Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 25 juni 2015, gesloten in het Paritair Comité voor de textielverzorging, betreffende het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag vanaf 60 jaar | Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 25 juni 2015, gesloten in het Paritair Comité voor de textielverzorging, betreffende het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag vanaf 60 jaar |
---|---|
FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG | FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG |
16 NOVEMBER 2015. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend | 16 NOVEMBER 2015. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend |
wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 25 juni 2015, | wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 25 juni 2015, |
gesloten in het Paritair Comité voor de textielverzorging, betreffende | gesloten in het Paritair Comité voor de textielverzorging, betreffende |
het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag vanaf 60 jaar (1) | het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag vanaf 60 jaar (1) |
FILIP, Koning der Belgen, | FILIP, Koning der Belgen, |
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve | Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve |
arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel | arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel |
28; | 28; |
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de | Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de |
textielverzorging; | textielverzorging; |
Op de voordracht van de Minister van Werk, | Op de voordracht van de Minister van Werk, |
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 25 juni 2015, gesloten | overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 25 juni 2015, gesloten |
in het Paritair Comité voor de textielverzorging, betreffende het | in het Paritair Comité voor de textielverzorging, betreffende het |
stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag vanaf 60 jaar. | stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag vanaf 60 jaar. |
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van |
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van |
dit besluit. | dit besluit. |
Gegeven te Brussel, 16 november 2015. | Gegeven te Brussel, 16 november 2015. |
FILIP | FILIP |
Van Koningswege : | Van Koningswege : |
De Minister van Werk, | De Minister van Werk, |
K. PEETERS | K. PEETERS |
_______ | _______ |
Nota | Nota |
(1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : | (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : |
Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. | Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. |
Bijlage | Bijlage |
Paritair Comité voor de textielverzorging | Paritair Comité voor de textielverzorging |
Collectieve arbeidsovereenkomst van 25 juni 2015 | Collectieve arbeidsovereenkomst van 25 juni 2015 |
Stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag vanaf 60 jaar | Stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag vanaf 60 jaar |
(Overeenkomst geregistreerd op 23 juli 2015 onder het nummer | (Overeenkomst geregistreerd op 23 juli 2015 onder het nummer |
128186/CO/110) | 128186/CO/110) |
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op |
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op |
de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Comité voor de | de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Comité voor de |
textielverzorging evenals op de arbeiders en arbeidsters die ze | textielverzorging evenals op de arbeiders en arbeidsters die ze |
tewerkstellen. | tewerkstellen. |
Art. 2.Het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag vanaf 60 jaar |
Art. 2.Het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag vanaf 60 jaar |
ten gunste van arbeiders en arbeidsters die worden ontslagen wordt | ten gunste van arbeiders en arbeidsters die worden ontslagen wordt |
verdergezet tot 31 december 2017. | verdergezet tot 31 december 2017. |
Dit stelsel is gebaseerd op de collectieve arbeidsovereenkomst nummer | Dit stelsel is gebaseerd op de collectieve arbeidsovereenkomst nummer |
