Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 29 januari 2013, gesloten in het Paritair Subcomité voor de houthandel, betreffende de meting van de opleidingsinspanningen in de onderneming | Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 29 januari 2013, gesloten in het Paritair Subcomité voor de houthandel, betreffende de meting van de opleidingsinspanningen in de onderneming |
---|---|
FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG | FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG |
22 OKTOBER 2013. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend | 22 OKTOBER 2013. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend |
wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 29 januari | wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 29 januari |
2013, gesloten in het Paritair Subcomité voor de houthandel, | 2013, gesloten in het Paritair Subcomité voor de houthandel, |
betreffende de meting van de opleidingsinspanningen in de onderneming | betreffende de meting van de opleidingsinspanningen in de onderneming |
(1) | (1) |
FILIP, Koning der Belgen, | FILIP, Koning der Belgen, |
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve | Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve |
arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel | arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel |
28; | 28; |
Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de houthandel; | Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de houthandel; |
Op de voordracht van de Minister van Werk, | Op de voordracht van de Minister van Werk, |
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 29 januari 2013, | overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 29 januari 2013, |
gesloten in het Paritair Subcomité voor de houthandel, betreffende de | gesloten in het Paritair Subcomité voor de houthandel, betreffende de |
meting van de opleidingsinspanningen in de onderneming. | meting van de opleidingsinspanningen in de onderneming. |
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van |
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van |
dit besluit. | dit besluit. |
Gegeven te Brussel, 22 oktober 2013. | Gegeven te Brussel, 22 oktober 2013. |
FILIP | FILIP |
Van Koningswege : | Van Koningswege : |
De Minister van Werk, | De Minister van Werk, |
Mevr. M. DE CONINCK | Mevr. M. DE CONINCK |
_______ | _______ |
Nota | Nota |
(1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : | (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : |
Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. | Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. |
Bijlage | Bijlage |
Paritair Subcomité voor de houthandel | Paritair Subcomité voor de houthandel |
Collectieve arbeidsovereenkomst van 29 januari 2013 | Collectieve arbeidsovereenkomst van 29 januari 2013 |
Meting van de opleidingsinspanningen in de onderneming (Overeenkomst | Meting van de opleidingsinspanningen in de onderneming (Overeenkomst |
geregistreerd op 7 maart 2013 onder het nummer 113852/CO/125.03) | geregistreerd op 7 maart 2013 onder het nummer 113852/CO/125.03) |
Artikel 1.Toepassingsgebied |
Artikel 1.Toepassingsgebied |
Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de | Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de |
werkgevers en op de arbeiders/sters van de ondernemingen die | werkgevers en op de arbeiders/sters van de ondernemingen die |
ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de houthandel. | ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de houthandel. |
Art. 2.Doelstelling |
Art. 2.Doelstelling |
2.1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten om uitvoering | 2.1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten om uitvoering |
