Etaamb.openjustice.be
Meertalige weergave van Koninklijk Besluit van 19/07/2006
← Terug naar "Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst, gesloten op 18 juni 2001 in het Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen van de Vlaamse Gemeenschap en goedgekeurd op 2 juli 2001 in het Paritair Comité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten, betreffende het voltijds conventioneel brugpensioen vanaf de leeftijd van 56 jaar "
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst, gesloten op 18 juni 2001 in het Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen van de Vlaamse Gemeenschap en goedgekeurd op 2 juli 2001 in het Paritair Comité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten, betreffende het voltijds conventioneel brugpensioen vanaf de leeftijd van 56 jaar Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst, gesloten op 18 juni 2001 in het Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen van de Vlaamse Gemeenschap en goedgekeurd op 2 juli 2001 in het Paritair Comité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten, betreffende het voltijds conventioneel brugpensioen vanaf de leeftijd van 56 jaar
FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG
19 JULI 2006. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt 19 JULI 2006. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt
verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst, gesloten op 18 juni 2001 verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst, gesloten op 18 juni 2001
in het Paritair Subcomité voor de opvoedings- en in het Paritair Subcomité voor de opvoedings- en
huisvestingsinrichtingen van de Vlaamse Gemeenschap en goedgekeurd op huisvestingsinrichtingen van de Vlaamse Gemeenschap en goedgekeurd op
2 juli 2001 in het Paritair Comité voor de opvoedings- en 2 juli 2001 in het Paritair Comité voor de opvoedings- en
huisvestingsinrichtingen en -diensten, betreffende het voltijds huisvestingsinrichtingen en -diensten, betreffende het voltijds
conventioneel brugpensioen vanaf de leeftijd van 56 jaar (1) conventioneel brugpensioen vanaf de leeftijd van 56 jaar (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, ALBERT II, Koning der Belgen,
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve
arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel
28; 28;
Gelet op de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 van 19 december Gelet op de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 van 19 december
1974, gesloten in de Nationale Arbeidsraad, tot invoering van een 1974, gesloten in de Nationale Arbeidsraad, tot invoering van een
regeling van aanvullende vergoeding ten gunste van sommige oudere regeling van aanvullende vergoeding ten gunste van sommige oudere
werknemers indien zij worden ontslagen, algemeen verbindend verklaard werknemers indien zij worden ontslagen, algemeen verbindend verklaard
bij koninklijk besluit van 16 januari 1975; bij koninklijk besluit van 16 januari 1975;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de opvoedings- en Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de opvoedings- en
huisvestingsinrichtingen en -diensten; huisvestingsinrichtingen en -diensten;
Op de voordracht van Onze Minister van Werk, Op de voordracht van Onze Minister van Werk,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage

overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst, gesloten op 18 juni 2001 overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst, gesloten op 18 juni 2001
in het Paritair Subcomité voor de opvoedings- en in het Paritair Subcomité voor de opvoedings- en
huisvestingsinrichtingen van de Vlaamse Gemeenschap en goedgekeurd op huisvestingsinrichtingen van de Vlaamse Gemeenschap en goedgekeurd op
2 juli 2001 in het Paritair Comité voor de opvoedings- en 2 juli 2001 in het Paritair Comité voor de opvoedings- en
huisvestingsinrichtingen en -diensten, betreffende het voltijds huisvestingsinrichtingen en -diensten, betreffende het voltijds
conventioneel brugpensioen vanaf de leeftijd van 56 jaar, met conventioneel brugpensioen vanaf de leeftijd van 56 jaar, met
uitzondering van de bepalingen in strijd met artikel 4, § 2, van de uitzondering van de bepalingen in strijd met artikel 4, § 2, van de
collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 van 19 december 1974 tot collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 van 19 december 1974 tot
invoering van een regeling van aanvullende vergoeding ten gunste van invoering van een regeling van aanvullende vergoeding ten gunste van
sommige bejaarde werknemers indien zij worden ontslagen. sommige bejaarde werknemers indien zij worden ontslagen.

