gepubliceerd op 10 oktober 1998
Ministerieel besluit tot aanduiding van de ambtenaren, belast de Minister tot wiens bevoegdheid de Energie behoort, te vertegenwoordigen, overeenkomstig sommige besluiten genomen tot uitvoering van de wet van 12 april 1965 betreffende het vervoer van gasachtige producten en andere door middel van leidingen
27 JULI 1998. - Ministerieel besluit tot aanduiding van de ambtenaren, belast de Minister tot wiens bevoegdheid de Energie behoort, te vertegenwoordigen, overeenkomstig sommige besluiten genomen tot uitvoering van de wet van 12 april 1965 betreffende het vervoer van gasachtige producten en andere door middel van leidingen
De Minister belast met Energie, Gelet op de wet van 12 april 1965 betreffende het vervoer van gasachtige producten en andere door middel van leidingen;
Gelet op het koninklijk besluit van 11 maart 1966 betreffende het toekennen van toelatingen voor gasvervoer door middel van leidingen, inzonderheid op de artikelen 2 en 3;
Gelet op het koninklijk besluit van 15 maart 1966, betreffende het toekennen van vergunningen voor gasvervoer door middel van leidingen, inzonderheid op de artikelen 2 en 3;
Gelet op het koninklijk besluit van 11 maart 1966 tot verklaring van openbaar nut voor het oprichten van gasvervoerinstallaties, inzonderheid op artikel 2;
Gelet op het koninklijk besluit van 11 maart 1966 betreffende de te nemen veiligheidsmaatregelen bij de oprichting en bij de exploitatie van installaties voor gasvervoer door middel van leidingen, inzonderheid op artikel 70;
Gelet op het koninklijk besluit van 15 maart 1966 tot wijziging van de ligging of het tracé van een gasvervoerinstallatie ter uitvoering van de wet van 12 april 1965 betreffende het vervoer van gasachtige producten en andere door middel van leidingen, inzonderheid op de artikelen 3, 8 en 11;
Gelet op het koninklijk besluit van 15 juni 1967 houdende uitbreiding van zekere bepalingen van de wet van 12 april 1965, betreffende het vervoer van gasachtige producten en andere door middel van leidingen, tot het vervoer door middel van leidingen van vloeibare koolwaterstoffen en/of vloeibaar gemaakte koolwaterstoffen, andere dan deze beoogd door artikel 1, littera a, van deze wet;
Gelet op het koninklijk besluit van 25 juli 1967 betreffende de te nemen veiligheidsmaatregelen bij de oprichting en bij de exploitatie van installaties voor het vervoer door middel van leidingen van vloeibare koolwaterstoffen en/of vloeibaar gemaakte koolwaterstoffen, andere dan deze beoogd door artikel 1, littera a, van de wet van 12 april 1965, betreffende het vervoer van gasachtige producten en andere door middel van leidingen, inzonderheid op artikel 59;
Gelet op het koninklijk besluit van 15 juni 1967 houdende uitbreiding van zekere bepalingen van de wet van 12 april 1965, betreffende het vervoer van gasachtige producten en andere door middel van leidingen, tot het vervoer door middel van leidingen van pekel, natronloog en afvalvloeistoffen;
Gelet op het koninklijk besluit van 20 februari 1968 betreffende de te nemen veiligheidsmaatregelen bij de oprichting en bij de exploitatie van installaties voor het vervoer door middel van leidingen van pekel, natronloog en afvalvloeistoffen, inzonderheid op artikel 64;
Gelet op het koninklijk besluit van 14 maart 1969 houdende uitbreiding van zekere bepalingen van de wet van 12 april 1965, betreffende het vervoer van gasachtige producten en andere door middel van leidingen, tot het vervoer door middel van leidingen van zuurstof in gasvormige toestand;
Gelet op het koninklijk besluit van 9 mei 1969 betreffende de te nemen veiligheidsmaatregelen bij de oprichting en bij de exploitatie van installaties voor het vervoer van gasvormige zuurstof door middel van leidingen, inzonderheid op artikel 68, Besluit :
Artikel 1.Zijn afgevaardigd om de Minister tot wiens bevoegdheid de Energie behoort te vertegenwoordigen, voor het volbrengen van sommige formaliteiten voorzien in de hiernavernoemde besluiten : - koninklijk besluit van 11 maart 1966 betreffende het toekennen van toelatingen voor gasvervoer door middel van leidingen, inzonderheid op de artikelen 2 en 3; - koninklijk besluit van 15 maart 1966 betreffende het toekennen van vergunningen voor gasvervoer door middel van leidingen, inzonderheid op de artikelen 2 en 3; - koninklijk besluit van 11 maart 1966 tot verklaring van openbaar nut voor het oprichten van gasvervoerinstallaties, inzonderheid op artikel 2; - koninklijk besluit van 11 maart 1966 betreffende de te nemen veiligheidsmaatregelen bij de oprichting en bij de exploitatie van installaties voor gasvervoer door middel van leidingen, inzonderheid op artikel 70; - koninklijk besluit van 15 maart 1966 tot wijziging van de ligging of het tracé van een gasvervoerinstallatie ter uitvoering van de wet van 12 april 1965 betreffende het vervoer van gasachtige producten en andere door middel van leidingen, inzonderheid op de artikelen 3, 8 en 11; - koninklijk besluit van 25 juli 1967 betreffende de te nemen veiligheidsmaatregelen bij de oprichting en bij de exploitatie van installaties voor het vervoer door middel van leidingen van vloeibare koolwaterstoffen en/of vloeibaar gemaakte koolwaterstoffen, andere dan deze beoogd door artikel 1, littera a, van de wet van 12 april 1965 betreffende het vervoer van gasachtige producten en andere door middel van leidingen, inzonderheid op artikel 59; - koninklijk besluit van 20 februari 1968 betreffende de te nemen veiligheidsmaatregelen bij de oprichting en bij de exploitatie van installaties voor het vervoer door middel van leidingen van pekel, natronloog en afvalvloeistoffen, inzonderheid op artikel 64; - koninklijk besluit van 9 mei 1969 betreffende de te nemen veiligheidsmaatregelen bij de oprichting en bij de exploitatie van installaties voor het vervoer door middel van leidingen van gasvormige zuurstof, inzonderheid op artikel 68, De heren : - Mignolet, J.C., ingenieur-directeur bij het Bestuur Energie; - Van Hauwermeiren, G., ingenieur bij het Bestuur Energie; - Minet, A., adjunct-adviseur bij het Bestuur Energie.
Art. 2.Het ministerieel besluit van 13 januari 1988 tot aanduiding van de ambtenaren, belast de Minister tot wiens bevoegdheid de Energie behoort, te vertegenwoordigen, overeenkomstig sommige besluiten genomen tot uitvoering van de wet van 12 april 1965 betreffende het vervoer van gasachtige producten en andere door middel van leidingen, gewijzigd bij ministerieel besluit van 10 september 1990, wordt opgeheven.
Brussel, 27 juli 1998.
J.-P. PONCELET