Etaamb.openjustice.be
Ministerieel Besluit van 11 december 2007
gepubliceerd op 30 mei 2008

Ministerieel besluit tot goedkeuring van de modellen van het huishoudelijk reglement tot regeling van de werking van de raad van bestuur, van het comité voor de toewijzing van woningen en van het directiecomité van de openbare huisvestingsmaatschappijen

bron
ministerie van het waalse gewest
numac
2008027072
pub.
30/05/2008
prom.
11/12/2007
ELI
eli/besluit/2007/12/11/2008027072/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

11 DECEMBER 2007. - Ministerieel besluit tot goedkeuring van de modellen van het huishoudelijk reglement tot regeling van de werking van de raad van bestuur, van het comité voor de toewijzing van woningen en van het directiecomité van de openbare huisvestingsmaatschappijen


De Minister van Huisvesting, Vervoer en Ruimtelijke Ontwikkeling, Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 25 januari 2007 tot bepaling van de werkingsmodaliteiten van de beheersorganen van de openbare huisvestingsmaatschappijen, inzonderheid op artikel 2;

Op de voordracht van de « Société wallonne du Logement » van 15 oktober 2007, Besluit :

Artikel 1.Het model van huishoudelijk reglement tot regeling van de werking van de raad van bestuur van de openbare huisvestingsmaatschappijen en zijn bijlage, volledig in bijlage 1 weergegeven, worden goedgekeurd.

Art. 2.Het model van huishoudelijk reglement tot regeling van de werking van het directiecomité van de woningen en/of van het directiecomité van de openbare huisvestingsmaatschappijen, volledig in bijlage 2 weergegeven, wordt goedgekeurd.

Namen, 11 december 2007.

A. ANTOINE

Bijlage 1 Model van huishoudelijk reglement tot regeling van de werking van de raad van bestuur van een openbare huisvestingsmaatschappij Dit huishoudelijk reglement stemt overeen met de voorschriften van de statuten van de maatschappij en leeft de bepalingen van de Waalse Huisvestingscode en van zijn uitvoeringsbesluiten na (1).

Alle met deze statuten en met de wettelijke bepalingen strijdige bepalingen worden nietig en van gener waarde verklaard.

I. De raad van bestuur. 1. Samenstelling. Artikel 1.

De raad van bestuur bestaat uit ........... leden.

De raad van bestuur wijst een voorzitter en ............ ondervoorzitter(s) uit zijn midden aan. 2. Bijeenroeping.

Artikel 2.Modaliteiten.

De raad van bestuur vergadert zo vaak als het belang van de maatschappij het vergt, en minstens 10 keer per jaar, na bijeenroeping door zijn voorzitter (of ondervoorzitter), of van de voorzitter en van de directeur-zaakvoerder.

De raad van bestuur vergadert ook wanneer minstens een derde van zijn leden erom verzoekt.

De oproepingen worden overgemaakt via gewone brieven, fax, mail of elke andere schriftelijke of informaticadrager die geldt als echtverklaring van wettelijk beveiligde elektronische handtekening. Ze gaan vergezeld van de agenda samen met de verslagen of de informatienota's betreffende de voorgestelde punten alsmede van het proces-verbaal van de vorige vergadering.

Het geheel van de documenten wordt minstens 8 volle dagen vóór de vergadering gezonden.

De vergaderingen vinden plaats op de maatschappelijke zetel van de « Société » of op elke andere in de oproepingen vermelde plaats.

De oproeping van de raad van bestuur wordt gezonden aan alle bestuurders die met naam en toenaam genoemd zijn, alsmede aan de commissaris van de « Société wallonne du Logement » (Waalse Huisvestingsmaatschappij).

De raad van bestuur kan de deelneming van derden aan de vergaderingen van de raad van bestuur toelaten om de leden van de raad van bestuur te informeren of hun raad te geven.

Deze derden die de hoedanigheid van bestuurder niet hebben, hebben geen recht op een presentiegeld en mogen niet stemmen.

Artikel 3.Agenda.

De agenda wordt bepaald door : 1. de voorzitter van de raad van bestuur op voorstel van de directeur-zaakvoerder (indien geen directiecomité opgericht is).2. het directiecomité of het uitvoerend bureau (naar keuze) op de voordracht van de directeur-zaakvoerder. Bij elk punt worden een verslag of een informatienota gevoegd.

Het punt « varia » mag slechts punten betreffende minder belangrijke kwesties omvatten.

De directeur-zaakvoerder wordt gemachtigd om de agenda te wijzigen of om een punt toe te voegen als dit vergeten is of als het de dringende noodzakelijkheid vereist, en zelfs ter tafel gelegd om het voorwerp uit te maken van een beraadslaging.

Elke bestuurder kan een punt in de agenda toevoegen voor zover het dringend is en mits de toestemming van de meeste leden van de raad van bestuur.

Dat punt moet binnen een termijn van 8 kalenderdagen overgemaakt worden aan de leden van de raad van bestuur. 3. Voorzitterschap, vice-voorzitterschap en secretariaat van de vergaderingen. Artikel 4.

De voorzitter van de raad van bestuur zit de debatten voor. Bij ontstentenis of verhindering van de voorzitter wordt de vergadering door de ondervoorzitter voorgezeten. Als verschillende ondervoorzitters binnen de raad van bestuur worden aangewezen wordt een orde van voorrang tussen de ondervoorzitters vastgesteld.

Bij ontstentenis of verhindering van de ondervoorzitter(s) wordt de vergadering voorgezeten door de oudste bestuurder of door de bestuurder die door de raad van bestuur (variant naar keuze) aangewezen zal zijn.

Het secretariaat van de vergaderingen wordt waargenomen door de directeur-zaakvoerder of elke andere derde die deze laatste zal hebben aangewezen om hem te vervangen.

