Etaamb.openjustice.be
Meertalige weergave van Koninklijk Besluit van 17/08/2018
← Terug naar "Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 21 december 2017, gesloten in het Paritair Comité voor het drukkerij-, grafische kunst- en dagbladbedrijf, betreffende de tewerkstelling en de vorming voor de risicogroepen en de bijkomende vormingsinspanningen "
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 21 december 2017, gesloten in het Paritair Comité voor het drukkerij-, grafische kunst- en dagbladbedrijf, betreffende de tewerkstelling en de vorming voor de risicogroepen en de bijkomende vormingsinspanningen Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 21 december 2017, gesloten in het Paritair Comité voor het drukkerij-, grafische kunst- en dagbladbedrijf, betreffende de tewerkstelling en de vorming voor de risicogroepen en de bijkomende vormingsinspanningen
FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG
17 AUGUSTUS 2018. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend 17 AUGUSTUS 2018. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend
wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 21 december wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 21 december
2017, gesloten in het Paritair Comité voor het drukkerij-, grafische 2017, gesloten in het Paritair Comité voor het drukkerij-, grafische
kunst- en dagbladbedrijf, betreffende de tewerkstelling en de vorming kunst- en dagbladbedrijf, betreffende de tewerkstelling en de vorming
voor de risicogroepen en de bijkomende vormingsinspanningen (1) voor de risicogroepen en de bijkomende vormingsinspanningen (1)
FILIP, Koning der Belgen, FILIP, Koning der Belgen,
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve
arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel
28; 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor het drukkerij-, Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor het drukkerij-,
grafische kunst- en dagbladbedrijf; grafische kunst- en dagbladbedrijf;
Op de voordracht van de Minister van Werk, Op de voordracht van de Minister van Werk,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage

overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 21 december 2017, overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 21 december 2017,
gesloten in het Paritair Comité voor het drukkerij-, grafische kunst- gesloten in het Paritair Comité voor het drukkerij-, grafische kunst-
en dagbladbedrijf, betreffende de tewerkstelling en de vorming voor de en dagbladbedrijf, betreffende de tewerkstelling en de vorming voor de
risicogroepen en de bijkomende vormingsinspanningen. risicogroepen en de bijkomende vormingsinspanningen.

Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van

Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van

dit besluit. dit besluit.
Gegeven te Brussel, 17 augustus 2018. Gegeven te Brussel, 17 augustus 2018.
FILIP FILIP
Van Koningswege : Van Koningswege :
De Minister van Werk, De Minister van Werk,
K. PEETERS K. PEETERS
_______ _______
Nota Nota
(1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad :
Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.
Bijlage Bijlage
Paritair Comité voor het drukkerij-, grafische kunst- en Paritair Comité voor het drukkerij-, grafische kunst- en
dagbladbedrijf dagbladbedrijf
Collectieve arbeidsovereenkomst van 21 december 2017 Collectieve arbeidsovereenkomst van 21 december 2017
Tewerkstelling en vorming voor de risicogroepen en bijkomende Tewerkstelling en vorming voor de risicogroepen en bijkomende
vormingsinspanningen (Overeenkomst geregistreerd op 8 februari 2018 vormingsinspanningen (Overeenkomst geregistreerd op 8 februari 2018
onder het nummer 144453/CO/130) onder het nummer 144453/CO/130)
HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op

de werkgevers en werknemers tewerkgesteld in de ondernemingen die de werkgevers en werknemers tewerkgesteld in de ondernemingen die
onder de bevoegdheid vallen van het Paritair Comité voor het onder de bevoegdheid vallen van het Paritair Comité voor het
drukkerij-, grafische kunst- en dagbladbedrijf. drukkerij-, grafische kunst- en dagbladbedrijf.
HOOFDSTUK II. - Maatregelen ten voordele van de risicogroepen HOOFDSTUK II. - Maatregelen ten voordele van de risicogroepen

