Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 15 december 2011, gesloten in het Paritair Subcomité voor de luchtvaartmaatschappijen, betreffende de invoering van een regeling van brugpensioen ten gunste van de werknemers die hebben gewerkt in een arbeidsregeling met nachtprestaties | Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 15 december 2011, gesloten in het Paritair Subcomité voor de luchtvaartmaatschappijen, betreffende de invoering van een regeling van brugpensioen ten gunste van de werknemers die hebben gewerkt in een arbeidsregeling met nachtprestaties |
---|---|
FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG | FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG |
20 FEBRUARI 2013. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend | 20 FEBRUARI 2013. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend |
wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 15 december | wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 15 december |
2011, gesloten in het Paritair Subcomité voor de | 2011, gesloten in het Paritair Subcomité voor de |
luchtvaartmaatschappijen, betreffende de invoering van een regeling | luchtvaartmaatschappijen, betreffende de invoering van een regeling |
van brugpensioen ten gunste van de werknemers die hebben gewerkt in | van brugpensioen ten gunste van de werknemers die hebben gewerkt in |
een arbeidsregeling met nachtprestaties (1) | een arbeidsregeling met nachtprestaties (1) |
ALBERT II, Koning der Belgen, | ALBERT II, Koning der Belgen, |
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve | Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve |
arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel | arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel |
28; | 28; |
Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de | Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de |
luchtvaartmaatschappijen; | luchtvaartmaatschappijen; |
Op de voordracht van de Minister van Werk, | Op de voordracht van de Minister van Werk, |
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 15 december 2011, | overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 15 december 2011, |
gesloten in het Paritair Subcomité voor de luchtvaartmaatschappijen, | gesloten in het Paritair Subcomité voor de luchtvaartmaatschappijen, |
betreffende de invoering van een regeling van brugpensioen ten gunste | betreffende de invoering van een regeling van brugpensioen ten gunste |
van de werknemers die hebben gewerkt in een arbeidsregeling met | van de werknemers die hebben gewerkt in een arbeidsregeling met |
nachtprestaties. | nachtprestaties. |
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van |
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van |
dit besluit. | dit besluit. |
Gegeven te Brussel, 20 februari 2013. | Gegeven te Brussel, 20 februari 2013. |
ALBERT | ALBERT |
Van Koningswege : | Van Koningswege : |
De Minister van Werk, | De Minister van Werk, |
Mevr. M. DE CONINCK | Mevr. M. DE CONINCK |
_______ | _______ |
Nota | Nota |
(1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : | (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : |
Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. | Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. |
Bijlage | Bijlage |
Paritair Subcomité voor de luchtvaartmaatschappijen | Paritair Subcomité voor de luchtvaartmaatschappijen |
Collectieve arbeidsovereenkomst van 15 december 2011 | Collectieve arbeidsovereenkomst van 15 december 2011 |
Invoering van een regeling van brugpensioen ten gunste van de | Invoering van een regeling van brugpensioen ten gunste van de |
werknemers die hebben gewerkt in een arbeidsregeling met | werknemers die hebben gewerkt in een arbeidsregeling met |
nachtprestaties (Overeenkomst geregistreerd op 31 januari 2012 onder | nachtprestaties (Overeenkomst geregistreerd op 31 januari 2012 onder |
het nummer 108101/CO/315.02) | het nummer 108101/CO/315.02) |
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op |
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op |
de werkgevers en de werknemers van de ondernemingen die onder de | de werkgevers en de werknemers van de ondernemingen die onder de |
bevoegdheid vallen van het Paritair Subcomité voor de | bevoegdheid vallen van het Paritair Subcomité voor de |
luchtvaartmaatschappijen. | luchtvaartmaatschappijen. |
Art. 2.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is niet van toepassing op |
Art. 2.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is niet van toepassing op |
de beroepscategoriën van piloten en vliegende boordwerktuigkundigen. | de beroepscategoriën van piloten en vliegende boordwerktuigkundigen. |
Art. 3.De regeling vervat in de collectieve arbeidsovereenkomst nr. |
Art. 3.De regeling vervat in de collectieve arbeidsovereenkomst nr. |
17, gesloten in de Nationale Arbeidsraad op 19 december 1974, tot | 17, gesloten in de Nationale Arbeidsraad op 19 december 1974, tot |
invoering van een aanvullende vergoeding ten gunste van sommige | invoering van een aanvullende vergoeding ten gunste van sommige |