te geven aan de Europese Richtsnoeren betreffende het | te geven aan de Europese Richtsnoeren betreffende het |
werkgelegenheidsbeleid van de lidstaten van Europa, meer bepaald aan | werkgelegenheidsbeleid van de lidstaten van Europa, meer bepaald aan |
het besluit van de Raad van Europa van 12 juli 2005, richtsnoer 23 : | het besluit van de Raad van Europa van 12 juli 2005, richtsnoer 23 : |
de bevordering van de deelname aan opleidingen op de werkplek en | de bevordering van de deelname aan opleidingen op de werkplek en |
voortdurende opleiding. | voortdurende opleiding. |
2.2. Zij geeft bovendien uitvoering aan het koninklijk besluit van 10 | 2.2. Zij geeft bovendien uitvoering aan het koninklijk besluit van 10 |
februari 2008 tot wijziging van het koninklijk besluit van 30 januari | februari 2008 tot wijziging van het koninklijk besluit van 30 januari |
2001 tot uitvoering van het Wetboek van vennootschappen, houdende de | 2001 tot uitvoering van het Wetboek van vennootschappen, houdende de |
sociale balans. | sociale balans. |
2.3. Ten einde een antwoord te bieden aan de vereisten geformuleerd in | 2.3. Ten einde een antwoord te bieden aan de vereisten geformuleerd in |
het interprofessioneel akkoord 2007-2008 en artikel 24 van de wet van | het interprofessioneel akkoord 2007-2008 en artikel 24 van de wet van |
17 mei 2007 houdende uitvoering van het interprofessioneel akkoord | 17 mei 2007 houdende uitvoering van het interprofessioneel akkoord |
voor de periode 2007-2008 (Belgisch Staatsblad van 19 juni 2007), | voor de periode 2007-2008 (Belgisch Staatsblad van 19 juni 2007), |
verbinden de sociale gesprekspartners zich ertoe, tijdens de looptijd | verbinden de sociale gesprekspartners zich ertoe, tijdens de looptijd |
van deze overeenkomst in een jaarlijkse toename van de | van deze overeenkomst in een jaarlijkse toename van de |
participatiegraad aan vorming en opleiding met minstens 5 | participatiegraad aan vorming en opleiding met minstens 5 |
procentpunten te realiseren. | procentpunten te realiseren. |
Art. 3.Toepassing voor K.M.O.'s |
Art. 3.Toepassing voor K.M.O.'s |
Artikel 1.De registratie van precieze waarden schept in een zeer |
Artikel 1.De registratie van precieze waarden schept in een zeer |
kleine en kleine onderneming praktische problemen. Informele opleiding | kleine en kleine onderneming praktische problemen. Informele opleiding |
wordt er vaak zelfs niet als "opleiding" ervaren. Formele opleiding | wordt er vaak zelfs niet als "opleiding" ervaren. Formele opleiding |
wordt niet altijd vooraf gepland, doch wordt "meegenomen" wanneer een | wordt niet altijd vooraf gepland, doch wordt "meegenomen" wanneer een |
gelegenheid zich biedt. | gelegenheid zich biedt. |
Aangezien de sector hoofdzakelijk uit ZKO een K.M.O. bestaat, raden de | Aangezien de sector hoofdzakelijk uit ZKO een K.M.O. bestaat, raden de |
sociale partners de ondernemingen aan : | sociale partners de ondernemingen aan : |
1° gebruik te maken van de sectorale registratietool die het | 1° gebruik te maken van de sectorale registratietool die het |
Opleidingscentrum Hout ter beschikking stelt; | Opleidingscentrum Hout ter beschikking stelt; |
2° gebruik te maken van de definities en forfaitaire waarden waarover | 2° gebruik te maken van de definities en forfaitaire waarden waarover |
zij zich akkoord hebben verklaard. | zij zich akkoord hebben verklaard. |
Art. 4.Definities |
Art. 4.Definities |
De definities van de begrippen zoals bepaald in het in artikel 2.2. | De definities van de begrippen zoals bepaald in het in artikel 2.2. |
vermelde koninklijk besluit worden voor deze meting overgenomen en | vermelde koninklijk besluit worden voor deze meting overgenomen en |
hierna meer gespecificeerd, rekening houdend met de in de sector | hierna meer gespecificeerd, rekening houdend met de in de sector |
