Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 26 november 2021, gesloten in het Paritair Subcomité voor de houthandel, betreffende de toekenning van een aanvullende vergoeding in het kader van het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag op 60 jaar in het kader van zware beroepen en met een loopbaan van 35 jaar (1) | Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 26 november 2021, gesloten in het Paritair Subcomité voor de houthandel, betreffende de toekenning van een aanvullende vergoeding in het kader van het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag op 60 jaar in het kader van zware beroepen en met een loopbaan van 35 jaar (1) |
---|---|
FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG | FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG |
20 JULI 2022. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt | 20 JULI 2022. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt |
verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 26 november 2021, | verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 26 november 2021, |
gesloten in het Paritair Subcomité voor de houthandel, betreffende de | gesloten in het Paritair Subcomité voor de houthandel, betreffende de |
toekenning van een aanvullende vergoeding in het kader van het stelsel | toekenning van een aanvullende vergoeding in het kader van het stelsel |
van werkloosheid met bedrijfstoeslag (SWT) op 60 jaar in het kader van | van werkloosheid met bedrijfstoeslag (SWT) op 60 jaar in het kader van |
zware beroepen en met een loopbaan van 35 jaar (1) | zware beroepen en met een loopbaan van 35 jaar (1) |
FILIP, Koning der Belgen, | FILIP, Koning der Belgen, |
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve | Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve |
arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel | arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel |
28; | 28; |
Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de houthandel; | Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de houthandel; |
Op de voordracht van de Minister van Werk, | Op de voordracht van de Minister van Werk, |
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 26 november 2021, | overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 26 november 2021, |
gesloten in het Paritair Subcomité voor de houthandel, betreffende de | gesloten in het Paritair Subcomité voor de houthandel, betreffende de |
toekenning van een aanvullende vergoeding in het kader van het stelsel | toekenning van een aanvullende vergoeding in het kader van het stelsel |
van werkloosheid met bedrijfstoeslag (SWT) op 60 jaar in het kader van | van werkloosheid met bedrijfstoeslag (SWT) op 60 jaar in het kader van |
zware beroepen en met een loopbaan van 35 jaar. | zware beroepen en met een loopbaan van 35 jaar. |
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van |
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van |
dit besluit. | dit besluit. |
Gegeven te Brussel, 20 juli 2022. | Gegeven te Brussel, 20 juli 2022. |
FILIP | FILIP |
Van Koningswege : | Van Koningswege : |
De Minister van Werk, | De Minister van Werk, |
P.-Y. DERMAGNE | P.-Y. DERMAGNE |
_______ | _______ |
Nota | Nota |
(1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : | (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : |
Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. | Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. |
Bijlage | Bijlage |
Paritair Subcomité voor de houthandel | Paritair Subcomité voor de houthandel |
Collectieve arbeidsovereenkomst van 26 november 2021 | Collectieve arbeidsovereenkomst van 26 november 2021 |
Toekenning van een aanvullende vergoeding in het kader van het stelsel | Toekenning van een aanvullende vergoeding in het kader van het stelsel |
van werkloosheid met bedrijfs-toeslag (SWT) op 60 jaar in het kader | van werkloosheid met bedrijfs-toeslag (SWT) op 60 jaar in het kader |