Art. 2.Overeenkomstig hoofdstuk VIII, afdeling 1 van de wet van 27

Art. 2.Overeenkomstig hoofdstuk VIII, afdeling 1 van de wet van 27

december 2006 houdende diverse bepalingen, gepubliceerd in het december 2006 houdende diverse bepalingen, gepubliceerd in het
Belgisch Staatsblad van 28 december 2006, hoofdstuk VIII, eerste Belgisch Staatsblad van 28 december 2006, hoofdstuk VIII, eerste
sectie, zullen de inspanningen worden voortgezet via de afhouding van sectie, zullen de inspanningen worden voortgezet via de afhouding van
een bijdrage van 0,15 pct. van de loonmassa van de jaren 2017 en 2018. een bijdrage van 0,15 pct. van de loonmassa van de jaren 2017 en 2018.

Art. 3.Conform artikel 1 van het koninklijk besluit van 19 februari

Art. 3.Conform artikel 1 van het koninklijk besluit van 19 februari

2013 tot uitvoering van artikel 189, 4de lid van de wet van 27 2013 tot uitvoering van artikel 189, 4de lid van de wet van 27
december 2006 houdende diverse bepalingen (I) dient ten minste 0,05 december 2006 houdende diverse bepalingen (I) dient ten minste 0,05
pct. van de loonmassa voorbehouden te worden aan één of meerdere van pct. van de loonmassa voorbehouden te worden aan één of meerdere van
de volgende risicogroepen : de volgende risicogroepen :
1° De werknemers van minstens 50 jaar oud die in de sector werken; 1° De werknemers van minstens 50 jaar oud die in de sector werken;
2° De werknemers van minstens 40 jaar oud die in de sector werken en 2° De werknemers van minstens 40 jaar oud die in de sector werken en
bedreigd zijn met ontslag : bedreigd zijn met ontslag :
a) hetzij doordat hun arbeidsovereenkomst werd opgezegd en de a) hetzij doordat hun arbeidsovereenkomst werd opgezegd en de
opzeggingstermijn loopt; opzeggingstermijn loopt;
b) hetzij doordat zij tewerkgesteld zijn in een onderneming die erkend b) hetzij doordat zij tewerkgesteld zijn in een onderneming die erkend
is als onderneming in moeilijkheden of in herstructurering; is als onderneming in moeilijkheden of in herstructurering;
c) hetzij doordat zij tewerkgesteld zijn in een onderneming waar een c) hetzij doordat zij tewerkgesteld zijn in een onderneming waar een
collectief ontslag werd aangekondigd; collectief ontslag werd aangekondigd;
3° De niet-werkenden en de personen die sinds minder dan een jaar 3° De niet-werkenden en de personen die sinds minder dan een jaar
werken en niet-werkend waren op het ogenblik van hun indiensttreding. werken en niet-werkend waren op het ogenblik van hun indiensttreding.
Onder "niet-werkenden" wordt verstaan : Onder "niet-werkenden" wordt verstaan :
a) de langdurig werkzoekenden, zijnde de personen in het bezit van een a) de langdurig werkzoekenden, zijnde de personen in het bezit van een
werkkaart, bedoeld in artikel 13 van het koninklijk besluit van 19 werkkaart, bedoeld in artikel 13 van het koninklijk besluit van 19
december 2001 tot bevordering van de tewerkstelling van langdurig december 2001 tot bevordering van de tewerkstelling van langdurig
werkzoekenden; werkzoekenden;
b) de uitkeringsgerechtigde werklozen; b) de uitkeringsgerechtigde werklozen;
c) de werkzoekenden die laaggeschoold of erg-laaggeschoold zijn in de c) de werkzoekenden die laaggeschoold of erg-laaggeschoold zijn in de
zin van artikel 24 van de wet van 24 december 1999 ter bevordering van zin van artikel 24 van de wet van 24 december 1999 ter bevordering van
de tewerkstelling; de tewerkstelling;
d) de herintreders, zijnde de personen die zich na een onderbreking d) de herintreders, zijnde de personen die zich na een onderbreking
van minstens één jaar terug op de arbeidsmarkt begeven; van minstens één jaar terug op de arbeidsmarkt begeven;
e) de personen die gerechtigd zijn op maatschappelijke integratie in e) de personen die gerechtigd zijn op maatschappelijke integratie in
toepassing van de wet van 26 mei 2002 betreffende het recht op toepassing van de wet van 26 mei 2002 betreffende het recht op
maatschappelijke integratie en personen die gerechtigd zijn op maatschappelijke integratie en personen die gerechtigd zijn op
maatschappelijke hulp in toepassing van de organieke wet van 8 juli maatschappelijke hulp in toepassing van de organieke wet van 8 juli
1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn; 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn;
f) de werknemers die in het bezit zijn van een verminderingskaart f) de werknemers die in het bezit zijn van een verminderingskaart
herstructureringen in de zin van het koninklijk besluit van 9 maart herstructureringen in de zin van het koninklijk besluit van 9 maart
2006 betreffende het activerend beleid bij herstructureringen; 2006 betreffende het activerend beleid bij herstructureringen;
g) de werkzoekenden die niet de nationaliteit van een lidstaat van de g) de werkzoekenden die niet de nationaliteit van een lidstaat van de
