Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 10 juli 2001, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden uit de scheikundige nijverheid, betreffende de syndicale vorming | Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 10 juli 2001, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden uit de scheikundige nijverheid, betreffende de syndicale vorming |
---|---|
MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID | MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID |
17 JUNI 2002. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt | 17 JUNI 2002. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt |
verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 10 juli 2001, | verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 10 juli 2001, |
gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden uit de scheikundige | gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden uit de scheikundige |
nijverheid, betreffende de syndicale vorming (1) | nijverheid, betreffende de syndicale vorming (1) |
ALBERT II, Koning der Belgen, | ALBERT II, Koning der Belgen, |
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve | Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve |
arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel | arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel |
28; | 28; |
Gelet op de collectieve arbeidsovereenkomst van 4 mei 1999, gesloten | Gelet op de collectieve arbeidsovereenkomst van 4 mei 1999, gesloten |
in het Paritair Comité voor de bedienden uit de scheikundige | in het Paritair Comité voor de bedienden uit de scheikundige |
nijverheid, betreffende de syndicale vorming, inzonderheid op de | nijverheid, betreffende de syndicale vorming, inzonderheid op de |
artikelen 3 en 8; | artikelen 3 en 8; |
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de bedienden uit de | Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de bedienden uit de |
scheikundige nijverheid; | scheikundige nijverheid; |
Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid, | Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid, |
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 10 juli 2001, gesloten | overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 10 juli 2001, gesloten |
in het Paritair Comité voor de bedienden uit de scheikundige | in het Paritair Comité voor de bedienden uit de scheikundige |
nijverheid , betreffende de syndicale vorming. | nijverheid , betreffende de syndicale vorming. |
Art. 2.Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering |
Art. 2.Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering |
van dit besluit. | van dit besluit. |
Gegeven te Brussel, 17 juni 2002. | Gegeven te Brussel, 17 juni 2002. |
ALBERT | ALBERT |
Van Koningswege : | Van Koningswege : |
De Minister van Werkgelegenheid, | De Minister van Werkgelegenheid, |
Mevr. L. ONKELINX | Mevr. L. ONKELINX |
_______ | _______ |
Nota | Nota |
(1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : | (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : |
Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. | Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. |
Koninklijk besluit van 27 april 2000, Belgisch Staatsblad van 22 maart | Koninklijk besluit van 27 april 2000, Belgisch Staatsblad van 22 maart |
2001. | 2001. |
Bijlage | Bijlage |
Paritair Comité voor de bedienden uit de scheikundige nijverheid | Paritair Comité voor de bedienden uit de scheikundige nijverheid |
Collectieve arbeidsovereenkomst van 10 juli 2001 | Collectieve arbeidsovereenkomst van 10 juli 2001 |
Syndicale vorming (Overeenkomst geregistreerd op 1 oktober 2001 onder | Syndicale vorming (Overeenkomst geregistreerd op 1 oktober 2001 onder |
het nummer 59107/CO/207) | het nummer 59107/CO/207) |
Toepassingsgebied | Toepassingsgebied |
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op |
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op |
de werkgevers van de ondernemingen die ressorteren onder de | de werkgevers van de ondernemingen die ressorteren onder de |
bevoegdheid van het Paritair Comité voor de bedienden uit de | bevoegdheid van het Paritair Comité voor de bedienden uit de |
scheikundige nijverheid en op de bedienden waarvan de functies zijn | scheikundige nijverheid en op de bedienden waarvan de functies zijn |
