Etaamb.openjustice.be
Meertalige weergave van Koninklijk Besluit van 14/09/1997
← Terug naar "Koninklijk besluit tot vaststelling van de opzeggingstermijnen voor de ondernemingen die onder de bevoegdheid van het Paritair Subcomité voor de metaalhandel ressorteren "
Koninklijk besluit tot vaststelling van de opzeggingstermijnen voor de ondernemingen die onder de bevoegdheid van het Paritair Subcomité voor de metaalhandel ressorteren Koninklijk besluit tot vaststelling van de opzeggingstermijnen voor de ondernemingen die onder de bevoegdheid van het Paritair Subcomité voor de metaalhandel ressorteren
MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID
14 SEPTEMBER 1997. Koninklijk besluit tot vaststelling van de 14 SEPTEMBER 1997. Koninklijk besluit tot vaststelling van de
opzeggingstermijnen voor de ondernemingen die onder de bevoegdheid van opzeggingstermijnen voor de ondernemingen die onder de bevoegdheid van
het Paritair Subcomité voor de metaalhandel ressorteren (1) het Paritair Subcomité voor de metaalhandel ressorteren (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, ALBERT II, Koning der Belgen,
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten, Gelet op de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten,
inzonderheid op artikel 61, gewijzigd bij de wet van 20 juli 1991; inzonderheid op artikel 61, gewijzigd bij de wet van 20 juli 1991;
Gelet op het voorstel van het Paritair Subcomité voor de metaalhandel; Gelet op het voorstel van het Paritair Subcomité voor de metaalhandel;
Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari
1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, gewijzigd bij de wetten van 4 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, gewijzigd bij de wetten van 4
juli 1989 en 4 augustus 1996; juli 1989 en 4 augustus 1996;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid; Gelet op de dringende noodzakelijkheid;
Overwegende dat er aanleiding toe bestaat zonder uitstel de Overwegende dat er aanleiding toe bestaat zonder uitstel de
opzeggingstermijnen te wijzigen in het belang van de werklieden van de opzeggingstermijnen te wijzigen in het belang van de werklieden van de
ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de
metaalhandel en die een belangrijke anciënniteit tellen en om sociale metaalhandel en die een belangrijke anciënniteit tellen en om sociale
redenen; redenen;
Op de voordracht van Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid, Op de voordracht van Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Dit besluit is van toepassing op de werkgevers en

Artikel 1.Dit besluit is van toepassing op de werkgevers en

werklieden van de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair werklieden van de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair
Subcomité voor de metaalhandel. Subcomité voor de metaalhandel.

