Etaamb.openjustice.be
Meertalige weergave van Koninklijk Besluit van 12/06/2002
← Terug naar "Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 11 juni 2001, gesloten in het Paritair Comité voor het tabaksbedrijf, betreffende de arbeidsvoorwaarden in de sigarettenfabrieken en de gemengde ondernemingen voor de jaren 2001-2002 "
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 11 juni 2001, gesloten in het Paritair Comité voor het tabaksbedrijf, betreffende de arbeidsvoorwaarden in de sigarettenfabrieken en de gemengde ondernemingen voor de jaren 2001-2002 Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 11 juni 2001, gesloten in het Paritair Comité voor het tabaksbedrijf, betreffende de arbeidsvoorwaarden in de sigarettenfabrieken en de gemengde ondernemingen voor de jaren 2001-2002
MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID
12 JUNI 2002. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt 12 JUNI 2002. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt
verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 11 juni 2001, verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 11 juni 2001,
gesloten in het Paritair Comité voor het tabaksbedrijf, betreffende de gesloten in het Paritair Comité voor het tabaksbedrijf, betreffende de
arbeidsvoorwaarden in de sigarettenfabrieken en de gemengde arbeidsvoorwaarden in de sigarettenfabrieken en de gemengde
ondernemingen voor de jaren 2001-2002 (1) ondernemingen voor de jaren 2001-2002 (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, ALBERT II, Koning der Belgen,
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve
arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel
28; 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor het tabaksbedrijf; Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor het tabaksbedrijf;
Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid, Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage

overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 11 juni 2001, gesloten overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 11 juni 2001, gesloten
in het Paritair Comité voor het tabaksbedrijf, betreffende de in het Paritair Comité voor het tabaksbedrijf, betreffende de
arbeidsvoorwaarden in de sigarettenfabrieken en de gemengde arbeidsvoorwaarden in de sigarettenfabrieken en de gemengde
ondernemingen voor de jaren 2001-2002. ondernemingen voor de jaren 2001-2002.

Art. 2.Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering

Art. 2.Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering

van dit besluit. van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 12 juni 2002. Gegeven te Brussel, 12 juni 2002.
ALBERT ALBERT
Van Koningswege : Van Koningswege :
De Minister van Werkgelegenheid, De Minister van Werkgelegenheid,
Mevr. L. ONKELINX Mevr. L. ONKELINX
_______ _______
Nota Nota
(1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad :
Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.
Bijlage Bijlage
Paritair Comité voor het tabaksbedrijf Paritair Comité voor het tabaksbedrijf
Collectieve arbeidsovereenkomst van 11 juni 2001 Collectieve arbeidsovereenkomst van 11 juni 2001
Arbeidsvoorwaarden in de sigarettenfabrieken en de gemengde Arbeidsvoorwaarden in de sigarettenfabrieken en de gemengde
ondernemingen voor de jaren 2001-2002 (Overeenkomst geregistreerd op ondernemingen voor de jaren 2001-2002 (Overeenkomst geregistreerd op
24 oktober 2001 onder het nr. 59341/CO/133.03) 24 oktober 2001 onder het nr. 59341/CO/133.03)
HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op

de werkgevers en op de werknemers van de sigarettenfabrieken en de de werkgevers en op de werknemers van de sigarettenfabrieken en de
gemengde ondernemingen, dit wil zeggen de sigarettenfabrieken die in gemengde ondernemingen, dit wil zeggen de sigarettenfabrieken die in
dezelfde productie-eenheid ook kerftabak produceren en onder het dezelfde productie-eenheid ook kerftabak produceren en onder het
Paritair Comité voor het tabaksbedrijf ressorteren. Paritair Comité voor het tabaksbedrijf ressorteren.
Onder "werknemers" wordt verstaan : de arbeiders en de arbeidsters. Onder "werknemers" wordt verstaan : de arbeiders en de arbeidsters.
HOOFDSTUK II. - Beschikkingen HOOFDSTUK II. - Beschikkingen
A. Koopkracht A. Koopkracht
1° loonsverhogingen 1° loonsverhogingen

