Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 20 maart 2012, gesloten in het Paritair Subcomité voor de beschutte werkplaatsen gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap of door de Vlaamse Gemeenschapscommissie en de sociale werkplaatsen erkend en/of gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap, betreffende de bepaling van de modaliteiten inzake instelling van een systeem van conventioneel brugpensioen op 58 jaar in de Vlaamse beschutte werkplaatsen voor de jaren 2013 en 2014 | Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 20 maart 2012, gesloten in het Paritair Subcomité voor de beschutte werkplaatsen gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap of door de Vlaamse Gemeenschapscommissie en de sociale werkplaatsen erkend en/of gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap, betreffende de bepaling van de modaliteiten inzake instelling van een systeem van conventioneel brugpensioen op 58 jaar in de Vlaamse beschutte werkplaatsen voor de jaren 2013 en 2014 |
---|---|
FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG | FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG |
8 MEI 2013. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt | 8 MEI 2013. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt |
verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 20 maart 2012, | verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 20 maart 2012, |
gesloten in het Paritair Subcomité voor de beschutte werkplaatsen | gesloten in het Paritair Subcomité voor de beschutte werkplaatsen |
gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap of door de Vlaamse | gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap of door de Vlaamse |
Gemeenschapscommissie en de sociale werkplaatsen erkend en/of | Gemeenschapscommissie en de sociale werkplaatsen erkend en/of |
gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap, betreffende de bepaling van | gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap, betreffende de bepaling van |
de modaliteiten inzake instelling van een systeem van conventioneel | de modaliteiten inzake instelling van een systeem van conventioneel |
brugpensioen op 58 jaar in de Vlaamse beschutte werkplaatsen voor de | brugpensioen op 58 jaar in de Vlaamse beschutte werkplaatsen voor de |
jaren 2013 en 2014 (1) | jaren 2013 en 2014 (1) |
ALBERT II, Koning der Belgen, | ALBERT II, Koning der Belgen, |
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve | Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve |
arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel | arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel |
28; | 28; |
Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de beschutte | Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de beschutte |
werkplaatsen gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap of door de | werkplaatsen gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap of door de |
Vlaamse Gemeenschapscommissie en de sociale werkplaatsen erkend en/of | Vlaamse Gemeenschapscommissie en de sociale werkplaatsen erkend en/of |
gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap; | gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap; |
Op de voordracht van de Minister van Werk, | Op de voordracht van de Minister van Werk, |
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 20 maart 2012, | overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 20 maart 2012, |
gesloten in het Paritair Subcomité voor de beschutte werkplaatsen | gesloten in het Paritair Subcomité voor de beschutte werkplaatsen |
gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap of door de Vlaamse | gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap of door de Vlaamse |
Gemeenschapscommissie en de sociale werkplaatsen erkend en/of | Gemeenschapscommissie en de sociale werkplaatsen erkend en/of |
gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap, betreffende de bepaling van | gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap, betreffende de bepaling van |
de modaliteiten inzake instelling van een systeem van conventioneel | de modaliteiten inzake instelling van een systeem van conventioneel |
brugpensioen op 58 jaar in de Vlaamse beschutte werkplaatsen voor de | brugpensioen op 58 jaar in de Vlaamse beschutte werkplaatsen voor de |
jaren 2013 en 2014. | jaren 2013 en 2014. |
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van |
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van |
dit besluit. | dit besluit. |
Gegeven te Brussel, 8 mei 2013. | Gegeven te Brussel, 8 mei 2013. |
ALBERT | ALBERT |
Van Koningswege : | Van Koningswege : |
De Minister van Werk, | De Minister van Werk, |
Mevr. M. DE CONINCK | Mevr. M. DE CONINCK |
_______ | _______ |
Nota | Nota |
(1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : | (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : |
Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. | Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. |