van zware beroepen en met een loopbaan van 35 jaar (Overeenkomst | van zware beroepen en met een loopbaan van 35 jaar (Overeenkomst |
geregistreerd op 25 februari 2022 onder het nummer 170654/CO/125.03) | geregistreerd op 25 februari 2022 onder het nummer 170654/CO/125.03) |
HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied | HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied |
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst, afgesloten in |
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst, afgesloten in |
toepassing van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 143 van 23 april | toepassing van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 143 van 23 april |
2019, is van toepassing op de werkgevers en op de arbeid(st)ers van de | 2019, is van toepassing op de werkgevers en op de arbeid(st)ers van de |
ondernemingen die onder het Paritair Subcomité voor de houthandel | ondernemingen die onder het Paritair Subcomité voor de houthandel |
ressorteren. | ressorteren. |
HOOFDSTUK II. - Rechthebbenden | HOOFDSTUK II. - Rechthebbenden |
Art. 2.Ingevolge artikel 3, § 3 van het koninklijk besluit van 3 mei |
Art. 2.Ingevolge artikel 3, § 3 van het koninklijk besluit van 3 mei |
2007 tot regeling van het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag | 2007 tot regeling van het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag |
kunnen aanspraak maken op het stelsel van werkloosheid met | kunnen aanspraak maken op het stelsel van werkloosheid met |
bedrijfstoeslag, de arbeid(st)ers : | bedrijfstoeslag, de arbeid(st)ers : |
1° die worden ontslagen, behalve om een dringende reden in de zin van | 1° die worden ontslagen, behalve om een dringende reden in de zin van |
de wetgeving betreffende de arbeidsovereenkomsten, tussen 1 juli 2021 | de wetgeving betreffende de arbeidsovereenkomsten, tussen 1 juli 2021 |
en 30 juni 2023, en die; | en 30 juni 2023, en die; |
2° de leeftijd van 60 jaar of ouder hebben bereikt gedurende de | 2° de leeftijd van 60 jaar of ouder hebben bereikt gedurende de |
periode van 1 juli 2021 tot 30 juni 2023 en op het einde van de | periode van 1 juli 2021 tot 30 juni 2023 en op het einde van de |
arbeidsovereenkomst, en die; | arbeidsovereenkomst, en die; |
3° recht hebben op werkloosheidsuitkeringen, en die; | 3° recht hebben op werkloosheidsuitkeringen, en die; |
4° op het ogenblik van het einde van de arbeidsovereenkomst een | 4° op het ogenblik van het einde van de arbeidsovereenkomst een |
beroepsverleden van ten minste 35 jaar als loontrekkende kunnen | beroepsverleden van ten minste 35 jaar als loontrekkende kunnen |
rechtvaardigen en gewerkt hebben in een zwaar beroep. | rechtvaardigen en gewerkt hebben in een zwaar beroep. |
Van deze 35 jaar moeten : | Van deze 35 jaar moeten : |
a) ofwel minstens 5 jaar, gerekend van datum tot datum, een zwaar | a) ofwel minstens 5 jaar, gerekend van datum tot datum, een zwaar |
beroep behelzen. Deze periode van 5 jaar moet gelegen zijn in de loop | beroep behelzen. Deze periode van 5 jaar moet gelegen zijn in de loop |
van de laatste 10 kalenderjaren, gerekend van datum tot datum, vóór | van de laatste 10 kalenderjaren, gerekend van datum tot datum, vóór |
het einde van de arbeidsovereenkomst; | het einde van de arbeidsovereenkomst; |
b) ofwel minstens 7 jaar, gerekend van datum tot datum, een zwaar | b) ofwel minstens 7 jaar, gerekend van datum tot datum, een zwaar |
beroep behelzen. Deze periode van 7 jaar moet gelegen zijn in de loop | beroep behelzen. Deze periode van 7 jaar moet gelegen zijn in de loop |
van de laatste 15 kalenderjaren, gerekend van datum tot datum, vóór | van de laatste 15 kalenderjaren, gerekend van datum tot datum, vóór |
het einde van de arbeidsovereenkomst. | het einde van de arbeidsovereenkomst. |
Wordt als zwaar beroep beschouwd : | Wordt als zwaar beroep beschouwd : |
a) het werk in wisselende ploegen, meer bepaald de ploegenarbeid in | a) het werk in wisselende ploegen, meer bepaald de ploegenarbeid in |
