← Terug naar "Uittreksel uit arrest nr. 48/2020 van 26 maart 2020 Rolnummer 7276 In zake : het beroep
tot vernietiging van artikel 72, vijfde en zesde lid, van het Vlaamse decreet van 15 februari 2019 «
betreffende de woonzorg », ingesteld door de vzw « Ge Het
Grondwettelijk Hof, beperkte kamer, samengesteld uit voorzitter A. Alen en de rechters-versl(...)"
Uittreksel uit arrest nr. 48/2020 van 26 maart 2020 Rolnummer 7276 In zake : het beroep tot vernietiging van artikel 72, vijfde en zesde lid, van het Vlaamse decreet van 15 februari 2019 « betreffende de woonzorg », ingesteld door de vzw « Ge Het Grondwettelijk Hof, beperkte kamer, samengesteld uit voorzitter A. Alen en de rechters-versl(...) | Uittreksel uit arrest nr. 48/2020 van 26 maart 2020 Rolnummer 7276 In zake : het beroep tot vernietiging van artikel 72, vijfde en zesde lid, van het Vlaamse decreet van 15 februari 2019 « betreffende de woonzorg », ingesteld door de vzw « Ge Het Grondwettelijk Hof, beperkte kamer, samengesteld uit voorzitter A. Alen en de rechters-versl(...) |
---|---|
GRONDWETTELIJK HOF | GRONDWETTELIJK HOF |
Uittreksel uit arrest nr. 48/2020 van 26 maart 2020 | Uittreksel uit arrest nr. 48/2020 van 26 maart 2020 |
Rolnummer 7276 | Rolnummer 7276 |
In zake : het beroep tot vernietiging van artikel 72, vijfde en zesde | In zake : het beroep tot vernietiging van artikel 72, vijfde en zesde |
lid, van het Vlaamse decreet van 15 februari 2019 « betreffende de | lid, van het Vlaamse decreet van 15 februari 2019 « betreffende de |
woonzorg », ingesteld door de vzw « Genootschap Advocaten Publiekrecht | woonzorg », ingesteld door de vzw « Genootschap Advocaten Publiekrecht |
» en Pieter Jongbloet. | » en Pieter Jongbloet. |
Het Grondwettelijk Hof, beperkte kamer, | Het Grondwettelijk Hof, beperkte kamer, |
samengesteld uit voorzitter A. Alen en de rechters-verslaggevers R. | samengesteld uit voorzitter A. Alen en de rechters-verslaggevers R. |
Leysen en T. Giet, bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, | Leysen en T. Giet, bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, |
wijst na beraad het volgende arrest : | wijst na beraad het volgende arrest : |
I. Onderwerp van het beroep en rechtspleging | I. Onderwerp van het beroep en rechtspleging |
Bij verzoekschrift dat aan het Hof is toegezonden bij op 4 november | Bij verzoekschrift dat aan het Hof is toegezonden bij op 4 november |
2019 ter post aangetekende brief en ter griffie is ingekomen op 5 | 2019 ter post aangetekende brief en ter griffie is ingekomen op 5 |
november 2019, is beroep tot vernietiging ingesteld van artikel 72, | november 2019, is beroep tot vernietiging ingesteld van artikel 72, |
vijfde en zesde lid, van het Vlaamse decreet van 15 februari 2019 « | vijfde en zesde lid, van het Vlaamse decreet van 15 februari 2019 « |
betreffende de woonzorg » (bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad | betreffende de woonzorg » (bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad |
van 3 mei 2019) door de vzw « Genootschap Advocaten Publiekrecht » en | van 3 mei 2019) door de vzw « Genootschap Advocaten Publiekrecht » en |
Pieter Jongbloet, bijgestaan en vertegenwoordigd door Mr. S. Boullart, | Pieter Jongbloet, bijgestaan en vertegenwoordigd door Mr. S. Boullart, |
advocaat bij de balie te Gent. | advocaat bij de balie te Gent. |
Op 20 november 2019 hebben de rechters-verslaggevers R. Leysen en T. | Op 20 november 2019 hebben de rechters-verslaggevers R. Leysen en T. |
Giet, met toepassing van artikel 71, eerste lid, van de bijzondere wet | Giet, met toepassing van artikel 71, eerste lid, van de bijzondere wet |
van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof, de voorzitter ervan in | van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof, de voorzitter ervan in |
