Etaamb.openjustice.be
Meertalige weergave van Koninklijk Besluit van 24/03/2015
← Terug naar "Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 april 2014, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden van de non-ferro metalen, betreffende de tewerkstellings- en opleidingsinitiatieven ten gunste van de risicogroepen "
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 april 2014, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden van de non-ferro metalen, betreffende de tewerkstellings- en opleidingsinitiatieven ten gunste van de risicogroepen Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 april 2014, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden van de non-ferro metalen, betreffende de tewerkstellings- en opleidingsinitiatieven ten gunste van de risicogroepen
FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG
24 MAART 2015. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt 24 MAART 2015. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt
verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 april 2014, verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 april 2014,
gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden van de non-ferro gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden van de non-ferro
metalen, betreffende de tewerkstellings- en opleidingsinitiatieven ten metalen, betreffende de tewerkstellings- en opleidingsinitiatieven ten
gunste van de risicogroepen (1) gunste van de risicogroepen (1)
FILIP, Koning der Belgen, FILIP, Koning der Belgen,
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve
arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel
28; 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de bedienden van de Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de bedienden van de
non-ferro metalen; non-ferro metalen;
Op de voordracht van de Minister van Werk, Op de voordracht van de Minister van Werk,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage

overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 28 april 2014, overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 28 april 2014,
gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden van de non-ferro gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden van de non-ferro
metalen, betreffende de tewerkstellings- en opleidingsinitiatieven ten metalen, betreffende de tewerkstellings- en opleidingsinitiatieven ten
gunste van de risicogroepen. gunste van de risicogroepen.

Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van

Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van

dit besluit. dit besluit.
Gegeven te Brussel, 24 maart 2015. Gegeven te Brussel, 24 maart 2015.
FILIP FILIP
Van Koningswege : Van Koningswege :
De Minister van Werk, De Minister van Werk,
K. PEETERS K. PEETERS
_______ _______
Nota Nota
(1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad :
Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.
Bijlage Bijlage
Paritair Comité voor de bedienden van de non-ferro metalen Paritair Comité voor de bedienden van de non-ferro metalen
Collectieve arbeidsovereenkomst van 28 april 2014 Collectieve arbeidsovereenkomst van 28 april 2014
Tewerkstellings- en opleidingsinitiatieven ten gunste van de Tewerkstellings- en opleidingsinitiatieven ten gunste van de
risicogroepen (Overeenkomst geregistreerd op 17 juli 2014 onder het risicogroepen (Overeenkomst geregistreerd op 17 juli 2014 onder het
nummer 122553/CO/224) nummer 122553/CO/224)

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op

de ondernemingen die afhangen van het Paritair Comité voor de de ondernemingen die afhangen van het Paritair Comité voor de
bedienden van de non-ferro metalen en op de bedienden die zij bedienden van de non-ferro metalen en op de bedienden die zij
tewerkstellen. tewerkstellen.
Onder "bedienden" wordt verstaan : de mannelijke en vrouwelijke Onder "bedienden" wordt verstaan : de mannelijke en vrouwelijke
bedienden bedoeld in de collectieve arbeidsovereenkomst van 17 bedienden bedoeld in de collectieve arbeidsovereenkomst van 17
december 2001, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden van december 2001, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden van
de non-ferro metalen, betreffende de functieclassificatie voor de non-ferro metalen, betreffende de functieclassificatie voor
bedienden. bedienden.

Art. 2.In toepassing van titel XIII, hoofdstuk VIII, afdeling 1 van

Art. 2.In toepassing van titel XIII, hoofdstuk VIII, afdeling 1 van

de wet van 27 december 2006 houdende diverse bepalingen (I) en het de wet van 27 december 2006 houdende diverse bepalingen (I) en het
koninklijk besluit van 19 februari 2013 storten de ondernemingen koninklijk besluit van 19 februari 2013 storten de ondernemingen
binnen de maand na het verstrijken van elk kwartaal, 0,10 pct. van de binnen de maand na het verstrijken van elk kwartaal, 0,10 pct. van de
bruto wedden van de gebaremiseerde en baremiseerbare bedienden van het bruto wedden van de gebaremiseerde en baremiseerbare bedienden van het
verlopen kwartaal, op de rekening van de VZW "Tewerkstellings- en verlopen kwartaal, op de rekening van de VZW "Tewerkstellings- en
opleidingsfonds voor de bedienden van de non-ferro sector", ter opleidingsfonds voor de bedienden van de non-ferro sector", ter
ondersteuning van de tewerkstellings- en opleidingsinitiatieven ten ondersteuning van de tewerkstellings- en opleidingsinitiatieven ten
gunste van de risicogroepen. gunste van de risicogroepen.