Bijlage | Bijlage |
Paritair Subcomité voor de beschutte werkplaatsen gesubsidieerd door | Paritair Subcomité voor de beschutte werkplaatsen gesubsidieerd door |
de Vlaamse Gemeenschap of door de Vlaamse Gemeenschapscommissie en de | de Vlaamse Gemeenschap of door de Vlaamse Gemeenschapscommissie en de |
sociale werkplaatsen erkend en/of gesubsidieerd door de Vlaamse | sociale werkplaatsen erkend en/of gesubsidieerd door de Vlaamse |
Gemeenschap | Gemeenschap |
Collectieve arbeidsovereenkomst van 20 maart 2012 | Collectieve arbeidsovereenkomst van 20 maart 2012 |
Bepaling van de modaliteiten inzake instelling van een systeem van | Bepaling van de modaliteiten inzake instelling van een systeem van |
conventioneel brugpensioen op 58 jaar in de Vlaamse beschutte | conventioneel brugpensioen op 58 jaar in de Vlaamse beschutte |
werkplaatsen voor de jaren 2013 en 2014 (Overeenkomst geregistreerd op | werkplaatsen voor de jaren 2013 en 2014 (Overeenkomst geregistreerd op |
24 september 2012 onder het nummer 111217/CO/327.01) | 24 september 2012 onder het nummer 111217/CO/327.01) |
HOOFDSTUK I. - Doel | HOOFDSTUK I. - Doel |
Artikel 1.De ondertekenende partijen komen overeen een aanvullende |
Artikel 1.De ondertekenende partijen komen overeen een aanvullende |
vergoeding ten gunste van sommige oudere werknemers in te voeren, | vergoeding ten gunste van sommige oudere werknemers in te voeren, |
overeenkomstig de bepalingen van de collectieve arbeidsovereenkomst | overeenkomstig de bepalingen van de collectieve arbeidsovereenkomst |
nr. 17, gesloten in de Nationale Arbeidsraad op 19 december 1974, | nr. 17, gesloten in de Nationale Arbeidsraad op 19 december 1974, |
algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 16 januari | algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 16 januari |
1975, tot invoering van een aanvullende vergoeding ten gunste van | 1975, tot invoering van een aanvullende vergoeding ten gunste van |
sommige bejaarde werknemers indien zij worden ontslagen. | sommige bejaarde werknemers indien zij worden ontslagen. |
HOOFDSTUK II. - Toepassingsgebied | HOOFDSTUK II. - Toepassingsgebied |
Art. 2.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de |
Art. 2.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de |
werkgevers van de beschutte werkplaatsen die ressorteren onder het | werkgevers van de beschutte werkplaatsen die ressorteren onder het |
Paritair Subcomité voor de beschutte werkplaatsen gesubsidieerd door | Paritair Subcomité voor de beschutte werkplaatsen gesubsidieerd door |
de Vlaamse Gemeenschap of door de Vlaamse Gemeenschapscommissie en de | de Vlaamse Gemeenschap of door de Vlaamse Gemeenschapscommissie en de |
sociale werkplaatsen erkend en/of gesubsidieerd door de Vlaamse | sociale werkplaatsen erkend en/of gesubsidieerd door de Vlaamse |
Gemeenschap en die erkend zijn door het "Vlaams subsidieagentschap | Gemeenschap en die erkend zijn door het "Vlaams subsidieagentschap |
voor Werk en Sociale Economie" en op de werknemers die zij | voor Werk en Sociale Economie" en op de werknemers die zij |
tewerkstellen. | tewerkstellen. |
Onder "werknemers" verstaat men : zowel de mannelijke en vrouwelijke | Onder "werknemers" verstaat men : zowel de mannelijke en vrouwelijke |
arbeiders en bedienden. | arbeiders en bedienden. |
Art. 3.§ 1. Deze arbeidsovereenkomst is van toepassing voor alle |
Art. 3.§ 1. Deze arbeidsovereenkomst is van toepassing voor alle |
werknemers die voldoen aan de wetgeving terzake en meer bepaald de | werknemers die voldoen aan de wetgeving terzake en meer bepaald de |
geldende voorwaarden voorzien in het koninklijk besluit van 3 mei 2007 | geldende voorwaarden voorzien in het koninklijk besluit van 3 mei 2007 |
tot regeling van het conventioneel brugpensioen in het kader van het | tot regeling van het conventioneel brugpensioen in het kader van het |
Generatiepact (Belgisch Staatsblad van 8 juni 2007), voor zover ze van | Generatiepact (Belgisch Staatsblad van 8 juni 2007), voor zover ze van |
werkloosheidsuitkeringen zullen genieten en de leeftijdsvoorwaarden, | werkloosheidsuitkeringen zullen genieten en de leeftijdsvoorwaarden, |
voorzien in § 2, vervullen. | voorzien in § 2, vervullen. |
§ 2. De in artikel 3, § 1 bedoelde regeling geldt alleen voor de | § 2. De in artikel 3, § 1 bedoelde regeling geldt alleen voor de |
werknemers die in de periode van 1 januari 2013 tot en met 31 december | werknemers die in de periode van 1 januari 2013 tot en met 31 december |
2014 de leeftijd van 58 jaar bereiken of bereikt hebben en door de | 2014 de leeftijd van 58 jaar bereiken of bereikt hebben en door de |
werkgever ontslagen worden vóór 1 januari 2015. | werkgever ontslagen worden vóór 1 januari 2015. |
§ 3. Voorafgaand aan de aanvraag en bij aanvang van de opzegtermijn | § 3. Voorafgaand aan de aanvraag en bij aanvang van de opzegtermijn |
moet de werknemer een anciënniteit van 10 jaren in de onderneming van | moet de werknemer een anciënniteit van 10 jaren in de onderneming van |