Art. 2.Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit

Art. 2.Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit

besluit. besluit.
Gegeven te Brussel, 19 juli 2006. Gegeven te Brussel, 19 juli 2006.
ALBERT ALBERT
Van Koningswege : Van Koningswege :
De Minister van Werk, De Minister van Werk,
P. VANVELTHOVEN P. VANVELTHOVEN
_______ _______
Nota Nota
(1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad :
Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.
Koninklijk besluit van 16 januari 1975, Belgisch Staatsblad van 31 Koninklijk besluit van 16 januari 1975, Belgisch Staatsblad van 31
januari 1975. januari 1975.
Bijlage Bijlage
Paritair Comité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en Paritair Comité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en
-diensten -diensten
Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen van Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen van
de Vlaamse Gemeenschap de Vlaamse Gemeenschap
Collectieve arbeidsovereenkomst, gesloten op 18 juni 2001 in het Collectieve arbeidsovereenkomst, gesloten op 18 juni 2001 in het
Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen van Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen van
de Vlaamse Gemeenschap en goedgekeurd op 2 juli 2001 in het Paritair de Vlaamse Gemeenschap en goedgekeurd op 2 juli 2001 in het Paritair
Comité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten Comité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten
Voltijds conventioneel brugpensioen vanaf de leeftijd van 56 jaar Voltijds conventioneel brugpensioen vanaf de leeftijd van 56 jaar
(Overeenkomst geregistreerd op 23 januari 2002 onder het nummer (Overeenkomst geregistreerd op 23 januari 2002 onder het nummer
60661/CO/319) 60661/CO/319)

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op

de werknemers en op de werkgevers van de inrichtingen en diensten de werknemers en op de werkgevers van de inrichtingen en diensten
welke ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de opvoedings- en welke ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de opvoedings- en
huisvestingsinrichtingen van de Vlaamse Gemeenschap. huisvestingsinrichtingen van de Vlaamse Gemeenschap.
Onder "werknemers" wordt verstaan : het mannelijke en vrouwelijk Onder "werknemers" wordt verstaan : het mannelijke en vrouwelijk
werklieden- en bediendepersoneel. werklieden- en bediendepersoneel.

Art. 2.Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten in

Art. 2.Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten in

toepassing van het interprofessioneel akkoord van 22 december 2000 en toepassing van het interprofessioneel akkoord van 22 december 2000 en
de overeenkomstig dit interprofessioneel akkoord bekend te maken wet, de overeenkomstig dit interprofessioneel akkoord bekend te maken wet,
en inzonderheid op de artikelen 23 en 24 van de collectieve en inzonderheid op de artikelen 23 en 24 van de collectieve
arbeidsovereenkomst nr. 17, gesloten op 19 december 1974 in de arbeidsovereenkomst nr. 17, gesloten op 19 december 1974 in de
Nationale Arbeidsraad, tot invoering van een regeling van aanvullende Nationale Arbeidsraad, tot invoering van een regeling van aanvullende
vergoeding ten gunste van sommige bejaarde werknemers indien zij vergoeding ten gunste van sommige bejaarde werknemers indien zij
worden ontslagen en van het koninklijk besluit van 7 december 1992 worden ontslagen en van het koninklijk besluit van 7 december 1992
betreffende de toekenning van werkloosheidsuitkeringen in geval van betreffende de toekenning van werkloosheidsuitkeringen in geval van
conventioneel brugpensioen. conventioneel brugpensioen.