17, gesloten op 19 december 1974 in de Nationale Arbeidsraad en het | 17, gesloten op 19 december 1974 in de Nationale Arbeidsraad en het |
koninklijk besluit van 3 mei 2007 tot regeling van het conventioneel | koninklijk besluit van 3 mei 2007 tot regeling van het conventioneel |
brugpensioen in het kader van het Generatiepact. | brugpensioen in het kader van het Generatiepact. |
Art. 3.Leeftijds- en anciënniteitsvoorwaarden |
Art. 3.Leeftijds- en anciënniteitsvoorwaarden |
3.1. Alle arbeiders, die door de werkgever worden ontslagen zonder | 3.1. Alle arbeiders, die door de werkgever worden ontslagen zonder |
dringende reden, hebben recht op werkloosheid met bedrijfstoeslag en | dringende reden, hebben recht op werkloosheid met bedrijfstoeslag en |
op de aanvullende vergoeding, zoals voorzien in de collectieve | op de aanvullende vergoeding, zoals voorzien in de collectieve |
arbeidsovereenkomst nummer 17, gesloten op 19 december 1974 in de | arbeidsovereenkomst nummer 17, gesloten op 19 december 1974 in de |
Nationale Arbeidsraad, laatst gewijzigd bij de collectieve | Nationale Arbeidsraad, laatst gewijzigd bij de collectieve |
arbeidsovereenkomst nr. 17tricies sexies van 27 april 2015, op | arbeidsovereenkomst nr. 17tricies sexies van 27 april 2015, op |
voorwaarde dat zij : | voorwaarde dat zij : |
- op het ogenblik van de beëindiging van de arbeidsovereenkomst 60 | - op het ogenblik van de beëindiging van de arbeidsovereenkomst 60 |
jaar of ouder zijn; | jaar of ouder zijn; |
- op het ogenblik van de beëindiging van de arbeidsovereenkomst een | - op het ogenblik van de beëindiging van de arbeidsovereenkomst een |
beroepsverleden van 40 jaar kunnen rechtvaardigen vanaf 1 januari | beroepsverleden van 40 jaar kunnen rechtvaardigen vanaf 1 januari |
2015. | 2015. |
Het beroepsverleden wordt bepaald overeenkomstig de bepalingen van het | Het beroepsverleden wordt bepaald overeenkomstig de bepalingen van het |
koninklijk besluit van 3 mei 2007 tot regeling van het stelsel van | koninklijk besluit van 3 mei 2007 tot regeling van het stelsel van |
werkloosheid met bedrijfstoeslag. | werkloosheid met bedrijfstoeslag. |
3.2. Alle arbeidsters, die door de werkgever worden ontslagen zonder | 3.2. Alle arbeidsters, die door de werkgever worden ontslagen zonder |
dringende reden, hebben recht op werkloosheid met bedrijfstoeslag en | dringende reden, hebben recht op werkloosheid met bedrijfstoeslag en |
op de aanvullende vergoeding, zoals voorzien in de collectieve | op de aanvullende vergoeding, zoals voorzien in de collectieve |
arbeidsovereenkomst nummer 17, gesloten op 19 december 1974 in de | arbeidsovereenkomst nummer 17, gesloten op 19 december 1974 in de |
Nationale Arbeidsraad, laatst gewijzigd bij de collectieve | Nationale Arbeidsraad, laatst gewijzigd bij de collectieve |
arbeidsovereenkomst nr. 17tricies sexies van 27 april 2015, op | arbeidsovereenkomst nr. 17tricies sexies van 27 april 2015, op |
voorwaarde dat zij : | voorwaarde dat zij : |
- op het ogenblik van de beëindiging van de arbeidsovereenkomst 60 | - op het ogenblik van de beëindiging van de arbeidsovereenkomst 60 |
jaar of ouder zijn; | jaar of ouder zijn; |
- op het ogenblik van de beëindiging van de arbeidsovereenkomst een | - op het ogenblik van de beëindiging van de arbeidsovereenkomst een |
beroepsverleden kunnen rechtvaardigen van 31 jaar vanaf 1 januari | beroepsverleden kunnen rechtvaardigen van 31 jaar vanaf 1 januari |
2015, van 32 jaar vanaf 1 januari 2016 en van 33 jaar vanaf 1 januari | 2015, van 32 jaar vanaf 1 januari 2016 en van 33 jaar vanaf 1 januari |
2017. | 2017. |
Het beroepsverleden wordt bepaald overeenkomstig de bepalingen van het | Het beroepsverleden wordt bepaald overeenkomstig de bepalingen van het |
koninklijk besluit van 3 mei 2007 tot regeling van het stelsel van | koninklijk besluit van 3 mei 2007 tot regeling van het stelsel van |
werkloosheid met bedrijfstoeslag. | werkloosheid met bedrijfstoeslag. |
Art. 4.De leeftijd voorzien in artikel 3 van deze collectieve |
Art. 4.De leeftijd voorzien in artikel 3 van deze collectieve |