kennis gesteld dat zij ertoe zouden kunnen worden gebracht aan het | kennis gesteld dat zij ertoe zouden kunnen worden gebracht aan het |
Hof, zitting houdende in beperkte kamer, voor te stellen een arrest te | Hof, zitting houdende in beperkte kamer, voor te stellen een arrest te |
wijzen waarin wordt vastgesteld dat het beroep tot vernietiging | wijzen waarin wordt vastgesteld dat het beroep tot vernietiging |
klaarblijkelijk niet ontvankelijk is. | klaarblijkelijk niet ontvankelijk is. |
(...) | (...) |
II. In rechte | II. In rechte |
(...) | (...) |
B.1. Het beroep tot vernietiging is gericht tegen artikel 72 van het | B.1. Het beroep tot vernietiging is gericht tegen artikel 72 van het |
Vlaamse decreet van 15 februari 2019 betreffende de woonzorg, in | Vlaamse decreet van 15 februari 2019 betreffende de woonzorg, in |
zoverre het bepaalt dat : | zoverre het bepaalt dat : |
« Met behoud van de toepassing van artikel 64, 65, 66 en 67, | « Met behoud van de toepassing van artikel 64, 65, 66 en 67, |
naargelang van het geval, kan een administratieve geldboete van 2.500 | naargelang van het geval, kan een administratieve geldboete van 2.500 |
tot 25.000 euros worden opgelegd aan : | tot 25.000 euros worden opgelegd aan : |
[...] | [...] |
De betrokkene kan op straffe van verval van het recht tot het | De betrokkene kan op straffe van verval van het recht tot het |
instellen van een beroep binnen zestig dagen vanaf de kennisgeving van | instellen van een beroep binnen zestig dagen vanaf de kennisgeving van |
de beslissing waarbij hem een administratieve geldboete wordt | de beslissing waarbij hem een administratieve geldboete wordt |
opgelegd, tegen die beslissing bij de Raad van State beroep aantekenen | opgelegd, tegen die beslissing bij de Raad van State beroep aantekenen |
met een verzoekschrift. Dat beroep schorst de uitvoering van de | met een verzoekschrift. Dat beroep schorst de uitvoering van de |
beslissing. De Raad van State oordeelt met volle rechtsmacht. | beslissing. De Raad van State oordeelt met volle rechtsmacht. |
De ambtenaren, vermeld in het vierde lid of, in geval van beroep, de | De ambtenaren, vermeld in het vierde lid of, in geval van beroep, de |
Raad van State kunnen bij verzachtende omstandigheden het bedrag van | Raad van State kunnen bij verzachtende omstandigheden het bedrag van |
de opgelegde administratieve geldboete verminderen, zelfs tot onder | de opgelegde administratieve geldboete verminderen, zelfs tot onder |
het toepasselijke minimumbedrag ». | het toepasselijke minimumbedrag ». |
B.2.1. De eerste verzoekende partij, de vzw « Genootschap Advocaten | B.2.1. De eerste verzoekende partij, de vzw « Genootschap Advocaten |
Publiekrecht », beroept zich ter ondersteuning van haar belang op | Publiekrecht », beroept zich ter ondersteuning van haar belang op |
artikel 3 van haar statuten, dat bepaalt : | artikel 3 van haar statuten, dat bepaalt : |
« De vereniging heeft ten doel de wetenschappelijke studie van het | « De vereniging heeft ten doel de wetenschappelijke studie van het |
Publiekrecht te bevorderen, en de belangen van haar leden te | Publiekrecht te bevorderen, en de belangen van haar leden te |
verdedigen. | verdedigen. |
Zij drijft geen nijverheids- of handelszaken en beoogt niet enig | Zij drijft geen nijverheids- of handelszaken en beoogt niet enig |
stoffelijk voordeel te verschaffen aan haar leden. Zij kan alle | stoffelijk voordeel te verschaffen aan haar leden. Zij kan alle |
roerende en onroerende goederen die zij voor het verwezenlijken van | roerende en onroerende goederen die zij voor het verwezenlijken van |
haar doel nodig heeft, bezitten of verkrijgen en er alle | haar doel nodig heeft, bezitten of verkrijgen en er alle |
