Etaamb.openjustice.be
Ministerieel Besluit van 22 oktober 2010
gepubliceerd op 19 november 2010

Ministerieel besluit houdende toekenning van een toelage tot dekking van een deel van de kosten betreffende de verwezenlijking van projecten in het kader van het Europees Integratiefonds, programmatie 2009, federale gedeelte

bron
programmatorische federale overheidsdienst maatschappelijke integratie, armoedebestrijding en sociale economie
numac
2010011428
pub.
19/11/2010
prom.
22/10/2010
ELI
eli/besluit/2010/10/22/2010011428/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

22 OKTOBER 2010. - Ministerieel besluit houdende toekenning van een toelage tot dekking van een deel van de kosten betreffende de verwezenlijking van projecten in het kader van het Europees Integratiefonds, programmatie 2009, federale gedeelte


De Staatssecretaris van Maatschappelijke Integratie en Armoedebestrijding, Gelet op de Beschikking nr. 435/2007/EG van de Raad van de Europese Unie van 25 juni 2007 tot oprichting van het Europees fonds voor de integratie (EIF) van onderdanen van derde landen voor de periode 2007-2013 in het kader van het algemeen programma « Solidariteit en beheer van de migratiestromen »;

Gelet op de Beschikking 2008/457/EG van de Europese Commissie van 5 maart 2008 tot vaststelling van regels voor de uitvoering van Beschikking nr. 2007/435/EG van de Raad tot oprichting van het Europees fonds voor de integratie van onderdanen van derde landen voor de periode 2007-2013 als onderdeel van het algemeen programma « Solidariteit en beheer van de migratiestromen » wat betreft de beheers- en controlesystemen van de lidstaten, de regels voor administratief en financieel beheer en de subsidiabiliteit van de uitgaven voor door het Fonds medegefinancierde projecten;

Gelet op de wet van 13 januari 2009 houdende de algemene uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 2009;

Gelet op de programmawet van 2 augustus 2002, Titel XII, Hoofdstuk I, inzonderheid op de artikelen 182 en 183;

Gelet op de wetten op de Rijkscomptabiliteit, gecoördineerd bij het koninklijk besluit van 17 juli 1991, inzonderheid op artikelen 55 en 58;

Gelet op het koninklijk besluit van 16 november 1994 betreffende de administratieve en begrotingscontrole;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 19 mei 2010;

Overwegende het meerjaren-programma 2007-2013, het jaarprogramma 2009, ingediend door België bij het Europees fonds voor de integratie van onderdanen van derde landen;

Overwegende de beschikking van de Europese Commissie van 25 september 2009 die, voor België, het jaarprogramma 2009 bij het Europees fonds voor de integratie van onderdanen van derde landen toestaat, evenals de gezamenlijke financiering van dit fonds voor 2009;

Overwegende dat de verschillende instanties voor het beheer, de opvolging en de controle van de programmeringen van het Europees Integratiefonds, de volgende zijn : - als verantwoordelijke instantie : - de Cel EIF van de dienst Activering ESF van de Programmatorische Overheidsdienst Maatschappelijke Integratie - als Certificeringsinstantie : - de Dienst Budget, Vertaling en Logistiek van de Programmatorische Overheidsdienst Maatschappelijke Integratie; - als Auditinstantie : - het Interfederaal Korps van de Inspectie van Financiën;

Overwegende de beslissing van het Comité van toezicht van 11 januari 2009;

Overwegende dat de Staatssecretaris van Maatschappelijke Integratie onder meer belast is met het stimuleren van initiatieven die gericht zijn op sociale inclusie, Besluit :

Artikel 1.Een globale toelage van 286.540,00 EURO, verdeeld volgens de modaliteiten bepaald als bijlage bij dit besluit, wordt toegekend aan de Openbare Centra voor Maatschappelijk Welzijn (O.C.M.W.) voor het uitvoeren van projecten om de « gemeenschappelijke basisprincipes van het integratiebeleid van de immigranten in de Europese Unie » in de praktijk te brengen.

Deze projecten ressorteren onder het federale gedeelte van het jaarprogramma 2009, ingediend door België bij het Europees fonds voor de integratie van onderdanen van derde landen.