arbeidsovereenkomst moet bereikt zijn uiterlijk op het einde van de | arbeidsovereenkomst moet bereikt zijn uiterlijk op het einde van de |
arbeidsovereenkomst en tijdens de geldigheidsduur van deze collectieve | arbeidsovereenkomst en tijdens de geldigheidsduur van deze collectieve |
arbeidsovereenkomst. | arbeidsovereenkomst. |
Art. 5.Om van dit stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag te |
Art. 5.Om van dit stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag te |
genieten moeten de arbeiders en arbeidsters bovendien aan de volgende | genieten moeten de arbeiders en arbeidsters bovendien aan de volgende |
voorwaarden voldoen : | voorwaarden voldoen : |
- gedurende ten minste 5 jaar - desgevallend middels onderbroken | - gedurende ten minste 5 jaar - desgevallend middels onderbroken |
periodes - tewerkgesteld geweest zijn in de sector; | periodes - tewerkgesteld geweest zijn in de sector; |
- gedurende de periode van twaalf maand, onmiddellijk voorafgaand aan | - gedurende de periode van twaalf maand, onmiddellijk voorafgaand aan |
de datum van aanvang van de werkloosheid met bedrijfstoeslag, | de datum van aanvang van de werkloosheid met bedrijfstoeslag, |
ononderbroken tewerkgesteld geweest zijn in de onderneming. | ononderbroken tewerkgesteld geweest zijn in de onderneming. |
Art. 6.De bepalingen inzake de aanvullende vergoeding, zoals bedoeld |
Art. 6.De bepalingen inzake de aanvullende vergoeding, zoals bedoeld |
bij de collectieve arbeidsovereenkomst nummer 17 van de Nationale | bij de collectieve arbeidsovereenkomst nummer 17 van de Nationale |
Arbeidsraad van 19 december 1974 tot invoering van een regeling van | Arbeidsraad van 19 december 1974 tot invoering van een regeling van |
aanvullende vergoeding ten gunste van sommige bejaarde werknemers | aanvullende vergoeding ten gunste van sommige bejaarde werknemers |
indien zij worden ontslagen, laatst gewijzigd bij de collectieve | indien zij worden ontslagen, laatst gewijzigd bij de collectieve |
arbeidsovereenkomst nr. 17tricies sexies van 27 april 2015, zijn van | arbeidsovereenkomst nr. 17tricies sexies van 27 april 2015, zijn van |
toepassing op dit sectoraal stelsel. | toepassing op dit sectoraal stelsel. |
De werknemers die zijn ontslagen in het kader van deze collectieve | De werknemers die zijn ontslagen in het kader van deze collectieve |
arbeidsovereenkomst behouden het recht op de aanvullende vergoeding | arbeidsovereenkomst behouden het recht op de aanvullende vergoeding |
ten laste van het "Gemeenschappelijk Fonds van de textielverzorging", | ten laste van het "Gemeenschappelijk Fonds van de textielverzorging", |
wanneer ze het werk hervatten als loontrekkende bij een andere | wanneer ze het werk hervatten als loontrekkende bij een andere |
werkgever dan de werkgever die hen heeft ontslagen en die niet behoort | werkgever dan de werkgever die hen heeft ontslagen en die niet behoort |
tot dezelfde technische bedrijfseenheid als de werkgever die hen heeft | tot dezelfde technische bedrijfseenheid als de werkgever die hen heeft |
ontslagen. Zij behouden ook het recht op de aanvullende vergoeding ten | ontslagen. Zij behouden ook het recht op de aanvullende vergoeding ten |
laste van het "Gemeenschappelijk Fonds van de textielverzorging", | laste van het "Gemeenschappelijk Fonds van de textielverzorging", |
ingeval een zelfstandige activiteit in hoofdberoep wordt uitgeoefend | ingeval een zelfstandige activiteit in hoofdberoep wordt uitgeoefend |
op voorwaarde dat die activiteit niet wordt uitgeoefend voor rekening | op voorwaarde dat die activiteit niet wordt uitgeoefend voor rekening |
van de werkgever die hen heeft ontslagen of voor rekening van een | van de werkgever die hen heeft ontslagen of voor rekening van een |
werkgever die behoort tot dezelfde technische bedrijfseenheid als de | werkgever die behoort tot dezelfde technische bedrijfseenheid als de |
werkgever die hen heeft ontslagen. | werkgever die hen heeft ontslagen. |
Het recht op de aanvullende vergoeding ten laste van het | Het recht op de aanvullende vergoeding ten laste van het |