Artikel 5.Bevoegdheden de voorzitter van de vergadering.

De voorzitter of zijn vervanger is ermee belast de vergaderingen te openen, te schorsen en voor geëindigd te verklaren.

De voorzitter moet de vergaderingen openen uiterlijk één kwartier na het in de oproeping bepaalde uur. Als na een kwartier wachttijd het aantal leden onvoldoende is om te beraadslagen, wordt de zitting uitgesteld en wordt van deze toestand gewag gemaakt in het proces-verbaal.

Wanneer de voorzitter, na de vergadering te hebben geopen, vaststelt dat de meerderheid van de bestuurders niet aanwezig is of dat de meerderheidsvertegenwoordiging van de vertegenwoordigers van de plaatselijke besturen niet gewaarborgd wordt, sluit hij deze vergadering onmiddelijk.

Het is ook het geval als deze vaststelling wordt gemaakt ten gevolge van het vertrek van bestuurders tijdens de vergardering, met inachtneming van de bepalingen bedoeld in artikel 12, § 3, van de ethische en deontologische code.

Wanneer de voorzitter een vergadering van de raad van bestuur heeft gesloten : a. kan niet meer op geldige wijze beraadslaagd worden;b. kan de zitting niet meer geopend worden.

Artikel 6.Handhaving van de orde in de vergaderingen van de raad van bestuur.

De voorzitter is verantwoordelijk voor de handhaving van de orde in de vergaderingen van de raad van bestuur.

De voorzitter komt op volgende wijze tussenbeide : - op preventieve wijze geeft hij het woord, trekt hij het woord in van de bestuurder die van het onderwerp afdwaalt en legt hij de agendapunten die het eisen, ter stemming voor; - op repressieve wijze trekt hij het woord in van de bestuurder die de rust van de vergadering stoort, roept hij hem tot de orde, schorst hij de vergadering of beëindigt hij ze.

Meer bepaald wat betreft zijn preventieve tussenkomst, legt de voorzitter elk agendapunt uit of verzoekt hij om het uit te leggen. - Hij geeft het woord aan de bestuurders die erom verzoeken met dien verstande dat hij het woord geeft volgens de orde van de aanvragen. - Hij sluit de bespreking. - Hij bepaalt het doel van de stemming en hij gaat tot deze stemming over. 4. Debatten en beraadslagingen. De agendapunten worden in de door de voorzitter gegeven orde besproken, tenzij hij daar anders over beslist.

Artikel 7.Aanwezigheidsquorum.

De raad vergadert slechts rechtsgeldig als : ? ten minste de helft van zijn leden aanwezig is of vertegenwoordigd wordt; ? de meerderheidsvertegenwoordiging van de vertegenwoordigers van de plaatselijke besturen waargenomen wordt.

Als het aantal aanwezige leden van de raad bij een eerste vergadering evenwel onvoldoende is, kan een nieuwe vergadering met dezelfde agenda bijeengeroepen worden; ze zal rechtsgeldig beraadslagen ongeacht het aantal aanwezige of vertegenwoordigde bestuurders maar altijd met inachtneming van de meerderheidsvertegenwoordiging van de plaatselijke besturen.

Deze tweede bijeenroeping moet de termijn van 8 volle dagen naleven.

Artikel 8.Lijst der aanwezigen.

De aanwezige bestuurders (met inbegrip van de voorzitter en de ondervoorzitter(s)) tekenen een lijst der aanwezigen vóór de opening van de debatten.

Artikel 9.Stemming.

De beslissingen worden genomen bij meerderheid van stemmen van de aanwezige of vertegenwoordigde leden, afgezien van de onthoudingen.

Bij staking van stemmen is de stem van de voorzitter of van het lid dat de vergadering voorzit, doorslaggevend/wordt dubbel aangerekend.

Elke bestuurder beschikt slechts over een stem binnen de raad ongeacht het aantal aandelen waarvoor hij beschikt of die hij vertegenwoordigt.

De commissaris van de « Société wallonne du Logement » is niet stemgerechtigd.

Artikel 10.Open of geheime stemming.

De beslissingen betreffende een natuurlijke of rechtspersoon worden bij geheime stemming genomen, met name wat betreft de beslissingen betreffende de kandidaatstelling, de benoemingen, de preventieve schorsingen, de tuchtrechtelijke straffen of als de maatschappij een opzeggingstermijn moet betekenen.

De geheime stemming wordt gewaarborgd door het gebruik van stembiljetten die zodanig worden opgemaakt dat de bestuurders, behalve als ze beslist hebben zich te onthouden, alleen één of meer cirkels kunnen zwart maken tegenover een naam of één of meerdere aantekeningen.

De onthouding geschiedt door het indienen van een blanco biljet.

Vóór de stemopnemingsverrichtingen worden de ingediende stembiljetten door de voorzitter en twee stemopnemers (die bij de opening van de vergaderingen worden aangewezen) geteld.

Als het aantal niet overeenstemt met het aantal aanwezige stemgerechtigde bestuurders worden de biljetten nietig verklaard en worden de leden erom verzocht om opnieuw te stemmen.

Het biljet waarop een doorhaling of een vermelding verschijnt of waardoor het lid dat het heeft ingediend, kan worden geïdentificeerd, wordt beschouwd als nietig.

Na elke geheime stemming wordt het resultaat ervan door de voorzitter bekendgemaakt.

Artikel 11.Volmacht.

Een bestuurder kan via gewone brieven, fax, mail of elke andere schriftelijke of informaticadrager die een echtverklaring van wettelijk beveiligde elektronische handtekening genieten, een andere bestuurder machtigen om hem op de vergadering te vervangen en in zijn plaats te stemmen. Een bestuurder mag evenwel alleen één ander lid van de raad vertegenwoordigen.

Artikel 12.Belangenconflicten.