Art. 2.In aansluiting op de mogelijkheid voorzien in het

Art. 2.In aansluiting op de mogelijkheid voorzien in het

interprofessioneel akkoord van 22 december 2000, is een maximale marge interprofessioneel akkoord van 22 december 2000, is een maximale marge
voor de loonkostenontwikkeling voor de jaren 2001-2002 overeengekomen voor de loonkostenontwikkeling voor de jaren 2001-2002 overeengekomen
die 6,4 pct. bedraagt, indexaanpassingen inbegrepen. die 6,4 pct. bedraagt, indexaanpassingen inbegrepen.
Drie loonsverhogingen zijn voorzien in deze loonmarge, toe te passen Drie loonsverhogingen zijn voorzien in deze loonmarge, toe te passen
op de bestaande conventionele lonen en op de effectief uitbetaalde op de bestaande conventionele lonen en op de effectief uitbetaalde
lonen : lonen :
- een eerste op 1 april 2001 van 0,1239 EUR/uur; - een eerste op 1 april 2001 van 0,1239 EUR/uur;
- een tweede op 1 oktober 2001 van 0,0496 EUR/uur en - een tweede op 1 oktober 2001 van 0,0496 EUR/uur en
- een derde op 1 april 2002 van 0,0992 EUR/uur - een derde op 1 april 2002 van 0,0992 EUR/uur
met dien verstande met dien verstande
dat een eventuele laatste verhoging wordt toegepast op 1 oktober 2002, dat een eventuele laatste verhoging wordt toegepast op 1 oktober 2002,
na berekening op die datum van de som over de twee jaar van de na berekening op die datum van de som over de twee jaar van de
indexaanpassingen en de toegepaste loonsverhogingen en aan te rekenen indexaanpassingen en de toegepaste loonsverhogingen en aan te rekenen
op de beschikbare marge van 6,4 pct. op de beschikbare marge van 6,4 pct.
De basis voor de berekening van de 6,4 pct. is als volgt vastgesteld : De basis voor de berekening van de 6,4 pct. is als volgt vastgesteld :
het conventioneel uurloon van de maand januari 2001 voor de 4e het conventioneel uurloon van de maand januari 2001 voor de 4e
categorie, zijnde 11,3126 EUR/uur tegenover het conventioneel uurloon categorie, zijnde 11,3126 EUR/uur tegenover het conventioneel uurloon
voor dezelfde categorie van de maand oktober 2002 waarbij de lonen voor dezelfde categorie van de maand oktober 2002 waarbij de lonen
effectief op 1 oktober 2002 worden aangepast. effectief op 1 oktober 2002 worden aangepast.
2° toekenning van een eenmalige premie 2° toekenning van een eenmalige premie

Art. 3.Op 1 oktober 2001 wordt een eenmalige brutopremie toegekend

Art. 3.Op 1 oktober 2001 wordt een eenmalige brutopremie toegekend

van 86,76 EUR, met inbegrip van een euro pakket voorzover deze van 86,76 EUR, met inbegrip van een euro pakket voorzover deze
mogelijkheid door de bevoegde instanties wordt voorzien, in mindering mogelijkheid door de bevoegde instanties wordt voorzien, in mindering
te brengen op de eenmalige brutopremie en toe te kennen zodra mogelijk te brengen op de eenmalige brutopremie en toe te kennen zodra mogelijk
vanaf 1 oktober 2001, doch uiterlijk op 15 december 2001. vanaf 1 oktober 2001, doch uiterlijk op 15 december 2001.
Deze premie wordt toegekend op basis van de mogelijkheid voorzien in Deze premie wordt toegekend op basis van de mogelijkheid voorzien in
eerder genoemd interprofessioneel akkoord van 22 december 2000 een eerder genoemd interprofessioneel akkoord van 22 december 2000 een
uitzonderlijke en niet recurrente extra inspanning te leveren van uitzonderlijke en niet recurrente extra inspanning te leveren van
maximaal 0,40 pct. van de uurloonkost. maximaal 0,40 pct. van de uurloonkost.
B. Jeugdbarema's B. Jeugdbarema's

Art. 4.Vanaf 1 april 2001 hebben alle werknemers jonger dan 20 jaar

Art. 4.Vanaf 1 april 2001 hebben alle werknemers jonger dan 20 jaar

recht op het loon aan 100 pct. voorzover zij met de onderneming recht op het loon aan 100 pct. voorzover zij met de onderneming
verbonden zijn door om het even welke overeenkomst sinds meer dan drie verbonden zijn door om het even welke overeenkomst sinds meer dan drie
maanden; voor de eerste drie maanden hebben zij recht op 90 pct. maanden; voor de eerste drie maanden hebben zij recht op 90 pct.
C. Afscheidspremie C. Afscheidspremie

Art. 5.Vanaf 1 januari 2001 hebben de wegens gebrek aan werk

Art. 5.Vanaf 1 januari 2001 hebben de wegens gebrek aan werk

ontslagen werknemers, met behoud van het vigerende systeem, recht op ontslagen werknemers, met behoud van het vigerende systeem, recht op
het saldo van de afscheidspremie die hen wordt toegekend na afloop van het saldo van de afscheidspremie die hen wordt toegekend na afloop van
de opzegtermijn. de opzegtermijn.
D. Eindejaarspremie D. Eindejaarspremie