"Gemeenschappelijk Fonds van de textielverzorging" wordt gewaarborgd | "Gemeenschappelijk Fonds van de textielverzorging" wordt gewaarborgd |
in geval de werknemer een beroep doet op de bepalingen van artikel 3, | in geval de werknemer een beroep doet op de bepalingen van artikel 3, |
§ 8 van het koninklijk besluit van 3 mei 2007 tot regeling van het | § 8 van het koninklijk besluit van 3 mei 2007 tot regeling van het |
stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag, zoals gewijzigd door het | stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag, zoals gewijzigd door het |
koninklijk besluit van 20 september 2012, waarbij dus rechten op basis | koninklijk besluit van 20 september 2012, waarbij dus rechten op basis |
van een oudere sectorale collectieve arbeidsovereenkomst ontstonden. | van een oudere sectorale collectieve arbeidsovereenkomst ontstonden. |
Art. 7.De arbeiders en arbeidsters die in uitvoering van deze |
Art. 7.De arbeiders en arbeidsters die in uitvoering van deze |
collectieve arbeidsovereenkomst werkloosheid met bedrijfstoeslag | collectieve arbeidsovereenkomst werkloosheid met bedrijfstoeslag |
ontvangen, moeten in de onderneming bij voorkeur vervangen worden door | ontvangen, moeten in de onderneming bij voorkeur vervangen worden door |
werknemers uit de risicogroepen, zoals voorzien in de wet van 29 | werknemers uit de risicogroepen, zoals voorzien in de wet van 29 |
december 1990 houdende sociale bepalingen, hoofdstuk XI : "Bepalingen | december 1990 houdende sociale bepalingen, hoofdstuk XI : "Bepalingen |
betreffende het interprofessioneel akkoord". | betreffende het interprofessioneel akkoord". |
Art. 8.Voor de berekening van de netto refertebezoldiging zal |
Art. 8.Voor de berekening van de netto refertebezoldiging zal |
desgevallend rekening worden gehouden met de baremieke verschillen | desgevallend rekening worden gehouden met de baremieke verschillen |
tegenover het gewaarborgd gemiddeld maandelijks minimum inkomen | tegenover het gewaarborgd gemiddeld maandelijks minimum inkomen |
overeenkomstig de modaliteiten van de collectieve arbeidsovereenkomst | overeenkomstig de modaliteiten van de collectieve arbeidsovereenkomst |
van 22 mei 2003 (koninklijk besluit van 5 juni 2004; Belgisch | van 22 mei 2003 (koninklijk besluit van 5 juni 2004; Belgisch |
Staatsblad van 7 juli 2004). | Staatsblad van 7 juli 2004). |
Art. 9.De door het hiervoor genoemde fonds uitbetaalde maandelijkse |
Art. 9.De door het hiervoor genoemde fonds uitbetaalde maandelijkse |
aanvullende vergoeding bedraagt minimaal 91,38 EUR. | aanvullende vergoeding bedraagt minimaal 91,38 EUR. |
De aanvullende vergoeding wordt na halftijds tijdskrediet en 4/5de | De aanvullende vergoeding wordt na halftijds tijdskrediet en 4/5de |
loopbaanvermindering in het kader van de collectieve | loopbaanvermindering in het kader van de collectieve |
arbeidsovereenkomst nr. 103 berekend op basis van het voltijds loon | arbeidsovereenkomst nr. 103 berekend op basis van het voltijds loon |
dat van toepassing zou geweest zijn op het ogenblik van de overgang | dat van toepassing zou geweest zijn op het ogenblik van de overgang |
naar de werkloosheid met bedrijfstoeslag indien de arbeider(st)er geen | naar de werkloosheid met bedrijfstoeslag indien de arbeider(st)er geen |
tijdskrediet of loopbaanvermindering zou genomen hebben. | tijdskrediet of loopbaanvermindering zou genomen hebben. |
Art. 10.§ 1. De betaling van de aanvullende vergoeding bedoeld in |
Art. 10.§ 1. De betaling van de aanvullende vergoeding bedoeld in |
deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt maandelijks uitgevoerd door | deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt maandelijks uitgevoerd door |
het "Gemeenschappelijk Fonds van de textielverzorging". | het "Gemeenschappelijk Fonds van de textielverzorging". |
§ 2. Het "Gemeenschappelijk Fonds van de textielverzorging" betaalt | § 2. Het "Gemeenschappelijk Fonds van de textielverzorging" betaalt |
eveneens de bijzondere werkgeversbijdragen bedoeld in hoofdstuk VI van | eveneens de bijzondere werkgeversbijdragen bedoeld in hoofdstuk VI van |