Art. 3.Onder "risicogroepen" wordt ondermeer verstaan :

Art. 3.Onder "risicogroepen" wordt ondermeer verstaan :

- deeltijds leerplichtigen. Hieronder wordt verstaan : jongeren van 16 - deeltijds leerplichtigen. Hieronder wordt verstaan : jongeren van 16
tot 18 jaar die deeltijds school lopen en deeltijds werken; tot 18 jaar die deeltijds school lopen en deeltijds werken;
- laaggeschoolde werklozen. Hieronder wordt verstaan werklozen met een - laaggeschoolde werklozen. Hieronder wordt verstaan werklozen met een
scholingsgraad van maximum hoger secundair onderwijs; scholingsgraad van maximum hoger secundair onderwijs;
- langdurig werklozen. Hieronder wordt verstaan werklozen die minstens - langdurig werklozen. Hieronder wordt verstaan werklozen die minstens
1 jaar ononderbroken werkloosheidsvergoedingen hebben gehad; 1 jaar ononderbroken werkloosheidsvergoedingen hebben gehad;
- oudere werklozen. Hieronder wordt verstaan werklozen van 50 jaar en - oudere werklozen. Hieronder wordt verstaan werklozen van 50 jaar en
ouder; ouder;
- werklozen die betrokken zijn bij tewerkstellingsprojecten van de - werklozen die betrokken zijn bij tewerkstellingsprojecten van de
overheid; overheid;
- werkzoekenden die bij het "Vlaams Fonds voor Sociale Integratie van - werkzoekenden die bij het "Vlaams Fonds voor Sociale Integratie van
Personen met een Handicap/Fonds communautaire pour l'intégration Personen met een Handicap/Fonds communautaire pour l'intégration
sociale et professionnelle des handicapés" zijn ingeschreven; sociale et professionnelle des handicapés" zijn ingeschreven;
- werkzoekenden die geen werkloosheids- of onderbrekingsuitkeringen - werkzoekenden die geen werkloosheids- of onderbrekingsuitkeringen
genieten en die in de laatste drie jaar geen beroepsactiviteit hebben genieten en die in de laatste drie jaar geen beroepsactiviteit hebben
verricht; verricht;
- bestaansminimumtrekkers; - bestaansminimumtrekkers;
- de migranten; - de migranten;
- werknemers van 45 jaar en ouder of met een scholingsgraad van - werknemers van 45 jaar en ouder of met een scholingsgraad van
maximum hoger secundair onderwijs en die aan een nieuwe functie of maximum hoger secundair onderwijs en die aan een nieuwe functie of
installatie moeten aangepast worden ingevolge een reorganisatie, installatie moeten aangepast worden ingevolge een reorganisatie,
herstructurering of de invoering van nieuwe technologieën; herstructurering of de invoering van nieuwe technologieën;
- pas afgestudeerde jongeren binnen de eerste 12 maanden na hun - pas afgestudeerde jongeren binnen de eerste 12 maanden na hun
aanwerving; aanwerving;
- bedienden waarvan het ontslag in het raam van een herstructurering - bedienden waarvan het ontslag in het raam van een herstructurering
werd vermeden en gemuteerd werden; werd vermeden en gemuteerd werden;
- de risicogroepen voorzien in het koninklijk besluit van 19 februari - de risicogroepen voorzien in het koninklijk besluit van 19 februari
2013 tot uitvoering van artikel 189, 4de lid van de wet van 27 2013 tot uitvoering van artikel 189, 4de lid van de wet van 27
december 2006 houdende diverse bepalingen (Belgisch Staatsblad van 8 december 2006 houdende diverse bepalingen (Belgisch Staatsblad van 8
april 2013), gespecifieerd in artikel 5 van onderhavige collectieve april 2013), gespecifieerd in artikel 5 van onderhavige collectieve
arbeidsovereenkomst; arbeidsovereenkomst;
- alle andere categorieën bedienden die door de raad van bestuur van - alle andere categorieën bedienden die door de raad van bestuur van
de VZW "Tewerkstellings- en opleidingsfonds voor de bedienden van de de VZW "Tewerkstellings- en opleidingsfonds voor de bedienden van de
non-ferro sector" als dusdanig werden erkend. non-ferro sector" als dusdanig werden erkend.

