Etaamb.openjustice.be
Meertalige weergave van Koninklijk Besluit van 07/04/2023
← Terug naar "Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 20 april 2022, gesloten in het Paritair Comité voor de handel in voedingswaren, betreffende de risicogroepen "
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 20 april 2022, gesloten in het Paritair Comité voor de handel in voedingswaren, betreffende de risicogroepen Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 20 april 2022, gesloten in het Paritair Comité voor de handel in voedingswaren, betreffende de risicogroepen
FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG
7 APRIL 2023. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt 7 APRIL 2023. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt
verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 20 april 2022, verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 20 april 2022,
gesloten in het Paritair Comité voor de handel in voedingswaren, gesloten in het Paritair Comité voor de handel in voedingswaren,
betreffende de risicogroepen (1) betreffende de risicogroepen (1)
FILIP, Koning der Belgen, FILIP, Koning der Belgen,
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve
arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel
28; 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de handel in Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de handel in
voedingswaren; voedingswaren;
Op de voordracht van de Minister van Werk, Op de voordracht van de Minister van Werk,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage

overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 20 april 2022, overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 20 april 2022,
gesloten in het Paritair Comité voor de handel in voedingswaren, gesloten in het Paritair Comité voor de handel in voedingswaren,
betreffende de risicogroepen. betreffende de risicogroepen.

Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van

Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van

dit besluit. dit besluit.
Gegeven te Brussel, 7 april 2023. Gegeven te Brussel, 7 april 2023.
FILIP FILIP
Van Koningswege : Van Koningswege :
De Minister van Werk, De Minister van Werk,
P.-Y. DERMAGNE P.-Y. DERMAGNE
_______ _______
Nota Nota
(1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad :
Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.
Bijlage Bijlage
Paritair Comité voor de handel in voedingswaren Paritair Comité voor de handel in voedingswaren
Collectieve arbeidsovereenkomst van 20 april 2022 Collectieve arbeidsovereenkomst van 20 april 2022
Risicogroepen Risicogroepen
(Overeenkomst geregistreerd op 23 augustus 2022 onder het nummer (Overeenkomst geregistreerd op 23 augustus 2022 onder het nummer
174516/CO/119) 174516/CO/119)
HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied

Artikel 1.§ 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing

Artikel 1.§ 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing

op de werkgevers en op de arbeiders van de ondernemingen die onder de op de werkgevers en op de arbeiders van de ondernemingen die onder de
bevoegdheid vallen van het Paritair Comité voor de handel in bevoegdheid vallen van het Paritair Comité voor de handel in
voedingswaren. voedingswaren.
§ 2. Met "arbeiders" worden de mannelijke en de vrouwelijke arbeiders § 2. Met "arbeiders" worden de mannelijke en de vrouwelijke arbeiders
bedoeld. bedoeld.
HOOFDSTUK II. - Tewerkstelling van risicogroepen HOOFDSTUK II. - Tewerkstelling van risicogroepen
1. Algemeen 1. Algemeen

Art. 2.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is gesloten in uitvoering

Art. 2.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is gesloten in uitvoering

van hoofdstuk VIII, afdeling 1 van de wet van 27 december 2006 van hoofdstuk VIII, afdeling 1 van de wet van 27 december 2006
houdende diverse bepalingen, gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad houdende diverse bepalingen, gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad
van 28 december 2006, en van het koninklijk besluit tot uitvoering van van 28 december 2006, en van het koninklijk besluit tot uitvoering van
artikel 189, vierde lid van de wet van 27 december 2006 houdende artikel 189, vierde lid van de wet van 27 december 2006 houdende
diverse bepalingen (I) van 19 februari 2013. diverse bepalingen (I) van 19 februari 2013.
De sociale partners verbinden er zich toe deze collectieve De sociale partners verbinden er zich toe deze collectieve
arbeidsovereenkomst aan te passen in geval van wijziging van de arbeidsovereenkomst aan te passen in geval van wijziging van de
wetgeving zodat de sector zijn verplichtingen naleeft in verband met wetgeving zodat de sector zijn verplichtingen naleeft in verband met
de risicogroepen vermeld in de wet van 27 december 2006 houdende de risicogroepen vermeld in de wet van 27 december 2006 houdende
diverse bepalingen, gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 28 diverse bepalingen, gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 28
december 2006. december 2006.
Deze collectieve arbeidsovereenkomst voert de bepalingen uit van het Deze collectieve arbeidsovereenkomst voert de bepalingen uit van het
sectoraal akkoord 2021-2022. sectoraal akkoord 2021-2022.

