| Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 7 december 2018 houdende de uitvoering van het decreet van 6 juli 2018 betreffende de overname van de sectoren psychiatrische verzorgingstehuizen, initiatieven van beschut wonen, revalidatieovereenkomsten, revalidatieziekenhuizen en multidisciplinaire begeleidingsequipes voor palliatieve verzorging, wat betreft de financiering van de revalidatieziekenhuizen | Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 7 december 2018 houdende de uitvoering van het decreet van 6 juli 2018 betreffende de overname van de sectoren psychiatrische verzorgingstehuizen, initiatieven van beschut wonen, revalidatieovereenkomsten, revalidatieziekenhuizen en multidisciplinaire begeleidingsequipes voor palliatieve verzorging, wat betreft de financiering van de revalidatieziekenhuizen |
|---|---|
| VLAAMSE OVERHEID | VLAAMSE OVERHEID |
| 1 OKTOBER 2021. - Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van | 1 OKTOBER 2021. - Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van |
| het besluit van de Vlaamse Regering van 7 december 2018 houdende de | het besluit van de Vlaamse Regering van 7 december 2018 houdende de |
| uitvoering van het decreet van 6 juli 2018 betreffende de overname van | uitvoering van het decreet van 6 juli 2018 betreffende de overname van |
| de sectoren psychiatrische verzorgingstehuizen, initiatieven van | de sectoren psychiatrische verzorgingstehuizen, initiatieven van |
| beschut wonen, revalidatieovereenkomsten, revalidatieziekenhuizen en | beschut wonen, revalidatieovereenkomsten, revalidatieziekenhuizen en |
| multidisciplinaire begeleidingsequipes voor palliatieve verzorging, | multidisciplinaire begeleidingsequipes voor palliatieve verzorging, |
| wat betreft de financiering van de revalidatieziekenhuizen | wat betreft de financiering van de revalidatieziekenhuizen |
| Rechtsgronden | Rechtsgronden |
| Dit besluit is gebaseerd op: | Dit besluit is gebaseerd op: |
| - de gecoördineerde wet van 10 juli 2008 op de ziekenhuizen en andere | - de gecoördineerde wet van 10 juli 2008 op de ziekenhuizen en andere |
| verzorgingsinrichtingen, artikel 100, tweede lid, artikel 101 en | verzorgingsinrichtingen, artikel 100, tweede lid, artikel 101 en |
| artikel 105, § 1, vervangen bij het decreet van 6 juli 2018. | artikel 105, § 1, vervangen bij het decreet van 6 juli 2018. |
| Vormvereisten | Vormvereisten |
| De volgende vormvereisten zijn vervuld: | De volgende vormvereisten zijn vervuld: |
| - De Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, heeft zijn akkoord | - De Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, heeft zijn akkoord |
| verleend op 7 juni 2021; | verleend op 7 juni 2021; |
| - De Raad van State heeft advies 69.715/3 gegeven op 19 juli 2021, met | - De Raad van State heeft advies 69.715/3 gegeven op 19 juli 2021, met |
| toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de | toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de |
| Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973. | Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973. |
| Motivering | Motivering |
| Dit besluit is gebaseerd op de volgende motieven: | Dit besluit is gebaseerd op de volgende motieven: |
| - In het zesde Vlaams Intersectoraal Akkoord van 30 maart 2021 werden | - In het zesde Vlaams Intersectoraal Akkoord van 30 maart 2021 werden |
| de versnelde uitvoering van de nieuwe sectorale functieclassificatie | de versnelde uitvoering van de nieuwe sectorale functieclassificatie |
| (IFIC) en kwalitatieve verbetering van de arbeidsvoorwaarden van het | (IFIC) en kwalitatieve verbetering van de arbeidsvoorwaarden van het |