eigendomsrechten en andere zakelijke rechten op uitoefenen ». | eigendomsrechten en andere zakelijke rechten op uitoefenen ». |
De tweede verzoekende partij beroept zich ter ondersteuning van haar | De tweede verzoekende partij beroept zich ter ondersteuning van haar |
belang op haar hoedanigheid van advocaat. | belang op haar hoedanigheid van advocaat. |
B.2.2. De verzoekende partijen voeren ter ondersteuning van hun belang | B.2.2. De verzoekende partijen voeren ter ondersteuning van hun belang |
aan dat de bestreden bepaling een beroep met volle rechtsmacht instelt | aan dat de bestreden bepaling een beroep met volle rechtsmacht instelt |
bij de Raad van State, dat schorsende werking heeft. Zij wijzen erop | bij de Raad van State, dat schorsende werking heeft. Zij wijzen erop |
dat aldus een procedure wordt georganiseerd waarop het besluit van de | dat aldus een procedure wordt georganiseerd waarop het besluit van de |
Regent van 23 augustus 1948 « tot regeling van de rechtspleging voor | Regent van 23 augustus 1948 « tot regeling van de rechtspleging voor |
de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State » niet van | de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State » niet van |
toepassing is, doch wel het koninklijk besluit van 25 april 2014 « tot | toepassing is, doch wel het koninklijk besluit van 25 april 2014 « tot |
bepaling van de gemeenrechtelijke procedureregels die toepasselijk | bepaling van de gemeenrechtelijke procedureregels die toepasselijk |
zijn op de rechtsplegingen vóór de Raad van State waarin met volle | zijn op de rechtsplegingen vóór de Raad van State waarin met volle |
rechtsmacht uitspraak wordt gedaan ». Dat specifieke | rechtsmacht uitspraak wordt gedaan ». Dat specifieke |
procedurereglement wijkt volgens de verzoekende partijen op meerdere | procedurereglement wijkt volgens de verzoekende partijen op meerdere |
punten af van het Algemeen Procedurereglement, onder meer wat betreft | punten af van het Algemeen Procedurereglement, onder meer wat betreft |
de termijnen, de memories en de mogelijkheid om schadevergoeding te | de termijnen, de memories en de mogelijkheid om schadevergoeding te |
vorderen. | vorderen. |
Voorts wijzen de verzoekende partijen erop dat niet alleen de | Voorts wijzen de verzoekende partijen erop dat niet alleen de |
bestreden bepaling maar tal van andere wetskrachtige normen die | bestreden bepaling maar tal van andere wetskrachtige normen die |
uitgaan van de deelstaten, dergelijke afwijkende beroepen hebben | uitgaan van de deelstaten, dergelijke afwijkende beroepen hebben |
georganiseerd, die al dan niet schorsend zijn en waarvoor | georganiseerd, die al dan niet schorsend zijn en waarvoor |
verschillende beroepstermijnen gelden. | verschillende beroepstermijnen gelden. |
Aldus zou « een kakofonie van rechtsregels » ontstaan en zou het voor | Aldus zou « een kakofonie van rechtsregels » ontstaan en zou het voor |
advocaten en rechtzoekenden in het algemeen zeer moeilijk worden om | advocaten en rechtzoekenden in het algemeen zeer moeilijk worden om |
een overzicht te behouden van de verschillende procedures, met hun | een overzicht te behouden van de verschillende procedures, met hun |
eigen kenmerken. Daardoor zouden advocaten het risico lopen een | eigen kenmerken. Daardoor zouden advocaten het risico lopen een |
verkeerde procedure te kiezen, waardoor hun aansprakelijkheid in het | verkeerde procedure te kiezen, waardoor hun aansprakelijkheid in het |
geding zou komen. Tevens zou het mogelijk zijn dat administratieve | geding zou komen. Tevens zou het mogelijk zijn dat administratieve |
overheden de ter beschikking staande rechtsmiddelen foutief zouden | overheden de ter beschikking staande rechtsmiddelen foutief zouden |
weergeven. | weergeven. |