gangbare praktijk. | gangbare praktijk. |
Tot de "initiële" opleiding behoren aldus niet alleen het industrieel | Tot de "initiële" opleiding behoren aldus niet alleen het industrieel |
leerlingwezen of het leerstelsel middenstand, maar ook andere vormen | leerlingwezen of het leerstelsel middenstand, maar ook andere vormen |
van alternerende opleiding. | van alternerende opleiding. |
Tot de "voortgezette" beroepsopleidingen behoren onder meer de formele | Tot de "voortgezette" beroepsopleidingen behoren onder meer de formele |
opleidingen georganiseerd door het Opleidingscentrum Hout die | opleidingen georganiseerd door het Opleidingscentrum Hout die |
plaatsvinden, hetzij op een locatie buiten de onderneming, hetzij in | plaatsvinden, hetzij op een locatie buiten de onderneming, hetzij in |
een lokaal van de onderneming verschillend van de werkplek. | een lokaal van de onderneming verschillend van de werkplek. |
Tot de "informele" beroepsopleidingen behoren onder meer : | Tot de "informele" beroepsopleidingen behoren onder meer : |
- de "on the job" opleidingen waarvan het leerprogramma werd | - de "on the job" opleidingen waarvan het leerprogramma werd |
ontwikkeld door het Opleidingscentrum Hout; | ontwikkeld door het Opleidingscentrum Hout; |
- de "on the job" opleidingen van nieuw aangeworven werknemers volgens | - de "on the job" opleidingen van nieuw aangeworven werknemers volgens |
een leerprogramma vastgesteld door het Opleidingscentrum Hout. | een leerprogramma vastgesteld door het Opleidingscentrum Hout. |
Art. 5.Kost voor de onderneming |
Art. 5.Kost voor de onderneming |
5.1. Principe | 5.1. Principe |
De sociale balans dient te vermelden, voor elke van de hiervoor | De sociale balans dient te vermelden, voor elke van de hiervoor |
genoemde opleidingen, afzonderlijk voor mannen en vrouwen, het aantal | genoemde opleidingen, afzonderlijk voor mannen en vrouwen, het aantal |
werknemers dat dergelijke opleiding heeft gevolgd, het aantal uren | werknemers dat dergelijke opleiding heeft gevolgd, het aantal uren |
aldus gespendeerd aan die opleiding en de kostprijs van de opleiding. | aldus gespendeerd aan die opleiding en de kostprijs van de opleiding. |
5.2. De volgende kosten komen in aanmerking : | 5.2. De volgende kosten komen in aanmerking : |
- loonkosten van de werknemer die de opleiding volgt (bruto uurloon + | - loonkosten van de werknemer die de opleiding volgt (bruto uurloon + |
patronale RSZ bijdragen); | patronale RSZ bijdragen); |
- loonkosten van de werknemer die de opleiding geeft (of een collega | - loonkosten van de werknemer die de opleiding geeft (of een collega |
begeleidt) (bruto uurloon + patronale RSZ bijdragen); | begeleidt) (bruto uurloon + patronale RSZ bijdragen); |
- facturen van externe opleiders; | - facturen van externe opleiders; |
- kosten van het lokaal waar de opleiding plaats heeft, waarbij de | - kosten van het lokaal waar de opleiding plaats heeft, waarbij de |
verhouding tussen het aantal m² van het opleidingslokaal ter attentie | verhouding tussen het aantal m² van het opleidingslokaal ter attentie |
van het totaal aantal m² van de onderneming of van het gebouw waarin | van het totaal aantal m² van de onderneming of van het gebouw waarin |
het lokaal zich bevindt, kan worden toegepast op huurprijzen of | het lokaal zich bevindt, kan worden toegepast op huurprijzen of |
afschrijvingen, verwarming, verlichting, onderhoud, verzekering, enz.; | afschrijvingen, verwarming, verlichting, onderhoud, verzekering, enz.; |
- kosten van documentatie, materialen, huur van apparatuur; | - kosten van documentatie, materialen, huur van apparatuur; |
- de bijdrage "risicogroepen" van 0,10 pct. op lonen aan 108 pct. voor | - de bijdrage "risicogroepen" van 0,10 pct. op lonen aan 108 pct. voor |
