Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 september 2019, gesloten in het Paritair Comité voor de banken, betreffende de inspanning voor de risicogroepen voor 2019 en 2020 | Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 september 2019, gesloten in het Paritair Comité voor de banken, betreffende de inspanning voor de risicogroepen voor 2019 en 2020 |
---|---|
FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG | FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG |
7 JANUARI 2020. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt | 7 JANUARI 2020. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt |
verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 september 2019, | verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 september 2019, |
gesloten in het Paritair Comité voor de banken, betreffende de | gesloten in het Paritair Comité voor de banken, betreffende de |
inspanning voor de risicogroepen voor 2019 en 2020 (1) | inspanning voor de risicogroepen voor 2019 en 2020 (1) |
FILIP, Koning der Belgen, | FILIP, Koning der Belgen, |
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve | Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve |
arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel | arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel |
28; | 28; |
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de banken; | Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de banken; |
Op de voordracht van de Minister van Werk, | Op de voordracht van de Minister van Werk, |
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 30 september 2019, | overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 30 september 2019, |
gesloten in het Paritair Comité voor de banken, betreffende de | gesloten in het Paritair Comité voor de banken, betreffende de |
inspanning voor de risicogroepen voor 2019 en 2020. | inspanning voor de risicogroepen voor 2019 en 2020. |
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van |
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van |
dit besluit. | dit besluit. |
Gegeven te Brussel, 7 januari 2020. | Gegeven te Brussel, 7 januari 2020. |
FILIP | FILIP |
Van Koningswege : | Van Koningswege : |
De Minister van Werk, | De Minister van Werk, |
N. MUYLLE | N. MUYLLE |
_______ | _______ |
Nota | Nota |
(1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad: | (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad: |
Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. | Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. |
Bijlage | Bijlage |
Paritair Comité voor de banken | Paritair Comité voor de banken |
Collectieve arbeidsovereenkomst van 30 september 2019 | Collectieve arbeidsovereenkomst van 30 september 2019 |
Inspanning voor de risicogroepen voor 2019 en 2020 | Inspanning voor de risicogroepen voor 2019 en 2020 |
(Overeenkomst geregistreerd op 17 oktober 2019 onder het nummer | (Overeenkomst geregistreerd op 17 oktober 2019 onder het nummer |
154512/CO/310) | 154512/CO/310) |
HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied en draagwijdte van de overeenkomst | HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied en draagwijdte van de overeenkomst |
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op |
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op |
de werkgevers en werknemers van de ondernemingen die tot de | de werkgevers en werknemers van de ondernemingen die tot de |
bevoegdheid van het Paritair Comité voor de banken behoren. | bevoegdheid van het Paritair Comité voor de banken behoren. |
Deze overeenkomst wordt gesloten ter uitvoering van: | Deze overeenkomst wordt gesloten ter uitvoering van: |
- titel XIII, hoofdstuk VIII van de wet van 27 december 2006 houdende | - titel XIII, hoofdstuk VIII van de wet van 27 december 2006 houdende |
diverse bepalingen (I) (Belgisch Staatsblad van 28 december 2006); | diverse bepalingen (I) (Belgisch Staatsblad van 28 december 2006); |
- het koninklijk besluit van 19 februari 2013 ter uitvoering van | - het koninklijk besluit van 19 februari 2013 ter uitvoering van |