Art. 6.Vanaf het jaar 2001 wordt de eindejaarpremie als volgt

Art. 6.Vanaf het jaar 2001 wordt de eindejaarpremie als volgt

berekend, met behoud van de bestaande toekennings- en berekend, met behoud van de bestaande toekennings- en
betalingsvoorwaarden : betalingsvoorwaarden :
8,33 pct. van het verdiende jaarloon aan 100 pct. waarbij volgende 8,33 pct. van het verdiende jaarloon aan 100 pct. waarbij volgende
dagen worden gelijkgesteld en het loon van deze dagen berekend wordt dagen worden gelijkgesteld en het loon van deze dagen berekend wordt
overeenkomstig de wetgeving op de betaalde feestdagen. overeenkomstig de wetgeving op de betaalde feestdagen.
- de ziektedagen tot maximum één jaar met inbegrip van de dagen - de ziektedagen tot maximum één jaar met inbegrip van de dagen
afwezigheid wegens pré- en postnataal verlof, zijnde afwezigheid wegens pré- en postnataal verlof, zijnde
- in totaal 15 weken; - in totaal 15 weken;
- de wettelijke feestdagen; - de wettelijke feestdagen;
- de betaalde dagen kort verzuim; - de betaalde dagen kort verzuim;
- de dagen vakbondsvorming; - de dagen vakbondsvorming;
- de afwezigheid wegens arbeidsongevallen; - de afwezigheid wegens arbeidsongevallen;
- de dagen betaalde vakantie, en - de dagen betaalde vakantie, en
- de dagen werkloosheid. - de dagen werkloosheid.
E. Vorming E. Vorming

Art. 7.In navolging van het interprofessioneel akkoord van 22

Art. 7.In navolging van het interprofessioneel akkoord van 22

december 2000 gesloten voor de jaren 2001-2002 en in het raam van de december 2000 gesloten voor de jaren 2001-2002 en in het raam van de
permanente vorming van de werknemers, worden volgende maatregelen permanente vorming van de werknemers, worden volgende maatregelen
voorzien : voorzien :
- enerzijds een besteding van 0,30 pct. van de loonmassa door de - enerzijds een besteding van 0,30 pct. van de loonmassa door de
sector in zijn geheel en per onderneming aan vorming, rekening sector in zijn geheel en per onderneming aan vorming, rekening
houdende met de effectieve noden van de ondernemingen. houdende met de effectieve noden van de ondernemingen.
Over deze besteding van 0,30 pct. wordt jaarlijks een verslag Over deze besteding van 0,30 pct. wordt jaarlijks een verslag
opgemaakt voor te leggen uiterlijk op 30 juni aan de ondernemingsraad; opgemaakt voor te leggen uiterlijk op 30 juni aan de ondernemingsraad;
- anderzijds een besteding van 0,10 pct. van de loonmassa door de - anderzijds een besteding van 0,10 pct. van de loonmassa door de
sector aan de werknemers behorende tot de risicogroepen zoals bepaald sector aan de werknemers behorende tot de risicogroepen zoals bepaald
bij collectieve arbeidsovereenkomst van 7 mei 1997 gesloten in bij collectieve arbeidsovereenkomst van 7 mei 1997 gesloten in
toepassing van hoofdstuk II van het koninklijk besluit van 27 januari toepassing van hoofdstuk II van het koninklijk besluit van 27 januari
1997 houdende maatregelen ter bevordering van de werkgelegenheid met 1997 houdende maatregelen ter bevordering van de werkgelegenheid met
toepassing van artikel 7, § 2, van de wet van 26 juli 1996 tot toepassing van artikel 7, § 2, van de wet van 26 juli 1996 tot
bevordering van de werkgelegenheid en tot preventieve vrijwaring van bevordering van de werkgelegenheid en tot preventieve vrijwaring van
het concurrentievermogen. het concurrentievermogen.
Verslag over de besteding van de 0,10 pct. wordt overgemaakt aan het Verslag over de besteding van de 0,10 pct. wordt overgemaakt aan het
Sociaal Fonds van de tabakverwerkende industrieën uiterlijk op 30 juni Sociaal Fonds van de tabakverwerkende industrieën uiterlijk op 30 juni
van het daaropvolgende jaar. van het daaropvolgende jaar.
Het fonds staat in voor het beheer, de controle en de evaluatie van de Het fonds staat in voor het beheer, de controle en de evaluatie van de
besteding. besteding.
Zo het fonds vaststelt dat minder dan 0,10 pct. van de loonmassa Zo het fonds vaststelt dat minder dan 0,10 pct. van de loonmassa
binnen de sector werd besteed ten gunste van de risicogroepen, zal de binnen de sector werd besteed ten gunste van de risicogroepen, zal de
raad van beheer van het fonds het verschil besteden na beslissing raad van beheer van het fonds het verschil besteden na beslissing
binnen de raad over de bestemming ervan. binnen de raad over de bestemming ervan.
F. Anciënniteitsverlof F. Anciënniteitsverlof