De acties die voortvloeien uit voornoemde basisprincipes richten zich in de eerste plaats tot onderdanen van derde landen die recent zijn aangekomen en omvatten activiteiten en programma's bestemd om hen vertrouwd te maken met de ontvangende samenleving en hen te helpen om elementaire kennis te verwerven over haar taal, haar geschiedenis, haar instellingen, haar socio-economische kenmerken, haar cultureel leven en haar fundamentele normen en waarden.

Deze acties bestaan uit het « aanpassen van de trajecten van sociale activering van onderdanen van derde landen die maatschappelijke hulp of leefloon genieten, door hulpmiddelen te ontwikkelen die het hen mogelijk maken om tegemoet te komen aan de noden en de bronnen en bekwaamheden te valoriseren die specifiek zijn voor hen ». Het gaat, meer concreet, om de verhoging van het aantal basisopleidingen van de talenkennis en van de basiskennis toegankelijk voor onderdanen van derde landen die O.C.M.W.-steun genieten. Het doel is flexibele programma's en activiteiten te ontwikkelen om ervoor te zorgen dat onderdanen van derde landen tegelijkertijd kunnen werken of studeren en zo hun maatschappelijke integratie verbeteren via een betere talenkennis. Het is belangrijk om rekening te houden met de specifieke kenmerken van de doelgroep voor de organisatie en de duur van het parcours.

Art. 2.De in artikel 1 van dit ministerieel besluit voorziene toelage komt ten laste van de kredieten geopend bij de algemene uitgavenbegroting van de Programmatorische Federale Overheidsdienst Maatschappelijke Integratie, Armoedebestrijding en Sociale Economie (POD MI), voor het begrotingsjaar 2010.

De toelage wordt aangerekend op basisallocatie 44.56.51.33.00.02. Deze toelage is beperkt tot het op deze allocatie beschikbare budget.

Art. 3.Uitvoeringsmodaliteiten voor de projecten De als bijlage vermelde erkende promotor moet : 1. het (de) project(en) verwezenlijken zoals omschreven in het kandidatuurformulier dat hij heeft ingediend of vervolgens heeft gewijzigd;2. de projecten mogen enkel worden verwezenlijkt door de eindbegunstigde of samen met de partners, zoals vastgelegd in Deel I, hoofdstuk I, artikel 2, van de Beschikking 2008/457/EG van de Europese Commissie van 5 maart 2008. De eindbegunstigde wordt in laatste instantie verantwoordelijk voor de naleving van de contractuele voorwaarden door zichzelf en door alle partners van het project; 3. zich schikken naar de administratieve en financiële regels die van toepassing zijn op de federale programmering en die voortvloeien uit zowel de Europese, als de nationale reglementering, en meer bepaald, maar niet limitatief, uit de Beschikking 2007/435/EG van de Raad van de Europese Unie van 25 juni 2007 en uit de Beschikking 2008/457/EG van de Europese Commissie van 5 maart 2008 tot vaststelling van regels voor de uitvoering van voornoemde Beschikking nr.2007/435/EG van de Raad; 4. alle bewijsstukken bewaren in verband met het (de) project(en) dat (die) hij heeft verwezenlijkt.Deze stukken moeten beschikbaar zijn en op aanvraag kunnen worden voorgelegd aan de federale EIF-cel of aan gelijk welke andere gemachtigde controle-instantie binnen een termijn van 15 kalenderdagen. Deze stukken zullen minimum tot 2023 bewaard worden; 5. de standaarddocumenten gebruiken die hem worden bezorgd door de verantwoordelijke instantie;6. in elke communicatie of bekendmaking het publiek inlichten over de Europese gezamenlijke financiering om de tegemoetkoming van het EIF zichtbaar te maken en de publicatie van gegevens betreffende zijn project op de site van de POD MI aanvaarden;7. gevolg geven aan elke aanvraag om inlichtingen van de federale EIF-cel over de vordering van het project en systematisch deelnemen aan de opleidingen voorgesteld door de POD MI en aan de verschillende evaluatiefasen van de maatregel;8. de EIF-toelagen toegekend door de POD MI niet cumuleren met andere EIF- subsidies en iedere dubbele financiering uitsluiten;9. zich houden aan de vooropgestelde data voor het inleveren van de gegevens.De niet-naleving kan gevolgen hebben voor het bedrag van de uiteindelijke toegekende toelage. 10. erop toezien dat hij de partners of onderaannemers waarmee hij samenwerkt dezelfde verplichtingen oplegt dan die hijzelf heeft tegenover de verschillende voornoemde instanties en hen te verzoeken zich te richten naar de administratieve en financiële regels van toepassing op de federale programmering en die voortvloeien uit zowel de Europese als de nationale reglementering en, in meer bepaald, maar niet limitatief, uit de Beschikking 2007/435/EG van de Raad van de Europese Unie van 25 juni 2007 en uit de Beschikking 2008/457/EG van de Europese Commissie van 5 maart 2008 tot vaststelling van regels voor de uitvoering van voornoemde Beschikking nr.2007/435/EG van de Raad.