artikel 189, 4de lid van de wet van 27 december 2006 houdende diverse | artikel 189, 4de lid van de wet van 27 december 2006 houdende diverse |
bepalingen (I), zoals gewijzigd door het koninklijk besluit van 19 | bepalingen (I), zoals gewijzigd door het koninklijk besluit van 19 |
april 2014; | april 2014; |
- de wet van 26 juni 2019 tot uitvoering van het ontwerp van | - de wet van 26 juni 2019 tot uitvoering van het ontwerp van |
interprofessioneel akkoord 2019-2020 (Belgisch Staatsblad van 17 juni | interprofessioneel akkoord 2019-2020 (Belgisch Staatsblad van 17 juni |
2019). | 2019). |
Zij bepaalt de inspanning van de banksector ten voordele van de | Zij bepaalt de inspanning van de banksector ten voordele van de |
risicogroepen voor 2019 en 2020 en stelt de voorwaarden vast waaronder | risicogroepen voor 2019 en 2020 en stelt de voorwaarden vast waaronder |
de banken of de sector initiatieven voor risicogroepen kunnen nemen. | de banken of de sector initiatieven voor risicogroepen kunnen nemen. |
HOOFDSTUK II. - De banksector staat voor tal van uitdagingen | HOOFDSTUK II. - De banksector staat voor tal van uitdagingen |
Art. 2.De sociale partners in de banksector dienden bij de Minister |
Art. 2.De sociale partners in de banksector dienden bij de Minister |
van Werk een aanvraag in voor het verkrijgen van een voorafgaand | van Werk een aanvraag in voor het verkrijgen van een voorafgaand |
akkoord waarvan sprake is in artikel 2, 2de en 3de lid van voornoemd | akkoord waarvan sprake is in artikel 2, 2de en 3de lid van voornoemd |
koninklijk besluit van 19 februari 2013. Bij die vraag om akkoord ging | koninklijk besluit van 19 februari 2013. Bij die vraag om akkoord ging |
een omstandige motivering. | een omstandige motivering. |
Omstandige motivering | Omstandige motivering |
De financiële sector heeft de jongste jaren turbulente tijden | De financiële sector heeft de jongste jaren turbulente tijden |
meegemaakt en ingrijpende wijzigingen ondergaan. Meer dan ooit wordt | meegemaakt en ingrijpende wijzigingen ondergaan. Meer dan ooit wordt |
hij met tal van uitdagingen geconfronteerd. | hij met tal van uitdagingen geconfronteerd. |
De indrukwekkende groei van het elektronisch betaalverkeer en de | De indrukwekkende groei van het elektronisch betaalverkeer en de |
nieuwe verwachtingen van de klanten nopen de banken tot een | nieuwe verwachtingen van de klanten nopen de banken tot een |
herbezinning over hun distributiemodel. | herbezinning over hun distributiemodel. |
Op het gebied van de betaalmiddelen worden de bankinstellingen nu | Op het gebied van de betaalmiddelen worden de bankinstellingen nu |
geconfronteerd met een verscherpte concurrentie, onder meer van | geconfronteerd met een verscherpte concurrentie, onder meer van |
niet-banken. | niet-banken. |
Overal ter wereld, in Europa en ook in België legt de overheid | Overal ter wereld, in Europa en ook in België legt de overheid |
strengere kapitaalvereisten op en wordt het prudentieel toezicht | strengere kapitaalvereisten op en wordt het prudentieel toezicht |
verscherpt, met het oog op meer stabiliteit in de financiële sector op | verscherpt, met het oog op meer stabiliteit in de financiële sector op |
lange termijn en een betere bescherming tegen de systeemrisico's. | lange termijn en een betere bescherming tegen de systeemrisico's. |
De strengere eisen inzake solvabiliteit en de strengere | De strengere eisen inzake solvabiliteit en de strengere |
liquiditeitsnormen hebben een weerslag op de inkomsten van de banken. | liquiditeitsnormen hebben een weerslag op de inkomsten van de banken. |
De druk op de rendabiliteit van de Belgische banken blijft groot. | De druk op de rendabiliteit van de Belgische banken blijft groot. |
Alle financiële instellingen moeten sleutelen aan hun kostenstructuur. | Alle financiële instellingen moeten sleutelen aan hun kostenstructuur. |
De banksector (PC 310) kampt met een structureel verlies aan | De banksector (PC 310) kampt met een structureel verlies aan |
arbeidsplaatsen | arbeidsplaatsen |
