gepubliceerd op 23 januari 2007
Ministerieel besluit betreffende de vakbondspremie in de overheidssector voor het referentiejaar 2006
15 JANUARI 2007. - Ministerieel besluit betreffende de vakbondspremie in de overheidssector voor het referentiejaar 2006
De Eerste Minister, Gelet op de wet van 1 september 1980 betreffende de toekenning en de uitbetaling van een vakbondspremie aan sommige personeelsleden van de overheidssector, gewijzigd bij de wetten van 2 juli 1981, 22 januari 1985, 7 november 1987, 6 juli 1989, 22 juli 1993, 25 maart 1998, 15 december 1998, 24 maart 1999 en 15 januari 2002, en de programmawetten van 27 december 2004 en 11 juli 2005;
Gelet op het koninklijk besluit van 26 september 1980 houdende uitvoering van de artikelen 1, b, en 4 van de wet van 1 september 1980 betreffende de toekenning en de uitbetaling van een vakbondspremie aan sommige personeelsleden van de overheidssector, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 13 april 1982, 25 januari 1983, 14 mei 1984, 2 mei 1985, 7 november 1987, 28 april 1989, 2 augustus 1990, 31 oktober 1990, 10 september 1991, 17 oktober 1991, 11 oktober 1996, 22 oktober 1998, 7 december 1998, 7 januari 2001, 4 december 2001, 17 december 2002, 25 maart 2003, 8 december 2004, 20 januari 2005, 20 juli 2005, 27 december 2005 en 11 december 2006;
Gelet op het koninklijk besluit van 30 september 1980 betreffende de toekenning en de uitbetaling van een vakbondspremie aan sommige personeelsleden van de overheidssector, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 13 april 1982, 27 juli 1983, 14 mei 1984, 2 mei 1985, 7 november 1987, 28 april 1989, 31 oktober 1990, 17 oktober 1991, 11 oktober 1996, 22 oktober 1998, 7 januari 2001, 4 december 2001, 17 december 2002, 8 december 2004, 27 december 2004, 20 januari 2005 20 juli 2005, 27 december 2005, 23 november 2006 en 11 december 2006;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 15 december 2006;
Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting, gegeven op 21 december 2006;
Gelet op de wetten van de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen door de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid;
Overwegende de beslissing om in 2007 de vakbondspremie voor het referentiejaar 2006 uit te betalen en dat het daarom vereist is zonder uitstel alle nodige administratieve schikkingen te treffen voor de betaling van deze premies en de administratieve overheden daarvan onverwijld op de hoogte te brengen opdat zij tijdig zouden kunnen overgaan tot de voorbereiding van de uitreiking van de aanvraagformulieren;
Overwegende dat de uitreiking van de aanvraagformulieren voor het referentiejaar 2006 dient te gebeuren tussen 1 januari 2007 en 31 maart 2007;
Overwegende dat het aangewezen is dat de personeelsdiensten die de aanvraagformulieren voor het referentiejaar 2005 niet hebben uitgereikt vóór 31 maart 2006, deze alsnog kunnen uitreiken tussen 1 januari 2007 en 31 maart 2007;
Overwegende dat de respectieve uitbetalingsinstellingen uiterlijk op 28 februari 2007 dienen te beschikken over de eerste schijf ten belope van 50 % van de afrekening die werd ingediend in het jaar voorafgaand aan de betaling, Besluit :
Artikel 1.In afwijking van artikel 12, § 1, eerste lid, van het koninklijk besluit van 30 september 1980 betreffende de toekenning en de uitbetaling van een vakbondspremie aan sommige personeelsleden van de overheidssector, dienen de besturen, instellingen en diensten welke tot nu toe de beide aanvraagformulieren tot het bekomen van een vakbondspremie met betrekking tot het referentiejaar 2005 niet hebben uitgereikt, hiertoe over te gaan na 1 januari 2007 en uiterlijk op 31 maart 2007.
De vakbondspremies betreffende het referentiejaar 2005 die nog niet werden uitbetaald omdat de aanvraagformulieren niet of laattijdig werden uitgereikt, moeten worden vereffend volgens de modaliteiten en binnen de termijnen welke voorzien zijn voor de uitbetaling van de vakbondspremie voor het referentiejaar 2006.
Art. 2.Wat het referentiejaar 2006 betreft, wordt de regeling voor de vereffening van de sommen welke aan de uitbetalingsinstellingen van de vakorganisaties worden overgemaakt om tot de uitbetaling van de premie over te gaan, overeenkomstig moeten artikel 16, § 1, van hetzelfde besluit, als volgt vastgesteld : 1° De sommen bedoeld in artikel 16, § 1, 1°, worden door de Federale Overheidsdienst Kanselarij van de Eerste Minister overgemaakt aan de uitbetalingsinstellingen.2° De bedragen bedoeld in artikel 16, § 1, 2° en 3°, worden aan de uitbetalingsinstellingen overgemaakt door de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid van de Provinciale en Plaatselijke Overheidsdiensten ten belope van het bedrag van de door de Rijksdienst geïnde bijdragen bedoeld in artikel 4, 2°, van de wet van 1 september 1980 betreffende de toekenning en de uitbetaling van een vakbondspremie aan sommige personeelsleden van de overheidssector.Het saldo wordt desgevallend aan de uitbetalingsinstellingen overgemaakt door de Federale Overheidsdienst Kanselarij van de Eerste Minister.
Art. 3.De in het artikel 18, § 3, van hetzelfde besluit bedoelde gegevens zijn : - naam, voornamen, geboortedatum en adres van het vakbondslid aan wie de premie wordt uitbetaald; - het nummer van het afgifteformulier.
Art. 4.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.
Brussel, 15 januari 2007.
G. VERHOFSTADT