Overeenkomstig de artikelen 21 tot 26 van de Ethische en deontologische code en artikel 149 van de Waalse Huisvestingscode is het elke bestuurder verboden : 3° aanwezig te zijn op beraadslagingen over aangelegenheden waarbij hijzelf of zijn bloed- en aanverwanten tot en met de vierde graad een persoonlijk of rechtstreeks belang hebben;4° rechtstreeks of onrechtstreeks deel te nemen aan de gunning van opdrachten met de maatschappij.

Artikel 13.Beslissing van de raad van bestuur.

Elke beslissing moet met redenen omkleed zijn. Ze moet de vereiste of door de « S.W.L. » gekregen vergunning en/of de door deze laatste te krijgen goedkeuring of haar visum inzake begroting uitdrukkelijk vermelden en dit overeenkomstig de bepalingen van de « C.W.L. » 5. Proces-verbaal en register van de beraadslagingen.

Artikel 14.Het proces-verbaal.

De beraadslagingen van de raad van bestuur worden opgenomen in het proces-verbaal van de vergadering van de raad van bestuur, waarbij de presentielijst wordt gevoegd.

Het proces-verbaal wordt door de secretaris opgemaakt.

Het proces-verbaal strekt er geenszins toe de besprekingen uitvoeirig of analytisch te verslaan.

Het vermeldt duidelijk alle beslissingen alsmede het resultaat van de stemming.

Een bestuurder kan zijn negatieve stem of zijn onthouding rechtvaardigen en erom verzoeken dat het wordt vermeld in het proces-verbaal.

Vóór de beraadslagingen van de raad van bestuur wordt akte genomen van het feit dat er bij geen enkele bestuurder een belangenconflict bestaat (2).

Artikel 15.Register van de beraadslagingen.

Het proces-verbaal van elke vergadering wordt opgenomen of per chronologische orde ingevoegd in een register waarvan elke bladzijde genummerd en geparafeerd wordt.

Dit register moet altijd ter beschikking zijn van de bestuurders alsmede van de afgevaardigden van de « Société wallonne du Logement ». 6. Goedkeuring van de processen-verbaal. Artikel 16.

Het proces-verbaal van de vorige zitting wordt bij de opening van de zitting onderworpen aan de goedkeuring van de raad van bestuur.

Elke bestuurder heeft het recht om zijn opmerkingen mede te delen over de opmaking van het proces-verbaal van de vorige zitting. Als deze opmerkingen aangenomen worden, moet de directeur-zaakvoerder staande de vergadering of uiterlijk op de volgende vergadering een nieuwe tekst voorstellen, die met de beslissing van de raad van bestuur overeenstemt.

Het bij de volgende vergadering goedgekeurde proces-verbaal wordt door de voorzitter en de directeur-zaakvoerder ondertekend. 7. Bezoldiging - presentiegeld (3).

Artikel 17.Presentiegeld (4).

Een presentiegeld kan slechts door een algemene vergadering toegekend of gewijzigd worden, met inachtneming van de bepalingen van de Waalse Regering bedoelde.

Geen ander voordeel in natura mag toegekend worden ter aanvulling van het presentiegeld, behalve de verzekeringen aangegaan door de maatschappij om de risico's te dekken in verband met de functies van de begunstigde van het presentiegeld (verzekering burgerlijke aansprakelijkheid, rechterlijke hulp en verzekering alle risico's).

Overeenkomstig de beslissing genomen door de algemene vergadering op ................., wordt het presentiegeld bepaald op ........ euro (........ euro).

Artikel 18.Bezoldiging (5).

De bezoldiging die met inachtneming van de bepalingen van de Waalse Regering aan de voorzitter en aan één ondervoorzitter (6) gestort is, moet redelijk zijn en rekening houden met de financiële toestand van de maatschappij en met het algemeen belang.

Geen ander voordeel in natura mag toegekend worden ter aanvulling van de bezoldiging, behalve de verzekeringen aangegaan door de maatschappij om de risico's te dekken in verband met de functies van de begunstigde van het presentiegeld (verzekering burgerlijke aansprakelijkheid, rechterlijke hulp en verzekering alle risico's).

Overeenkomstig de beslissing genomen door de algemene vergadering op ................., wordt de aan de voorzitter van de raad van bestuur toegekende bezoldiging bepaald op ........ euro (........ euro) en wordt de aan de ondervoorzitter (7) van de raad van bestuur toegekende bezoldiging bepaald op ........ euro (........ euro), namelijk de helft van het bedrag van de voorzitter.

Als een bestuurder de voorzitter of de ondervoorzitter gedurende één maand vervangt, geniet hij het aan de persoon die hij vervangt toegekende bedrag (8).

Vanaf de tweede maand afwezigheid van de voorzitter of de ondervoorzitter ontvangt de betrokkene geen bezoldiging meer (9). 8. Rechten en plichten van de bestuurders. Artikel 19.

Elke bestuurder beschikt persoonlijk over bepaalde rechten, namelijk het recht op informatie, het recht van opsporing en het recht om zijn meningsverschil te uiten, zoals bedoeld in de ethische en deontologische code.

Deze rechten zijn gebonden aan de functie van bestuurder en mogen dan ook niet gebruikt worden voor persoonlijke doeleinden.

Artikel 20.Recht op informatie.

De bestuurder is verplicht om informatie te vragen als hij van mening is dat de gegevens die hij bij de vergadering bezit, onvoldoende zijn.

Bij ontstentenis kan hij aansprakelijk gesteld worden omdat hij tot de aanneming van een beschikking bijgedragen heeft, zonder daarvoor elke nodige informatie in zijn bezit te hebben.

Artikel 21.Recht van opsporing.

Naast het recht op informatie kan de bestuurder als hij niet beschikt over de nodige informatie, onderzoeken instellen om deze informatie in te winnen.