Art. 8.Met behoud van de bestaande toekenningsvoorwaarden wordt het

Art. 8.Met behoud van de bestaande toekenningsvoorwaarden wordt het

anciënniteitsverlof als volgt vastgesteld vanaf 1 januari 2001 : anciënniteitsverlof als volgt vastgesteld vanaf 1 januari 2001 :
1 dag verlof voor 4 tot en met 8 dienstjaren; 1 dag verlof voor 4 tot en met 8 dienstjaren;
2 dagen verlof voor 9 tot en met 13 dienstjaren; 2 dagen verlof voor 9 tot en met 13 dienstjaren;
3 dagen verlof voor 14 tot en met 18 dienstjaren; 3 dagen verlof voor 14 tot en met 18 dienstjaren;
4 dagen verlof voor 19 tot en met 23 dienstjaren; 4 dagen verlof voor 19 tot en met 23 dienstjaren;
5 dagen verlof voor 24 tot en met 28 dienstjaren; 5 dagen verlof voor 24 tot en met 28 dienstjaren;
6 dagen verlof voor 29 tot en met 33 dienstjaren; 6 dagen verlof voor 29 tot en met 33 dienstjaren;
7 dagen verlof voor 34 dienstjaren of meer. 7 dagen verlof voor 34 dienstjaren of meer.
Het anciënniteitsverlof wordt proportioneel toegepast volgens de Het anciënniteitsverlof wordt proportioneel toegepast volgens de
arbeidstijd waarin de werknemer is tewerkgesteld op datum van opname arbeidstijd waarin de werknemer is tewerkgesteld op datum van opname
van het anciënniteitsverlof : van het anciënniteitsverlof :
dit houdt in dat bij een deeltijdse betrekking het verlof wordt dit houdt in dat bij een deeltijdse betrekking het verlof wordt
toegepast op basis van het arbeidsregime van deze deeltijdse toegepast op basis van het arbeidsregime van deze deeltijdse
betrekking en dat bij opnieuw overschakelen naar een voltijdse betrekking en dat bij opnieuw overschakelen naar een voltijdse
betrekking dit verlof opnieuw wordt toegepast volgens het betrekking dit verlof opnieuw wordt toegepast volgens het
arbeidsregime van de voltijdse betrekking. arbeidsregime van de voltijdse betrekking.
G. Opzegtermijnen G. Opzegtermijnen

Art. 9.Vanaf 1 april 2001 zijn de opzegtermijnen als volgt

Art. 9.Vanaf 1 april 2001 zijn de opzegtermijnen als volgt

vastgesteld : vastgesteld :
< 6 maanden dienst : 28 dagen; < 6 maanden dienst : 28 dagen;
> 6 maanden en < 3 jaren dienst : 35 dagen; > 6 maanden en < 3 jaren dienst : 35 dagen;
> 3 jaren en < 10 jaren dienst : 56 dagen; > 3 jaren en < 10 jaren dienst : 56 dagen;
>10 jaren en < 15 jaren dienst : 84 dagen; >10 jaren en < 15 jaren dienst : 84 dagen;
> 15 jaren en < 20 jaren dienst :112 dagen; > 15 jaren en < 20 jaren dienst :112 dagen;
20 jaren dienst en meer : 140 dagen. 20 jaren dienst en meer : 140 dagen.
H. Vervoeronkosten H. Vervoeronkosten

Art. 10.De werkgeverstussenkomst in de vervoeronkosten is als volgt

Art. 10.De werkgeverstussenkomst in de vervoeronkosten is als volgt

vastgesteld vanaf 1 april 2001 : vastgesteld vanaf 1 april 2001 :
a) bij vervoer per fiets : vergoeding van 0,15 EUR/km vanaf de 1e a) bij vervoer per fiets : vergoeding van 0,15 EUR/km vanaf de 1e
afgelegde km op basis van een verklaring op eer door de werknemer in afgelegde km op basis van een verklaring op eer door de werknemer in
te dienen bij de werkgever; te dienen bij de werkgever;
b) bij openbaar vervoer (trein, tram, metro, bus) : vergoeding ten b) bij openbaar vervoer (trein, tram, metro, bus) : vergoeding ten
belope van 100 pct. van de vervoersonkosten op basis van de belope van 100 pct. van de vervoersonkosten op basis van de
abonnementen, kaarten of tickets; abonnementen, kaarten of tickets;
c) ander vervoer : behoud van de bestaande regeling inzake de c) ander vervoer : behoud van de bestaande regeling inzake de
tussenkomst in de onkosten, zijnde een vergoeding ten belope van 10 tussenkomst in de onkosten, zijnde een vergoeding ten belope van 10
pct. meer dan het bedrag vastgesteld voor de bijdrage van de werkgever pct. meer dan het bedrag vastgesteld voor de bijdrage van de werkgever
in de prijs van de maandtreinkaart voor de overeenstemmende afstand in de prijs van de maandtreinkaart voor de overeenstemmende afstand
(boek van de wettelijke afstanden). (boek van de wettelijke afstanden).
Meer gunstige bepalingen op ondernemingsvlak blijven behouden. Meer gunstige bepalingen op ondernemingsvlak blijven behouden.
I. Klein verlet I. Klein verlet