opgenomen in de classificatie der functies, vastgesteld door dit | opgenomen in de classificatie der functies, vastgesteld door dit |
paritair comité. | paritair comité. |
Art. 2.Deze collectieve arbeidsovereenkomst regelt de toepassing van |
Art. 2.Deze collectieve arbeidsovereenkomst regelt de toepassing van |
artikel 7 van het interprofessioneel akkoord van 15 juni 1971 over de | artikel 7 van het interprofessioneel akkoord van 15 juni 1971 over de |
syndicale vorming. | syndicale vorming. |
Organisatie van de syndicale vorming | Organisatie van de syndicale vorming |
Art. 3.Met het oog op de deelneming aan opleidings- of |
Art. 3.Met het oog op de deelneming aan opleidings- of |
vervolmakingscursussen, ingericht door de representatieve syndicale | vervolmakingscursussen, ingericht door de representatieve syndicale |
organisaties, zijn de effectieve of plaatsvervangende leden van de | organisaties, zijn de effectieve of plaatsvervangende leden van de |
ondernemingsraden, van de comités voor preventie en bescherming op het | ondernemingsraden, van de comités voor preventie en bescherming op het |
werk en van de syndicale delegaties, ten belope van ten hoogste 150 | werk en van de syndicale delegaties, ten belope van ten hoogste 150 |
afgevaardigden per jaar voor de chemische nijverheid, gemachtigd | afgevaardigden per jaar voor de chemische nijverheid, gemachtigd |
gedurende ten hoogste 12 dagen per twee jaar aan genoemde cursussen | gedurende ten hoogste 12 dagen per twee jaar aan genoemde cursussen |
deel te nemen. | deel te nemen. |
Die afwezigheden mogen niet langer duren dan 6 maal twee dagen of dan | Die afwezigheden mogen niet langer duren dan 6 maal twee dagen of dan |
4 maal drie dagen per deelnemer, behalve afwijking toegestaan door het | 4 maal drie dagen per deelnemer, behalve afwijking toegestaan door het |
ondernemingshoofd binnen de grens van de twaalf tweejaarlijkse dagen. | ondernemingshoofd binnen de grens van de twaalf tweejaarlijkse dagen. |
Het effectief van 150 deelnemers wordt bij gemeenschappelijk akkoord | Het effectief van 150 deelnemers wordt bij gemeenschappelijk akkoord |
tussen de ondertekenende syndicale organisaties verdeeld. | tussen de ondertekenende syndicale organisaties verdeeld. |
Art. 4.a) De ondertekenende syndicale organisaties zullen aan de |
Art. 4.a) De ondertekenende syndicale organisaties zullen aan de |
Federatie van de chemische industrie ten minste twee weken voor de | Federatie van de chemische industrie ten minste twee weken voor de |
cursus de namen van de deelnemers laten kennen alsmede de | cursus de namen van de deelnemers laten kennen alsmede de |
ondernemingen waar zij tewerkgesteld zijn. | ondernemingen waar zij tewerkgesteld zijn. |
b) De syndicale organisaties dienen de werkgevers schriftelijk, ten | b) De syndicale organisaties dienen de werkgevers schriftelijk, ten |
minste twee weken vooraf, de data mede te delen waarop hun leden | minste twee weken vooraf, de data mede te delen waarop hun leden |
afwezig zullen zijn. | afwezig zullen zijn. |
c) Een termijn van twee weken vanaf de datum van ontvangst van de | c) Een termijn van twee weken vanaf de datum van ontvangst van de |
brief wordt vastgelegd waarin de werkgever zal antwoorden op een | brief wordt vastgelegd waarin de werkgever zal antwoorden op een |
ontvankelijke aanvraag tot het bijwonen van een syndicale opleidings- | ontvankelijke aanvraag tot het bijwonen van een syndicale opleidings- |
en/of vervolmakingscursus. | en/of vervolmakingscursus. |
d) Gezien de problemen in verband met de organisatie van het werk en | d) Gezien de problemen in verband met de organisatie van het werk en |
om elk productieverlies zoveel mogelijk te vermijden, dienen de | om elk productieverlies zoveel mogelijk te vermijden, dienen de |
syndicale organisaties ervoor te zorgen te voorkomen dat een te groot | syndicale organisaties ervoor te zorgen te voorkomen dat een te groot |
aantal van hun leden van éénzelfde onderneming tegelijk zouden | aantal van hun leden van éénzelfde onderneming tegelijk zouden |
aangewezen worden om samen opleidingscursussen te volgen. | aangewezen worden om samen opleidingscursussen te volgen. |
Zij zullen de vervanging van de afwezige leden trouwens | Zij zullen de vervanging van de afwezige leden trouwens |