Art. 4.Als tewerkstellings- en opleidingsinitiatieven voor

Art. 4.Als tewerkstellings- en opleidingsinitiatieven voor

risicogroepen, kunnen ondermeer volgende maatregelen worden opgenomen risicogroepen, kunnen ondermeer volgende maatregelen worden opgenomen
: :
- aanwerving of opleiding van personen behorend tot de risicogroepen, - aanwerving of opleiding van personen behorend tot de risicogroepen,
zoals bepaald in artikel 3; zoals bepaald in artikel 3;
- vervanging van bruggepensioneerden of loopbaanonderbrekers door - vervanging van bruggepensioneerden of loopbaanonderbrekers door
personen behorend tot de risicogroepen; personen behorend tot de risicogroepen;
- in dienst houden van werknemers van minder dan 30 jaar na het - in dienst houden van werknemers van minder dan 30 jaar na het
verstrijken van de startbaanovereenkomst van minstens 12 maanden of na verstrijken van de startbaanovereenkomst van minstens 12 maanden of na
het verstrijken van opeenvolgende startbaanovereenkomsten die een het verstrijken van opeenvolgende startbaanovereenkomsten die een
totale duurtijd hebben van minstens 12 maanden; totale duurtijd hebben van minstens 12 maanden;
- projecten van alternerend leren en werken; - projecten van alternerend leren en werken;
- aanwerving van personen die geen recht hebben op - aanwerving van personen die geen recht hebben op
werkloosheidsuitkeringen noch loopbaanonderbrekingsvergoedingen en die werkloosheidsuitkeringen noch loopbaanonderbrekingsvergoedingen en die
na een periode te zijn thuis gebleven voor de opvoeding van de na een periode te zijn thuis gebleven voor de opvoeding van de
kinderen of voor de verzorging van een inwonend familielid, opnieuw kinderen of voor de verzorging van een inwonend familielid, opnieuw
werkzoekend zijn; werkzoekend zijn;
- positieve acties voor vrouwen; - positieve acties voor vrouwen;
- reclasseringsinitiatieven ten voordele van bedreigde oudere of - reclasseringsinitiatieven ten voordele van bedreigde oudere of
laaggeschoolde werknemers; laaggeschoolde werknemers;
- opleiding van laaggeschoolde werknemers; - opleiding van laaggeschoolde werknemers;
- omscholing of bijscholing van bedienden waarvan het ontslag in het - omscholing of bijscholing van bedienden waarvan het ontslag in het
raam van een herstructurering werd vermeden en hierdoor kunnen raam van een herstructurering werd vermeden en hierdoor kunnen
gemuteerd worden van functie. gemuteerd worden van functie.