Art. 11.Vanaf 1 januari 2001 wordt in de collectieve

Art. 11.Vanaf 1 januari 2001 wordt in de collectieve

arbeidsovereenkomst van 25 november 1974 inzake het klein verlet, de arbeidsovereenkomst van 25 november 1974 inzake het klein verlet, de
laatste maal gewijzigd bij collectieve arbeidsovereenkomst van 4 mei laatste maal gewijzigd bij collectieve arbeidsovereenkomst van 4 mei
1999 het adoptiekind en de adoptieouder, het pleegkind en de 1999 het adoptiekind en de adoptieouder, het pleegkind en de
pleegouder gelijkgesteld met het kind of de ouder. pleegouder gelijkgesteld met het kind of de ouder.
J. Syndicale premie J. Syndicale premie

Art. 12.De syndicale premie toegekend aan de actieve werknemers en de

Art. 12.De syndicale premie toegekend aan de actieve werknemers en de

werknemers in brugpensioen wordt verhoogd tot de volgende bedragen : werknemers in brugpensioen wordt verhoogd tot de volgende bedragen :
- het bedrag voorzien bij § 1, alinea 1, van artikel 5, van de - het bedrag voorzien bij § 1, alinea 1, van artikel 5, van de
collectieve arbeidsovereenkomst van 20 januari 1989 tot vaststelling collectieve arbeidsovereenkomst van 20 januari 1989 tot vaststelling
van het sociaal fonds der tabakverwerkende industrieën, algemeen van het sociaal fonds der tabakverwerkende industrieën, algemeen
verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 3 juli 1990 (Belgisch verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 3 juli 1990 (Belgisch
Staatsblad van 15 augustus 1990), wordt opgetrokken tot 114,03 EUR Staatsblad van 15 augustus 1990), wordt opgetrokken tot 114,03 EUR
voor het jaar 2001 en tot 116,51 EUR vanaf het jaar 2002. voor het jaar 2001 en tot 116,51 EUR vanaf het jaar 2002.
Tevens wordt het bedrag voorzien bij § 4 van artikel 5 van voornoemde Tevens wordt het bedrag voorzien bij § 4 van artikel 5 van voornoemde
collectieve arbeidsovereenkomst opgetrokken tot 17,35 EUR vanaf het collectieve arbeidsovereenkomst opgetrokken tot 17,35 EUR vanaf het
jaar 2001. jaar 2001.
K. Beschermde werknemers K. Beschermde werknemers

Art. 13.Vanaf 1 januari 2001 hebben de leden van de

Art. 13.Vanaf 1 januari 2001 hebben de leden van de

vakbondsafvaardiging die geen lid zijn van vakbondsafvaardiging die geen lid zijn van
- de ondernemingsraad of van - de ondernemingsraad of van
- het comité voor preventie en bescherming op het werk en - het comité voor preventie en bescherming op het werk en
voorzover zij een effectief mandaat hebben als lid van de voorzover zij een effectief mandaat hebben als lid van de
vakbondsafvaardiging, recht op dezelfde bescherming tegen ontslag als vakbondsafvaardiging, recht op dezelfde bescherming tegen ontslag als
deze voorzien voor de leden van de ondernemingsraden en de comités deze voorzien voor de leden van de ondernemingsraden en de comités
voor preventie en bescherming op het werk bij de wet van 19 maart voor preventie en bescherming op het werk bij de wet van 19 maart
1991. 1991.
Onder naleving van de voorwaarden voorzien bij voornoemde wet van 19 Onder naleving van de voorwaarden voorzien bij voornoemde wet van 19
maart 1991 is de forfaitaire vergoeding gelijk aan het lopende loon maart 1991 is de forfaitaire vergoeding gelijk aan het lopende loon
dat overeenstemt met een periode van : dat overeenstemt met een periode van :
- twee jaar wanneer de werknemer minder dan 10 dienstjaren telt; - twee jaar wanneer de werknemer minder dan 10 dienstjaren telt;
- drie jaar wanneer de werknemer meer dan 10 doch minder dan 20 - drie jaar wanneer de werknemer meer dan 10 doch minder dan 20
dienstjaren telt en; dienstjaren telt en;
- vier jaar wanneer de werknemer 20 dienstjaren of meer telt. - vier jaar wanneer de werknemer 20 dienstjaren of meer telt.
L. Uitvoering en opvolging van de kwalitatieve aspecten voorzien bij L. Uitvoering en opvolging van de kwalitatieve aspecten voorzien bij
de vigerende collectieve arbeidsovereenkomsten de vigerende collectieve arbeidsovereenkomsten

Art. 14.Op uiterlijk 1 december van de jaren 2001 en 2002 maken de

Art. 14.Op uiterlijk 1 december van de jaren 2001 en 2002 maken de

werkgevers aan een op te richten kwaliteitscommissie een verslag over werkgevers aan een op te richten kwaliteitscommissie een verslag over
omtrent de uitvoering en de opvolging van de kwalitatieve aspecten omtrent de uitvoering en de opvolging van de kwalitatieve aspecten
voorzien in de van toepassing zijnde collectieve voorzien in de van toepassing zijnde collectieve
arbeidsovereenkomsten. arbeidsovereenkomsten.
De kwaliteitscommissie die paritair wordt samengesteld uit De kwaliteitscommissie die paritair wordt samengesteld uit
werkgeversvertegenwoordigers en vertegenwoordigers van de werkgeversvertegenwoordigers en vertegenwoordigers van de
vakbondsorganisaties niet tewerkgesteld binnen de tabaksector, vakbondsorganisaties niet tewerkgesteld binnen de tabaksector,
verbindt zich ertoe een verslag op te maken van de toegestuurde verbindt zich ertoe een verslag op te maken van de toegestuurde
resultaten en deze op te volgen. resultaten en deze op te volgen.
M. Uitzendarbeid M. Uitzendarbeid

Art. 15.Verlenging voor de jaren 2001-2002.