minstens twee ploegen van minstens twee werknemers, die hetzelfde werk | minstens twee ploegen van minstens twee werknemers, die hetzelfde werk |
doen, zowel qua inhoud als qua omvang en die elkaar in de loop van de | doen, zowel qua inhoud als qua omvang en die elkaar in de loop van de |
dag opvolgen zonder dat er een onderbreking is tussen de opeenvolgende | dag opvolgen zonder dat er een onderbreking is tussen de opeenvolgende |
ploegen en zonder dat de overlapping meer bedraagt dan één vierde van | ploegen en zonder dat de overlapping meer bedraagt dan één vierde van |
hun dagtaak, op voorwaarde dat de werknemer van ploegen alterneert; | hun dagtaak, op voorwaarde dat de werknemer van ploegen alterneert; |
b) het werk in onderbroken diensten waarbij de werknemer permanent | b) het werk in onderbroken diensten waarbij de werknemer permanent |
werkt in dagprestaties waarvan de begintijd en de eindtijd minimum 11 | werkt in dagprestaties waarvan de begintijd en de eindtijd minimum 11 |
uur uit elkaar liggen met een onderbreking van minstens 3 uur en | uur uit elkaar liggen met een onderbreking van minstens 3 uur en |
minimumprestaties van 7 uur. Onder "permanent" verstaat men : dat de | minimumprestaties van 7 uur. Onder "permanent" verstaat men : dat de |
onderbroken dienst de gewone arbeidsregeling van de werknemer vormt en | onderbroken dienst de gewone arbeidsregeling van de werknemer vormt en |
dat hij niet occasioneel in een dergelijke dienst wordt tewerkgesteld; | dat hij niet occasioneel in een dergelijke dienst wordt tewerkgesteld; |
c) het werk in een arbeidsregime zoals bedoeld in artikel 1 van de | c) het werk in een arbeidsregime zoals bedoeld in artikel 1 van de |
collectieve arbeidsovereenkomst nr. 46 gesloten op 23 maart 1990 en | collectieve arbeidsovereenkomst nr. 46 gesloten op 23 maart 1990 en |
algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 10 mei 1990. | algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 10 mei 1990. |
HOOFDSTUK III. - Bedrag en uitkering | HOOFDSTUK III. - Bedrag en uitkering |
Art. 3.De maandelijkse forfaitaire bedrijfstoeslag SWT ten laste van |
Art. 3.De maandelijkse forfaitaire bedrijfstoeslag SWT ten laste van |
het "Fonds voor bestaanszekerheid van de houthandel" bedraagt 120 EUR. | het "Fonds voor bestaanszekerheid van de houthandel" bedraagt 120 EUR. |
Vanaf 1 januari 2022 zal de maandelijkse forfaitaire bedrijfstoeslag | Vanaf 1 januari 2022 zal de maandelijkse forfaitaire bedrijfstoeslag |
verhoogd worden naar 120,48 EUR. | verhoogd worden naar 120,48 EUR. |
De wettelijke (werkgevers)bijdragen en (arbeiders)inhoudingen hierop | De wettelijke (werkgevers)bijdragen en (arbeiders)inhoudingen hierop |
zijn ten laste van het "Fonds voor bestaanszekerheid van de | zijn ten laste van het "Fonds voor bestaanszekerheid van de |
houthandel". | houthandel". |
Arbeid(st)ers die aangesloten zijn bij een vakbondsorganisatie | Arbeid(st)ers die aangesloten zijn bij een vakbondsorganisatie |
genieten bovendien van een syndicale premie van 11,67 EUR per maand. | genieten bovendien van een syndicale premie van 11,67 EUR per maand. |
Deze premie wordt samen met de aanvullende forfaitaire bedrijfstoeslag | Deze premie wordt samen met de aanvullende forfaitaire bedrijfstoeslag |
betaald. Het bedrag van de syndicale premie wordt verhoogd tot 12,08 | betaald. Het bedrag van de syndicale premie wordt verhoogd tot 12,08 |
EUR per maand vanaf 2022. | EUR per maand vanaf 2022. |
Art. 4.Indien de maandelijkse forfaitaire bedrijfstoeslag lager ligt |
Art. 4.Indien de maandelijkse forfaitaire bedrijfstoeslag lager ligt |
dan het bedrag dat moet betaald worden ingevolge de collectieve | dan het bedrag dat moet betaald worden ingevolge de collectieve |
arbeidsovereenkomst nr. 17, is de werkgever verplicht het verschil bij | arbeidsovereenkomst nr. 17, is de werkgever verplicht het verschil bij |
te passen. | te passen. |
Voor het bepalen van het netto refertemaandloon (RSZ-bijdrage berekend | Voor het bepalen van het netto refertemaandloon (RSZ-bijdrage berekend |