Europese Unie bezitten, of van wie minstens één van de ouders deze Europese Unie bezitten, of van wie minstens één van de ouders deze
nationaliteit niet bezit of niet bezat bij overlijden, of van wie nationaliteit niet bezit of niet bezat bij overlijden, of van wie
minstens twee van de grootouders deze nationaliteit niet bezitten of minstens twee van de grootouders deze nationaliteit niet bezitten of
niet bezaten bij overlijden; niet bezaten bij overlijden;
4° De personen met een verminderde arbeidsgeschiktheid, namelijk : 4° De personen met een verminderde arbeidsgeschiktheid, namelijk :
- de personen die voldoen aan de voorwaarden om ingeschreven te worden - de personen die voldoen aan de voorwaarden om ingeschreven te worden
in een regionaal agentschap voor personen met een handicap; in een regionaal agentschap voor personen met een handicap;
- de personen met een definitieve arbeidsongeschiktheid van minstens - de personen met een definitieve arbeidsongeschiktheid van minstens
33 pct.; 33 pct.;
- de personen die voldoen aan de medische voorwaarden om recht te - de personen die voldoen aan de medische voorwaarden om recht te
hebben op een inkomensvervangende of een integratietegemoetkoming hebben op een inkomensvervangende of een integratietegemoetkoming
ingevolge de wet van 27 februari 1987 op de tegemoetkomingen aan ingevolge de wet van 27 februari 1987 op de tegemoetkomingen aan
personen met een handicap; personen met een handicap;
- de personen die als doelgroepwerknemer tewerkgesteld zijn of waren - de personen die als doelgroepwerknemer tewerkgesteld zijn of waren
bij een werkgever die valt onder het toepassingsgebied van het bij een werkgever die valt onder het toepassingsgebied van het
Paritair Comité voor de beschutte en de sociale werkplaatsen; Paritair Comité voor de beschutte en de sociale werkplaatsen;
- de gehandicapte die het recht op verhoogde kinderbijslag opent op - de gehandicapte die het recht op verhoogde kinderbijslag opent op
basis van een lichamelijke of geestelijke ongeschiktheid van minstens basis van een lichamelijke of geestelijke ongeschiktheid van minstens
66 pct.; 66 pct.;
- de personen die in het bezit zijn van een attest afgeleverd door de - de personen die in het bezit zijn van een attest afgeleverd door de
Algemene Directie Personen met een Handicap van de Federale Algemene Directie Personen met een Handicap van de Federale
Overheidsdienst Sociale Zekerheid voor het verstrekken van sociale en Overheidsdienst Sociale Zekerheid voor het verstrekken van sociale en
fiscale voordelen; fiscale voordelen;
- de persoon met een invaliditeitsuitkering of een uitkering voor - de persoon met een invaliditeitsuitkering of een uitkering voor
arbeidsongevallen of beroepsziekten in het kader van programma's tot arbeidsongevallen of beroepsziekten in het kader van programma's tot
werkhervatting; werkhervatting;
5° De jongeren die nog geen 26 jaar oud zijn en opgeleid worden, 5° De jongeren die nog geen 26 jaar oud zijn en opgeleid worden,
hetzij in een stelsel van alternerend leren, hetzij in het kader van hetzij in een stelsel van alternerend leren, hetzij in het kader van
een individuele beroepsopleiding in een onderneming, bedoeld in een individuele beroepsopleiding in een onderneming, bedoeld in
artikel 27, 6° van het koninklijk besluit van 25 november 1991 artikel 27, 6° van het koninklijk besluit van 25 november 1991
houdende de werkloosheidsreglementering, hetzij in het kader van een houdende de werkloosheidsreglementering, hetzij in het kader van een
instapstage, bedoeld in artikel 36quater van hetzelfde koninklijk instapstage, bedoeld in artikel 36quater van hetzelfde koninklijk
besluit van 25 november 1991. besluit van 25 november 1991.
Conform artikel 2 van bovenvermeld koninklijk besluit dient minstens Conform artikel 2 van bovenvermeld koninklijk besluit dient minstens
de helft van de 0,05 pct. (0,025 pct.) besteed te worden aan de helft van de 0,05 pct. (0,025 pct.) besteed te worden aan
initiatieven ten voordele van één of meerdere van de volgende groepen initiatieven ten voordele van één of meerdere van de volgende groepen
: :
1° jongeren die nog geen 26 jaar oud zijn en opgeleid worden in het 1° jongeren die nog geen 26 jaar oud zijn en opgeleid worden in het
stelsel van alternerend leren, in het kader van een individuele stelsel van alternerend leren, in het kader van een individuele
beroepsopleiding of instapstage; beroepsopleiding of instapstage;
2° niet-werkenden en de personen die sinds minder dan een jaar werken 2° niet-werkenden en de personen die sinds minder dan een jaar werken
en niet-werkend waren op het ogenblik van hun indiensttreding, en de en niet-werkend waren op het ogenblik van hun indiensttreding, en de
personen met verminderende arbeidsgeschiktheid, die nog geen 26 jaar personen met verminderende arbeidsgeschiktheid, die nog geen 26 jaar
oud zijn. oud zijn.