In de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Comité voor de | In de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Comité voor de |
banken daalt de werkgelegenheid : de jongste 10 jaar (van begin 2009 | banken daalt de werkgelegenheid : de jongste 10 jaar (van begin 2009 |
tot begin 2019) daalde het personeelsbestand gemiddeld met 1,92 pct. | tot begin 2019) daalde het personeelsbestand gemiddeld met 1,92 pct. |
per jaar. | per jaar. |
Er wordt aangenomen dat die dalende tendens in de komende jaren niet | Er wordt aangenomen dat die dalende tendens in de komende jaren niet |
zal wijzigen : de banksector is een sector die momenteel een | zal wijzigen : de banksector is een sector die momenteel een |
structurele daling van de werkgelegenheid kent en ook in de toekomst | structurele daling van de werkgelegenheid kent en ook in de toekomst |
kan dat zo zijn. | kan dat zo zijn. |
CP 310 - Evolution de l'emploi/PC 310 - Evolutie werkgelegenheid | CP 310 - Evolution de l'emploi/PC 310 - Evolutie werkgelegenheid |
Au 1er janvier/Op 1 januari | Au 1er janvier/Op 1 januari |
Effectif/Aantal | Effectif/Aantal |
Différence/Verschil | Différence/Verschil |
P.c./Pct. | P.c./Pct. |
2009 | 2009 |
61 394 | 61 394 |
2010 | 2010 |
58 476 | 58 476 |
- 2 918 | - 2 918 |
- 4,75 | - 4,75 |
2011 | 2011 |
57 834 | 57 834 |
- 642 | - 642 |
- 1,10 | - 1,10 |
2012 | 2012 |
57 190 | 57 190 |
- 644 | - 644 |
- 1,11 | - 1,11 |
2013 | 2013 |
55 576 | 55 576 |
- 1 614 | - 1 614 |
- 2,82 | - 2,82 |
2014 | 2014 |
53 567 | 53 567 |
- 2 009 | - 2 009 |
- 3,61 | - 3,61 |
2015 | 2015 |
52 424 | 52 424 |
- 1 143 | - 1 143 |
- 2,13 | - 2,13 |
2016 | 2016 |
51 594 | 51 594 |
- 830 | - 830 |
- 1,58 | - 1,58 |
2017 | 2017 |
50 307 | 50 307 |
- 1 287 | - 1 287 |
- 2,49 | - 2,49 |
2018 | 2018 |
51 523 | 51 523 |
+ 1 216 | + 1 216 |
+ 2,42 | + 2,42 |
2019* | 2019* |
50 588 | 50 588 |
- 935 | - 935 |
- 1,81 | - 1,81 |
* raming | * raming |
Bron : Febelfin | Bron : Febelfin |
N.B. : De toename van de werkgelegenheid die op 1 januari 2018 werd | N.B. : De toename van de werkgelegenheid die op 1 januari 2018 werd |
vastgesteld in het Paritair Comité voor de banken is eigenlijk maar | vastgesteld in het Paritair Comité voor de banken is eigenlijk maar |
schijn : ze is toe te schrijven aan het feit dat het | schijn : ze is toe te schrijven aan het feit dat het |
bevoegdheidsgebied van het Paritair Comité voor de banken (PC 310) | bevoegdheidsgebied van het Paritair Comité voor de banken (PC 310) |
gewijzigd is. De spaarbanken of spaarkassen (die voorheen tot het | gewijzigd is. De spaarbanken of spaarkassen (die voorheen tot het |
toepassingsgebied van het PC 308 behoorden) vallen sinds 1 juli 2017 | toepassingsgebied van het PC 308 behoorden) vallen sinds 1 juli 2017 |
immers onder het PC 310. Op 1 januari 2017 stelden de spaarbanken of | immers onder het PC 310. Op 1 januari 2017 stelden de spaarbanken of |
spaarkassen 2 766 medewerkers tewerk. | spaarkassen 2 766 medewerkers tewerk. |
Minder aanwervingen in de banksector (PC 310) | Minder aanwervingen in de banksector (PC 310) |
Ondanks de aanwervingen die er zijn geweest, kampt de banksector al | Ondanks de aanwervingen die er zijn geweest, kampt de banksector al |
jarenlang met een structurele daling van het aantal personeelsleden. | jarenlang met een structurele daling van het aantal personeelsleden. |
Vooral sedert 2008 daalt het aantal aanwervingen in de banksector in | Vooral sedert 2008 daalt het aantal aanwervingen in de banksector in |
aanzienlijke mate en de meeste financiële instellingen hebben voor de | aanzienlijke mate en de meeste financiële instellingen hebben voor de |
komende jaren een sterke terugval aangekondigd van het aantal | komende jaren een sterke terugval aangekondigd van het aantal |
aanwervingen. | aanwervingen. |
Aangezien de banksector grondig blijft evolueren, kampt met een | Aangezien de banksector grondig blijft evolueren, kampt met een |
structurele daling van het personeelsbestand en met een sterke | structurele daling van het personeelsbestand en met een sterke |