titel XI van de wet van 27 december 2006 houdende diverse bepalingen, | titel XI van de wet van 27 december 2006 houdende diverse bepalingen, |
laatst gewijzigd door de programmawet (I) van 29 maart 2012 en het | laatst gewijzigd door de programmawet (I) van 29 maart 2012 en het |
koninklijk besluit van 19 juni 2012 die zijn verschuldigd op de | koninklijk besluit van 19 juni 2012 die zijn verschuldigd op de |
aanvullende vergoeding betaald door het voornoemde fonds voor | aanvullende vergoeding betaald door het voornoemde fonds voor |
bestaanszekerheid, met uitzondering van de verhoogde bijdrage voor | bestaanszekerheid, met uitzondering van de verhoogde bijdrage voor |
ondernemingen in herstructurering. | ondernemingen in herstructurering. |
Dit betekent dat het "Gemeenschappelijk Fonds van de | Dit betekent dat het "Gemeenschappelijk Fonds van de |
textielverzorging" slechts gedeeltelijk de verplichtingen van de | textielverzorging" slechts gedeeltelijk de verplichtingen van de |
werkgevers overneemt indien aan de begunstigde nog andere betalingen | werkgevers overneemt indien aan de begunstigde nog andere betalingen |
worden verricht, naast deze ten laste van het "Gemeenschappelijk Fonds | worden verricht, naast deze ten laste van het "Gemeenschappelijk Fonds |
van de textielverzorging". | van de textielverzorging". |
Op deze wijze wordt, overeenkomstig artikel 17, § 1, tweede lid van | Op deze wijze wordt, overeenkomstig artikel 17, § 1, tweede lid van |
het koninklijk besluit van 29 maart 2010 tot uitvoering van hoofdstuk | het koninklijk besluit van 29 maart 2010 tot uitvoering van hoofdstuk |
6 van titel XI van de wet van 27 december 2006 houdende diverse | 6 van titel XI van de wet van 27 december 2006 houdende diverse |
bepalingen, afgeweken van de regel, bepaald in artikel 17, § 1, eerste | bepalingen, afgeweken van de regel, bepaald in artikel 17, § 1, eerste |
lid van het voornoemde koninklijk besluit. | lid van het voornoemde koninklijk besluit. |
Derhalve staat de debiteur van elke andere aanvulling dan deze betaald | Derhalve staat de debiteur van elke andere aanvulling dan deze betaald |
door het "Gemeenschappelijk Fonds van de textielverzorging" zelf in | door het "Gemeenschappelijk Fonds van de textielverzorging" zelf in |
voor de betaling van de bijzondere werkgeversbijdragen, verschuldigd | voor de betaling van de bijzondere werkgeversbijdragen, verschuldigd |
op de door hem verrichtte betalingen. | op de door hem verrichtte betalingen. |
§ 3. Zoals voorzien in artikel 6 van deze collectieve | § 3. Zoals voorzien in artikel 6 van deze collectieve |
arbeidsovereenkomst wordt de aanvullende vergoeding verder uitbetaald | arbeidsovereenkomst wordt de aanvullende vergoeding verder uitbetaald |
in de bijzondere gevallen van werkhervatting, voorzien in artikel 4bis | in de bijzondere gevallen van werkhervatting, voorzien in artikel 4bis |
en artikel 4quater van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17, | en artikel 4quater van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17, |
gesloten op 19 december 1974 in de Nationale Arbeidsraad, tot | gesloten op 19 december 1974 in de Nationale Arbeidsraad, tot |
invoering van een regeling van aanvullende vergoeding ten gunste van | invoering van een regeling van aanvullende vergoeding ten gunste van |
sommige bejaarde werknemers indien zij worden ontslagen, algemeen | sommige bejaarde werknemers indien zij worden ontslagen, algemeen |
verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 16 januari 1975 en | verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 16 januari 1975 en |
laatst gewijzigd bij de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17tricies | laatst gewijzigd bij de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17tricies |
sexies van 27 april 2015. | sexies van 27 april 2015. |
Buiten de gevallen, bedoeld in de voornoemde collectieve | Buiten de gevallen, bedoeld in de voornoemde collectieve |
arbeidsovereenkomst nr. 17, zoals in geval van het opnemen van een | arbeidsovereenkomst nr. 17, zoals in geval van het opnemen van een |
activiteit bij of het werken voor rekening van de werkgever die de | activiteit bij of het werken voor rekening van de werkgever die de |