Art. 4.Teneinde de initiatieven vermeld in het artikel 2 te

Art. 4.Teneinde de initiatieven vermeld in het artikel 2 te

financieren, zullen de in artikel 1 bedoelde ondernemingen worden financieren, zullen de in artikel 1 bedoelde ondernemingen worden
vrijgesteld van de bijdrage van 0,10 pct. van de brutolonen in 2017 en vrijgesteld van de bijdrage van 0,10 pct. van de brutolonen in 2017 en
2018 aan het Tewerkstellingsfonds. Deze bijdrage aan het 2018 aan het Tewerkstellingsfonds. Deze bijdrage aan het
Tewerkstellingsfonds wordt vervangen door de bijkomende trimestriële Tewerkstellingsfonds wordt vervangen door de bijkomende trimestriële
bijdrage aan het "Bijzonder Fonds voor het grafische en bijdrage aan het "Bijzonder Fonds voor het grafische en
dagbladbedrijf" voorzien in artikel 2 van onderhavige overeenkomst. dagbladbedrijf" voorzien in artikel 2 van onderhavige overeenkomst.
HOOFDSTUK III. - Slotbepalingen HOOFDSTUK III. - Slotbepalingen

Art. 5.De raad van beheer van het bijzonder fonds zal de

Art. 5.De raad van beheer van het bijzonder fonds zal de

uitvoeringsmodaliteiten van de bepalingen voorzien in deze uitvoeringsmodaliteiten van de bepalingen voorzien in deze
overeenkomst vastleggen en toezien op de correcte uitvoering ervan. overeenkomst vastleggen en toezien op de correcte uitvoering ervan.

Art. 6.Deze overeenkomst treedt in werking op 1 januari 2017 en

Art. 6.Deze overeenkomst treedt in werking op 1 januari 2017 en

blijft van toepassing tot en met 31 december 2018. blijft van toepassing tot en met 31 december 2018.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 17 augustus Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 17 augustus
2018. 2018.
De Minister van Werk, De Minister van Werk,
K. PEETERS K. PEETERS
^