Art. 3.§ 1. Teneinde de financiering te verzekeren van de

Art. 3.§ 1. Teneinde de financiering te verzekeren van de

tewerkstellingsbevorderende maatregelen zoals opleidingsinitiatieven, tewerkstellingsbevorderende maatregelen zoals opleidingsinitiatieven,
tewerkstellingspremies en de tussenkomst in de kosten van de tewerkstellingspremies en de tussenkomst in de kosten van de
kinderopvang, zijn de werkgevers bedoeld in het eerste artikel een kinderopvang, zijn de werkgevers bedoeld in het eerste artikel een
bijdrage verschuldigd van 0,10 pct. berekend op de brutolonen van de bijdrage verschuldigd van 0,10 pct. berekend op de brutolonen van de
arbeiders. arbeiders.
Teneinde de financiering te verzekeren voor 2021 en 2022, zal de Teneinde de financiering te verzekeren voor 2021 en 2022, zal de
tewerkstellingsbijdrage worden verhoogd van : tewerkstellingsbijdrage worden verhoogd van :
- 0,10 pct. naar 0,25 pct. tussen 1 januari 2021 en 30 juni 2021; - 0,10 pct. naar 0,25 pct. tussen 1 januari 2021 en 30 juni 2021;
- 0,25 pct. naar 0,31 pct. tussen 1 juli 2021 tot en met 31 december - 0,25 pct. naar 0,31 pct. tussen 1 juli 2021 tot en met 31 december
2021; 2021;
- 0,31 pct. naar 0,32 pct. vanaf 1 januari 2022 tot en met 31 december - 0,31 pct. naar 0,32 pct. vanaf 1 januari 2022 tot en met 31 december
2022. 2022.
§ 2. Ze wordt geheven en geïnd door de Rijksdienst voor Sociale § 2. Ze wordt geheven en geïnd door de Rijksdienst voor Sociale
Zekerheid, volgens de modaliteiten vastgesteld in de artikelen 14 tot Zekerheid, volgens de modaliteiten vastgesteld in de artikelen 14 tot
17 van de collectieve arbeidsovereenkomst tot bepaling van de statuten 17 van de collectieve arbeidsovereenkomst tot bepaling van de statuten
van het sociaal fonds (collectieve arbeidsovereenkomst van 7 maart van het sociaal fonds (collectieve arbeidsovereenkomst van 7 maart
2007, geregistreerd onder nummer 82472/CO/119). 2007, geregistreerd onder nummer 82472/CO/119).
§ 3. Overeenkomstig het koninklijk besluit van 19 februari 2013 tot § 3. Overeenkomstig het koninklijk besluit van 19 februari 2013 tot
uitvoering van artikel 189, 4de lid van de wet van 27 december 2006 uitvoering van artikel 189, 4de lid van de wet van 27 december 2006
houdende diverse bepalingen (I) (Belgisch Staatsblad van 8 april houdende diverse bepalingen (I) (Belgisch Staatsblad van 8 april
2013), dient 0,05 pct. van de loonmassa aan te rekenen op de 2013), dient 0,05 pct. van de loonmassa aan te rekenen op de
voornoemde bijdrage bepaald in paragraaf 1 ( § 1), voorbehouden te voornoemde bijdrage bepaald in paragraaf 1 ( § 1), voorbehouden te
worden ten gunste van één of meerdere groepen opgesomd in artikel 1 worden ten gunste van één of meerdere groepen opgesomd in artikel 1
van het koninklijk besluit van 19 februari 2013. Van de 0,05 pct. van van het koninklijk besluit van 19 februari 2013. Van de 0,05 pct. van
de loonmassa waarvan hiervoor bepaald, dient de helft besteed te de loonmassa waarvan hiervoor bepaald, dient de helft besteed te
worden aan de werknemers bepaald in artikel 2 van het koninklijk worden aan de werknemers bepaald in artikel 2 van het koninklijk
besluit. besluit.
§ 4. In aanvulling op de vorige paragraaf, zal 0,05 pct. van de § 4. In aanvulling op de vorige paragraaf, zal 0,05 pct. van de
loonmassa aan te rekenen op de voornoemde bijdrage bepaald in loonmassa aan te rekenen op de voornoemde bijdrage bepaald in
paragraaf 1 ( § 1), voorbehouden worden ten gunste van de jongeren van paragraaf 1 ( § 1), voorbehouden worden ten gunste van de jongeren van
-26 jaar die behoren tot de risicogroepen zoals bepaald in artikel 2 -26 jaar die behoren tot de risicogroepen zoals bepaald in artikel 2
van het koninklijk besluit van 19 februari 2013. van het koninklijk besluit van 19 februari 2013.
2. Tewerstellingspremies en ingroeibanen 2. Tewerstellingspremies en ingroeibanen