| personeel voor de private geregionaliseerde zorgsectoren afgesproken. | personeel voor de private geregionaliseerde zorgsectoren afgesproken. |
| - Via voorliggend besluit worden de nodige middelen voor de betrokken | - Via voorliggend besluit worden de nodige middelen voor de betrokken |
| Vlaamse revalidatieziekenhuizen voorzien, teneinde hen in staat te | Vlaamse revalidatieziekenhuizen voorzien, teneinde hen in staat te |
| stellen de betalingen te kunnen doen vanaf 1 april 2021. | stellen de betalingen te kunnen doen vanaf 1 april 2021. |
| Initiatiefnemer | Initiatiefnemer |
| Dit besluit wordt voorgesteld door de Vlaamse minister van Welzijn, | Dit besluit wordt voorgesteld door de Vlaamse minister van Welzijn, |
| Volksgezondheid, Gezin en Armoedebestrijding. | Volksgezondheid, Gezin en Armoedebestrijding. |
| Na beraadslaging, | Na beraadslaging, |
| DE VLAAMSE REGERING BESLUIT: | DE VLAAMSE REGERING BESLUIT: |
Artikel 1.Aan artikel 239 van het besluit van de Vlaamse Regering van |
Artikel 1.Aan artikel 239 van het besluit van de Vlaamse Regering van |
| 7 december 2018 houdende de uitvoering van het decreet van 6 juli 2018 | 7 december 2018 houdende de uitvoering van het decreet van 6 juli 2018 |
| betreffende de overname van de sectoren psychiatrische | betreffende de overname van de sectoren psychiatrische |
| verzorgingstehuizen, initiatieven van beschut wonen, | verzorgingstehuizen, initiatieven van beschut wonen, |
| revalidatieovereenkomsten, revalidatieziekenhuizen en | revalidatieovereenkomsten, revalidatieziekenhuizen en |
| multidisciplinaire begeleidingsequipes voor palliatieve verzorging | multidisciplinaire begeleidingsequipes voor palliatieve verzorging |
| wordt een derde lid toegevoegd, dat luidt als volgt: | wordt een derde lid toegevoegd, dat luidt als volgt: |
| "In afwijking van het eerste lid wordt het budget voor het dienstjaar | "In afwijking van het eerste lid wordt het budget voor het dienstjaar |
| 2021 op 1 januari 2021 en op 1 juli 2021 vastgesteld.". | 2021 op 1 januari 2021 en op 1 juli 2021 vastgesteld.". |
Art. 2.In hetzelfde besluit wordt een artikel 242/1 toegevoegd, dat |
Art. 2.In hetzelfde besluit wordt een artikel 242/1 toegevoegd, dat |
| luidt als volgt: | luidt als volgt: |
| " Art. 242/1.Om de kwalitatieve verbeteringen van de |
" Art. 242/1.Om de kwalitatieve verbeteringen van de |
| arbeidsvoorwaarden van het personeel ter uitvoering van punt 2.2.1.A. | arbeidsvoorwaarden van het personeel ter uitvoering van punt 2.2.1.A. |
| van deel III van luik III van het zesde Vlaams Intersectoraal akkoord | van deel III van luik III van het zesde Vlaams Intersectoraal akkoord |
| van 30 maart 2021 voor de social/non-profitsectoren voor het jaar 2021 | van 30 maart 2021 voor de social/non-profitsectoren voor het jaar 2021 |
| te financieren, wordt in het basisbudget van de private | te financieren, wordt in het basisbudget van de private |
| revalidatieziekenhuizen in een budget voorzien. | revalidatieziekenhuizen in een budget voorzien. |
| Het budget, vermeld in het eerste lid, bedraagt 726.641,23 euro. | Het budget, vermeld in het eerste lid, bedraagt 726.641,23 euro. |
| Het budget, vermeld in het eerste lid, wordt verdeeld over de private | Het budget, vermeld in het eerste lid, wordt verdeeld over de private |
| revalidatieziekenhuizen, op basis van het aantal erkende bedden, | revalidatieziekenhuizen, op basis van het aantal erkende bedden, |
| rekening houdend met het relatief gewicht, waarbij het gewicht van een | rekening houdend met het relatief gewicht, waarbij het gewicht van een |
