 1, 3°, gewijzigd bij het | openbaar nut, inzonderheid op artikel 3, § 1, 3°, gewijzigd bij het |
| koninklijk besluit van 10 mei 1976, en op artikel 7, gewijzigd bij de | koninklijk besluit van 10 mei 1976, en op artikel 7, gewijzigd bij de |
| koninklijke besluiten van 10 mei 1976, 8 augustus 1983, 26 januari | koninklijke besluiten van 10 mei 1976, 8 augustus 1983, 26 januari |
| 1984, 21 januari 1991, 7 augustus 1991, 4 maart 1993, 25 november | 1984, 21 januari 1991, 7 augustus 1991, 4 maart 1993, 25 november |
| 1993, 20 mei 1994, 14 september 1994 en 10 april 1995; | 1993, 20 mei 1994, 14 september 1994 en 10 april 1995; |
| Gelet op het koninklijk besluit van 6 mei 1998 tot vaststelling van de | Gelet op het koninklijk besluit van 6 mei 1998 tot vaststelling van de |
| weddeschalen verbonden aan de bijzondere graden van de Rijksdienst | weddeschalen verbonden aan de bijzondere graden van de Rijksdienst |
| voor Arbeidsvoorziening; | voor Arbeidsvoorziening; |
| Gelet op het advies van het Beheerscomité; | Gelet op het advies van het Beheerscomité; |
| Gelet op het advies van de afgevaardigde van de Minister van Financiën | Gelet op het advies van de afgevaardigde van de Minister van Financiën |
| van 31 maart 1999; | van 31 maart 1999; |
| Gelet op het akkoord van Onze Minister van Begroting, gegeven op 12 | Gelet op het akkoord van Onze Minister van Begroting, gegeven op 12 |
| mei 1999; | mei 1999; |
| Gelet op het akkoord van Onze Minister van Ambtenarenzaken, gegeven op | Gelet op het akkoord van Onze Minister van Ambtenarenzaken, gegeven op |
| 12 mei 1999; | 12 mei 1999; |
| Gelet op het protocol van 24 juni 1999 waarin de conclusies van de | Gelet op het protocol van 24 juni 1999 waarin de conclusies van de |
| onderhandeling gevoerd in het Sectorcomité XI zijn vermeld; | onderhandeling gevoerd in het Sectorcomité XI zijn vermeld; |
| Op de voordracht van Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid, | Op de voordracht van Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid, |
| Hebben Wij besloten en besluiten Wij : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
Artikel 1.Een artikel 5bis, luidend als volgt, wordt in het |
Artikel 1.Een artikel 5bis, luidend als volgt, wordt in het |
| koninklijk besluit van 6 mei 1998 tot vaststelling van de weddeschalen | koninklijk besluit van 6 mei 1998 tot vaststelling van de weddeschalen |
| verbonden aan de bijzondere graden van de Rijksdienst voor | verbonden aan de bijzondere graden van de Rijksdienst voor |
| Arbeidsvoorziening, ingevoegd : | Arbeidsvoorziening, ingevoegd : |
| « Art. 5bis.§ 1. Aan de graad van adjunct-adviseur voor de |
« Art. 5bis.§ 1. Aan de graad van adjunct-adviseur voor de |
| werkgelegenheid wordt de weddeschaal 10 A verbonden. | werkgelegenheid wordt de weddeschaal 10 A verbonden. |
| § 2. De adjunct-adviseur voor de werkgelegenheid die vier jaar | § 2. De adjunct-adviseur voor de werkgelegenheid die vier jaar |
| graadanciënniteit telt, bekomt de weddeschaal 10 B. | graadanciënniteit telt, bekomt de weddeschaal 10 B. |
| § 3. De adjunct-adviseur voor de werkgelegenheid die ten minste twaalf | § 3. De adjunct-adviseur voor de werkgelegenheid die ten minste twaalf |
| jaar graadanciënniteit telt, kan, voor zover er vacante betrekkingen | jaar graadanciënniteit telt, kan, voor zover er vacante betrekkingen |
| zijn, de weddeschaal 10 C bekomen. ». | zijn, de weddeschaal 10 C bekomen. ». |
Art. 2.Een artikel 5ter, luidend als volgt, wordt in hetzelfde |
Art. 2.Een artikel 5ter, luidend als volgt, wordt in hetzelfde |
| besluit ingevoegd : | besluit ingevoegd : |
| « Art. 5ter.§ 1. Aan de graad van assistent voor de werkgelegenheid |
« Art. 5ter.§ 1. Aan de graad van assistent voor de werkgelegenheid |
| wordt de weddeschaal 26 C verbonden. | wordt de weddeschaal 26 C verbonden. |
| § 2. De assistent voor de werkgelegenheid die negen jaar | § 2. De assistent voor de werkgelegenheid die negen jaar |
| graadanciënniteit telt, bekomt de weddeschaal 26 K. ». | graadanciënniteit telt, bekomt de weddeschaal 26 K. ». |
Art. 3.Een artikel 5quater, luidend als volgt, wordt in hetzelfde |
Art. 3.Een artikel 5quater, luidend als volgt, wordt in hetzelfde |
| besluit ingevoegd : | besluit ingevoegd : |
| « Art. 5quater.§ 1. Aan de graad van eerstaanwezend assistent voor de |
« Art. 5quater.§ 1. Aan de graad van eerstaanwezend assistent voor de |
| werkgelegenheid wordt de weddeschaal 28 H verbonden. | werkgelegenheid wordt de weddeschaal 28 H verbonden. |
| § 2. De eerstaanwezend assistent voor de werkgelegenheid die ten | § 2. De eerstaanwezend assistent voor de werkgelegenheid die ten |
| minste zes jaar graadanciënniteit telt, kan, voor zover er vacante | minste zes jaar graadanciënniteit telt, kan, voor zover er vacante |
| betrekkingen zijn, de weddeschaal 28 J bekomen. ». | betrekkingen zijn, de weddeschaal 28 J bekomen. ». |
Art. 4.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het |
Art. 4.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het |
| Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt. | Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt. |
Art. 5.Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid is belast met de |
Art. 5.Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid is belast met de |
| uitvoering van dit besluit. | uitvoering van dit besluit. |
| Gegeven te Brussel, 25 juni 1999. | Gegeven te Brussel, 25 juni 1999. |
| ALBERT | ALBERT |
| Van Koningswege : | Van Koningswege : |
| De Minister van Tewerkstelling en Arbeid, | De Minister van Tewerkstelling en Arbeid, |
| Mevr. M. SMET | Mevr. M. SMET |