| Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 22 september 2023, gesloten in het Paritair Subcomité voor de vezelcement, betreffende het tijdskrediet motief "opleiding" | Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 22 september 2023, gesloten in het Paritair Subcomité voor de vezelcement, betreffende het tijdskrediet motief "opleiding" |
|---|---|
| FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG | FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG |
| 24 JANUARI 2024. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend | 24 JANUARI 2024. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend |
| wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 22 september | wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 22 september |
| 2023, gesloten in het Paritair Subcomité voor de vezelcement, | 2023, gesloten in het Paritair Subcomité voor de vezelcement, |
| betreffende het tijdskrediet motief "opleiding" (1) | betreffende het tijdskrediet motief "opleiding" (1) |
| FILIP, Koning der Belgen, | FILIP, Koning der Belgen, |
| Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
| Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve | Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve |
| arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel | arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel |
| 28; | 28; |
| Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de vezelcement; | Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de vezelcement; |
| Op de voordracht van de Minister van Werk, | Op de voordracht van de Minister van Werk, |
| Hebben Wij besloten en besluiten Wij : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
| overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 22 september 2023, | overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 22 september 2023, |
| gesloten in het Paritair Subcomité voor de vezelcement, betreffende | gesloten in het Paritair Subcomité voor de vezelcement, betreffende |
| het tijdskrediet motief "opleiding". | het tijdskrediet motief "opleiding". |
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van |
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van |
| dit besluit. | dit besluit. |
| Gegeven te Brussel, 24 januari 2024. | Gegeven te Brussel, 24 januari 2024. |
| FILIP | FILIP |
| Van Koningswege : | Van Koningswege : |
| De Minister van Werk, | De Minister van Werk, |
| P.-Y. DERMAGNE | P.-Y. DERMAGNE |
| _______ | _______ |
| Nota | Nota |
| (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : | (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : |
| Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. | Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. |
| Bijlage | Bijlage |
| Paritair Subcomité voor de vezelcement | Paritair Subcomité voor de vezelcement |
| Collectieve arbeidsovereenkomst van 22 september 2023 | Collectieve arbeidsovereenkomst van 22 september 2023 |
| Tijdskrediet motief "opleiding" (Overeenkomst geregistreerd op 26 | Tijdskrediet motief "opleiding" (Overeenkomst geregistreerd op 26 |
| oktober 2023 onder het nummer 183321/CO/106.03) | oktober 2023 onder het nummer 183321/CO/106.03) |
| HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied | HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied |
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op |
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op |
| de werkgevers en de werknemers van de ondernemingen die ressorteren | de werkgevers en de werknemers van de ondernemingen die ressorteren |
| onder het Paritair Subcomité voor de vezelcement (PSC 106.03). | onder het Paritair Subcomité voor de vezelcement (PSC 106.03). |
| Onder "werknemers" wordt verstaan : de arbeiders en arbeidsters. | Onder "werknemers" wordt verstaan : de arbeiders en arbeidsters. |
| HOOFDSTUK II. - Algemene bepalingen | HOOFDSTUK II. - Algemene bepalingen |
Art. 2.In de periode van 1 januari 2023 tot en met 30 juni 2025 |
Art. 2.In de periode van 1 januari 2023 tot en met 30 juni 2025 |
| hebben de werknemers recht op het tijdskrediet met motief "opleiding". | hebben de werknemers recht op het tijdskrediet met motief "opleiding". |
| Het tijdskrediet met motief "opleiding" geeft de werknemers recht op | Het tijdskrediet met motief "opleiding" geeft de werknemers recht op |
| een voltijds, halftijds of 1/5de tijdskrediet tot maximum 36 maanden | een voltijds, halftijds of 1/5de tijdskrediet tot maximum 36 maanden |
| voor het volgen van een opleiding. | voor het volgen van een opleiding. |
| Het tijdskrediet met motief "opleiding" kan bekomen worden voor zover | Het tijdskrediet met motief "opleiding" kan bekomen worden voor zover |
| : | : |
| - het een door de Gemeenschappen of de sector erkende opleiding | - het een door de Gemeenschappen of de sector erkende opleiding |
| betreft die minstens 360 uren of 27 studiepunten per jaar of 120 uren | betreft die minstens 360 uren of 27 studiepunten per jaar of 120 uren |
| of 9 studiepunten per schooltrimester of per ononderbroken periode van | of 9 studiepunten per schooltrimester of per ononderbroken periode van |
| 3 maanden telt; | 3 maanden telt; |
| - het gaat om onderwijs in een centrum voor basiseducatie of een | - het gaat om onderwijs in een centrum voor basiseducatie of een |
| opleiding gericht op het behalen van een diploma of getuigschrift van | opleiding gericht op het behalen van een diploma of getuigschrift van |
| secundair onderwijs, waarbij de grens wordt vastgelegd op 300 uren per | secundair onderwijs, waarbij de grens wordt vastgelegd op 300 uren per |
| jaar of 100 uren per schooltrimester of per ononderbroken periode van | jaar of 100 uren per schooltrimester of per ononderbroken periode van |
| 3 maanden. | 3 maanden. |
| Bij de opname moet rekening gehouden worden met een minimumperiode van | Bij de opname moet rekening gehouden worden met een minimumperiode van |
| 6 maanden als het gaat om een 1/5de tijdskrediet en met een | 6 maanden als het gaat om een 1/5de tijdskrediet en met een |
| minimumperiode van 3 maanden als het een voltijds of halftijds | minimumperiode van 3 maanden als het een voltijds of halftijds |
| tijdskrediet betreft. | tijdskrediet betreft. |
| HOOFDSTUK III. - Geldigheidsduur | HOOFDSTUK III. - Geldigheidsduur |
Art. 3.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met |
Art. 3.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met |
| ingang van 1 januari 2023 en treedt buiten werking op 30 juni 2025. | ingang van 1 januari 2023 en treedt buiten werking op 30 juni 2025. |
| Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 24 januari | Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 24 januari |
| 2024. | 2024. |
| De Minister van Werk, | De Minister van Werk, |
| P.-Y. DERMAGNE | P.-Y. DERMAGNE |