aanvraag kunnen aantonen. Een uitzondering wordt gemaakt op deze | aanvraag kunnen aantonen. Een uitzondering wordt gemaakt op deze |
anciënniteit voor diegenen die in een beschutte werkplaats terecht | anciënniteit voor diegenen die in een beschutte werkplaats terecht |
komen als gevolg van sluiting, herstructurering of vereffening van een | komen als gevolg van sluiting, herstructurering of vereffening van een |
andere beschutte werkplaats. | andere beschutte werkplaats. |
§ 4. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is niet van toepassing op de | § 4. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is niet van toepassing op de |
werknemers die om dwingende reden ontslagen worden. | werknemers die om dwingende reden ontslagen worden. |
HOOFDSTUK III. - Bedrag van de aanvullende vergoeding | HOOFDSTUK III. - Bedrag van de aanvullende vergoeding |
Art. 4.De aanvullende vergoeding toegekend aan de bruggepensioneerde |
Art. 4.De aanvullende vergoeding toegekend aan de bruggepensioneerde |
werknemer is gelijk aan de vergoeding bepaald in de collectieve | werknemer is gelijk aan de vergoeding bepaald in de collectieve |
arbeidsovereenkomst nr. 17, gesloten in de Nationale Arbeidsraad. | arbeidsovereenkomst nr. 17, gesloten in de Nationale Arbeidsraad. |
Art. 5.Het bedrag van de aanvullende vergoeding wordt gekoppeld aan |
Art. 5.Het bedrag van de aanvullende vergoeding wordt gekoppeld aan |
de evolutie van de index van de consumptieprijzen volgens de | de evolutie van de index van de consumptieprijzen volgens de |
toepassingsmodaliteiten inzake werkloosheidsuitkeringen, in | toepassingsmodaliteiten inzake werkloosheidsuitkeringen, in |
overeenstemming met de bepalingen van de wet van 2 augustus 1971 | overeenstemming met de bepalingen van de wet van 2 augustus 1971 |
(Belgisch Staatsblad van 20 augustus 1971). | (Belgisch Staatsblad van 20 augustus 1971). |
Het bedrag wordt elk jaar herzien volgens de | Het bedrag wordt elk jaar herzien volgens de |
herwaarderingscoëfficiënt, vastgelegd door de Nationale Arbeidsraad. | herwaarderingscoëfficiënt, vastgelegd door de Nationale Arbeidsraad. |
HOOFDSTUK IV. - Verplichtingen van de werknemer | HOOFDSTUK IV. - Verplichtingen van de werknemer |
Art. 6.De bruggepensioneerde is verplicht de werkgever op de hoogte |
Art. 6.De bruggepensioneerde is verplicht de werkgever op de hoogte |
te houden van alle gegevens die zijn statuut van bruggepensioneerde | te houden van alle gegevens die zijn statuut van bruggepensioneerde |
zouden kunnen beïnvloeden. | zouden kunnen beïnvloeden. |
HOOFDSTUK V. - Andere | HOOFDSTUK V. - Andere |
Art. 7.Bij overgang van een stelsel van tijdskrediet, |
Art. 7.Bij overgang van een stelsel van tijdskrediet, |
loopbaanvermindering en/of deeltijds brugpensioen naar voltijds | loopbaanvermindering en/of deeltijds brugpensioen naar voltijds |
brugpensioen zal het bedrag van de aanvullende vergoeding berekend | brugpensioen zal het bedrag van de aanvullende vergoeding berekend |
worden op basis van een voltijds referteloon. | worden op basis van een voltijds referteloon. |
Art. 8.Voor alles wat er in deze collectieve arbeidsovereenkomst niet |
Art. 8.Voor alles wat er in deze collectieve arbeidsovereenkomst niet |
specifiek bepaald is, wordt verwezen naar de bepalingen van de | specifiek bepaald is, wordt verwezen naar de bepalingen van de |
collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 gesloten in de Nationale | collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 gesloten in de Nationale |
Arbeidsraad evenals alle reglementaire bepalingen die hierop van | Arbeidsraad evenals alle reglementaire bepalingen die hierop van |
toepassing zijn. | toepassing zijn. |
Art. 9.De bepalingen inzake "werkhervatting na ontslag" van |
Art. 9.De bepalingen inzake "werkhervatting na ontslag" van |
collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17tricies van 19 december 2006 van | collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17tricies van 19 december 2006 van |
de Nationale Arbeidsraad zijn van toepassing. | de Nationale Arbeidsraad zijn van toepassing. |
Art. 10.Deze collectieve arbeidsovereenkomst mag geen afbreuk doen |
Art. 10.Deze collectieve arbeidsovereenkomst mag geen afbreuk doen |
aan in de onderneming bestaande overeenkomsten die gunstiger zijn voor | aan in de onderneming bestaande overeenkomsten die gunstiger zijn voor |
de werknemer. | de werknemer. |
HOOFDSTUK VI. - Duur van de overeenkomst | HOOFDSTUK VI. - Duur van de overeenkomst |
Art. 11.Deze overeenkomst treedt in werking op 1 januari 2013 en |
Art. 11.Deze overeenkomst treedt in werking op 1 januari 2013 en |
treedt buiten werking op 31 december 2014. | treedt buiten werking op 31 december 2014. |
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 8 mei 2013. | Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 8 mei 2013. |
De Minister van Werk, | De Minister van Werk, |
Mevr. M. DE CONINCK | Mevr. M. DE CONINCK |