Art. 2.In afwijking van de bepalingen van artikel 59 van de wet van 3

Art. 2.In afwijking van de bepalingen van artikel 59 van de wet van 3

juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten wordt, wanneer de juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten wordt, wanneer de
arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd is gesloten, de arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd is gesloten, de
opzeggingstermijn vastgesteld op : opzeggingstermijn vastgesteld op :
1° vier weken wanneer de opzegging door de werkgever wordt gegeven en 1° vier weken wanneer de opzegging door de werkgever wordt gegeven en
op twee weken wanneer de opzegging door de werkman wordt gegeven, op twee weken wanneer de opzegging door de werkman wordt gegeven,
indien het een werkman betreft die minder dan vijf jaar ononderbroken indien het een werkman betreft die minder dan vijf jaar ononderbroken
in dienst van dezelfde onderneming is gebleven; in dienst van dezelfde onderneming is gebleven;
2° vijf weken wanneer de opzegging door de werkgever wordt gegeven en 2° vijf weken wanneer de opzegging door de werkgever wordt gegeven en
op twee weken wanneer de opzegging door de werkman wordt gegeven, op twee weken wanneer de opzegging door de werkman wordt gegeven,
indien het een werkman betreft die tussen vijf en minder dan tien jaar indien het een werkman betreft die tussen vijf en minder dan tien jaar
ononderbroken in dienst van dezelfde onderneming is gebleven; ononderbroken in dienst van dezelfde onderneming is gebleven;
3° acht weken wanneer de opzegging door de werkgever wordt gegeven en 3° acht weken wanneer de opzegging door de werkgever wordt gegeven en
op drie weken wanneer de opzegging door de werkman wordt gegeven, op drie weken wanneer de opzegging door de werkman wordt gegeven,
indien het een werkman betreft die tussen tien en minder dan vijftien indien het een werkman betreft die tussen tien en minder dan vijftien
jaar ononderbroken in dienst van dezelfde onderneming is gebleven; jaar ononderbroken in dienst van dezelfde onderneming is gebleven;
4° elf weken wanneer de opzegging door de werkgever wordt gegeven en 4° elf weken wanneer de opzegging door de werkgever wordt gegeven en
op drie weken wanneer de opzegging door de werkman wordt gegeven, op drie weken wanneer de opzegging door de werkman wordt gegeven,
indien het een werkman betreft die tussen vijftien en minder dan indien het een werkman betreft die tussen vijftien en minder dan
twintig jaar ononderbroken in dienst van dezelfde onderneming is twintig jaar ononderbroken in dienst van dezelfde onderneming is
gebleven; gebleven;
5° twintig weken wanneer de opzegging door de werkgever wordt gegeven 5° twintig weken wanneer de opzegging door de werkgever wordt gegeven
en op vier weken wanneer de opzegging door de werkman wordt gegeven, en op vier weken wanneer de opzegging door de werkman wordt gegeven,
indien het een werkman betreft die tussen twintig en minder dan indien het een werkman betreft die tussen twintig en minder dan
vijfentwintig jaar ononderbroken in dienst van dezelfde onderneming is vijfentwintig jaar ononderbroken in dienst van dezelfde onderneming is
gebleven; gebleven;
6° tweëentwintig weken wanneer de opzegging door de werkgever wordt 6° tweëentwintig weken wanneer de opzegging door de werkgever wordt
gegeven en op vier weken wanneer de opzegging door de werkman wordt gegeven en op vier weken wanneer de opzegging door de werkman wordt
gegeven, indien het een werkman betreft die vijfentwintig jaar en meer gegeven, indien het een werkman betreft die vijfentwintig jaar en meer
ononderbroken in dienst van dezelfde onderneming is gebleven. ononderbroken in dienst van dezelfde onderneming is gebleven.

Art. 3.In geval van opzegging met het oog op brugpensioen gelden de

Art. 3.In geval van opzegging met het oog op brugpensioen gelden de

opzeggingstermijnen zoals bepaald in artikel 59 van de wet van 3 juli opzeggingstermijnen zoals bepaald in artikel 59 van de wet van 3 juli
1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten. 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten.

Art. 4.De opzeggingen betekend voor de inwerkingtreding van dit

Art. 4.De opzeggingen betekend voor de inwerkingtreding van dit

besluit blijven hun gevolgen behouden. besluit blijven hun gevolgen behouden.

Art. 5.Het koninklijk besluit van 2 juni 1993 tot vaststelling van de

Art. 5.Het koninklijk besluit van 2 juni 1993 tot vaststelling van de

opzeggingstermijnen in de ondernemingen die onder de bevoegdheid van opzeggingstermijnen in de ondernemingen die onder de bevoegdheid van
het Paritair Subcomité voor de metaalhandel ressorteren wordt het Paritair Subcomité voor de metaalhandel ressorteren wordt
opgeheven. opgeheven.

Art. 6.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het

Art. 6.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het

Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt. Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Art. 7.Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid is belast met de

Art. 7.Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid is belast met de

uitvoering van dit besluit. uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 14 september 1997. Gegeven te Brussel, 14 september 1997.
ALBERT ALBERT
Van Koningswege : Van Koningswege :
De Minister van Tewerkstelling en Arbeid, De Minister van Tewerkstelling en Arbeid,
Mevr. M. SMET Mevr. M. SMET
Voor de raadpleging van de voetnoot, zie beeld Voor de raadpleging van de voetnoot, zie beeld
^