Art. 4.De ondernemingen die werknemers die tot de risicogroepen

Art. 4.De ondernemingen die werknemers die tot de risicogroepen

behoren opgesomd in het koninklijk besluit van 19 februari 2013, zoals behoren opgesomd in het koninklijk besluit van 19 februari 2013, zoals
langdurig werklozen, laaggeschoolde werklozen, werklozen met een langdurig werklozen, laaggeschoolde werklozen, werklozen met een
leeftijd van minstens 50 jaar, werkzoekenden die het begeleidingsplan leeftijd van minstens 50 jaar, werkzoekenden die het begeleidingsplan
voor werklozen hebben gevolgd, gehandicapten, personen die terugkeren voor werklozen hebben gevolgd, gehandicapten, personen die terugkeren
op de arbeidsmarkt of bestaansminimumtrekkers voor onbepaalde duur op de arbeidsmarkt of bestaansminimumtrekkers voor onbepaalde duur
aanwerven, kunnen een eenmalige forfaitaire toelage ten laste van het aanwerven, kunnen een eenmalige forfaitaire toelage ten laste van het
"Waarborg- en Sociaal Fonds voor de handel in voedingswaren" bekomen. "Waarborg- en Sociaal Fonds voor de handel in voedingswaren" bekomen.
Deze toelage bedraagt 1 569,46 EUR voor de voltijdse aanwerving van Deze toelage bedraagt 1 569,46 EUR voor de voltijdse aanwerving van
een arbeider en 784,73 EUR voor de aanwerving van een deeltijds in een arbeider en 784,73 EUR voor de aanwerving van een deeltijds in
dienst genomen arbeider met een overeenkomst van minstens 18 uur per dienst genomen arbeider met een overeenkomst van minstens 18 uur per
week. week.
Het bedrag van de toelage wordt respectievelijk opgetrokken naar 2 Het bedrag van de toelage wordt respectievelijk opgetrokken naar 2
354,19 EUR of 1 177,10 EUR indien de aangeworven arbeider minder dan 354,19 EUR of 1 177,10 EUR indien de aangeworven arbeider minder dan
26 jaar is. 26 jaar is.
Deze toelage wordt toegekend wanneer de arbeider 6 maanden Deze toelage wordt toegekend wanneer de arbeider 6 maanden
anciënniteit heeft bereikt in de onderneming. anciënniteit heeft bereikt in de onderneming.

Art. 5.De ondernemingen die arbeiders die geheel of gedeeltelijk hun

Art. 5.De ondernemingen die arbeiders die geheel of gedeeltelijk hun

beroepsloopbaan onderbreken, of arbeiders die bruggepensioneerd zijn beroepsloopbaan onderbreken, of arbeiders die bruggepensioneerd zijn
vanaf of na de leeftijd van 58 jaar vervangen door arbeiders die vanaf of na de leeftijd van 58 jaar vervangen door arbeiders die
behoren tot de bovengenoemde risicogroepen, kunnen ten laste van het behoren tot de bovengenoemde risicogroepen, kunnen ten laste van het
"Waarborg- en Sociaal Fonds voor de handel in voedingswaren" genieten "Waarborg- en Sociaal Fonds voor de handel in voedingswaren" genieten
van dezelfde eenmalige forfaitaire toelage onder dezelfde voorwaarden van dezelfde eenmalige forfaitaire toelage onder dezelfde voorwaarden
als deze vastgesteld in artikel 4 hierboven. als deze vastgesteld in artikel 4 hierboven.

Art. 6.De uitbetaling van de toelagen geschiedt bij beslissing van de

Art. 6.De uitbetaling van de toelagen geschiedt bij beslissing van de

raad van bestuur van het "Waarborg- en Sociaal Fonds voor de handel in raad van bestuur van het "Waarborg- en Sociaal Fonds voor de handel in
voedingswaren". Er kan per arbeider slechts één toelage aan de voedingswaren". Er kan per arbeider slechts één toelage aan de
werkgever toegekend worden. werkgever toegekend worden.
In voorkomend geval, kan het "Waarborg- en Sociaal Fonds voor de In voorkomend geval, kan het "Waarborg- en Sociaal Fonds voor de
handel in voedingswaren" de nodige beslissingen nemen om het bedrag handel in voedingswaren" de nodige beslissingen nemen om het bedrag
van de toelagen bedoeld in de artikelen 4 tot 6 te beperken, om zo een van de toelagen bedoeld in de artikelen 4 tot 6 te beperken, om zo een
overschrijding te voorkomen van de financiële middelen, voortvloeiend overschrijding te voorkomen van de financiële middelen, voortvloeiend
uit de bijdragen bedoeld in artikel 3. uit de bijdragen bedoeld in artikel 3.