de arbeid(st)ers uit het Paritair Subcomité voor houthandel en van | de arbeid(st)ers uit het Paritair Subcomité voor houthandel en van |
0,20 pct. op lonen aan 100 pct. voor bedienden uit het Nationaal | 0,20 pct. op lonen aan 100 pct. voor bedienden uit het Nationaal |
Paritair Comité voor de bedienden; | Paritair Comité voor de bedienden; |
- de bijdrage van beroepsopleiding tijdens de werkuren voor de | - de bijdrage van beroepsopleiding tijdens de werkuren voor de |
arbeid(st)ers uit het Paritair Subcomité voor de houthandel : 0,225 | arbeid(st)ers uit het Paritair Subcomité voor de houthandel : 0,225 |
pct.; | pct.; |
- ... | - ... |
Deze opsomming is niet limitatief. | Deze opsomming is niet limitatief. |
5.3. Forfait | 5.3. Forfait |
De kosten kunnen op reële cijfers gebaseerd worden. | De kosten kunnen op reële cijfers gebaseerd worden. |
Ze kunnen om redenen van administratieve eenvoud echter ook | Ze kunnen om redenen van administratieve eenvoud echter ook |
"forfaitair" vastgesteld worden voor het gehele boekjaar en het gehele | "forfaitair" vastgesteld worden voor het gehele boekjaar en het gehele |
bedrijf. | bedrijf. |
De sociale partners zijn het daarom eens dat een gemiddelde | De sociale partners zijn het daarom eens dat een gemiddelde |
forfaitaire uurloonkost kan worden gebruikt, die dezelfde is voor alle | forfaitaire uurloonkost kan worden gebruikt, die dezelfde is voor alle |
werknemers van de onderneming. | werknemers van de onderneming. |
Dit forfait kan als volgt worden berekend : | Dit forfait kan als volgt worden berekend : |
- de codes 100 en 102 van de sociale balans laten toe, de loonkosten | - de codes 100 en 102 van de sociale balans laten toe, de loonkosten |
van één uur opleiding per werknemer te berekenen; | van één uur opleiding per werknemer te berekenen; |
- code 102 (Totaal) bevat de personeelskosten van de gehele | - code 102 (Totaal) bevat de personeelskosten van de gehele |
onderneming, in kolom 3 voor het beschouwde boekjaar. Deze komt | onderneming, in kolom 3 voor het beschouwde boekjaar. Deze komt |
overeen met rubriek 62 van de resultatenrekening (bezoldigingen en | overeen met rubriek 62 van de resultatenrekening (bezoldigingen en |
sociale voordelen, werkgeversbijdragen sociale verzekeringen, | sociale voordelen, werkgeversbijdragen sociale verzekeringen, |
werkgeverspremie bovenwettelijke verzekeringen, andere | werkgeverspremie bovenwettelijke verzekeringen, andere |
personeelskosten, pensioenen); | personeelskosten, pensioenen); |
- code 100 (VTE) is het aantal voltijds equivalenten in de | - code 100 (VTE) is het aantal voltijds equivalenten in de |
onderneming, eveneens kolom 3 voor het beschouwde boekjaar; | onderneming, eveneens kolom 3 voor het beschouwde boekjaar; |
- per boekjaar zijn de kosten van één VTE werknemer dus gelijk aan : | - per boekjaar zijn de kosten van één VTE werknemer dus gelijk aan : |
resultaat code 102/totaal code 100; | resultaat code 102/totaal code 100; |
- de kosten per uur per werknemer zijn dan gelijk aan de kost van één | - de kosten per uur per werknemer zijn dan gelijk aan de kost van één |
VTE/1 824 uur (38 u. 00 x 48 weken). | VTE/1 824 uur (38 u. 00 x 48 weken). |
De sociale partners zijn het er bovendien over eens dat sommige vormen | De sociale partners zijn het er bovendien over eens dat sommige vormen |
van "leren" helemaal niet geregistreerd kunnen worden, zoals : | van "leren" helemaal niet geregistreerd kunnen worden, zoals : |
raadplegen van een collega, raadplegen van vakliteratuur, website, | raadplegen van een collega, raadplegen van vakliteratuur, website, |
opzoekingen, "trial and error"... | opzoekingen, "trial and error"... |
Deze zelfstudie kan worden geschat op 0,5 pct. van het totaal in de | Deze zelfstudie kan worden geschat op 0,5 pct. van het totaal in de |