terugval in het aantal aanwervingen, hebben de sociale partners in de | terugval in het aantal aanwervingen, hebben de sociale partners in de |
banksector de Minister van Werk verzocht om de sector te erkennen als | banksector de Minister van Werk verzocht om de sector te erkennen als |
"sector in moeilijkheden waar de aanwerving grotendeels is | "sector in moeilijkheden waar de aanwerving grotendeels is |
stilgevallen", in de zin van artikel 2, 2de en 3de lid van het | stilgevallen", in de zin van artikel 2, 2de en 3de lid van het |
koninklijk besluit van 19 februari 2013. | koninklijk besluit van 19 februari 2013. |
HOOFDSTUK III. - Definitie van het begrip "risicogroepen" | HOOFDSTUK III. - Definitie van het begrip "risicogroepen" |
Art. 3.In het kader van deze collectieve arbeidsovereenkomst worden |
Art. 3.In het kader van deze collectieve arbeidsovereenkomst worden |
volgende categorieën van werknemers op sectorniveau als risicogroep | volgende categorieën van werknemers op sectorniveau als risicogroep |
voor de banksector erkend, onafhankelijk van het genoten onderwijs: | voor de banksector erkend, onafhankelijk van het genoten onderwijs: |
1° De personeelsleden die, wegens herstructurering/reorganisatie of | 1° De personeelsleden die, wegens herstructurering/reorganisatie of |
wegens automatisering/informatisering, binnen een bedrijf hun functie | wegens automatisering/informatisering, binnen een bedrijf hun functie |
verliezen of dreigen te verliezen en die, op basis van | verliezen of dreigen te verliezen en die, op basis van |
bijscholing/recyclage, een andere functie binnen hetzelfde bedrijf | bijscholing/recyclage, een andere functie binnen hetzelfde bedrijf |
zullen kunnen vinden; | zullen kunnen vinden; |
2° De personeelsleden die op basis van leeftijd, op basis van | 2° De personeelsleden die op basis van leeftijd, op basis van |
scholingsniveau of op basis van beide, significante moeilijkheden | scholingsniveau of op basis van beide, significante moeilijkheden |
hebben met de omschakeling naar nieuwe functies of nieuwe | hebben met de omschakeling naar nieuwe functies of nieuwe |
technologieën. Hierbij zal voorrang verleend worden aan de | technologieën. Hierbij zal voorrang verleend worden aan de |
personeelsleden die geen hoger diploma hebben dan hoger secundair | personeelsleden die geen hoger diploma hebben dan hoger secundair |
onderwijs; | onderwijs; |
3° De personeelsleden die behoren tot de hierboven gedefinieerde | 3° De personeelsleden die behoren tot de hierboven gedefinieerde |
categorieën en die moeten omgeschakeld worden van administratieve | categorieën en die moeten omgeschakeld worden van administratieve |
en/of operationele naar commerciële taken, om aldus hun mogelijkheden | en/of operationele naar commerciële taken, om aldus hun mogelijkheden |
inzake tewerkstelling te blijven ondersteunen; | inzake tewerkstelling te blijven ondersteunen; |
4° De werknemers die behoren tot één van de 5 categorieën van | 4° De werknemers die behoren tot één van de 5 categorieën van |
werknemers voor wie een inspanning van minstens 0,05 pct. moet worden | werknemers voor wie een inspanning van minstens 0,05 pct. moet worden |
voorbehouden, overeenkomstig artikel 1 van voornoemd koninklijk | voorbehouden, overeenkomstig artikel 1 van voornoemd koninklijk |
besluit van 19 februari 2013. | besluit van 19 februari 2013. |
Art. 4.Andere dan de in artikel 3 vermelde werknemers of categorieën |
Art. 4.Andere dan de in artikel 3 vermelde werknemers of categorieën |
van werknemers kunnen, na paritair overleg, worden beschouwd als | van werknemers kunnen, na paritair overleg, worden beschouwd als |
risicogroep op het niveau van de onderneming (voor | risicogroep op het niveau van de onderneming (voor |
ondernemingsinitiatieven) of van de sector (voor sectorinitiatieven). | ondernemingsinitiatieven) of van de sector (voor sectorinitiatieven). |
HOOFDSTUK IV. - Specifieke besteding van de helft van de inspanning | HOOFDSTUK IV. - Specifieke besteding van de helft van de inspanning |
ten voordele van de risicogroepen | ten voordele van de risicogroepen |