Dit recht moet evenwel zonder dralen en gericht worden gebruikt met inachtneming van de bepalingen van de ethische en deontologische code.

Dit recht mag het beheer van de maatschappij immers niet nutteloos belemmeren. Alvorens contact op te nemen met directeur-zaakvoerder en/of de voorzitter moet de bestuurder zich dan ook tot de de raad van bestuur wenden.

Artikel 22.Recht om zijn meningsverschil te uiten.

De bestuurder die gekant is tegen de de door de raad van bestuur genomen beslissing kan daar gewag van laten maken in het proces-verbaal. Dat is met name het geval wanneer hij van mening is dat de aangenomen beslissing strijdig is met de bepalingen van het Wetboek van vennootschappen, de Waalse Huisvestingscode, de statuten of de ethische en deontologische code.

Met deze vermelding in het proces-verbaal kan hij in voorkomend geval ontslagen worden van zijn verantwoordelijkheid.

Hij is evenwel gehouden tot de plicht van geheimhouding.

Artikel 23.Plichten van de bestuurders.

Elke bestuurder heeft de volgende plichten : - de wetten, decreten en verordeningen (Waalse Huisvestingscode, Wetboek van vennootschappen, statuten, omzendbrieven, beginselen van goed bestuur...) naleven of te laten naleven; daartoe ondertekent hij een ethische en deontologische code om akte te nemen van zijn verbintennissen en verplichtingen bepaald door deze code; - de door de « S.W.L. » of haar tussenpersoon georganiseerde opleidings- en informatievergaderingen regelmatig volgen ter verzekering van een onafgebroken vorming met het oog op de wettelijke, decretale en reglementaire beschikkingen alsmede de theoretische en praktische aspecten van de geleerde aangelegenheden; - de vergaderingen van de raad van bestuur regelmatig bijwonen en eraan deelnemen; - zich ervan vergewissen dat de raad van bestuur regelmatig vergadert en dat hij voldoende informatie en tegelegener tijd heeft om rechtsgeldig te beraadslagen; - zich vergewissen van de goede uitvoering van de beslissingen van de raad van bestuur; - elke onwettelijke handeling van de raad van bestuur onmiddellijk mededelen aan de « Société wallonne du Logement »; - zijn bezwaar duidelijk uitdrukken tegen een voorstel van beslissing van de raad van bestuur dat strijdig zou zijn met de wetten, decreten en verordeningen en eisen dat zijn mening vermeld staat in het proces-verbaal van de raad van bestuur; - minstens één keer per jaar (alleen voor de vertegenwoordigers van de publiekrechtelijke rechtspersonen) een verslag uitbrengen over de staat van de activiteiten van de maatschappij aan zijn lastgever; - erop toezien niet aanwezig te zijn op de beraadslaging betreffende voorwerpen waarbij hijzelf of zijn bloed- en aanverwanten tot en met de vierde graad een persoonlijk of rechtstreeks belang hebben; - erop toezien al dan niet rechtstreeks niet deel te nemen aan opdrachten gesloten met de maatschappij; - de nodige terughoudendheid naleven. 9. Beoordeling van alle beheersorganen. Artikel 24 (10).

Jaarlijks beoordeelt de raad van bestuur zijn eigen werking zoals die van de andere beheersorganen.

De beoordeling heeft met name betrekking op de deelneming van de leden aan de zittingen van de organen over de doelmatigheid van het geleverde werk, over het beheer van de belangenconflicten en over de terbeschikkingstelling van de werkdocumenten.

Om over te gaan tot de beoordeling van de werking zal de beoordelingsrooster die door de « Société wallonne du Logement » bepaald is en die door de Minister van Huisvesting goedgekeurd is, worden gebruikt. 10. Openstaand mandaat van bestuurder.

Artikel 25.Princiep (11).

Wanneer één of meer bestuurders, ongeacht de reden, vóór het normale verstrijken van hun mandaat (overlijden, ontslag, mandaatintrekking,...) hun werkzaamheden beëindigen) - gebeurtenissen waarvan de « Société wallonne du Logement » onmiddellijk op de hoogte moet worden gebracht -, mogen de overige bestuurders, verenigd in de raad van bestuur, hen voorlopig vervangen (12).

Wanneer het in de statuten bedoelde aantal bestuurders met meer dan de helft verminderd is, geldt het principe van coöptatie wegens dringende noodzakelijkheid (ter herinnering, de helft van de bestuurders moet aanwezig zijn om rechtsgeldig te beraadslagen).

Wanneer een bestuurder voorlopig wordt aangewezen, zet hij het mandaat van de bestuurder die hij vervangt, tot het einde ervan voort.

Als de nieuwe bestuurder een vertegenwoordiger van het plaatselijk bestuur vervangt, moet deze laatste dezelfde aanwijzingsvoorwaarden vervullen en een lidmaatschap- of lijstverbindingsverklaring leveren.

Artikel 26.Weigering tot overweging van een kandidatuur.

Als een kandidaat niet voorlopig wordt aangewezen door de raad van bestuur hetzij omdat een meerderheid van stemmen niet gehaald wordt, hetzij bij gebrek aan beraadslaging (bij voorbeeld wanneer minstens de helft van de bestuurders bereikt is en wanneer het dan ook niet noodzakelijk is een bestuurder voorlopig aan te wijzen) moet de voorgestelde kandidatuur op de agenda staan van de eerstvolgende algemene vergadering van de vennoten.

Artikel 27.Voorlopige aanwijzing.

De installatie door de raad van bestuur is altijd voorlopig.

De nieuwe bestuurder is verplicht de ethische en deontologische code te ondertekenen.

Bij haar eerstvolgende zitting gaat de algemene vergadering over tot de definitieve benoeming van de door de raad van bestuur voorlopig aangewezen bestuurders.