Art. 15.Verlenging voor de jaren 2001-2002.

Naast de vervanging van vaste werknemers, naast het zorgen voor de Naast de vervanging van vaste werknemers, naast het zorgen voor de
uitvoering van een uitzonderlijk werk, kan de werkgever tevens beroep uitvoering van een uitzonderlijk werk, kan de werkgever tevens beroep
doen op uitzendkrachten bij tijdelijke vermeerdering van het werk, doen op uitzendkrachten bij tijdelijke vermeerdering van het werk,
mits eerbieding van de wettelijke bepalingen terzake op mits eerbieding van de wettelijke bepalingen terzake op
ondernemingsvlak. ondernemingsvlak.
N. Arbeidsovereenkomsten van bepaalde duur en uitzendarbeid N. Arbeidsovereenkomsten van bepaalde duur en uitzendarbeid

Art. 16.Verlenging voor de jaren 2001-2002.

Art. 16.Verlenging voor de jaren 2001-2002.

De werkgevers verbinden zich ertoe de wettelijke bepalingen terzake De werkgevers verbinden zich ertoe de wettelijke bepalingen terzake
strikt toe te passen en de nodige informatie op ondernemingsvlak te strikt toe te passen en de nodige informatie op ondernemingsvlak te
verstrekken, indien tot dergelijke aanwervingen dient te worden verstrekken, indien tot dergelijke aanwervingen dient te worden
overgegaan. overgegaan.
O. Overuren en inhaalrust O. Overuren en inhaalrust

Art. 17.Verlenging voor de jaren 2001-2002.

Art. 17.Verlenging voor de jaren 2001-2002.

Overuren verricht door voltijdse en/of deeltijdse werknemers ingevolge Overuren verricht door voltijdse en/of deeltijdse werknemers ingevolge
buitengewone vermeerdering van het werk, kunnen op verzoek van de buitengewone vermeerdering van het werk, kunnen op verzoek van de
betrokken werknemers worden omgezet in bijkomende inhaalrust, in betrokken werknemers worden omgezet in bijkomende inhaalrust, in
overleg met de werkgever. overleg met de werkgever.
Het overuur dat normaal aanleiding zou geven tot een toeslag van 50 Het overuur dat normaal aanleiding zou geven tot een toeslag van 50
pct., geeft recht op een half uur inhaalrust; het overuur dat normaal pct., geeft recht op een half uur inhaalrust; het overuur dat normaal
aanleiding zou geven tot een toeslag van 100 pct., geeft recht op één aanleiding zou geven tot een toeslag van 100 pct., geeft recht op één
uur inhaalrust, hetgeen in het eerstvernoemde geval een recuperatie uur inhaalrust, hetgeen in het eerstvernoemde geval een recuperatie
betekent van anderhalf uur, in het laatstvernoemde geval van twee betekent van anderhalf uur, in het laatstvernoemde geval van twee
uren; deze recuperaties worden als gewone uurlonen vergoed zonder uren; deze recuperaties worden als gewone uurlonen vergoed zonder
betaling van enig overloon hiervoor. betaling van enig overloon hiervoor.
P. Europese ondernemingsraad P. Europese ondernemingsraad

Art. 18.Verlenging voor de jaren 2001-2002 van de aanbeveling.

Art. 18.Verlenging voor de jaren 2001-2002 van de aanbeveling.

De federatie onderkent het belang van informatie terzake aan alle De federatie onderkent het belang van informatie terzake aan alle
werknemers. werknemers.
De werkgever wordt dan ook aanbevolen deze doorstroming van informatie De werkgever wordt dan ook aanbevolen deze doorstroming van informatie
te bewerkstelligen via de voor de onderneming meest geëigende weg. te bewerkstelligen via de voor de onderneming meest geëigende weg.
Daarenboven is ieder lid van de Europese ondernemingsraad ertoe Daarenboven is ieder lid van de Europese ondernemingsraad ertoe
gerechtigd de lokale ondernemingsraad te raadplegen en te informeren. gerechtigd de lokale ondernemingsraad te raadplegen en te informeren.
Q. Stressbeleid in de ondernemingen Q. Stressbeleid in de ondernemingen

Art. 19.Verlenging voor de jaren 2001-2002 van de aanbeveling.

Art. 19.Verlenging voor de jaren 2001-2002 van de aanbeveling.