B.2.3. De Grondwet en de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het | B.2.3. De Grondwet en de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het |
Grondwettelijk Hof vereisen dat elke natuurlijke persoon of | Grondwettelijk Hof vereisen dat elke natuurlijke persoon of |
rechtspersoon die een beroep tot vernietiging instelt, doet blijken | rechtspersoon die een beroep tot vernietiging instelt, doet blijken |
van een belang. Van het vereiste belang doen slechts blijken de | van een belang. Van het vereiste belang doen slechts blijken de |
personen wier situatie door de bestreden norm rechtstreeks en | personen wier situatie door de bestreden norm rechtstreeks en |
ongunstig zou kunnen worden geraakt; bijgevolg is de actio popularis | ongunstig zou kunnen worden geraakt; bijgevolg is de actio popularis |
niet toelaatbaar. | niet toelaatbaar. |
B.2.4. De eerste verzoekende partij maakt niet aannemelijk in welk | B.2.4. De eerste verzoekende partij maakt niet aannemelijk in welk |
opzicht de bestreden bepaling haar zou verhinderen om haar statutaire | opzicht de bestreden bepaling haar zou verhinderen om haar statutaire |
doelstelling, die erin bestaat de wetenschappelijke studie van het | doelstelling, die erin bestaat de wetenschappelijke studie van het |
publiek recht te bevorderen, na te streven. | publiek recht te bevorderen, na te streven. |
B.2.5. In zoverre de eerste verzoekende partij volgens haar statuten | B.2.5. In zoverre de eerste verzoekende partij volgens haar statuten |
ook de belangen verdedigt van haar leden, die advocaten zijn, doet | ook de belangen verdedigt van haar leden, die advocaten zijn, doet |
zij, zoals de tweede verzoekende partij, niet blijken van het rechtens | zij, zoals de tweede verzoekende partij, niet blijken van het rechtens |
vereiste belang. | vereiste belang. |
In de eerste plaats dient het Hof, in het kader van een beroep tot | In de eerste plaats dient het Hof, in het kader van een beroep tot |
vernietiging, te oordelen of de verzoekende partijen rechtstreeks en | vernietiging, te oordelen of de verzoekende partijen rechtstreeks en |
ongunstig worden geraakt door de in dat beroep bestreden wetskrachtige | ongunstig worden geraakt door de in dat beroep bestreden wetskrachtige |
norm. In casu vloeit het beweerde nadeel niet voort uit de bestreden | norm. In casu vloeit het beweerde nadeel niet voort uit de bestreden |
bepaling op zich, maar uit een samengaan van de bestreden bepaling met | bepaling op zich, maar uit een samengaan van de bestreden bepaling met |
meerdere andere wetskrachtige normen, die niet het voorwerp uitmaken | meerdere andere wetskrachtige normen, die niet het voorwerp uitmaken |
van het voorliggende beroep tot vernietiging en die bovendien uitgaan | van het voorliggende beroep tot vernietiging en die bovendien uitgaan |
van onderscheiden wetgevers. | van onderscheiden wetgevers. |
Voorts voeren de verzoekende partijen ter ondersteuning van hun belang | Voorts voeren de verzoekende partijen ter ondersteuning van hun belang |
aan dat de verschillende procedures voor de Raad van State, die door | aan dat de verschillende procedures voor de Raad van State, die door |
de bestreden bepaling en door andere wetskrachtige normen worden | de bestreden bepaling en door andere wetskrachtige normen worden |
ingesteld, ertoe leiden dat de wetgeving die betrekking heeft op de | ingesteld, ertoe leiden dat de wetgeving die betrekking heeft op de |
rechtspleging voor de Raad van State, coherentie en overzichtelijkheid | rechtspleging voor de Raad van State, coherentie en overzichtelijkheid |
zou missen. Daardoor zouden advocaten het risico lopen een verkeerde | zou missen. Daardoor zouden advocaten het risico lopen een verkeerde |