| bed met kenletter G 88,24% is van het gewicht van een bed met | bed met kenletter G 88,24% is van het gewicht van een bed met |
| kenletter SP. | kenletter SP. |
| Voor de vaststelling van het aantal erkende bedden wordt rekening | Voor de vaststelling van het aantal erkende bedden wordt rekening |
| gehouden met het aantal erkende bedden, zoals dat bij het agentschap | gehouden met het aantal erkende bedden, zoals dat bij het agentschap |
| bekend is op 1 januari 2021. | bekend is op 1 januari 2021. |
| De middelen, toegekend volgens het derde lid, worden vanaf 1 mei 2021 | De middelen, toegekend volgens het derde lid, worden vanaf 1 mei 2021 |
| ingezet voor het zorgpersoneel, het ondersteunend personeel of het | ingezet voor het zorgpersoneel, het ondersteunend personeel of het |
| paramedisch personeel, zowel aan het bed als voor de revalidatie van | paramedisch personeel, zowel aan het bed als voor de revalidatie van |
| de patiënt. Elk revalidatieziekenhuis verduidelijkt aan het agentschap | de patiënt. Elk revalidatieziekenhuis verduidelijkt aan het agentschap |
| de invulling van het bijkomend personeel in functie van lokale | de invulling van het bijkomend personeel in functie van lokale |
| behoeften of noden, na intern sociaal overleg conform de bepalingen | behoeften of noden, na intern sociaal overleg conform de bepalingen |
| van luik II, deel I, punt 11.2.1. van het in het eerste lid vermelde | van luik II, deel I, punt 11.2.1. van het in het eerste lid vermelde |
| Intersectoraal akkoord. | Intersectoraal akkoord. |
| De onbenutte middelen, toegekend volgens het derde lid, die het gevolg | De onbenutte middelen, toegekend volgens het derde lid, die het gevolg |
| zijn van een latere start dan 1 mei 2021 van de implementatie van de | zijn van een latere start dan 1 mei 2021 van de implementatie van de |
| structurele bestemming, zijn in 2021 een compensatie voor tijdelijke | structurele bestemming, zijn in 2021 een compensatie voor tijdelijke |
| bijkomende tewerkstelling om eenmalig de extra gepresteerde uren | bijkomende tewerkstelling om eenmalig de extra gepresteerde uren |
| omwille van de COVID-crisis te compenseren.". | omwille van de COVID-crisis te compenseren.". |
Art. 3.In artikel 250 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het |
Art. 3.In artikel 250 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het |
| besluit van de Vlaamse Regering van 17 mei 2019, worden de volgende | besluit van de Vlaamse Regering van 17 mei 2019, worden de volgende |
| wijzigingen aangebracht: | wijzigingen aangebracht: |
| 1° in punt 3° wordt de zinsnede "de periode 2018-2020" vervangen door | 1° in punt 3° wordt de zinsnede "de periode 2018-2020" vervangen door |
| de zinsnede "de periode 2018-2021"; | de zinsnede "de periode 2018-2021"; |
| 2° er wordt een punt 4° toegevoegd, dat luidt als volgt: | 2° er wordt een punt 4° toegevoegd, dat luidt als volgt: |
| "4° het bedrag ter compensatie van de functiekwalificatie ter | "4° het bedrag ter compensatie van de functiekwalificatie ter |
| uitvoering van het Zesde Vlaams Intersectoraal akkoord van 30 maart | uitvoering van het Zesde Vlaams Intersectoraal akkoord van 30 maart |
| 2021 voor de social/non-profitsectoren voor het jaar 2021.". | 2021 voor de social/non-profitsectoren voor het jaar 2021.". |
Art. 4.Aan deel 5, titel 1, hoofdstuk 4, van hetzelfde besluit, |
Art. 4.Aan deel 5, titel 1, hoofdstuk 4, van hetzelfde besluit, |
| gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 17 mei 2019, | gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 17 mei 2019, |