vergemakkelijken. Sommige omstandigheden, zoals de afwezigheid van | vergemakkelijken. Sommige omstandigheden, zoals de afwezigheid van |
andere bedienden op dezelfde werkpost, kunnen de afwezigheid | andere bedienden op dezelfde werkpost, kunnen de afwezigheid |
onmogelijk maken, op gevaar af dat de goede gang van de onderneming | onmogelijk maken, op gevaar af dat de goede gang van de onderneming |
zou ontwricht worden. In dat geval zal de werkgever de betrokken | zou ontwricht worden. In dat geval zal de werkgever de betrokken |
syndicale organisatie verwittigen en de vervanging van de verhinderde | syndicale organisatie verwittigen en de vervanging van de verhinderde |
afgevaardigde vergemakkelijken. De betrokken vakbond deelt minstens | afgevaardigde vergemakkelijken. De betrokken vakbond deelt minstens |
één week voor de aanvang van de cyclus de naam van de nieuwe deelnemer | één week voor de aanvang van de cyclus de naam van de nieuwe deelnemer |
mede. | mede. |
In de geschillen die daarover tussen de werkgever en de syndicale | In de geschillen die daarover tussen de werkgever en de syndicale |
afgevaardigden of de syndicale organisaties zouden kunnen ontstaan, | afgevaardigden of de syndicale organisaties zouden kunnen ontstaan, |
zal door de Federatie van de chemische industrie en de betrokken | zal door de Federatie van de chemische industrie en de betrokken |
syndicale organisaties bemiddeld worden. | syndicale organisaties bemiddeld worden. |
e) De afgevaardigden die verzocht worden die vormingsdagen bij te | e) De afgevaardigden die verzocht worden die vormingsdagen bij te |
wonen, dienen aan de hand van een bewijsstuk aan te tonen dat zij er | wonen, dienen aan de hand van een bewijsstuk aan te tonen dat zij er |
werkelijk aan deelgenomen hebben. | werkelijk aan deelgenomen hebben. |
Art. 5.a) De syndicale organisaties delen aan de Federatie van de |
Art. 5.a) De syndicale organisaties delen aan de Federatie van de |
chemische industrie de agenda mee van elke vormingscyclus, op welk | chemische industrie de agenda mee van elke vormingscyclus, op welk |
niveau deze vorming ook ingericht wordt. | niveau deze vorming ook ingericht wordt. |
b) De economische en sociale vorming moet de vertegenwoordigers van de | b) De economische en sociale vorming moet de vertegenwoordigers van de |
bedienden de gelegenheid bieden aanvullende kennis op te doen die | bedienden de gelegenheid bieden aanvullende kennis op te doen die |
nuttig is voor hun opdracht in de schoot van de onderneming, en dat in | nuttig is voor hun opdracht in de schoot van de onderneming, en dat in |
het belang van alle partijen. | het belang van alle partijen. |
Art. 6.a) De vertegenwoordigers van de bedienden mogen, ten belope |
Art. 6.a) De vertegenwoordigers van de bedienden mogen, ten belope |
van ten hoogste één afgevaardigde per technische bedrijfseenheid en | van ten hoogste één afgevaardigde per technische bedrijfseenheid en |
per ondertekenende syndicale organisatie, eenmaal per jaar gedurende | per ondertekenende syndicale organisatie, eenmaal per jaar gedurende |
één dag wegblijven om een syndicaal congres bij te wonen dat door de | één dag wegblijven om een syndicaal congres bij te wonen dat door de |
ondertekenende syndicale organisaties ingericht wordt. | ondertekenende syndicale organisaties ingericht wordt. |
b) De leden van de nationale comités mogen afwezig zijn om deel te | b) De leden van de nationale comités mogen afwezig zijn om deel te |
nemen aan de vergaderingen van die comités, ingericht door de | nemen aan de vergaderingen van die comités, ingericht door de |
ondertekenende syndicale organisaties. | ondertekenende syndicale organisaties. |
Deze afwezigheden mogen in het totaal de 4 werkdagen per jaar niet | Deze afwezigheden mogen in het totaal de 4 werkdagen per jaar niet |
overschrijden. | overschrijden. |
c) Wat de syndicale congressen betreft verbinden de syndicale | c) Wat de syndicale congressen betreft verbinden de syndicale |
organisaties er zich toe de betrokken werkgevers ten minste twee weken | organisaties er zich toe de betrokken werkgevers ten minste twee weken |
vooraf, schriftelijk daarvan op de hoogte te brengen en ten minste | vooraf, schriftelijk daarvan op de hoogte te brengen en ten minste |
zeven dagen te voren voor de vergaderingen der nationale comités. | zeven dagen te voren voor de vergaderingen der nationale comités. |