Art. 5.Tenminste 0,05 pct. van de loonmassa dient te worden

Art. 5.Tenminste 0,05 pct. van de loonmassa dient te worden

voorbehouden aan één of meerdere van volgende risicogroepen : voorbehouden aan één of meerdere van volgende risicogroepen :
1° de werknemers van minstens 50 jaar oud die in de sector werken; 1° de werknemers van minstens 50 jaar oud die in de sector werken;
2° de werknemers van minstens 40 jaar oud die in de sector werken en 2° de werknemers van minstens 40 jaar oud die in de sector werken en
bedreigd zijn met ontslag : bedreigd zijn met ontslag :
a) hetzij doordat hun arbeidsovereenkomst werd opgezegd en de a) hetzij doordat hun arbeidsovereenkomst werd opgezegd en de
opzeggingstermijn loopt; opzeggingstermijn loopt;
b) hetzij doordat zij tewerkgesteld zijn in een onderneming die erkend b) hetzij doordat zij tewerkgesteld zijn in een onderneming die erkend
is als onderneming in moeilijkheden of in herstructurering; is als onderneming in moeilijkheden of in herstructurering;
c) hetzij doordat zij tewerkgesteld zijn in een onderneming waar een c) hetzij doordat zij tewerkgesteld zijn in een onderneming waar een
collectief ontslag werd aangekondigd; collectief ontslag werd aangekondigd;
3° de niet-werkenden en de personen die sinds minder dan één jaar 3° de niet-werkenden en de personen die sinds minder dan één jaar
werken en niet-werkend waren op het ogenblik van hun indiensttreding. werken en niet-werkend waren op het ogenblik van hun indiensttreding.
Onder "niet-werkenden" wordt verstaan : Onder "niet-werkenden" wordt verstaan :
a) de langdurig werkzoekenden, zijnde de personen in het bezit zijn a) de langdurig werkzoekenden, zijnde de personen in het bezit zijn
van een werkkaart, bedoeld in artikel 13 van het koninklijk besluit van een werkkaart, bedoeld in artikel 13 van het koninklijk besluit
van 19 december 2001 tot bevordering van de tewerkstelling van van 19 december 2001 tot bevordering van de tewerkstelling van
langdurig werkzoekenden; langdurig werkzoekenden;
b) de uitkeringsgerechtigde werklozen; b) de uitkeringsgerechtigde werklozen;
c) de werkzoekenden die laaggeschoold of erg laaggeschoold zijn in de c) de werkzoekenden die laaggeschoold of erg laaggeschoold zijn in de
zin van artikel 24 van de wet van 24 december 1999 ter bevordering van zin van artikel 24 van de wet van 24 december 1999 ter bevordering van
de tewerkstelling; de tewerkstelling;
d) de herintreders, zijnde de personen die zich na een onderbreking d) de herintreders, zijnde de personen die zich na een onderbreking
van minstens één jaar terug op de arbeidsmarkt begeven; van minstens één jaar terug op de arbeidsmarkt begeven;
e) de personen die gerechtigd zijn op maatschappelijke integratie in e) de personen die gerechtigd zijn op maatschappelijke integratie in
toepassing van de wet van 26 mei 2002 betreffende het recht op toepassing van de wet van 26 mei 2002 betreffende het recht op
maatschappelijke integratie en personen die gerechtigd zijn op maatschappelijke integratie en personen die gerechtigd zijn op
maatschappelijke hulp in toepassing van de organieke wet van 8 juli maatschappelijke hulp in toepassing van de organieke wet van 8 juli
1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn; 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn;
f) de werknemers die in het bezit zijn van een verminderingskaart f) de werknemers die in het bezit zijn van een verminderingskaart
herstructureringen in de zin van het koninklijk besluit van 9 maart herstructureringen in de zin van het koninklijk besluit van 9 maart
2006 betreffende het activerend beleid bij herstructureringen; 2006 betreffende het activerend beleid bij herstructureringen;
g) de werkzoekenden die niet de nationaliteit van een lidstaat van de g) de werkzoekenden die niet de nationaliteit van een lidstaat van de
Europese Unie bezitten, of van wie minstens één van de ouders deze Europese Unie bezitten, of van wie minstens één van de ouders deze
nationaliteit niet bezit of niet bezat bij overlijden, of van wie nationaliteit niet bezit of niet bezat bij overlijden, of van wie
minstens twee van de grootouders deze nationaliteit niet bezitten of minstens twee van de grootouders deze nationaliteit niet bezitten of
niet bezaten bij overlijden; niet bezaten bij overlijden;
4° de personen met een verminderde arbeidsgeschiktheid, namelijk : 4° de personen met een verminderde arbeidsgeschiktheid, namelijk :
- de personen die voldoen aan de voorwaarden om ingeschreven te worden - de personen die voldoen aan de voorwaarden om ingeschreven te worden
in een regionaal agentschap voor personen met een handicap; in een regionaal agentschap voor personen met een handicap;
- de personen met een definitieve arbeidsongeschiktheid van minstens - de personen met een definitieve arbeidsongeschiktheid van minstens
33 pct.; 33 pct.;
- de personen die voldoen aan de medische voorwaarden om recht te - de personen die voldoen aan de medische voorwaarden om recht te
hebben op een inkomensvervangende of een integratietegemoetkoming hebben op een inkomensvervangende of een integratietegemoetkoming
ingevolge de wet van 27 februari 1987 op de tegemoetkomingen aan ingevolge de wet van 27 februari 1987 op de tegemoetkomingen aan
personen met een handicap; personen met een handicap;
- de personen die als doelgroepwerknemer tewerkgesteld zijn of waren - de personen die als doelgroepwerknemer tewerkgesteld zijn of waren
bij een werkgever die valt onder het toepassingsgebied van het bij een werkgever die valt onder het toepassingsgebied van het
Paritair Comité voor de beschutte en de sociale werkplaatsen; Paritair Comité voor de beschutte en de sociale werkplaatsen;
- de gehandicapte die het recht op verhoogde kinderbijslag opent op - de gehandicapte die het recht op verhoogde kinderbijslag opent op
basis van een lichamelijke of geestelijke ongeschiktheid van minstens basis van een lichamelijke of geestelijke ongeschiktheid van minstens
66 pct.; 66 pct.;
- de personen die in het bezit zijn van een attest afgeleverd door de - de personen die in het bezit zijn van een attest afgeleverd door de
Algemene Directie Personen met een Handicap van de Federale Algemene Directie Personen met een Handicap van de Federale
Overheidsdienst Sociale Zekerheid voor het verstrekken van sociale en Overheidsdienst Sociale Zekerheid voor het verstrekken van sociale en
fiscale voordelen; fiscale voordelen;
- de persoon met een invaliditeitsuitkering of een uitkering voor - de persoon met een invaliditeitsuitkering of een uitkering voor
arbeidsongevallen of beroepsziekten in het kader van programma's tot arbeidsongevallen of beroepsziekten in het kader van programma's tot
werkhervatting; werkhervatting;
5° de jongeren die nog geen 26 jaar oud zijn en opgeleid worden, 5° de jongeren die nog geen 26 jaar oud zijn en opgeleid worden,
hetzij in een stelsel van alternerend leren, hetzij in het kader van hetzij in een stelsel van alternerend leren, hetzij in het kader van
een individuele beroepsopleiding in een onderneming, bedoeld in een individuele beroepsopleiding in een onderneming, bedoeld in
artikel 27, 6° van het koninklijk besluit van 25 november 1991 artikel 27, 6° van het koninklijk besluit van 25 november 1991
houdende de werkloosheidsreglementering, hetzij in het kader van een houdende de werkloosheidsreglementering, hetzij in het kader van een
instapstage, bedoeld in artikel 36quater van hetzelfde koninklijk instapstage, bedoeld in artikel 36quater van hetzelfde koninklijk
besluit van 25 november 1991. besluit van 25 november 1991.