Als de algemene vergadering beslist een door een plaatselijk bestuur voorgedragen kandidaat niet te benoemen, moet het betrokken plaatselijke bestuur daarvan op de hoogte worden gebracht en wordt het erom verzocht een nieuwe kandidaat voor te dragen. Als de voorlopige aanwijzing niet door de meest toekomstige algemene vergadering wordt goedgekeurd, verliest de aangewezen vervanger automatisch zijn hoedanigheid van bestuurder.

De nieuwe bestuurder wordt benoemd voor de duur van het nog te lopen mandaat.

Artikel 28.Mededeling aan de « Société wallonne du Logement ».

De maatschappijen worden erom verzocht de volledige personalia (naam, voornaam, beroep en adres) van elke nieuwe bestuurder in het proces-verbaal van de algemene vergadering te vermelden en de daartoe bedoelde gegevensfiche terug te sturen aan de « Société wallonne du Logement » (omzendbrief G2001/18).

Met deze gegevens kan de « Société wallonne du Logement » de lijst van de raad van bestuur van elke maatschappij bijhouden.

De nieuwe bestuurder wordt benoemd voor de duur van het nog te lopen mandaat. 11. Herverkiezing. Artikel 29.

De bestuurders zijn herkiesbaar aan het einde van hun mandaat. De vertegenwoordiger van een plaatselijk bestuur is herkiesbaar als hij zijn mandaat niet heeft beëindigd om één van de redenen bedoeld in artikel 22 van de statuten tenzij in een termijn is voorzien in de oorspronkelijke beraadslaging. In dit geval kan deze vertegenwoordiger aan het einde van het mandaat waarvoor hij was aangewezen, slechts herverkozen worden op grond van een nieuw voorstel door het plaatselijke bestuur. 12. Bekendmaking van de benoeming en beëindiging van functie (13). Artikel 30.

Binnen acht dagen na de benoeming of de beëindiging van functie van de bestuurder zorgt de maatschappij er via de directeur-zaakvoerder voor een uittreksel van de akte tot vaststelling van zijn machten of de beëindiging van zijn functies en met zijn handtekening te laten indienen bij de griffier van de handelsrechtbank. 13. Het dagelijkse beheer.

Artikel 31.Begripsomschrijving.

Het gaat om « handelingen of verrichtingen die de behoeften van het dagelijks leven van de maatschappij of de behoeften die minder belangrijk zijn of die snel opgelost moeten worden zodat ze het optreden van het beheersorgaan niet rechtvaardigen, niet overschrijden ».

Artikel 32.Uitoefening van het dagelijkse beheer.

De raad van bestuur die eenstemmig en overeenkomstig artikel 25 van de statuten beslist, draagt het dagelijkse beheer van de maatschappij aan de directeur-zaakvoerder op.

De raad van bestuur stelt het model van de dagelijkse opdrachten vast, die hij aan de directeur-zaakvoerder opdraagt (14). 14. Delegatie van handtekening wat betreft de uitgaven. De raad van bestuur die eenstemmig en overeenkomstig artikel 6 van het besluit van de Waalse Regering van 25 januari 2007 (15) beslist, bepaalt de beperkingen van de delegaties van handtekening inzake uitgaven.

Deze delegaties worden vermeld in een bij dit reglement gevoegde document.

II. Inwerkingtreding Dit huishoudelijk reglement treedt in werking zodra het door de raad van bestuur wordt goedgekeurd.

De voorzitter, De ondervoorzitter(s), De bestuurders, De commissaris van de « S.W.L. », De directeur-zaakvoerder,

Bijlage bij het model van huishoudelijk reglement tot regeling van de werking van de raad van bestuur van een openbare huisvestingsmaatschappij Dagelijkse opdrachten aan de directeur-zaakvoerder.

Delegaties van handtekening wat betreft de financiële verplichting. 1. Het dagelijkse beheer. De raad van bestuur die eenstemmig en overeenkomstig artikel 25 van de statuten beslist, draagt het dagelijkse beheer van de maatschappij aan de directeur-zaakvoerder over en geeft hem onder andere de volgende machten (16) : ? de gewone briefwisseling ondertekenen, namelijk elke onbeduidende gewone en dagelijkse briefwisseling die de twee gezamenlijke handtekeningen niet eist en die de maatschappij niet verbindt, zoals de zending van dossiers met kandidaturen, gewone gegevens die nuttig zijn voor de « S.W.L. », de leveranciers en de dienstverleners, zoals architecten, avocaten,...; ? alle koopwaren en grondstoffen voor de gewone behoeften kopen binnen de perken bepaald door de raad van bestuur; ? alle contracten en opdrachten die rubriek « vaste activa » van de balans niet moeten betreffen, opmaken en sluiten; ? de huurcontracten betreffende de woningen van de maatschappij ondertekenen; de opzegging van deze huurcontracten beslissen en de desbetreffende opzeggingsbrieven ondertekenen; ? alle sommen en waarden die aan de maatschappij zullen kunnen worden betaald, in hoofdsom, rente en bijkomende kosten innen en ontvangen; alle geconsigneerde sommen en waarden opvragen; goede en geldige kwijtingen geven namens de maatschappij; ? alle sommen die de maatschappij zou kunnen betalen, in hoofdsom, rente en bijkomende kosten betalen; ? bij de post de al dan niet aangetekende en al dan niet geladen brieven, kisten, pakketten, pakjes en die met verklaarde waarden namens de maatschappij afhalen; zich alle deposito's laten overhandigen; alle stukken of kwijtingen ondertekenen; ? alle conservatoire handelingen verrichten; alle inventarissen van willekeurige goederen en waarden van de maatschappij opmaken; ? in geval van betwistingen of geschillen voor elke rechtbank pleiten zowel als verweerder als in de hoedanigheid van verzoeker; alle beslissingen, vonnissen of arresten krijgen en ze uitvoeren; behandelen, een vergelijk treffen, instemmen, dadingen treffen en compromissen aangaan over alle belangen van de vennootschap; ? de maatschappij vertegenwoordigen bij aangesloten gemeenten, toezichtorganen, werkgroepen, directiecomités of verenigingen waarvan de maatschappij lid is, binnen de perken bepaald door de raad van bestuur; ? actief deelnemen aan de gemeentelijke strategie inzake huisvesting van de aangesloten gemeenten; zorgen voor de naleving van de termijnen van de procedures; ? in voorkomend geval de gemeentelijke huisvestingsdiensten of het plaatselijk agentschap voor sociale huisvesting bijstaan met zijn professionele ervaring, hulp of raad; ? zorgen voor de optimale kwaliteiten van de zowel materiële als intellectuele arbeidsvoorwaarden van de bedienden en arbeiders, de zorgvuldige uitvoering van de taken controleren, de relatie- of verstandhoudingsmoeilijkheden effenen. 2. Delegatie van handtekening wat betreft de uitgaven. De raad van bestuur die eenstemmig en overeenkomstig artikel 6 van het besluit van de Waalse Regering van 25 januari 2007 (17) beslist, bepaalt de beperkingen inzake uitgaven als volgt : Inzake algemene kosten.