persoon in werkloosheid met bedrijfstoeslag heeft ontslagen, is er | persoon in werkloosheid met bedrijfstoeslag heeft ontslagen, is er |
geen aanvullende vergoeding verschuldigd, wetende dat deze als loon | geen aanvullende vergoeding verschuldigd, wetende dat deze als loon |
zou beschouwd worden, gelet op artikel 124, § 6 van de wet van 27 | zou beschouwd worden, gelet op artikel 124, § 6 van de wet van 27 |
december 2006 houdende diverse bepalingen (I), laatst gewijzigd door | december 2006 houdende diverse bepalingen (I), laatst gewijzigd door |
de programmawet (I) van 29 maart 2012 en het koninklijk besluit van 19 | de programmawet (I) van 29 maart 2012 en het koninklijk besluit van 19 |
juni 2012 en dus niet zou beschouwd worden als een aanvulling bij een | juni 2012 en dus niet zou beschouwd worden als een aanvulling bij een |
sociale uitkering. | sociale uitkering. |
Zowel de persoon in werkloosheid met bedrijfstoeslag als de werkgever | Zowel de persoon in werkloosheid met bedrijfstoeslag als de werkgever |
zijn er derhalve toe gehouden dergelijke bijzondere gevallen van | zijn er derhalve toe gehouden dergelijke bijzondere gevallen van |
werkhervatting onmiddellijk te melden aan het "Gemeenschappelijk Fonds | werkhervatting onmiddellijk te melden aan het "Gemeenschappelijk Fonds |
van de textielverzorging". Zij zijn tevens aansprakelijk voor de | van de textielverzorging". Zij zijn tevens aansprakelijk voor de |
gevolgen van enige nalatigheid op dit stuk. | gevolgen van enige nalatigheid op dit stuk. |
Gelet op onder meer de bepalingen van het koninklijk besluit van 29 | Gelet op onder meer de bepalingen van het koninklijk besluit van 29 |
maart 2010 tot uitvoering van hoofdstuk 6 van titel XI van de wet van | maart 2010 tot uitvoering van hoofdstuk 6 van titel XI van de wet van |
27 december 2006 houdende diverse bepalingen is de persoon in | 27 december 2006 houdende diverse bepalingen is de persoon in |
werkloosheid met bedrijfstoeslag ertoe gehouden elke tussenkomende | werkloosheid met bedrijfstoeslag ertoe gehouden elke tussenkomende |
wijziging in zijn situatie onmiddellijk mee te delen aan het | wijziging in zijn situatie onmiddellijk mee te delen aan het |
"Gemeenschappelijk Fonds van de textielverzorging". | "Gemeenschappelijk Fonds van de textielverzorging". |
Art. 11.Volgens het koninklijk besluit van 7 december 1992 en het |
Art. 11.Volgens het koninklijk besluit van 7 december 1992 en het |
koninklijk besluit van 3 mei 2007 zijn alle sancties wegens het niet | koninklijk besluit van 3 mei 2007 zijn alle sancties wegens het niet |
naleven van de vervangingsplicht, met name : | naleven van de vervangingsplicht, met name : |
- een eventuele administratieve geldboete; | - een eventuele administratieve geldboete; |
- een forfaitaire compensatoire dagvergoeding voor de RVA; | - een forfaitaire compensatoire dagvergoeding voor de RVA; |
- eventuele strafrechtelijke geldboetes, | - eventuele strafrechtelijke geldboetes, |
ten laste van de werkgever die de vervangingsplicht miskent. | ten laste van de werkgever die de vervangingsplicht miskent. |
Art. 12.Deze collectieve arbeidsovereenkomst vervangt met ingang van |
Art. 12.Deze collectieve arbeidsovereenkomst vervangt met ingang van |
1 januari 2015 de collectieve arbeidsovereenkomst van 14 februari 2014 | 1 januari 2015 de collectieve arbeidsovereenkomst van 14 februari 2014 |
betreffende het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag vanaf 60 | betreffende het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag vanaf 60 |
jaar (registratienummer 120913/CO/110). | jaar (registratienummer 120913/CO/110). |
Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari | Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari |
2015 en houdt op van kracht te zijn op 31 december 2017. | 2015 en houdt op van kracht te zijn op 31 december 2017. |
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 16 november | Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 16 november |
2015. | 2015. |
De Minister van Werk, | De Minister van Werk, |
K. PEETERS | K. PEETERS |