Art. 7.Voor de afwezigheden, vermeld in de artikelen 3 en 6, zullen |
Art. 7.Voor de afwezigheden, vermeld in de artikelen 3 en 6, zullen |
de betrokkenen de bezoldiging ontvangen die ze normaal zouden | de betrokkenen de bezoldiging ontvangen die ze normaal zouden |
getrokken hebben indien zij gewerkt hadden. | getrokken hebben indien zij gewerkt hadden. |
Financiering van de syndicale vorming van de afgevaardigden van de | Financiering van de syndicale vorming van de afgevaardigden van de |
bedienden en van de syndicale premie | bedienden en van de syndicale premie |
Art. 8.Met ingang van 1 januari 1996 wordt een financiële reserve |
Art. 8.Met ingang van 1 januari 1996 wordt een financiële reserve |
samengesteld met het doel de syndicale vorming van de | samengesteld met het doel de syndicale vorming van de |
vertegenwoordigers van de bedienden van de scheikundige nijverheid te | vertegenwoordigers van de bedienden van de scheikundige nijverheid te |
financieren, tot een maximumbedrag van 74 368,06 EUR per jaar; voor de | financieren, tot een maximumbedrag van 74 368,06 EUR per jaar; voor de |
periode van 1 januari 2001 tot 31 december 2002 wordt voornoemd | periode van 1 januari 2001 tot 31 december 2002 wordt voornoemd |
maximumbedrag van 74 368,06 EUR op 99 157,41 EUR gebracht. | maximumbedrag van 74 368,06 EUR op 99 157,41 EUR gebracht. |
Met ingang van 1 januari 2002 zorgt deze financiële reserve bovendien | Met ingang van 1 januari 2002 zorgt deze financiële reserve bovendien |
voor de dekking van een gedeelte van de jaarlijkse bijdrage van de | voor de dekking van een gedeelte van de jaarlijkse bijdrage van de |
gesyndiceerden onder de in artikel 1 bedoelde bedienden, ten belope | gesyndiceerden onder de in artikel 1 bedoelde bedienden, ten belope |
van jaarlijks 1 536 939,85 EUR. | van jaarlijks 1 536 939,85 EUR. |
Art. 9.De financiële reserve bedoeld in artikel 8 wordt samengesteld |
Art. 9.De financiële reserve bedoeld in artikel 8 wordt samengesteld |
door een jaarlijkse bijdrage, gestort door de werkgevers bedoeld in | door een jaarlijkse bijdrage, gestort door de werkgevers bedoeld in |
artikel 1. | artikel 1. |
Art. 10.De Federatie van de chemische nijverheid van België wordt |
Art. 10.De Federatie van de chemische nijverheid van België wordt |
belast met het innen van de in artikel 8 bedoelde bijdragen. | belast met het innen van de in artikel 8 bedoelde bijdragen. |
Deze bedragen worden op een door het Paritair Comité voor de bedienden | Deze bedragen worden op een door het Paritair Comité voor de bedienden |
uit de scheikundige nijverheid aangeduide bankrekening gestort. | uit de scheikundige nijverheid aangeduide bankrekening gestort. |
Art. 11.Door het Paritair Comité voor de bedienden uit de |
Art. 11.Door het Paritair Comité voor de bedienden uit de |
scheikundige nijverheid wordt een werkgroep opgericht, paritair | scheikundige nijverheid wordt een werkgroep opgericht, paritair |
samengesteld uit vijf afgevaardigden van de syndicale organisaties en | samengesteld uit vijf afgevaardigden van de syndicale organisaties en |
uit vijf vertegenwoordigers van de werkgevers, leden van het voornoemd | uit vijf vertegenwoordigers van de werkgevers, leden van het voornoemd |
paritair comité. Het voorzitterschap ervan wordt waargenomen door de | paritair comité. Het voorzitterschap ervan wordt waargenomen door de |
voorzitter van dit paritair comité. | voorzitter van dit paritair comité. |
Deze werkgroep wordt belast met het nazicht van de verschillende | Deze werkgroep wordt belast met het nazicht van de verschillende |
voorgestelde aanwendingen van de voorziene voordelen, alsmede elke | voorgestelde aanwendingen van de voorziene voordelen, alsmede elke |
kwestie betreffende de toepassing van deze collectieve | kwestie betreffende de toepassing van deze collectieve |
arbeidsovereenkomst, namelijk de controle op de aansluiting bij de | arbeidsovereenkomst, namelijk de controle op de aansluiting bij de |
vakorganisaties, enz. te onderzoeken. | vakorganisaties, enz. te onderzoeken. |
Art. 12.De vakorganisaties vertegenwoordigd in het Paritair Comité |
Art. 12.De vakorganisaties vertegenwoordigd in het Paritair Comité |
voor de bedienden uit de scheikundige nijverheid laten aan de | voor de bedienden uit de scheikundige nijverheid laten aan de |