Binnen de perken van de beschikbare begrotingen : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld III. Inwerkingtreding.

Deze tekst wordt gevoegd bij het huishoudelijk reglement tot regeling van de werking van de raad van bestuur en treedt in werking zodra het huishoudelijk reglement door de raad van bestuur wordt goedgekeurd De voorzitter, De ondervoorzitter(s) De Bestuurders De Commissaris van de « S.W.L. », De directeur-zaakvoerder, Gezien om te worden gevoegd bij het ministerieel besluit van 11 december 2007 tot goedkeuring van de modellen van huishoudelijk reglement tot regeling van de werking van de raad van bestuur, van het comité voor de toewijzing van woningen en van het directiecomité van de openbare huisvestingsmaatschappijen.

Namen, 11 december 2007.

De Minister van Huisvesting, Vervoer en Ruimtelijke Ontwikkeling, A. ANTOINE _______ Nota's (1) Artikelen 148 tot 152quater van de Waalse Huisvestingscode. Besluit van de Waalse Regering van 25 januari 2007 tot bepaling van de werkingsmodaliteiten van de beheersorganen van de openbare huisvestingsmaatschappijen.

Besluit van de Waalse Regering van 21 september 2006 tot vaststelling van de ethische en deontologische code. (2) Met verwijzing naar de verboden en onverenigbaarheden bedoeld in artikel 24 van de statuten.(3) Overeenkomstig artikel 148quater, eerste lid, kan het mandaat binnen de raad van bestuur kosteloos of tegen betaling uitgeoefend worden.(4) Deze aangelegenheid wordt geregeld door artikel 148quater van de Waalse Huisvestingscode, aangevuld met de bepalingen bedoeld in het besluit van de WR van 30 augustus 2007 betreffende het maximumbedrag en de voorwaarden tot toekenning van presentiegeld aan de leden van de beheersorganen en van de bezoldiging van de voorzitter en een ondervoorzitter van de raad van bestuur van een openbare huisvestingsmaatschappij.(5) Deze aangelegenheid wordt geregeld door artikel 148quater van de Waalse Huisvestingscode, aangevuld met de bepalingen bedoeld in het besluit van de WR van 30 augustus 2007betreffende het maximumbedrag en de voorwaarden tot toekenning van presentiegeld aan de leden van de beheersorganen en van de bezoldiging van de voorzitter en een ondervoorzitter van de raad van bestuur van een openbare huisvestingsmaatschappij.(6) Ongeacht de beslissing genomen door een maatschappij om één of meer ondervoorzitters wordt slechts één ondervoorzitter bezoldigd door de algemene vergadering (artikel 7 van het bovenvermeld BWR van 30 augustus 2007).(7) Indien de raad van bestuur van de openbare huisvestingsmaatschappij beslist een ondervoorzitter aan te wijzen.(8) Artikel 10, tweede lid, van het besluit van de Waalse Regering van 30 augustus 2007 betreffende het maximumbedrag en de voorwaarden tot toekenning van presentiegeld aan de leden van de beheersorganen en van de bezoldiging van de voorzitter en een ondervoorzitter van de raad van bestuur van een openbare huisvestingsmaatschappij.(9) Artikel 10, tweede lid, van het besluit van de Waalse Regering van 30 augustus 2007 betreffende het maximumbedrag en de voorwaarden tot toekenning van presentiegeld aan de leden van de beheersorganen en van de bezoldiging van de voorzitter en een ondervoorzitter van de raad van bestuur van een openbare huisvestingsmaatschappij.(10) Artikel 10 van het besluit van de Waalse Regering van 25 januari 2007 tot bepaling van de werkingsmodaliteiten van de beheersorganen van de openbare huisvestingsmaatschappijen.(11) Standaardstatuten, artikel 25.(12) Geen wettelijke verplichting.(13) Wetboek der vennootschappen, artikel 379 en standaardstatuut, artikel 22.(14) De dagelijkse opdrachten aan de directeur-zaakvoerder worden vermeld in een bij dit document gevoegde document.(15) Besluit van de Waalse Regering van 25 januari 2007 tot bepaling van de werkingsmodaliteiten van de beheersorganen van de openbare huisvestingsmaatschappijen.(16) Het gaat om een onvolledige lijst van voorbeelden van opdrachten die aan de directeur-zaakvoerder zullen worden toevertrouwd.De raad van bestuur van elke maatschappij kan deze lijst van opdrachten beperken of vergroten. (17) Besluit van de Waalse Regering van 25 januari 2007 tot bepaling van de werkingsmodaliteiten van de beheersorganen van de openbare huisvestingsmaatschappijen.(18) Als geen directiecomité wordt opgericht, wordt deze opdracht aan de raad van bestuur voorbehouden. (19) Deze beperking geldt niet inzake bezoldiging van de personeelsleden, waar het principe van dubbelondertekening D.G./voorzitter van toepassing blijft. (20) Met inachtneming van de bepalingen inzake openbare opdrachten door de « S.W.L. ».

