Etaamb.openjustice.be
Meertalige weergave van Koninklijk Besluit van 22/04/2012
← Terug naar "Koninklijk besluit tot vaststelling van de opzeggingstermijnen in de leerlooierij-ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de leerlooierij en de handel in ruwe huiden en vellen (1) "
Koninklijk besluit tot vaststelling van de opzeggingstermijnen in de leerlooierij-ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de leerlooierij en de handel in ruwe huiden en vellen (1) Koninklijk besluit tot vaststelling van de opzeggingstermijnen in de leerlooierij-ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de leerlooierij en de handel in ruwe huiden en vellen (1)
FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG
22 APRIL 2012. - Koninklijk besluit tot vaststelling van de 22 APRIL 2012. - Koninklijk besluit tot vaststelling van de
opzeggingstermijnen in de leerlooierij-ondernemingen die ressorteren opzeggingstermijnen in de leerlooierij-ondernemingen die ressorteren
onder het Paritair Subcomité voor de leerlooierij en de handel in ruwe onder het Paritair Subcomité voor de leerlooierij en de handel in ruwe
huiden en vellen (PSC 128.01) (1) huiden en vellen (PSC 128.01) (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, ALBERT II, Koning der Belgen,
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten, Gelet op de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten,
artikel 61, § 1, genummerd bij de wet van 20 juli 1991; artikel 61, § 1, genummerd bij de wet van 20 juli 1991;
Gelet op het koninklijk besluit van 23 oktober 2006 tot vaststelling Gelet op het koninklijk besluit van 23 oktober 2006 tot vaststelling
van de opzeggingstermijnen in de leerlooierij-ondernemingen die van de opzeggingstermijnen in de leerlooierij-ondernemingen die
ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de leerlooierij en de ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de leerlooierij en de
handel in ruwe huiden en vellen; handel in ruwe huiden en vellen;
Gelet op het voorstel van het Paritair Subcomité voor de leerlooierij Gelet op het voorstel van het Paritair Subcomité voor de leerlooierij
en de handel in ruwe huiden en vellen van 21 oktober 2011; en de handel in ruwe huiden en vellen van 21 oktober 2011;
Gelet op advies 50.892/1 van de Raad van State, gegeven op 16 februari Gelet op advies 50.892/1 van de Raad van State, gegeven op 16 februari
2012 met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de wetten 2012 met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de wetten
op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973; op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;
Op de voordracht van de Minister van Werk, Op de voordracht van de Minister van Werk,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Dit besluit is van toepassing op de werkgevers en op de

Artikel 1.Dit besluit is van toepassing op de werkgevers en op de

werklieden van de leerlooierij-ondernemingen die ressorteren onder het werklieden van de leerlooierij-ondernemingen die ressorteren onder het
Paritair Subcomité voor de leerlooierij en de handel in ruwe huiden en Paritair Subcomité voor de leerlooierij en de handel in ruwe huiden en
vellen, zowel voor de arbeidsovereenkomsten waarvan de uitvoering vóór vellen, zowel voor de arbeidsovereenkomsten waarvan de uitvoering vóór
1 januari 2012 is aangevangen als diegene waarop artikel 65/1 van de 1 januari 2012 is aangevangen als diegene waarop artikel 65/1 van de
wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten van wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten van
toepassing is. toepassing is.

Art. 2.§ 1. In afwijking van de bepalingen van artikel 59, tweede en

Art. 2.§ 1. In afwijking van de bepalingen van artikel 59, tweede en

derde lid, van de wet van 3 juli 1978 betreffende de derde lid, van de wet van 3 juli 1978 betreffende de
arbeidsovereenkomsten wordt, wanneer de opzegging van de werkgever arbeidsovereenkomsten wordt, wanneer de opzegging van de werkgever
uitgaat, de te geven opzeggingstermijn bij het beëindigen van de uitgaat, de te geven opzeggingstermijn bij het beëindigen van de
arbeidsovereenkomst voor werklieden, gesloten voor onbepaalde tijd, arbeidsovereenkomst voor werklieden, gesloten voor onbepaalde tijd,
vastgesteld op : vastgesteld op :
- achtentwintig dagen wat de werklieden betreft die minder dan zes - achtentwintig dagen wat de werklieden betreft die minder dan zes
maanden anciënniteit in de onderneming tellen; maanden anciënniteit in de onderneming tellen;
- veertig dagen wat de werklieden betreft die tussen zes maanden en - veertig dagen wat de werklieden betreft die tussen zes maanden en
minder dan vijf jaren anciënniteit in de onderneming tellen; minder dan vijf jaren anciënniteit in de onderneming tellen;
- achtenveertig dagen wat de werklieden betreft die tussen vijf en - achtenveertig dagen wat de werklieden betreft die tussen vijf en
minder dan tien jaren anciënniteit in de onderneming tellen; minder dan tien jaren anciënniteit in de onderneming tellen;
- vierenzestig dagen wat de werklieden betreft die tussen tien en - vierenzestig dagen wat de werklieden betreft die tussen tien en
minder dan vijftien jaren anciënniteit in de onderneming tellen; minder dan vijftien jaren anciënniteit in de onderneming tellen;
- zevenennegentig dagen wat de werklieden betreft die tussen vijftien - zevenennegentig dagen wat de werklieden betreft die tussen vijftien
en minder dan twintig jaren anciënniteit in de onderneming tellen; en minder dan twintig jaren anciënniteit in de onderneming tellen;
- honderdnegenentwintig dagen wat de werklieden betreft die twintig of - honderdnegenentwintig dagen wat de werklieden betreft die twintig of
meer jaren anciënniteit in de onderneming tellen. meer jaren anciënniteit in de onderneming tellen.
§ 2. In geval van ontslag met het oog op brugpensioen gelden de § 2. In geval van ontslag met het oog op brugpensioen gelden de
opzeggingstermijnen zoals bepaald in artikel 59 van de wet van 3 juli opzeggingstermijnen zoals bepaald in artikel 59 van de wet van 3 juli
1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten. 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten.

Art. 3.De opzeggingen betekend vóór de inwerkingtreding van dit

Art. 3.De opzeggingen betekend vóór de inwerkingtreding van dit

besluit blijven al hun gevolgen behouden. besluit blijven al hun gevolgen behouden.

Art. 4.Het koninklijk besluit van 23 oktober 2006 tot vaststelling

Art. 4.Het koninklijk besluit van 23 oktober 2006 tot vaststelling

van de opzeggingstermijnen in de leerlooierij-ondernemingen die van de opzeggingstermijnen in de leerlooierij-ondernemingen die
ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de leerlooierij en de ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de leerlooierij en de
handel in ruwe huiden en vellen, wordt opgeheven. handel in ruwe huiden en vellen, wordt opgeheven.

Art. 5.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het

Art. 5.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het

Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt. Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Art. 6.De Minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van

Art. 6.De Minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van

dit besluit. dit besluit.
Gegeven te Brussel, 22 april 2012. Gegeven te Brussel, 22 april 2012.
ALBERT ALBERT
Van Koningswege : Van Koningswege :
De Minister van Werk, De Minister van Werk,
M. DE CONINCK M. DE CONINCK
_______ _______
Nota Nota
(1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad :
Wet van 3 juli 1978, Belgisch Staatsblad van 22 augustus 1978. Wet van 3 juli 1978, Belgisch Staatsblad van 22 augustus 1978.
Wet van 20 juli 1991, Belgisch Staatsblad van 1 augustus 1991. Wet van 20 juli 1991, Belgisch Staatsblad van 1 augustus 1991.
^