Art. 4.- Uitbetalingsmodaliteiten : De toelage wordt aan de als bijlage vermelde eindbegunstigden in schijven uitbetaald : - de betaling van een prefinanciering van 50 % van de subsidie zal uitgevoerd worden op vraag van de eindbegunstigde via : a) een opstartattest - de betaling van het saldo zal uitgevoerd worden, voor zover de verantwoordelijke instantie, uiterlijk DRIE maanden na de einddatum van de subsidiabiliteit van de als bijlage vastgelegde uitgaven de volgende documenten heeft ontvangen : a) een verklaring van de uitgaven;b) en een schuldvordering;c) en het eindverslag over de invoering van het jaarprogramma. De betaling van het saldo is afhankelijk van de aanvaarding van het eindverslag over de invoering van het jaarprogramma en van de verklaring die de geldigheid van de betalingsaanvraag van het saldo evalueert.

Het saldo wordt slechts toegekend aan de eindbegunstigde na ontvangst, door de POD MI, van de storting uitgevoerd door het Europees Integratiefonds, die overeenkomt met het projectjaar, en dit binnen de beschikbare budgettaire grenzen.

Art. 5.De gehele of gedeeltelijke niet-naleving van de bepalingen betreffende de toekenning van de toelage geeft aanleiding tot een aanvraag om gehele of gedeeltelijke terugbetaling van de toegekende toelage.

Art. 6.De begunstigde moet iedere controle op de behoorlijke besteding van deze toelage, op stukken en/of ter plaatse, aanvaarden.

Brussel, op 22 oktober 2010.

Ph. COURARD

Bijlage bij het ministerieel besluit houdende toekenning van een toelage tot dekking van een deel van de kosten betreffende de uitvoering van projecten in het kader van het Europees Integratiefonds, programmatie 2009, federale pijler.

In het kader van het jaarprogramma 2009 federale gedeelte van het Europees fonds voor de integratie van onderdanen van derde landen Au titre du programme annuel 2009 volet fédéral du Fonds européen d'intégration des ressortissants de pays tiers Einddatum voor de subsidiabiliteit van de uitgaven : 30 juni 2011 Date de fin d'éligibilité de dépenses : 30 juin 2011

Eindbegunstigde Bénéficiaire final

Bedrag van de toelage (euro) Montant de la subvention (euros) a.b.a. 56.51.33.00.02/2009

Te storten op rekeningnummer A verser sur le compte bancaire n°

O.C.M.W. Antwerpen

58.000

091-0108480-63

O.C.M.W. Brussel C.P.A.S. de Bruxelles

58.000

091-0008755-54

C.P.A.S. de Charleroi

58.000

091-0009548-71

O.C.M.W. Gent

58.000

091-0009374-91

C.P.A.S. de Liège

54.540

091-0009793-25

Totaal/Total

286.540


Gezien om te worden gevoegd bij het ministerieel besluit houdende toekenning van een toelage tot dekking van een deel van de kosten betreffende de uitvoering van projecten in het kader van het Europees Integratiefonds, programmeringen 2009, federale pijler.

De Staatssecretaris van Maatschappelijke Integratie en Armoedebestrijding, Ph. COURARD

^