Bijlage 2 Model van huishoudelijk reglement tot regeling van de werking van het comite voor de toewijzing van woningen en/of van het directiecomite van een openbare huisvestingsmaatschappij Dit huishoudelijk reglement stemt overeen met de voorschriften van de statuten van de maatschappij en leeft de bepalingen van de Waalse Huisvestingscode en van zijn uitvoeringsbesluiten na (21).

Alle met de statuten en de wetsbepalingen strijdige bepalingen zouden van nul en gener waarde verklaard worden.

I. Het directiecomité (22).

De aanwijzing en het ontslag van de leden van het comité, de duur van hun mandaat en de werkingswijze van het comité behoren tot de bevoegdheid van de raad van bestuur. 1. Samenstelling. Het comité is samengesteld overeenkomstig de in de statuten bedoelde bepalingen.

De Commissaris van de « Société wallonne du Logement » wordt op elke vergadering opgeroepen (23).

De directeur-zaakvoerder neemt deel aan de werken van het comité (24).

Mits de toestemming van het comité kan hij zich laten bijstaan door elk personeelslid van de maatschappij.

Het secretariaat wordt waargenomen door de directeur-zaakvoerder of door elk personeelslid van de maatschappij dat hij aanwijst. 2. Voorzitterschap. Het comité wijst een voorzitter uit zijn midden aan. Bij ontstentenis of verhindering van de voorzitter wordt de zitting voorgezeten door het oudste lid. 3. Benoeming en ontslag. De raad van bestuur is het enige bevoegde orgaan om de leden van het comité aan te wijzen en om degene die hun mandaat niet behoorlijk zouden uitvoeren, te ontslaan, namelijk degene die hun mandaat zouden uitvoeren in overtreding met de ethische en deontologische regels die van toepassing zijn op de huisvestingssector.

In geval van openvolgende afwezigheden op drie vergaderingen zonder rechtvaardiging van een lid brengt het comité er verslag van uit aan de raad van bestuur bij diens eerstvolgende zitting; in voorkomend geval beslist deze laatste de vervanging van het niet-verschenen lid met inachtneming van de statuten. 4. Beoordeling (25). De werking van het comité is onderworpen aan de jaarlijkse beoordeling door de raad van bestuur.

De beoordeling heeft met name betrekking op de deelneming van de leden aan de zittingen van de organen over de doelmatigheid van het geleverde werk, over het beheer van de belangenconflicten en over de terbeschikkingstelling van de werkdocumenten.

Om over te gaan tot de beoordeling van de werking zal de beoordelingsrooster die door de « Société wallonne du Logement » bepaald is en die door de Minister van Huisvesting goedgekeurd is, worden gebruikt. 5. Overdracht van bevoegdheid aan het comité. De raad van bestuur heeft de mogelijkheid om het comité te belasten met elke opdracht, overeenkomstig de opdrachten die de raad zal hebben bepaald.

Het comité oefent zijn opdrachten uit met inachtneming van de door de raad van bestuur toevertrouwde opdrachten. Het comité zorgt voor de zorgvuldige uitvoering van de beslissingen van de raad van bestuur en bereidt de werken voor van de volgende zittingen van de raad van bestuur.

Elke beslissing vermeldt uitdrukkelijk de vereiste of gekregen vergunning, de door de « S.W.L. » te krijgen goedkeuring, overeenkomstig de bepalingen bedoeld in de Waalse Huisvestingscode, alsmede het visum van de begroting, zoals bedoeld in artikel 161, § 1, van de Code.

Het comité neemt elke beslissing die door de dringende noodzakelijkheid en in het belang van de maatschappij wordt vereist; deze beslissing moet door de raad van bestuur bekrachtigd worden op diens eerstvolgende zitting. 6. Werking.

Artikel 1.Bijeenroeping.

Het comité wordt bijeengeroepen volgens een tijdschema bepaald door de raad van bestuur/door het comité (26).

Het comité zal evenwel zo dikwijls als het belang van de maatschappij het eist, bijeengeroepen worden.

De bijeenroeping van het comité wordt overgemaakt door de directeur-zaakvoerder of door de voorzitter van het comité.

Derden kunnen ook uitgenodigd worden op de vergadering van het comité.

Deze zullen kunnen deelnemen aan de beraadslagingen om de leden in te lichten of met hun raad bij te staan maar zullen niet kunnen stemmen.

De oproepingen worden per gewone brief of per mail overgemaakt.

Naast de agenda wordt het proces-verbaal van de vorige zitting en eventueel een uiteenzetting bij de oproepingen gevoegd.

Het comité vergadert op de maatschappelijke zetel of op elke andere plaats vermeld in de oproeping.

Een presentielijst wordt bepaald.

Artikel 2.De agenda.

De agenda wordt bepaald door de voorzitter van het comité of door de directeur-zaakvoerder. De stemgerechtigde leden en de commissaris van de « S.W.L. » mogen nochtans het onderzoek van een aanvullend punt vragen mits voorafgaande mededeling aan de directeur-zaakvoerder. Als een punt vergeten is bij de bepaling van de agenda, kan het weer toegevoegd worden aan de rubriek « varia » als het geheel van de aanwezige leden ermee instemmen.

Artikel 3.Beraadslagingen en stemmingen.

Aanwezigheidsquorum.

Het comité kan slechts rechtsgeldig beraadslagen als ten minste de helft van de leden aanwezig is.

Stemquorum.

Het comité beslist bij volstrekte meerderheid van de aanwezige stemmen.