onderneming gepresteerde uren (code 101T), en kan dus eveneens in de | onderneming gepresteerde uren (code 101T), en kan dus eveneens in de |
sociale balans worden opgenomen bij de informele opleidingen. | sociale balans worden opgenomen bij de informele opleidingen. |
5.4. Nettokost (1) | 5.4. Nettokost (1) |
De nettokost van de opleiding voor de onderneming is gelijk aan het | De nettokost van de opleiding voor de onderneming is gelijk aan het |
totaal van de bruto loonkost van alle opleidingsuren van het boekjaar | totaal van de bruto loonkost van alle opleidingsuren van het boekjaar |
vermeerderd met de patronale RSZ-bijdragen en verminderd met het | vermeerderd met de patronale RSZ-bijdragen en verminderd met het |
totaal aan terugbetalingen of subsidies die de werkgevers heeft | totaal aan terugbetalingen of subsidies die de werkgevers heeft |
genoten in verband met "opleiding", zoals : de terugbetaling van | genoten in verband met "opleiding", zoals : de terugbetaling van |
"betaald educatief verlof" of enige andere subsidie of | "betaald educatief verlof" of enige andere subsidie of |
opleidingscheque. | opleidingscheque. |
5.5. Uurloonkost voor de opgeleide arbeider en voor de begeleider | 5.5. Uurloonkost voor de opgeleide arbeider en voor de begeleider |
Voor de werknemer die een opleiding volgt, wordt het exacte aantal | Voor de werknemer die een opleiding volgt, wordt het exacte aantal |
uren opleiding genoteerd in de voor het type opleiding bestemde | uren opleiding genoteerd in de voor het type opleiding bestemde |
rubriek van de sociale balans. | rubriek van de sociale balans. |
Indien een werknemer van de onderneming optreedt als "opleider" voor | Indien een werknemer van de onderneming optreedt als "opleider" voor |
een formele opleiding, dan wordt eveneens het exacte aantal uren van | een formele opleiding, dan wordt eveneens het exacte aantal uren van |
de opleider genoteerd (zowel voorbereiding als het geven van de | de opleider genoteerd (zowel voorbereiding als het geven van de |
opleiding). | opleiding). |
Indien een werknemer van de onderneming optreedt als "begeleider" voor | Indien een werknemer van de onderneming optreedt als "begeleider" voor |
een "informele" opleiding, dan registreren we per uur opleiding, | een "informele" opleiding, dan registreren we per uur opleiding, |
genoten door de opgeleide arbeider, bovendien ook 15 minuten voor de | genoten door de opgeleide arbeider, bovendien ook 15 minuten voor de |
begeleider. | begeleider. |
Art. 6.Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten voor |
Art. 6.Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten voor |
bepaalde duur van 1 januari 2013 tot en met 31 december 2014. | bepaalde duur van 1 januari 2013 tot en met 31 december 2014. |
De partij die deze collectieve arbeidsovereenkomst wenst op te zeggen | De partij die deze collectieve arbeidsovereenkomst wenst op te zeggen |
zal dit doen, met inachtneming van een opzeggingstermijn van 6 maanden | zal dit doen, met inachtneming van een opzeggingstermijn van 6 maanden |
en mits verzending van een aangetekende brief aan de voorzitter van | en mits verzending van een aangetekende brief aan de voorzitter van |
het paritair subcomité. | het paritair subcomité. |
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 22 oktober | Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 22 oktober |
2013. | 2013. |
De Minister van Werk, | De Minister van Werk, |
Mevr. M. DE CONINCK | Mevr. M. DE CONINCK |
_______ | _______ |
Nota | Nota |
(1) Indien men gebruik maakt van de berekeningswijze "sociale balans", | (1) Indien men gebruik maakt van de berekeningswijze "sociale balans", |
namelijk 102/100, dan is de patronale RSZ reeds in die uurloonkost | namelijk 102/100, dan is de patronale RSZ reeds in die uurloonkost |
vervat. | vervat. |