Art. 5.In het kader van de initiatieven ten voordele van de |
Art. 5.In het kader van de initiatieven ten voordele van de |
risicogroepen op sector- of ondernemingsniveau, zullen de sociale | risicogroepen op sector- of ondernemingsniveau, zullen de sociale |
partners een inspanning van minstens 0,05 pct. voorbehouden voor de | partners een inspanning van minstens 0,05 pct. voorbehouden voor de |
werknemers die behoren tot één of andere categorie van werknemers voor | werknemers die behoren tot één of andere categorie van werknemers voor |
wie een inspanning van minstens 0,05 pct. moet worden voorbehouden | wie een inspanning van minstens 0,05 pct. moet worden voorbehouden |
overeenkomstig artikel 1 van voornoemd koninklijk besluit van 19 | overeenkomstig artikel 1 van voornoemd koninklijk besluit van 19 |
februari 2013, in het bijzonder voor de volgende categorieën van | februari 2013, in het bijzonder voor de volgende categorieën van |
risicogroepen : | risicogroepen : |
1. De werknemers van minstens 50 jaar oud die in de sector werken; | 1. De werknemers van minstens 50 jaar oud die in de sector werken; |
2. De werknemers van minstens 40 jaar oud die in de sector werken en | 2. De werknemers van minstens 40 jaar oud die in de sector werken en |
met ontslag worden bedreigd; | met ontslag worden bedreigd; |
3. De werknemers van minstens 40 jaar oud die in de sector werken en | 3. De werknemers van minstens 40 jaar oud die in de sector werken en |
die: | die: |
- een functie uitoefenen waarvoor de vereiste bekwaamheid sterk | - een functie uitoefenen waarvoor de vereiste bekwaamheid sterk |
evolueert; | evolueert; |
- of een functie uitoefenen waarvoor alsmaar minder personeelsleden in | - of een functie uitoefenen waarvoor alsmaar minder personeelsleden in |
de bank nodig zijn en die bijgevolg van functie moeten veranderen. | de bank nodig zijn en die bijgevolg van functie moeten veranderen. |
Art. 6.Voor zover de sociale partners een positief antwoord krijgen |
Art. 6.Voor zover de sociale partners een positief antwoord krijgen |
op de vraag die werd ingediend bij de Minister van Werk zoals vermeld | op de vraag die werd ingediend bij de Minister van Werk zoals vermeld |
in artikel 2 van deze collectieve arbeidsovereenkomst, verbinden zij | in artikel 2 van deze collectieve arbeidsovereenkomst, verbinden zij |
zich ertoe om, in het kader van hun initiatieven ten voordele van de | zich ertoe om, in het kader van hun initiatieven ten voordele van de |
risicogroepen op sector- of ondernemingsniveau, minstens de helft van | risicogroepen op sector- of ondernemingsniveau, minstens de helft van |
de inspanning waarvan sprake is in dit hoofdstuk (dit is 0,025 pct.), | de inspanning waarvan sprake is in dit hoofdstuk (dit is 0,025 pct.), |
voor te behouden voor de werknemers van minstens 40 jaar oud die in de | voor te behouden voor de werknemers van minstens 40 jaar oud die in de |
sector werken en met ontslag worden bedreigd. | sector werken en met ontslag worden bedreigd. |
Voor de aanwending van die specifieke inspanning voor de categorie | Voor de aanwending van die specifieke inspanning voor de categorie |
werknemers waarvan sprake is in artikel 2, 2de lid van voornoemd | werknemers waarvan sprake is in artikel 2, 2de lid van voornoemd |
koninklijk besluit van 19 februari 2013 (met name de helft van de | koninklijk besluit van 19 februari 2013 (met name de helft van de |
inspanning vermeld in dit hoofdstuk, dit is 0,025 pct.), komen in de | inspanning vermeld in dit hoofdstuk, dit is 0,025 pct.), komen in de |
banksector ook in aanmerking de werknemers van minstens 40 jaar oud | banksector ook in aanmerking de werknemers van minstens 40 jaar oud |
die in de banksector werken en: | die in de banksector werken en: |
- een functie uitoefenen waarvoor de vereiste bekwaamheid sterk | - een functie uitoefenen waarvoor de vereiste bekwaamheid sterk |
evolueert; | evolueert; |
- of een functie uitoefenen waarvoor alsmaar minder personeelsleden in | - of een functie uitoefenen waarvoor alsmaar minder personeelsleden in |