Art. 7.De arbeiders jonger dan 26 jaar die tot de risicogroepen

Art. 7.De arbeiders jonger dan 26 jaar die tot de risicogroepen

behoren zoals opgenomen in artikel 2 van het koninklijk besluit van 19 behoren zoals opgenomen in artikel 2 van het koninklijk besluit van 19
februari 2013 kunnen een opleiding krijgen door een door de werkgever februari 2013 kunnen een opleiding krijgen door een door de werkgever
aangeduide mentor. aangeduide mentor.
De loonkosten van de mentor gedurende deze opleiding worden door het De loonkosten van de mentor gedurende deze opleiding worden door het
sociaal fonds ten lastegenomen op grond van bewijsstukken en na sociaal fonds ten lastegenomen op grond van bewijsstukken en na
goedkeuring door de raad van bestuur van het sociaal fonds. goedkeuring door de raad van bestuur van het sociaal fonds.
Een maximaal budget van 100 000 EUR per jaar wordt voor dit initiatief Een maximaal budget van 100 000 EUR per jaar wordt voor dit initiatief
voorbehouden. voorbehouden.
3. Kinderopvang 3. Kinderopvang

Art. 8.In 2021 en 2022 kent het sociaal fonds voor de voedingshandel

Art. 8.In 2021 en 2022 kent het sociaal fonds voor de voedingshandel

een tussenkomst toe in de kinderopvang voor kinderen van 0 tot 6 jaar. een tussenkomst toe in de kinderopvang voor kinderen van 0 tot 6 jaar.
Deze tussenkomst wordt op 3 EUR per dag effectieve opvang en per kind Deze tussenkomst wordt op 3 EUR per dag effectieve opvang en per kind
vastgesteld op basis van het fiscaal attest inzake uitgave voor de vastgesteld op basis van het fiscaal attest inzake uitgave voor de
opvang van kinderen (voor de tussenkomst in 2022 op basis van het opvang van kinderen (voor de tussenkomst in 2022 op basis van het
fiscaal attest voor het kalenderjaar 2021 en voor de tussenkomst in fiscaal attest voor het kalenderjaar 2021 en voor de tussenkomst in
2023 op basis van het fiscaal attest voor het kalenderjaar 2022). 2023 op basis van het fiscaal attest voor het kalenderjaar 2022).
Elk van de 2 ouders heeft per kind recht op de tussenkomst ten belope Elk van de 2 ouders heeft per kind recht op de tussenkomst ten belope
van een jaarlijks maximumbedrag van 600 EUR, als hij minimum 12 van een jaarlijks maximumbedrag van 600 EUR, als hij minimum 12
volledige maanden anciënniteit heeft in het Paritair Comité voor de volledige maanden anciënniteit heeft in het Paritair Comité voor de
handel in voedingswaren en een arbeidsovereenkomst heeft bij een handel in voedingswaren en een arbeidsovereenkomst heeft bij een
werkgever van het Paritair Comité voor de handel in voedingswaren op werkgever van het Paritair Comité voor de handel in voedingswaren op
het moment van de opvang van het kind. het moment van de opvang van het kind.
De aanvragen tot tussenkomst worden ingediend door de werknemers bij De aanvragen tot tussenkomst worden ingediend door de werknemers bij
de werkgevers die een volledig dossier met alle noodzakelijke de werkgevers die een volledig dossier met alle noodzakelijke
stavingstukken overmaken aan het sociaal fonds. stavingstukken overmaken aan het sociaal fonds.
De praktische uitvoeringsmodaliteiten worden door de raad van bestuur De praktische uitvoeringsmodaliteiten worden door de raad van bestuur
van het sociaal fonds bepaald. van het sociaal fonds bepaald.
De tussenkomst wordt voor de jaren 2021-2022 ingevoerd. Eind 2022 De tussenkomst wordt voor de jaren 2021-2022 ingevoerd. Eind 2022
vindt een evaluatie plaats van het systeem. vindt een evaluatie plaats van het systeem.
HOOFDSTUK III. - Slotbepalingen HOOFDSTUK III. - Slotbepalingen

Art. 9.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heft de collectieve

Art. 9.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heft de collectieve

arbeidsovereenkomst van 8 december 2021 betreffende de risicogroepen arbeidsovereenkomst van 8 december 2021 betreffende de risicogroepen
(nr. 169184/CO/119) op. Zij treedt in werking op 1 januari 2021 en (nr. 169184/CO/119) op. Zij treedt in werking op 1 januari 2021 en
houdt op van kracht te zijn op 31 december 2022. houdt op van kracht te zijn op 31 december 2022.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 7 april Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 7 april
2023. 2023.
De Minister van Werk, De Minister van Werk,
P.-Y. DERMAGNE P.-Y. DERMAGNE
^