bejaarde werknemers die worden ontslagen, wordt uitgebreid tot alle | bejaarde werknemers die worden ontslagen, wordt uitgebreid tot alle |
werknemers vanaf 56 jaar, die tenminste een loopbaan kunnen bewijzen | werknemers vanaf 56 jaar, die tenminste een loopbaan kunnen bewijzen |
van 33 jaar, die 20 jaar hebben gewerkt in een arbeidsregeling met | van 33 jaar, die 20 jaar hebben gewerkt in een arbeidsregeling met |
nachtprestaties, en op wie deze collectieve arbeidsovereenkomst van | nachtprestaties, en op wie deze collectieve arbeidsovereenkomst van |
toepassing is. | toepassing is. |
Art. 4.De werknemers die zijn ontslagen in het kader van deze |
Art. 4.De werknemers die zijn ontslagen in het kader van deze |
overeenkomst behouden het recht op een aanvullende vergoeding ten | overeenkomst behouden het recht op een aanvullende vergoeding ten |
laste van de laatste werkgever, wanneer ze het werk hervatten als | laste van de laatste werkgever, wanneer ze het werk hervatten als |
loontrekkende bij een andere werkgever dan de werkgever die hen heeft | loontrekkende bij een andere werkgever dan de werkgever die hen heeft |
ontslagen en die niet behoort tot dezelfde technische bedrijfseenheid | ontslagen en die niet behoort tot dezelfde technische bedrijfseenheid |
als de werkgever die hen heeft ontslagen. | als de werkgever die hen heeft ontslagen. |
De werknemers die zijn ontslagen in het kader van deze overeenkomst | De werknemers die zijn ontslagen in het kader van deze overeenkomst |
behouden het recht op de aanvullende vergoeding ten laste van de | behouden het recht op de aanvullende vergoeding ten laste van de |
laatste werkgever, ingeval een zelfstandige activiteit in hoofdberoep | laatste werkgever, ingeval een zelfstandige activiteit in hoofdberoep |
wordt uitgeoefend op voorwaarde dat die activiteit niet wordt | wordt uitgeoefend op voorwaarde dat die activiteit niet wordt |
uitgeoefend voor rekening van de werkgever die hen heeft ontslagen of | uitgeoefend voor rekening van de werkgever die hen heeft ontslagen of |
voor rekening van een werkgever die behoort tot dezelfde technische | voor rekening van een werkgever die behoort tot dezelfde technische |
bedrijfseenheid als de werkgever die hen heeft ontslagen. | bedrijfseenheid als de werkgever die hen heeft ontslagen. |
Voor de concrete toepassingsmodaliteiten van het behoud van het recht | Voor de concrete toepassingsmodaliteiten van het behoud van het recht |
op de aanvullende vergoeding zoals bepaald in voorgaande paragrafen, | op de aanvullende vergoeding zoals bepaald in voorgaande paragrafen, |
gelden dezelfde als deze bepaald in de artikelen 4bis, 4ter en 4quater | gelden dezelfde als deze bepaald in de artikelen 4bis, 4ter en 4quater |
van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17, gesloten in de | van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17, gesloten in de |
Nationale Arbeidsraad op 19 december 1974, tot invoering van een | Nationale Arbeidsraad op 19 december 1974, tot invoering van een |
aanvullende vergoeding ten gunste van sommige bejaarde werknemers die | aanvullende vergoeding ten gunste van sommige bejaarde werknemers die |
worden ontslagen. | worden ontslagen. |
Art. 5.Bij overgang van een arbeidstijdregeling zoals bedoeld in de |
Art. 5.Bij overgang van een arbeidstijdregeling zoals bedoeld in de |
collectieve arbeidsovereenkomst nr. 77bis, gesloten in de Nationale | collectieve arbeidsovereenkomst nr. 77bis, gesloten in de Nationale |
Arbeidsraad op 19 december 2001, betreffende een stelsel van | Arbeidsraad op 19 december 2001, betreffende een stelsel van |
tijdskrediet, loopbaanvermindering en vermindering van | tijdskrediet, loopbaanvermindering en vermindering van |
arbeidsprestaties tot een halftijdse betrekking, naar het | arbeidsprestaties tot een halftijdse betrekking, naar het |
brugpensioen, moet voor de berekening van de aanvullende vergoeding | brugpensioen, moet voor de berekening van de aanvullende vergoeding |
bedoeld in artikel 4 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17, | bedoeld in artikel 4 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17, |
rekening worden gehouden met het voltijds loon, desgevallend beperkt | rekening worden gehouden met het voltijds loon, desgevallend beperkt |
tot het netto-referteloon bepaald in uitvoering van de collectieve | tot het netto-referteloon bepaald in uitvoering van de collectieve |
arbeidsovereenkomst nr. 17. | arbeidsovereenkomst nr. 17. |
Art. 6.Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten voor |
Art. 6.Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten voor |
bepaalde duur. Ze treedt in werking op 1 januari 2011 en houdt op van | bepaalde duur. Ze treedt in werking op 1 januari 2011 en houdt op van |
kracht te zijn op 31 december 2012. | kracht te zijn op 31 december 2012. |
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 20 februari | Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 20 februari |
2013. | 2013. |
De Minister van Werk, | De Minister van Werk, |
Mevr. M. DE CONINCK | Mevr. M. DE CONINCK |