gepubliceerd op 29 augustus 1997
Ministerieel besluit tot uitvoering van het koninklijk besluit van 4 augustus 1997 tot vaststelling van de personeelsformatie van de Centrale Dienst voor sociale en culturele actie ten behoeve van de leden van de militaire gemeenschap
12 AUGUSTUS 1997. Ministerieel besluit tot uitvoering van het koninklijk besluit van 4 augustus 1997 tot vaststelling van de personeelsformatie van de Centrale Dienst voor sociale en culturele actie ten behoeve van de leden van de militaire gemeenschap
De Minister van Landsverdediging, Gelet op het koninklijk besluit van 4 augustus 1997 tot vaststelling van de personeelsformatie van de Centrale Dienst voor sociale en culturele actie ten behoeve van de leden van de militaire gemeenschap;
Gelet op het advies van het Beheerscomité van de Centrale Dienst voor sociale en culturele actie ten behoeve van de leden van de militaire gemeenschap;
Gelet op het gemotiveerd advies van 3 maart 1997 uitgebracht door het Hoog Overlegcomité overeenstemmend met het Sectorcomité XIV voor het Ministerie van Landsverdediging;
Gelet op de adviezen van de Regeringscommissaris gegeven op 27 maart 1996 en op 10 maart 1997;
Gelet op het akkoord van Onze Minister van Begroting gegeven op 30 juni 1997, Gelet op het akkoord van Onze Minister van Ambtenarenzaken gegeven op 30 juni 1997, Besluit :
Artikel 1.De betrekkingen opgenomen in het koninklijk besluit van 4 augustus 1997 tot vaststelling van de personeelsformatie van de Centrale dienst voor sociale en culturele actie ten behoeve van de leden van de militaire gemeenschap worden onderverdeeld als volgt : A. Administratief personeel.
Niveau 1 De betrekking van ingenieur-directeur kan bezoldigd worden in weddeschaal 13 E; 2 van de 7 betrekkingen van adviseur worden bezoldigd in de weddeschaal 13 B; 1 van de 2 betrekkingen van ingenieur wordt bezoldigd in de weddeschaal 10 E; 1 van de 2 betrekkingen van ingenieur kan bezoldigd worden in de weddeschaal 10 F; 6 van de 16 betrekkingen van adjunct-adviseur worden bezoldigd in de weddeschaal 10 C;
De betrekking van industrieel ingenieur kan bezoldigd worden in de weddeschaal 10 C. Niveau 2+ De betrekking van programmeringsanalist kan bezoldigd worden in de weddeschaal 28 L;
De betrekking van eerstaanwezend directiesecretaris kan bezoldigd worden in de weddeschaal 28 B; 1 van de 2 betrekkingen van eerstaanwezend vertaler kan bezoldigd worden in de weddeschaal 28 I;
De betrekking van eerstaanwezend maatschappelijk assistent kan bezoldigd worden in de weddeschaal 28 F; 1 van de 5 betrekkingen van eerstaanwezend boekhouder wordt bezoldigd in de weddeschaal 28 D. Niveau 2 4 van de 17 betrekkingen van bestuurschef worden bezoldigd in de weddeschaal 22 B. Niveau 3 4 van de 51 betrekkingen van klerk worden bezoldigd in de weddeschaal 30 I; 13 van de 51 betrekkingen van klerk worden bezoldigd in de weddeschaal 30 H; 10 van de 51 betrekkingen van klerk worden bezoldigd in de weddeschaal 30 F. Niveau 4 1 van de 17 betrekkingen van beambte wordt bezoldigd in de weddeschaal 42 E; 4 van de 17 betrekkingen van beambte worden bezoldigd in de weddeschaal 42 D; 5 van de 17 betrekkingen van beambte worden bezoldigd in de weddeschaal 42 C. B. Technisch personeel.
De betrekking van hoofdtechnicus kan bezoldigd worden in weddeschaal 22 B. C. Meesters-, vak- en dienstpersoneel.
Niveau 3 1 van de 4 betrekkingen van vakman wordt bezoldigd in de weddeschaal 30 J; 1 van de 4 betrekkingen van vakman wordt bezoldigd in de weddeschaal 30 G. Niveau 4 5 van de 11 betrekkingen van geschoold arbeider worden bezoldigd in de weddeschaal 42 E.
Art. 2.In voorkomend geval beletten de ambtenaren die, met toepassing van de verordeningsbepalingen houdende het statuut van het personeel, in overtal zijn opgenomen in de betrekkingen van een weddeschaal, elke bevordering door verhoging in weddeschaal die afhankelijk is van het vacant zijn van een betrekking, zolang de overtallige personeelsbezetting blijft bestaan in vergelijking met het aantal in artikel 1 vastgestelde betrekkingen.
Art. 3.Het ministerieel besluit tot uitvoering van het koninklijk besluit van 8 juni 1995 tot vaststelling van de personeelsformatie van de Centrale dienst voor sociale en culturele actie ten behoeve van de leden van de militaire gemeenschap wordt opgeheven.
Art. 4.Dit besluit treedt in werking op dezelfde dag als het koninklijk besluit van 4 augustus 1997 tot vaststelling van de personeelsformatie van de Centrale Dienst voor sociale en culturele actie ten behoeve van de leden van de militaire gemeenschap.
Brussel, 12 augustus 1997.
J.-P. PONCELET