procedure te kiezen, waardoor hun aansprakelijkheid in het geding zou | procedure te kiezen, waardoor hun aansprakelijkheid in het geding zou |
kunnen komen. | kunnen komen. |
B.2.6. Aanvoeren dat de bestreden bepaling ertoe zou bijdragen dat de | B.2.6. Aanvoeren dat de bestreden bepaling ertoe zou bijdragen dat de |
regelgeving complexer wordt, volstaat op zich niet om te doen blijken | regelgeving complexer wordt, volstaat op zich niet om te doen blijken |
van een belang, aangezien een zekere complexiteit niet uitzonderlijk | van een belang, aangezien een zekere complexiteit niet uitzonderlijk |
is in het recht. | is in het recht. |
De bestreden bepaling vermeldt uitdrukkelijk dat tegen de beslissing | De bestreden bepaling vermeldt uitdrukkelijk dat tegen de beslissing |
van de betrokken administratieve overheid een beroep kan worden | van de betrokken administratieve overheid een beroep kan worden |
ingesteld bij de Raad van State, die oordeelt met volle rechtsmacht. | ingesteld bij de Raad van State, die oordeelt met volle rechtsmacht. |
Tevens wordt de beroepstermijn vermeld en wordt aangegeven dat het | Tevens wordt de beroepstermijn vermeld en wordt aangegeven dat het |
beroep schorsende werking heeft. Aldus geeft de bepaling zelf de | beroep schorsende werking heeft. Aldus geeft de bepaling zelf de |
modaliteiten van de beroepsmogelijkheid aan. | modaliteiten van de beroepsmogelijkheid aan. |
Voorts bepaalt artikel II.21, eerste lid, van het Vlaamse | Voorts bepaalt artikel II.21, eerste lid, van het Vlaamse |
Bestuursdecreet van 7 december 2018 : | Bestuursdecreet van 7 december 2018 : |
« Bij de kennisgeving van een beslissing of een administratieve | « Bij de kennisgeving van een beslissing of een administratieve |
handeling van individuele strekking die rechtsgevolgen heeft voor een | handeling van individuele strekking die rechtsgevolgen heeft voor een |
gebruiker, wordt vermeld of beroep tegen de beslissing kan worden | gebruiker, wordt vermeld of beroep tegen de beslissing kan worden |
ingesteld, bij welke instantie en binnen welke termijn ». | ingesteld, bij welke instantie en binnen welke termijn ». |
In zoverre de verzoekende partijen ten slotte aanvoeren dat het risico | In zoverre de verzoekende partijen ten slotte aanvoeren dat het risico |
bestaat dat de overheid de beroepsmodaliteiten en termijnen foutief | bestaat dat de overheid de beroepsmodaliteiten en termijnen foutief |
zou vermelden, zou hun beweerde nadeel niet voortvloeien uit de | zou vermelden, zou hun beweerde nadeel niet voortvloeien uit de |
bestreden bepaling, maar uit de mogelijkheid dat de overheid de op | bestreden bepaling, maar uit de mogelijkheid dat de overheid de op |
haar rustende verplichtingen niet nakomt. | haar rustende verplichtingen niet nakomt. |
B.2.7. Bijgevolg doen de verzoekende partijen niet blijken van het | B.2.7. Bijgevolg doen de verzoekende partijen niet blijken van het |
rechtens vereiste belang en is het beroep tot vernietiging niet | rechtens vereiste belang en is het beroep tot vernietiging niet |
ontvankelijk. | ontvankelijk. |
Om die redenen, | Om die redenen, |
het Hof, beperkte kamer, | het Hof, beperkte kamer, |
met eenparigheid van stemmen uitspraak doende, | met eenparigheid van stemmen uitspraak doende, |
verwerpt het beroep. | verwerpt het beroep. |
Aldus gewezen in het Nederlands, het Frans en het Duits, | Aldus gewezen in het Nederlands, het Frans en het Duits, |
overeenkomstig artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op | overeenkomstig artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op |
het Grondwettelijk Hof, op 26 maart 2020. | het Grondwettelijk Hof, op 26 maart 2020. |
De griffier, | De griffier, |
P.-Y. Dutilleux | P.-Y. Dutilleux |
De voorzitter, | De voorzitter, |
A. Alen | A. Alen |