Art. 6.Van de in artikel 5 bedoelde inspanningen moet minstens de

Art. 6.Van de in artikel 5 bedoelde inspanningen moet minstens de

helft besteed worden aan initiatieven ten voordele van één of meerdere helft besteed worden aan initiatieven ten voordele van één of meerdere
van de volgende groepen : van de volgende groepen :
a) de in artikel 5, 5° bedoelde jongeren; a) de in artikel 5, 5° bedoelde jongeren;
b) de in artikel 5, 3° en 4°, bedoelde personen die nog geen 26 jaar b) de in artikel 5, 3° en 4°, bedoelde personen die nog geen 26 jaar
zijn. zijn.

Art. 7.De raad van bestuur van de VZW "Tewerkstellings- en

Art. 7.De raad van bestuur van de VZW "Tewerkstellings- en

opleidingsfonds voor de bedienden van de non-ferro sector" beslist opleidingsfonds voor de bedienden van de non-ferro sector" beslist
over de aanwending van de gestorte bijdragen. over de aanwending van de gestorte bijdragen.
Voor tewerkstellings- en opleidingsinitiatieven, opgesomd in artikel 4 Voor tewerkstellings- en opleidingsinitiatieven, opgesomd in artikel 4
hierboven of die door de raad van bestuur van de VZW "Tewerkstellings- hierboven of die door de raad van bestuur van de VZW "Tewerkstellings-
en opleidingsfonds voor de bedienden van de non-ferro sector" als en opleidingsfonds voor de bedienden van de non-ferro sector" als
gelijkwaardig worden bevonden, wordt een tussenkomst voorzien in de gelijkwaardig worden bevonden, wordt een tussenkomst voorzien in de
terzake gedane financiële inspanning. terzake gedane financiële inspanning.

Art. 8.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met

Art. 8.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met

ingang van 1 januari 2013 en treedt buiten werking op 30 juni 2015. ingang van 1 januari 2013 en treedt buiten werking op 30 juni 2015.
Zij vervangt de bepalingen van hoofdstuk 6, afdeling 1 van de Zij vervangt de bepalingen van hoofdstuk 6, afdeling 1 van de
collectieve arbeidsovereenkomst van 14 maart 2014, gesloten in het collectieve arbeidsovereenkomst van 14 maart 2014, gesloten in het
Paritair Comité voor de bedienden van de non-ferrometalen, betreffende Paritair Comité voor de bedienden van de non-ferrometalen, betreffende
het protocol van sectoraal akkoord 2013-2014 (122064/CO/224). het protocol van sectoraal akkoord 2013-2014 (122064/CO/224).
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 24 maart Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 24 maart
2015. 2015.
De Minister van Werk, De Minister van Werk,
K. PEETERS K. PEETERS
^