Etaamb.openjustice.be
Meertalige weergave van Besluit Van De Vlaamse Regering van 04/12/2020
← Terug naar "Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 16 mei 2014 houdende de rechtspleging voor sommige Vlaamse bestuursrechtscolleges, wat de verkorte procedure betreft "
Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 16 mei 2014 houdende de rechtspleging voor sommige Vlaamse bestuursrechtscolleges, wat de verkorte procedure betreft Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 16 mei 2014 houdende de rechtspleging voor sommige Vlaamse bestuursrechtscolleges, wat de verkorte procedure betreft
VLAAMSE OVERHEID VLAAMSE OVERHEID
4 DECEMBER 2020. - Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van 4 DECEMBER 2020. - Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van
het besluit van de Vlaamse Regering van 16 mei 2014 houdende de het besluit van de Vlaamse Regering van 16 mei 2014 houdende de
rechtspleging voor sommige Vlaamse bestuursrechtscolleges, wat de rechtspleging voor sommige Vlaamse bestuursrechtscolleges, wat de
verkorte procedure betreft verkorte procedure betreft
Rechtsgrond Rechtsgrond
Dit besluit is gebaseerd op: Dit besluit is gebaseerd op:
- het decreet van 4 april 2014 betreffende de organisatie en de - het decreet van 4 april 2014 betreffende de organisatie en de
rechtspleging van sommige Vlaamse bestuursrechtscolleges, artikel 19, rechtspleging van sommige Vlaamse bestuursrechtscolleges, artikel 19,
gewijzigd bij het decreet van 9 december 2016. gewijzigd bij het decreet van 9 december 2016.
Vormvereiste Vormvereiste
De volgende vormvereisten zijn vervuld: De volgende vormvereisten zijn vervuld:
- de Inspectie van Financiën heeft advies gegeven op 19 oktober 2020. - de Inspectie van Financiën heeft advies gegeven op 19 oktober 2020.
- de Raad van State, afdeling Wetgeving heeft advies gegeven op 23 - de Raad van State, afdeling Wetgeving heeft advies gegeven op 23
november 2020. november 2020.
Initiatiefnemer(s) Initiatiefnemer(s)
Dit besluit wordt voorgesteld door de Vlaamse minister van Justitie en Dit besluit wordt voorgesteld door de Vlaamse minister van Justitie en
Handhaving, Omgeving, Energie en Toerisme. Handhaving, Omgeving, Energie en Toerisme.
Na beraadslaging, Na beraadslaging,
DE VLAAMSE REGERING BESLUIT: DE VLAAMSE REGERING BESLUIT:

Artikel 1.Aan artikel 59, § 1, van het besluit van de Vlaamse

Artikel 1.Aan artikel 59, § 1, van het besluit van de Vlaamse
regering van 16 mei 2014 houdende de rechtspleging voor sommige regering van 16 mei 2014 houdende de rechtspleging voor sommige
Vlaamse bestuursrechtscolleges, vervangen bij het besluit van de Vlaamse bestuursrechtscolleges, vervangen bij het besluit van de
Vlaamse Regering van 21 april 2017, wordt een tweede lid toegevoegd, Vlaamse Regering van 21 april 2017, wordt een tweede lid toegevoegd,
dat luidt als volgt: dat luidt als volgt:
"Wanneer een verzoekschrift een vordering tot schorsing, als vermeld "Wanneer een verzoekschrift een vordering tot schorsing, als vermeld
in artikel 40, § 1, van het decreet, en een vordering tot vernietiging in artikel 40, § 1, van het decreet, en een vordering tot vernietiging
bevat, kan een verkorte procedure worden toegepast op deze vorderingen bevat, kan een verkorte procedure worden toegepast op deze vorderingen
gezamenlijk of op een van de vorderingen afzonderlijk." gezamenlijk of op een van de vorderingen afzonderlijk."

Art. 2.Op de vorderingen die werden ingediend voor de

Art. 2.Op de vorderingen die werden ingediend voor de
inwerkingtreding van dit besluit is artikel 59, § 1, van het besluit inwerkingtreding van dit besluit is artikel 59, § 1, van het besluit
van de Vlaamse Regering van 16 mei 2014 houdende de rechtspleging voor van de Vlaamse Regering van 16 mei 2014 houdende de rechtspleging voor
sommige Vlaamse bestuursrechtscolleges, van toepassing zoals het van sommige Vlaamse bestuursrechtscolleges, van toepassing zoals het van
kracht was vóór de inwerkingtreding van dit besluit. kracht was vóór de inwerkingtreding van dit besluit.

Art. 3.De Vlaamse minister, bevoegd voor de justitie en de

Art. 3.De Vlaamse minister, bevoegd voor de justitie en de
handhaving, is belast met de uitvoering van dit besluit. handhaving, is belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 4 december 2020 Brussel, 4 december 2020
De minister-president van de Vlaamse Regering, De minister-president van de Vlaamse Regering,
J. JAMBON J. JAMBON
De Vlaamse minister van Justitie en Handhaving, Omgeving, Energie en De Vlaamse minister van Justitie en Handhaving, Omgeving, Energie en
Toerisme, Toerisme,
Z. DEMIR Z. DEMIR
^