In het raam van het voorkomingsbeleid te voeren door de werkgever met In het raam van het voorkomingsbeleid te voeren door de werkgever met
het oog op de gezondheid en veiligheid van de werknemers, voorzien bij het oog op de gezondheid en veiligheid van de werknemers, voorzien bij
artikel 28bis van het algemeen reglement voor de arbeidsbescherming, artikel 28bis van het algemeen reglement voor de arbeidsbescherming,
teneinde problemen van collectieve aard te wijten ondermeer aan de teneinde problemen van collectieve aard te wijten ondermeer aan de
toegepaste technieken, de arbeidsorganisatie en/of -omstandigheden, toegepaste technieken, de arbeidsorganisatie en/of -omstandigheden,
evenals de invloed van omgevingsfactoren op het werk te voorkomen of evenals de invloed van omgevingsfactoren op het werk te voorkomen of
te verhelpen, wordt aan de werkgevers aanbevolen een inventaris op te te verhelpen, wordt aan de werkgevers aanbevolen een inventaris op te
maken in samenwerking met de arbeidsgeneesheer van de risico's die maken in samenwerking met de arbeidsgeneesheer van de risico's die
stressveroorzakend kunnen werken. stressveroorzakend kunnen werken.
Op basis van die inventaris kan een analyse van de werksituatie worden Op basis van die inventaris kan een analyse van de werksituatie worden
opgemaakt met het oog op een evaluatie van die risico's. opgemaakt met het oog op een evaluatie van die risico's.
Hiertoe kan de werkgever ondermeer overgaan tot een bevraging van de Hiertoe kan de werkgever ondermeer overgaan tot een bevraging van de
werknemers. werknemers.
Eenmaal de problemen van collectieve aard geïdentificeerd, en na Eenmaal de problemen van collectieve aard geïdentificeerd, en na
advies van de arbeidsgeneeskundige dienst en de dienst voor preventie advies van de arbeidsgeneeskundige dienst en de dienst voor preventie
en bescherming kunnen passende maatregelen, waar nodig, worden en bescherming kunnen passende maatregelen, waar nodig, worden
genomen. genomen.
Indien de werkgever tot een dergelijk stressvoorkomingsbeleid overgaat Indien de werkgever tot een dergelijk stressvoorkomingsbeleid overgaat
zoals aanbevolen, zullen de betrokken werknemers naar vermogen, hun zoals aanbevolen, zullen de betrokken werknemers naar vermogen, hun
medewerking hieraan verlenen. medewerking hieraan verlenen.
HOOFDSTUK III. - Specifieke bepaling inzake de overgang naar de euro HOOFDSTUK III. - Specifieke bepaling inzake de overgang naar de euro

Art. 20.De artikelen of onderdelen ervan die in de eerste rij en de

Art. 20.De artikelen of onderdelen ervan die in de eerste rij en de

eerste en vierde kolom van de volgende rij(en) van onderstaande tabel eerste en vierde kolom van de volgende rij(en) van onderstaande tabel
worden vermeld, hebben betrekking op deze collectieve worden vermeld, hebben betrekking op deze collectieve
arbeidsovereenkomst. arbeidsovereenkomst.
Voor de bedragen die in euro worden vermeld in de tweede kolom van de Voor de bedragen die in euro worden vermeld in de tweede kolom van de
tabel gelden vanaf de dag van inwerkingtreding van deze collectieve tabel gelden vanaf de dag van inwerkingtreding van deze collectieve
arbeidsovereenkomst tot 31 december 2001 de bedragen die in Belgische arbeidsovereenkomst tot 31 december 2001 de bedragen die in Belgische
frank worden vermeld in de derde kolom. frank worden vermeld in de derde kolom.
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld
HOOFDSTUK IV. - Algemene bepaling HOOFDSTUK IV. - Algemene bepaling

Art. 21.Meer gunstige akkoorden bestaande op ondernemingsvlak

Art. 21.Meer gunstige akkoorden bestaande op ondernemingsvlak

aangaande hetgeen voorzien is bij onderhavige overeenkomst, blijven aangaande hetgeen voorzien is bij onderhavige overeenkomst, blijven
behouden. behouden.

Art. 22.Waar ingevolge de beschikkingen van onderhavige overeenkomst

Art. 22.Waar ingevolge de beschikkingen van onderhavige overeenkomst

beroep wordt gedaan op de ondernemingsraad of het comité voor beroep wordt gedaan op de ondernemingsraad of het comité voor
preventie en bescherming zal, bij ontstentenis van die organen, preventie en bescherming zal, bij ontstentenis van die organen,
overeenkomstig de bestaande reglementering beroep worden gedaan op de overeenkomstig de bestaande reglementering beroep worden gedaan op de
syndicale afvaardiging. syndicale afvaardiging.
HOOFDSTUK V. - Bijzondere bepaling HOOFDSTUK V. - Bijzondere bepaling

Art. 23.Deze overeenkomst sluit iedere nieuwe eis met financiële

Art. 23.Deze overeenkomst sluit iedere nieuwe eis met financiële

weerslag op het vlak van de ondernemingen uit. weerslag op het vlak van de ondernemingen uit.
HOOFDSTUK VI. - Sociale vrede HOOFDSTUK VI. - Sociale vrede

Art. 24.Partijen verbinden zich ertoe de sociale vrede te waarborgen.

