← Terug naar "Koninklijk besluit houdende gedeeltelijke verdeling van de provisionele kredieten ingeschreven in het programma 19-53-2 van de algemene uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 1998 "
Koninklijk besluit houdende gedeeltelijke verdeling van de provisionele kredieten ingeschreven in het programma 19-53-2 van de algemene uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 1998 | Koninklijk besluit houdende gedeeltelijke verdeling van de provisionele kredieten ingeschreven in het programma 19-53-2 van de algemene uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 1998 |
---|---|
MINISTERIE VAN FINANCIEN EN MINISTERIE VAN AMBTENARENZAKEN | MINISTERIE VAN FINANCIEN EN MINISTERIE VAN AMBTENARENZAKEN |
22 DECEMBER 1998. - Koninklijk besluit houdende gedeeltelijke | 22 DECEMBER 1998. - Koninklijk besluit houdende gedeeltelijke |
verdeling van de provisionele kredieten ingeschreven in het programma | verdeling van de provisionele kredieten ingeschreven in het programma |
19-53-2 van de algemene uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 1998 | 19-53-2 van de algemene uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 1998 |
ALBERT II, Koning der Belgen, | ALBERT II, Koning der Belgen, |
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
Gelet op de wet van 19 december 1997 houdende de algemene | Gelet op de wet van 19 december 1997 houdende de algemene |
uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 1998, inzonderheid op | uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 1998, inzonderheid op |
artikel 2.19.3; | artikel 2.19.3; |
Gelet op de wet van 5 juli 1998 houdende tweede aanpassing van de | Gelet op de wet van 5 juli 1998 houdende tweede aanpassing van de |
algemene uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 1998; | algemene uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 1998; |
Overwegende dat op het programma 19-53/2 van de algemene uitgaven | Overwegende dat op het programma 19-53/2 van de algemene uitgaven |
begroting voor het begrotingsjaar 1998 een provisioneel krediet is | begroting voor het begrotingsjaar 1998 een provisioneel krediet is |
ingeschreven ten belope van 24,6 miljoen frank, bestemd voor de | ingeschreven ten belope van 24,6 miljoen frank, bestemd voor de |
uitvoering van opleidingsactiviteiten in de verschillende | uitvoering van opleidingsactiviteiten in de verschillende |
departementen en parastatalen; | departementen en parastatalen; |
Op de voordracht van Onze Minister van Begroting, van Onze Minister | Op de voordracht van Onze Minister van Begroting, van Onze Minister |
van Ambtenarenzaken en van Onze Minister van Financiën, | van Ambtenarenzaken en van Onze Minister van Financiën, |
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
Artikel 1.Een niet-gesplitst krediet ten belope van 3 820 468 frank |
Artikel 1.Een niet-gesplitst krediet ten belope van 3 820 468 frank |
wordt afgenomen van het provisioneel krediet ingeschreven op het | wordt afgenomen van het provisioneel krediet ingeschreven op het |
programma 19-53/2 van de algemene uitgavenbegroting voor het | programma 19-53/2 van de algemene uitgavenbegroting voor het |
begrotingsjaar 1998, en wordt verdeeld overeenkomstig de bijgevoegde | begrotingsjaar 1998, en wordt verdeeld overeenkomstig de bijgevoegde |
tabel. | tabel. |
De in de tabel vermelde bedragen worden gevoegd bij de kredieten welke | De in de tabel vermelde bedragen worden gevoegd bij de kredieten welke |
onder de betrokken programma's en basisallocaties zijn uitgetrokken | onder de betrokken programma's en basisallocaties zijn uitgetrokken |
voor het begrotingsjaar 1998. | voor het begrotingsjaar 1998. |
Art. 2.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het |
Art. 2.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het |
Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt. | Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt. |
Art. 3.Onze Minister van Begroting, Onze Minister van Ambtenarenzaken |
Art. 3.Onze Minister van Begroting, Onze Minister van Ambtenarenzaken |
en Onze Minister van Financiën zijn, ieder wat hem betreft, belast met | en Onze Minister van Financiën zijn, ieder wat hem betreft, belast met |
de uitvoering van dit besluit. | de uitvoering van dit besluit. |
Gegeven te Brussel, 22 december 1998. | Gegeven te Brussel, 22 december 1998. |
ALBERT | ALBERT |
Van Koningswege : | Van Koningswege : |
De Minister van Begroting, | De Minister van Begroting, |
H. VAN ROMPUY | H. VAN ROMPUY |
De Minister van Ambtenarenzaken, | De Minister van Ambtenarenzaken, |
A. FLAHAUT | A. FLAHAUT |
De Minister van Financiën, | De Minister van Financiën, |
J.-J. VISEUR | J.-J. VISEUR |
Bijlage | Bijlage |
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld | Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld |
Gezien om te worden gevoegd bij Ons Besluit van 22 december 1998. | Gezien om te worden gevoegd bij Ons Besluit van 22 december 1998. |
ALBERT | ALBERT |
Van Koningswege : | Van Koningswege : |
De Minister van Begroting, | De Minister van Begroting, |
H. VAN ROMPUY | H. VAN ROMPUY |
De Minister van Ambtenarenzaken, | De Minister van Ambtenarenzaken, |
A. FLAHAUT | A. FLAHAUT |
De Minister van Financiën, | De Minister van Financiën, |
J.-J. VISEUR | J.-J. VISEUR |