de bank nodig zijn en die bijgevolg van functie moeten veranderen. | de bank nodig zijn en die bijgevolg van functie moeten veranderen. |
HOOFDSTUK V. - Ondernemings-collectieve arbeidsovereenkomsten | HOOFDSTUK V. - Ondernemings-collectieve arbeidsovereenkomsten |
Art. 7.De banken hebben tot 30 november 2019 de tijd om een |
Art. 7.De banken hebben tot 30 november 2019 de tijd om een |
ondernemings-collectieve arbeidsovereenkomst voor 2019 en 2020 te | ondernemings-collectieve arbeidsovereenkomst voor 2019 en 2020 te |
sluiten voor de toewijzing van 0,10 pct. van de loonmassa aan | sluiten voor de toewijzing van 0,10 pct. van de loonmassa aan |
risicogroepen. | risicogroepen. |
In die collectieve arbeidsovereenkomst zal een nadere omschrijving | In die collectieve arbeidsovereenkomst zal een nadere omschrijving |
worden gegeven van de risicogroepen die op ondernemingsniveau worden | worden gegeven van de risicogroepen die op ondernemingsniveau worden |
gebruikt, rekening houdend met haar bijzonderheden, en die vallen | gebruikt, rekening houdend met haar bijzonderheden, en die vallen |
onder de categorieën in artikelen 3 tot en met 6 van deze | onder de categorieën in artikelen 3 tot en met 6 van deze |
overeenkomst. | overeenkomst. |
In die op het niveau van de onderneming gesloten collectieve | In die op het niveau van de onderneming gesloten collectieve |
arbeidsovereenkomst zal de specifieke inspanning ten voordele van de | arbeidsovereenkomst zal de specifieke inspanning ten voordele van de |
risicogroepen worden vastgelegd, overeenkomstig hoofdstuk IV van deze | risicogroepen worden vastgelegd, overeenkomstig hoofdstuk IV van deze |
collectieve arbeidsovereenkomst. | collectieve arbeidsovereenkomst. |
De collectieve arbeidsovereenkomst moet worden toegezonden, per | De collectieve arbeidsovereenkomst moet worden toegezonden, per |
aangetekende brief, aan de voorzitter van het paritair comité, de | aangetekende brief, aan de voorzitter van het paritair comité, de |
vakbondsorganisaties in de sector en Febelfin. | vakbondsorganisaties in de sector en Febelfin. |
Art. 8.De mogelijke ondernemingsinitiatieven waarvan sprake is in |
Art. 8.De mogelijke ondernemingsinitiatieven waarvan sprake is in |
artikel 7, worden in akkoord met de wettelijke of conventionele | artikel 7, worden in akkoord met de wettelijke of conventionele |
overlegorganen in de onderneming vastgelegd. | overlegorganen in de onderneming vastgelegd. |
Bij ontstentenis van dergelijke organen worden de initiatieven | Bij ontstentenis van dergelijke organen worden de initiatieven |
rechtstreeks ter goedkeuring voorgelegd aan het paritair comité. | rechtstreeks ter goedkeuring voorgelegd aan het paritair comité. |
Art. 9.Banken die op 30 november 2019 geen ondernemings-collectieve |
Art. 9.Banken die op 30 november 2019 geen ondernemings-collectieve |
arbeidsovereenkomst voor 2019 en 2020 hebben gesloten, storten de | arbeidsovereenkomst voor 2019 en 2020 hebben gesloten, storten de |
bijdrage van 0,10 pct. aan het paritair fonds. | bijdrage van 0,10 pct. aan het paritair fonds. |
HOOFDSTUK VI. - Opvolging van de opleidingsinitiatieven | HOOFDSTUK VI. - Opvolging van de opleidingsinitiatieven |
Art. 10.De sociale partners in de onderneming zorgen voor de correcte |
Art. 10.De sociale partners in de onderneming zorgen voor de correcte |
uitvoering van de ondernemingsinitiatieven en kunnen zich in geval van | uitvoering van de ondernemingsinitiatieven en kunnen zich in geval van |
betwisting wenden tot het paritair comité, dat zich hierover | betwisting wenden tot het paritair comité, dat zich hierover |
uitspreekt. | uitspreekt. |
Bovendien bezorgen de sociale partners in de onderneming ieder jaar | Bovendien bezorgen de sociale partners in de onderneming ieder jaar |
aan het paritair comité een evaluatieverslag en een financieel | aan het paritair comité een evaluatieverslag en een financieel |
overzicht van de uitvoering van het ondernemingsinitiatief, uiterlijk | overzicht van de uitvoering van het ondernemingsinitiatief, uiterlijk |
1 mei van het jaar volgend op het jaar waarop het | 1 mei van het jaar volgend op het jaar waarop het |