Art. 24.Partijen verbinden zich ertoe de sociale vrede te waarborgen.

HOOFDSTUK VII. - Duur - geldigheid HOOFDSTUK VII. - Duur - geldigheid

Art. 25.§ 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is gesloten voor de

Art. 25.§ 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is gesloten voor de

duur van twee jaar, heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2001 en duur van twee jaar, heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2001 en
treedt buiten werking op 31 december 2002, met uitzondering van de treedt buiten werking op 31 december 2002, met uitzondering van de
loonsverhogingen voorzien in artikel 2 en de bepalingen voorzien in de loonsverhogingen voorzien in artikel 2 en de bepalingen voorzien in de
artikelen 4, 5, 6, 8, 9, 10, 11, 12 en 13 die voor onbepaalde duur artikelen 4, 5, 6, 8, 9, 10, 11, 12 en 13 die voor onbepaalde duur
zijn gesloten. zijn gesloten.
§ 2. Ieder der contracterende partijen kan deze overeenkomst opzeggen, § 2. Ieder der contracterende partijen kan deze overeenkomst opzeggen,
met een opzegtermijn van drie maanden, betekend bij een ter post met een opzegtermijn van drie maanden, betekend bij een ter post
aangetekende brief, gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité aangetekende brief, gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité
voor het tabaksbedrijf en aan elk der contracterende partijen. voor het tabaksbedrijf en aan elk der contracterende partijen.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 12 juni Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 12 juni
2002. 2002.
De Minister van Werkgelegenheid, De Minister van Werkgelegenheid,
Mevr. L. ONKELINX Mevr. L. ONKELINX
Bijlage bij de collectieve arbeidsovereenkomst van 11 juni 2001 Bijlage bij de collectieve arbeidsovereenkomst van 11 juni 2001
omtrent de arbeidsvoorwaarden in de sigarettenfabrieken en de gemengde omtrent de arbeidsvoorwaarden in de sigarettenfabrieken en de gemengde
ondernemingen voor de jaren 2001-2002 ondernemingen voor de jaren 2001-2002
De anciënniteit binnen de ondernemingen wordt verworven vanaf de De anciënniteit binnen de ondernemingen wordt verworven vanaf de
eerste indiensttreding ingevolge een arbeidsovereenkomst onder om het eerste indiensttreding ingevolge een arbeidsovereenkomst onder om het
even welke vorm. even welke vorm.
Bij meerdere arbeidsovereenkomsten mochten de mogelijke onderbrekingen Bij meerdere arbeidsovereenkomsten mochten de mogelijke onderbrekingen
tussen twee overeenkomsten echter niet meer dan één maandbedragen. tussen twee overeenkomsten echter niet meer dan één maandbedragen.
Bij de invoering van het systeem van tijdskrediet, Bij de invoering van het systeem van tijdskrediet,
loopbaanvermindering en halvering van de arbeidsprestaties voorzien op loopbaanvermindering en halvering van de arbeidsprestaties voorzien op
1 januari 2002 waarbij de bestaande systemen van loopbaanonderbreking 1 januari 2002 waarbij de bestaande systemen van loopbaanonderbreking
worden afgeschaft, zullen de bepalingen terzake worden toegepast. worden afgeschaft, zullen de bepalingen terzake worden toegepast.
In dit raam verklaren de ondertekenende partijen dat de werknemers In dit raam verklaren de ondertekenende partijen dat de werknemers
ressorterende onder het Paritair Comité voor het tabaksbedrijf gebruik ressorterende onder het Paritair Comité voor het tabaksbedrijf gebruik
kunnen maken van de aanmoedigingspremies voorzien door de Vlaamse kunnen maken van de aanmoedigingspremies voorzien door de Vlaamse
Regering voor loopbaanonderbreking voor één vijfde, voor het zorg- en Regering voor loopbaanonderbreking voor één vijfde, voor het zorg- en
opleidingskrediet, de landingsbanen en de premies voorzien bij opleidingskrediet, de landingsbanen en de premies voorzien bij
ondernemingen in moeilijkheden of herstructurering. ondernemingen in moeilijkheden of herstructurering.
Zo niet op aanvragen wordt ingegaan en dit problemen veroorzaakt of Zo niet op aanvragen wordt ingegaan en dit problemen veroorzaakt of
bij enig ander reëel probleem verbinden partijen zich ertoe hierover bij enig ander reëel probleem verbinden partijen zich ertoe hierover
bijeen te komen teneinde de toepassingsmodaliteiten voorzover nodig, bijeen te komen teneinde de toepassingsmodaliteiten voorzover nodig,
vast te leggen. vast te leggen.
^