Art. 3.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de

Art. 3.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de

ontslagen werknemers die werkloosheidsuitkeringen genieten en die ontslagen werknemers die werkloosheidsuitkeringen genieten en die
gedurende de geldigheid van deze overeenkomst de leeftijd van 56 jaar gedurende de geldigheid van deze overeenkomst de leeftijd van 56 jaar
of meer bereiken op het ogenblik van de beëindiging van de of meer bereiken op het ogenblik van de beëindiging van de
arbeidsovereenkomst en die op dat ogenblik 33 jaar beroepsverleden als arbeidsovereenkomst en die op dat ogenblik 33 jaar beroepsverleden als
loontrekkende kunnen rechtvaardigen, berekend overeenkomstig artikel loontrekkende kunnen rechtvaardigen, berekend overeenkomstig artikel
23 van de voornoemde wet van 26 juli 1996. 23 van de voornoemde wet van 26 juli 1996.

Art. 4.Deze werknemers moeten bovendien kunnen aantonen dat zij op

Art. 4.Deze werknemers moeten bovendien kunnen aantonen dat zij op

het ogenblik van de beëindiging van de arbeidsovereenkomst, minimaal het ogenblik van de beëindiging van de arbeidsovereenkomst, minimaal
20 jaar gewerkt hebben in een arbeidsregeling zoals voorzien in 20 jaar gewerkt hebben in een arbeidsregeling zoals voorzien in
artikel 1 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 46sexies, artikel 1 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 46sexies,
gesloten op 9 januari 1995 in de Nationale Arbeidsraad, tot wijziging gesloten op 9 januari 1995 in de Nationale Arbeidsraad, tot wijziging
van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 46 van 23 maart 1990 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 46 van 23 maart 1990
betreffende de begeleidingsmaatregelen voor ploegenarbeid met betreffende de begeleidingsmaatregelen voor ploegenarbeid met
nachtprestaties alsook voor andere vormen van arbeid met nachtprestaties alsook voor andere vormen van arbeid met
nachtprestaties, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit nachtprestaties, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit
van 8 maart 1995, te weten, gewoonlijk tewerkgesteld zijn geweest in van 8 maart 1995, te weten, gewoonlijk tewerkgesteld zijn geweest in
een arbeidsregeling met prestaties tussen 20 uur en 6 uur, met een arbeidsregeling met prestaties tussen 20 uur en 6 uur, met
uitsluiting van : uitsluiting van :
- prestaties die zich uitsluitend situeren tussen 6 uur en 24 uur; - prestaties die zich uitsluitend situeren tussen 6 uur en 24 uur;
- prestaties die gewoonlijk beginnen vanaf 5 uur. - prestaties die gewoonlijk beginnen vanaf 5 uur.

Art. 5.De regeling van onderhavig conventioneel brugpensioen geldt

Art. 5.De regeling van onderhavig conventioneel brugpensioen geldt

voor de werknemers van 56 jaar en ouder en die, rekening houdend met voor de werknemers van 56 jaar en ouder en die, rekening houdend met
de in de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 van de Nationale de in de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 van de Nationale
Arbeidsraad voorziene overlegprocedure, worden ontslagen, behalve om Arbeidsraad voorziene overlegprocedure, worden ontslagen, behalve om
dringende redenen. dringende redenen.
De datum die in acht moet worden genomen om de leeftijd en de De datum die in acht moet worden genomen om de leeftijd en de
anciënniteitsvoorwaarden te bepalen is deze waarop de anciënniteitsvoorwaarden te bepalen is deze waarop de
arbeidsovereenkomst effectief verstrijkt. arbeidsovereenkomst effectief verstrijkt.
De opzeggingstermijnen zijn deze die bepaald zijn volgens de wet van 3 De opzeggingstermijnen zijn deze die bepaald zijn volgens de wet van 3
juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten. juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten.