werkgroep, na onderling overleg, de wijze van verdeling onder hen van | werkgroep, na onderling overleg, de wijze van verdeling onder hen van |
de financiële reserve kennen. | de financiële reserve kennen. |
Art. 13.Het toekennen van een voordeel aan de gesyndiceerde |
Art. 13.Het toekennen van een voordeel aan de gesyndiceerde |
bedienden, geregeld door deze collectieve arbeidsovereenkomst, sluit | bedienden, geregeld door deze collectieve arbeidsovereenkomst, sluit |
op dit gebied elke eis op het niveau van de ondernemingen en de sector | op dit gebied elke eis op het niveau van de ondernemingen en de sector |
uit, en is ondergeschikt aan de naleving van de sociale vrede in de | uit, en is ondergeschikt aan de naleving van de sociale vrede in de |
ondernemingen bedoeld in artikel 1 van deze collectieve | ondernemingen bedoeld in artikel 1 van deze collectieve |
arbeidsovereenkomst. | arbeidsovereenkomst. |
Slotbepalingen | Slotbepalingen |
Art. 14.Deze collectieve arbeidsovereenkomst vervangt de collectieve |
Art. 14.Deze collectieve arbeidsovereenkomst vervangt de collectieve |
arbeidsovereenkomst houdende coördinatie van de syndicale vorming voor | arbeidsovereenkomst houdende coördinatie van de syndicale vorming voor |
bedienden gesloten op 4 mei 1999, in het Paritair Comité voor de | bedienden gesloten op 4 mei 1999, in het Paritair Comité voor de |
bedienden uit de scheikundige nijverheid (koninklijk besluit van 27 | bedienden uit de scheikundige nijverheid (koninklijk besluit van 27 |
april 2000, Belgisch Staatsblad van 22 maart 2001). | april 2000, Belgisch Staatsblad van 22 maart 2001). |
Overgang naar de euro | Overgang naar de euro |
Art. 15.De artikelen of onderdelen ervan die in de eerste rij en de |
Art. 15.De artikelen of onderdelen ervan die in de eerste rij en de |
eerste en vierde kolom van de volgende rij(en) van onderstaande tabel | eerste en vierde kolom van de volgende rij(en) van onderstaande tabel |
worden vermeld, hebben betrekking op deze collectieve | worden vermeld, hebben betrekking op deze collectieve |
arbeidsovereenkomst. | arbeidsovereenkomst. |
Voor de bedragen die in euro worden vermeld in de tweede kolom van de | Voor de bedragen die in euro worden vermeld in de tweede kolom van de |
tabel gelden vanaf de dag van inwerkingtreding van deze collectieve | tabel gelden vanaf de dag van inwerkingtreding van deze collectieve |
arbeidsovereenkomst tot 31 december 2001 de bedragen die in Belgische | arbeidsovereenkomst tot 31 december 2001 de bedragen die in Belgische |
frank worden vermeld in de derde kolom. | frank worden vermeld in de derde kolom. |
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld | Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld |
Art. 16.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met |
Art. 16.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met |
ingang van 1 januari 2001 en is gesloten voor onbepaalde duur. | ingang van 1 januari 2001 en is gesloten voor onbepaalde duur. |
De bepalingen van deze collectieve arbeidsovereenkomst kunnen door elk | De bepalingen van deze collectieve arbeidsovereenkomst kunnen door elk |
der partijen worden opgezegd ten vroegste op 1 oktober 2002 en met een | der partijen worden opgezegd ten vroegste op 1 oktober 2002 en met een |
opzegtermijn van drie maanden, betekend bij een ter post aangetekende | opzegtermijn van drie maanden, betekend bij een ter post aangetekende |
brief, gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de | brief, gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de |
bedienden uit de scheikundige nijverheid. De termijn van drie maanden | bedienden uit de scheikundige nijverheid. De termijn van drie maanden |
begint te lopen vanaf de datum waarop de aangetekende brief aan de | begint te lopen vanaf de datum waarop de aangetekende brief aan de |
voorzitter wordt toegezonden. De poststempel geldt als bewijs. De | voorzitter wordt toegezonden. De poststempel geldt als bewijs. De |
voorzitter stelt de partijen op de hoogte van deze opzeg. | voorzitter stelt de partijen op de hoogte van deze opzeg. |
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 17 juni | Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 17 juni |
2002. | 2002. |
De Minister van Werkgelegenheid, | De Minister van Werkgelegenheid, |
Mevr. L. ONKELINX | Mevr. L. ONKELINX |