ondernemingsinitiatief betrekking heeft. | ondernemingsinitiatief betrekking heeft. |
HOOFDSTUK VII. - Financieel beheer | HOOFDSTUK VII. - Financieel beheer |
Art. 11.De inning, in 2019 en 2020, van de bijdrage verschuldigd door |
Art. 11.De inning, in 2019 en 2020, van de bijdrage verschuldigd door |
de bedrijven die verplicht zijn tot storting, gebeurt, onder het | de bedrijven die verplicht zijn tot storting, gebeurt, onder het |
beheer van de sociale partners, op een rekening van het "Paritair | beheer van de sociale partners, op een rekening van het "Paritair |
Fonds voor de professionele en syndicale vorming in de banksector". | Fonds voor de professionele en syndicale vorming in de banksector". |
Art. 12.De middelen waarover het paritair fonds beschikt en die |
Art. 12.De middelen waarover het paritair fonds beschikt en die |
zullen kunnen worden besteed voor de sectorinitiatieven voor de | zullen kunnen worden besteed voor de sectorinitiatieven voor de |
risicogroepen, bestaan uit: | risicogroepen, bestaan uit: |
- de stortingen van de bijdrage van 0,10 pct. in 2019 en 2020 die de | - de stortingen van de bijdrage van 0,10 pct. in 2019 en 2020 die de |
banken in voorkomend geval moeten doen krachtens artikel 9; | banken in voorkomend geval moeten doen krachtens artikel 9; |
- het nog beschikbare saldo van de stortingen ten voordele van de | - het nog beschikbare saldo van de stortingen ten voordele van de |
risicogroepen in de voorbije jaren; | risicogroepen in de voorbije jaren; |
- een financiële bijdrage vanwege de banken die, overeenkomstig | - een financiële bijdrage vanwege de banken die, overeenkomstig |
artikel 7 van deze overeenkomst, gedekt zijn door een | artikel 7 van deze overeenkomst, gedekt zijn door een |
ondernemings-collectieve arbeidsovereenkomst betreffende de inspanning | ondernemings-collectieve arbeidsovereenkomst betreffende de inspanning |
ten voordele van de risicogroepen voor 2019 en 2020 in de kosten van | ten voordele van de risicogroepen voor 2019 en 2020 in de kosten van |
bepaalde opleidingsprogramma's, of opleidingstrajecten, die hun | bepaalde opleidingsprogramma's, of opleidingstrajecten, die hun |
medewerkers volgen binnen het voor de risicogroepen bestemde gedeelte | medewerkers volgen binnen het voor de risicogroepen bestemde gedeelte |
van de sectorinitiatieven inzake opleiding die met toepassing van deze | van de sectorinitiatieven inzake opleiding die met toepassing van deze |
overeenkomst zullen worden genomen. | overeenkomst zullen worden genomen. |
Bij het bepalen van die financiële bijdrage zal rekening worden | Bij het bepalen van die financiële bijdrage zal rekening worden |
gehouden enerzijds met de financieringsbehoeften voor de | gehouden enerzijds met de financieringsbehoeften voor de |
opleidingsinitiatieven op ondernemingsniveau en anderzijds met de | opleidingsinitiatieven op ondernemingsniveau en anderzijds met de |
financiële middelen van de sector die nodig zijn voor de ontwikkeling | financiële middelen van de sector die nodig zijn voor de ontwikkeling |
van een duurzaam opleidingsbeleid, zonder dat afbreuk wordt gedaan aan | van een duurzaam opleidingsbeleid, zonder dat afbreuk wordt gedaan aan |
het principe van een algemeen aanbod aan opleiding op sectorniveau | het principe van een algemeen aanbod aan opleiding op sectorniveau |
voor alle werknemers in de sector die tot de betrokken doelgroepen | voor alle werknemers in de sector die tot de betrokken doelgroepen |
behoren. | behoren. |
HOOFDSTUK VIII. - Geldigheidsduur | HOOFDSTUK VIII. - Geldigheidsduur |
Art. 13.Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten voor de |
Art. 13.Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten voor de |
periode van 1 januari 2019 tot 31 december 2020. | periode van 1 januari 2019 tot 31 december 2020. |
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 7 januari | Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 7 januari |
2020. | 2020. |
De Minister van Werk, | De Minister van Werk, |
N. MUYLLE | N. MUYLLE |