Art. 6.De werknemers bedoeld in artikel 2 kunnen aanspraak maken op

Art. 6.De werknemers bedoeld in artikel 2 kunnen aanspraak maken op

een aanvullende vergoeding ten laste van de werkgever op voorwaarde een aanvullende vergoeding ten laste van de werkgever op voorwaarde
dat zij het bewijs leveren dat zij recht hebben op dat zij het bewijs leveren dat zij recht hebben op
werkloosheidsuitkeringen. werkloosheidsuitkeringen.
De aanvullende vergoeding zal door de werkgever niet meer betaald De aanvullende vergoeding zal door de werkgever niet meer betaald
worden vanaf het ogenblik dat de betrokken werknemer zijn recht op de worden vanaf het ogenblik dat de betrokken werknemer zijn recht op de
werkloosheidsvergoedingen verliest. werkloosheidsvergoedingen verliest.
In geen geval zal de werkgever de verandering of de afschaffing van de In geen geval zal de werkgever de verandering of de afschaffing van de
werkloosheidsuitkeringen compenseren met een hogere vergoeding. werkloosheidsuitkeringen compenseren met een hogere vergoeding.

Art. 7.De aanvullende vergoeding is de tussenkomst ten laste van de

Art. 7.De aanvullende vergoeding is de tussenkomst ten laste van de

werkgever bepaald bij voormelde collectieve arbeidsovereenkomst nr. werkgever bepaald bij voormelde collectieve arbeidsovereenkomst nr.
17. Zij bedraagt de helft van het verschil tussen het 17. Zij bedraagt de helft van het verschil tussen het
netto-referteloon en de normale werkloosheidsuitkeringen. netto-referteloon en de normale werkloosheidsuitkeringen.
Het maandloon dat als netto-referteloon dient, is gelijk aan het Het maandloon dat als netto-referteloon dient, is gelijk aan het
jaarloon van de werknemer gedeeld door twaalf, evenwel begrensd jaarloon van de werknemer gedeeld door twaalf, evenwel begrensd
overeenkomstig artikel 6 van voormelde collectieve arbeidsovereenkomst overeenkomstig artikel 6 van voormelde collectieve arbeidsovereenkomst
nr. 17. nr. 17.
Onder jaarloon dient te worden verstaan : elk loon, iedere toeslag of Onder jaarloon dient te worden verstaan : elk loon, iedere toeslag of
premie gedurende de laatste twaalf maanden, te rekenen vanaf de premie gedurende de laatste twaalf maanden, te rekenen vanaf de
laatste maand van de tewerkstelling, aan de betrokken werknemer laatste maand van de tewerkstelling, aan de betrokken werknemer
uitbetaald en waarvoor bijdragen aan de Rijksdienst voor Sociale uitbetaald en waarvoor bijdragen aan de Rijksdienst voor Sociale
Zekerheid werden afgedragen. Zekerheid werden afgedragen.
Indien de betrokken werknemer wegens schorsing van de Indien de betrokken werknemer wegens schorsing van de
arbeidsovereenkomst tijdens de laatste twaalf maanden, te rekenen arbeidsovereenkomst tijdens de laatste twaalf maanden, te rekenen
vanaf de laatste maand van de tewerkstelling, geen volledige vanaf de laatste maand van de tewerkstelling, geen volledige
bezoldiging heeft ontvangen, zullen de tijdens die periode uitgekeerde bezoldiging heeft ontvangen, zullen de tijdens die periode uitgekeerde
lonen zoals hiervoor bedoeld als berekeningsbasis dienen voor de lonen zoals hiervoor bedoeld als berekeningsbasis dienen voor de
omzetting naar een volledig jaarloon. omzetting naar een volledig jaarloon.
Op de aanvullende vergoeding worden desgevallend de wettelijke Op de aanvullende vergoeding worden desgevallend de wettelijke
inhoudingen ten laste van de werknemers verricht. inhoudingen ten laste van de werknemers verricht.

Art. 8.De aanvullende vergoeding wordt aan de betrokken werknemers

Art. 8.De aanvullende vergoeding wordt aan de betrokken werknemers

maandelijks betaald tot het bereiken van de rustpensioenleeftijd maandelijks betaald tot het bereiken van de rustpensioenleeftijd
(tenzij de werknemer voor die tijd zou overlijden). (tenzij de werknemer voor die tijd zou overlijden).
De aanvullende vergoeding wordt geïndexeerd volgens de bepalingen van De aanvullende vergoeding wordt geïndexeerd volgens de bepalingen van
de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 van de Nationale de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 van de Nationale
Arbeidsraad. Arbeidsraad.