op het bruto refertemaandloon aan 100 pct.), wordt rekening gehouden | op het bruto refertemaandloon aan 100 pct.), wordt rekening gehouden |
met de eventuele werkbonus. | met de eventuele werkbonus. |
De bedrijfstoeslag van de arbeid(st)ers die gebruik maakten van de | De bedrijfstoeslag van de arbeid(st)ers die gebruik maakten van de |
mogelijkheid hun loopbaan te verminderen in uitvoering van de | mogelijkheid hun loopbaan te verminderen in uitvoering van de |
collectieve arbeidsovereenkomsten nr. 77bis, nr. 77ter en nr. 103 | collectieve arbeidsovereenkomsten nr. 77bis, nr. 77ter en nr. 103 |
afgesloten in de Nationale Arbeidsraad, wordt berekend op basis van | afgesloten in de Nationale Arbeidsraad, wordt berekend op basis van |
hun bruto refertemaandloon, omgerekend naar een voltijdse betrekking. | hun bruto refertemaandloon, omgerekend naar een voltijdse betrekking. |
De betaling van de bedrijfstoeslag blijft behouden in geval van | De betaling van de bedrijfstoeslag blijft behouden in geval van |
werkhervatting. | werkhervatting. |
HOOFDSTUK IV. - Procedure en algemene bepalingen | HOOFDSTUK IV. - Procedure en algemene bepalingen |
Art. 5.De aanvragen tot toekenning van de forfaitaire bedrijfstoeslag |
Art. 5.De aanvragen tot toekenning van de forfaitaire bedrijfstoeslag |
moeten worden ingediend bij het "Fonds voor bestaanszekerheid van de | moeten worden ingediend bij het "Fonds voor bestaanszekerheid van de |
houthandel" door toedoen van een werknemersorganisatie, | houthandel" door toedoen van een werknemersorganisatie, |
vertegenwoordigd in de Nationale Arbeidsraad, of rechtstreeks door de | vertegenwoordigd in de Nationale Arbeidsraad, of rechtstreeks door de |
arbeider. | arbeider. |
De aanvragen moeten vergezeld zijn van de documenten die het recht op | De aanvragen moeten vergezeld zijn van de documenten die het recht op |
de bedrijfstoeslag aantonen. | de bedrijfstoeslag aantonen. |
Art. 6.De bijzondere gevallen die niet kunnen geregeld worden |
Art. 6.De bijzondere gevallen die niet kunnen geregeld worden |
overeenkomstig de bepalingen van deze collectieve arbeidsovereenkomst | overeenkomstig de bepalingen van deze collectieve arbeidsovereenkomst |
worden door de meest gerede partij voorgelegd aan het beheerscomité | worden door de meest gerede partij voorgelegd aan het beheerscomité |
van het "Fonds voor bestaanszekerheid van de houthandel". | van het "Fonds voor bestaanszekerheid van de houthandel". |
HOOFDSTUK V. - Geldigheidsduur | HOOFDSTUK V. - Geldigheidsduur |
Art. 7.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 |
Art. 7.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 |
juli 2021 en treedt buiten werking op 30 juni 2023. | juli 2021 en treedt buiten werking op 30 juni 2023. |
Art. 8.Conform artikel 14 van de wet van 5 december 1968 betreffende |
Art. 8.Conform artikel 14 van de wet van 5 december 1968 betreffende |
de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités worden, | de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités worden, |
voor wat betreft de ondertekening van deze collectieve | voor wat betreft de ondertekening van deze collectieve |
arbeidsovereenkomst, de handtekeningen van de personen die deze | arbeidsovereenkomst, de handtekeningen van de personen die deze |
aangaan namens de werknemersorganisaties enerzijds en namens de | aangaan namens de werknemersorganisaties enerzijds en namens de |
werkgeversorganisaties anderzijds, vervangen door de notulen van de | werkgeversorganisaties anderzijds, vervangen door de notulen van de |
vergadering die zijn ondertekend door de voorzitter en de secretaris | vergadering die zijn ondertekend door de voorzitter en de secretaris |
en goedgekeurd door de leden. | en goedgekeurd door de leden. |
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 20 juli | Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 20 juli |
2022. | 2022. |
De Minister van Werk, | De Minister van Werk, |
P.-Y. DERMAGNE | P.-Y. DERMAGNE |