| wordt een afdeling 5, die bestaat uit artikel 252/2, toegevoegd, die | wordt een afdeling 5, die bestaat uit artikel 252/2, toegevoegd, die |
| luidt als volgt: | luidt als volgt: |
| "Afdeling 5. Het bedrag ter compensatie van de functiekwalificatie ter | "Afdeling 5. Het bedrag ter compensatie van de functiekwalificatie ter |
| uitvoering van het Zesde Vlaams Intersectoraal akkoord van 26 maart | uitvoering van het Zesde Vlaams Intersectoraal akkoord van 26 maart |
| 2021 voor de social/non-profitsectoren voor het jaar 2021 | 2021 voor de social/non-profitsectoren voor het jaar 2021 |
Art. 252/2.Om de loonsverhoging ter uitvoering van punt 1.1. van deel |
Art. 252/2.Om de loonsverhoging ter uitvoering van punt 1.1. van deel |
| III van luik III van het zesde Vlaams Intersectoraal akkoord van 30 | III van luik III van het zesde Vlaams Intersectoraal akkoord van 30 |
| maart 2021 voor de social/non-profitsectoren voor het jaar 2021 te | maart 2021 voor de social/non-profitsectoren voor het jaar 2021 te |
| financieren, wordt in het jaarlijks herrekende budget van de private | financieren, wordt in het jaarlijks herrekende budget van de private |
| revalidatieziekenhuizen in een budget voorzien. | revalidatieziekenhuizen in een budget voorzien. |
| Het budget, vermeld in het eerste lid, bedraagt 4.016.190,49 euro. | Het budget, vermeld in het eerste lid, bedraagt 4.016.190,49 euro. |
| Het budget, vermeld in het eerste lid, wordt provisioneel verdeeld | Het budget, vermeld in het eerste lid, wordt provisioneel verdeeld |
| over de private revalidatieziekenhuizen, rekening houdend met het | over de private revalidatieziekenhuizen, rekening houdend met het |
| aantal voltijdsequivalent personeelsleden per revalidatieziekenhuis | aantal voltijdsequivalent personeelsleden per revalidatieziekenhuis |
| dat conform artikel 252 in aanmerking komt voor de berekening van het | dat conform artikel 252 in aanmerking komt voor de berekening van het |
| complement van de attractiviteitspremie. | complement van de attractiviteitspremie. |
| De definitieve verdeling van het budget, vermeld in het eerste lid, | De definitieve verdeling van het budget, vermeld in het eerste lid, |
| per revalidatieziekenhuis, wordt bepaald op basis van de berekening | per revalidatieziekenhuis, wordt bepaald op basis van de berekening |
| die de vzw IFIC in juni 2022 aan het agentschap meedeelt. Daarbij | die de vzw IFIC in juni 2022 aan het agentschap meedeelt. Daarbij |
| wordt ermee rekening gehouden dat het bedrag, vermeld in het tweede | wordt ermee rekening gehouden dat het bedrag, vermeld in het tweede |
| lid, niet mag worden overschreden. Hiertoe wordt conform artikel 255, | lid, niet mag worden overschreden. Hiertoe wordt conform artikel 255, |
| § 3, voorzien in een corrigerend bedrag voor het dienstjaar 2022.". | § 3, voorzien in een corrigerend bedrag voor het dienstjaar 2022.". |
Art. 5.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 juli 2021. |
Art. 5.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 juli 2021. |
Art. 6.De Vlaamse minister, bevoegd voor de gezondheids- en woonzorg, |
Art. 6.De Vlaamse minister, bevoegd voor de gezondheids- en woonzorg, |
| is belast met de uitvoering van dit besluit. | is belast met de uitvoering van dit besluit. |
| Brussel, 1 oktober 2021. | Brussel, 1 oktober 2021. |
| De minister-president van de Vlaamse Regering, | De minister-president van de Vlaamse Regering, |
| J. JAMBON | J. JAMBON |
| De Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid, Gezin en | De Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid, Gezin en |
| Armoedebestrijding, | Armoedebestrijding, |
| W. BEKE | W. BEKE |