Art. 9.De bruggepensioneerde wordt overeenkomstig artikel 4 van het

Art. 9.De bruggepensioneerde wordt overeenkomstig artikel 4 van het

koninklijk besluit van 7 december 1992 vervangen door een koninklijk besluit van 7 december 1992 vervangen door een
uitkeringsgerechtigde werkloze. Deze vervanging dient niet uitkeringsgerechtigde werkloze. Deze vervanging dient niet
noodzakelijk te gebeuren in dezelfde dienst of dezelfde functie als de noodzakelijk te gebeuren in dezelfde dienst of dezelfde functie als de
bruggepensioneerde. bruggepensioneerde.
Nochtans kan in uitvoering van artikel 4, 2, van het koninklijk Nochtans kan in uitvoering van artikel 4, 2, van het koninklijk
besluit van 7 december 1992 vrijstelling van de vervangingsplicht besluit van 7 december 1992 vrijstelling van de vervangingsplicht
toegestaan worden door de directeur van het bevoegde toegestaan worden door de directeur van het bevoegde
werkloosheidsbureau. werkloosheidsbureau.

Art. 10.Voor alles wat niet uitdrukkelijk in deze collectieve

Art. 10.Voor alles wat niet uitdrukkelijk in deze collectieve

arbeidsovereenkomst is voorzien, gelden de bepalingen van de arbeidsovereenkomst is voorzien, gelden de bepalingen van de
collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 van de Nationale Arbeidsraad collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 van de Nationale Arbeidsraad
van 19 december 1974, evenals alle wettelijke en reglementaire van 19 december 1974, evenals alle wettelijke en reglementaire
bepalingen die hierop van toepassing zijn, zoals onder meer de bepalingen die hierop van toepassing zijn, zoals onder meer de
bepalingen van het koninklijk besluit van 7 december 1992, gewijzigd bepalingen van het koninklijk besluit van 7 december 1992, gewijzigd
bij het koninklijk besluit van 6 april 1995. bij het koninklijk besluit van 6 april 1995.

Art. 11.Voor de sectoren die subsidies genieten om hun loonlasten te

Art. 11.Voor de sectoren die subsidies genieten om hun loonlasten te

dekken, is de toepassing van deze collectieve arbeidsovereenkomst dekken, is de toepassing van deze collectieve arbeidsovereenkomst
gekoppeld aan het behoud van de gesubsidieerde arbeidsprestaties, met gekoppeld aan het behoud van de gesubsidieerde arbeidsprestaties, met
inbegrip van de gesubsidieerde tenlasteneming van de aanvullende inbegrip van de gesubsidieerde tenlasteneming van de aanvullende
vergoeding waarin is voorzien krachtens deze collectieve vergoeding waarin is voorzien krachtens deze collectieve
arbeidsovereenkomst en van de bijzondere bijdragen. arbeidsovereenkomst en van de bijzondere bijdragen.

Art. 12.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is gesloten voor een

Art. 12.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is gesloten voor een

bepaalde duur. bepaalde duur.
Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari
2001 en houdt op van kracht te zijn op 31 december 2002. 2001 en houdt op van kracht te zijn op 31 december 2002.
Zij is gesloten ter verlenging van de collectieve arbeidsovereenkomst Zij is gesloten ter verlenging van de collectieve arbeidsovereenkomst
van 10 mei 1999 en 4 juni 1999 (53189), betreffende de instelling van van 10 mei 1999 en 4 juni 1999 (53189), betreffende de instelling van
het stelsel van conventioneel brugpensioen vanaf de leeftijd van 56 het stelsel van conventioneel brugpensioen vanaf de leeftijd van 56
jaar. jaar.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 19 juli Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 19 juli
2006. 2006.
De Minister van Werk, De Minister van Werk,
P. VANVELTHOVEN P. VANVELTHOVEN
^