Bij staking van stemmen is de stem van de voorzitter van het comité, of bij ontstentenis, die van de voorzitter van de zitting beslissend.

De commissaris van de « S.W.L. » heeft alleen een raadgevende stem.

Het door het comité goedgekeurde proces-verbaal wordt ondertekend door de voorzitter van het comité (of zijn vervanger) en door de directeur-zaakvoerder en wordt in een register opgenomen, waarvan elke bladzijde genummerd en geparafeerd is.

Het proces-verbaal wordt overgemaakt aan de raad van bestuur op diens eerstvolgende zitting. 7. Bezoldigingg (27). De uitoefening van het mandaat binnen het comité kan kosteloos zijn.

Mits de beslissing van de algemene vergadering met inachtneming van de regeringsbepalingen wordt evenwel een presentiegeld toegekend aan de leden van het directiecomité; de waarde van dit presentiegeld mag niet hoger zijn dan de waarde van het presentiegeld van de bestuurders van de raad van bestuur.

Overeenkomstig de beslissing genomen door de algemene vergadering op .......... wordt het aan de leden van het comité toegekende presentiegeld bepaald op .......... euro (........... euro).

II. Het toekenningscomité.

De aanwijzing en het ontslag van de leden van het toekenningscomité, de duur van hun mandaat en de werkingswijze van het comité behoren tot de bevoegdheid van de raad van bestuur. 1. Samenstelling. Het toekenningscomité bestaat uit ......... leden aangewezen door de raad van bestuur overeenkomstig de bepalingen bedoeld in de statuten.

De commissaris van de « Société wallonne du Logement » wordt op elke vergadering opgeroepen.

De directeur-zaakvoerder neemt deel aan de werkzaamheden van het comité. Mits de toestemming van het toekenningscomité kan hij zich laten bijstaan door elk personeelslid van de maatschappij.

Het secretariaat wordt waargenomen door de directeur-zaakvoerder of door elk personeelslid van de maatschappij dat hij aanwijst. 2. Voorzitterschap. De leden van het comité wijzen een voorzitter uit hun midden aan.

Bij ontstentenis of verhindering van de voorzitter van het comité wordt de zitting voorgezeten door het oudste lid. 3. Benoeming en ontslag. De raad van bestuur is het enige bevoegde orgaan om de leden van het comité aan te wijzen en om degene die hun mandaat niet behoorlijk zouden uitvoeren, te ontslaan, namelijk degene die hun mandaat zouden uitvoeren in overtreding met de ethische en deontologische regels die van toepassing zijn op de huisvestingssector.

In geval van opeenvolgende afwezigheden op drie vergaderingen zonder rechtvaardiging van een lid brengt het comité er verslag van uit aan de raad van bestuur bij zijn meest toekomstige zitting; in voorkomend geval beslist deze laatste de vervanging van het niet-verschenen lid met inachtneming van de statuten. 4. Beoordeling (28). De werking van het comité is onderworpen aan de jaarlijkse beoordeling door de raad van bestuur.

De beoordeling heeft met name betrekking op de deelneming van de leden aan de zittingen van de organen over de doelmatigheid van het geleverde werk, over het beheer van de belangenconflicten en over de terbeschikkingstelling van de werkdocumenten.

Om over te gaan tot de beoordeling van de werking zal de beoordelingsrooster die door de « Société wallonne du Logement » bepaald is en die door de Minister van Huisvesting goedgekeurd is, worden gebruikt. 5. Rol van het toekenningscomité. Het toekenningscomité heeft als hoofdzakelijke opdracht de woningen toe te kennen. Elke genomen beslissing vermeldt uitdrukkelijk de vereiste of gekregen vergunning, overeenkomstig de bepalingen bedoeld in de Waalse Huisvestingscode (29).

De processen-verbaal worden medeondertekend door de voorzitter van het comité, de secretaris alsmede door de commissaris van de « S.W.L. » en worden ter informatie overgemaakt aan de raad van bestuur bij zijn meest toekomstige zitting. 6. Werking.

Artikel 1.Bijeenroeping.

Het comité vergadert vóór de zitting van de raad van bestuur, volgens een tijdschema dat op voorhand is bepaald door de raad van bestuur/door hem zelf (30).

Het comité zal evenwel zo dikwijls als het belang van de maatschappij het eist, bijeengeroepen worden.

Het comité vergadert op bijeenroeping van de voorzitter en/of van de directeur-zaakvoerder.

Derden kunnen ook uitgenodigd worden op de vergadering van het toekenningscomité. Deze zullen kunnen deelnemen om de leden in te lichten of met raad bij te staan maar zullen niet kunnen deelnemen aan de beraadslagen en niet stemmen.

De oproepingen worden per gewone brieven of per mail overgemaakt en bevatten de lijst van de toe te kennen woningen en daarbij wordt eventueel een toelichting gevoegd, alsmede het proces-verbaal van de vorige zitting.

Ze worden vóór het houden van de vergadering gezonden.

Het toekenningscomité vergadert op de maatschappelijke zetel of op elke andere plaats vermeld in de oproeping.

Een presentielijst wordt bepaald.

Artikel 2.Beraadslagingen en stemmingen.

Aanwezigheidsquorum.

Het toekenningscomité kan slechts rechtsgeldig beraadslagen als ten minste de helft van de leden aanwezig zijn.

Stemquorum.

Het toekenningscomité beslist bij volstrekte meerderheid van de aanwezige stemmen.

Bij staking van stemmen is de stem van de voorzitter van het comité, of bij ontstentenis, die van de voorzitter van de zitting beslissend.

Het door het toekenningscomité goedgekeurde proces-verbaal wordt ondertekend door de voorzitter (of zijn vervanger) en door de directeur-zaakvoerder en wordt in een register opgenomen, waarvan elke bladzijde genummerd en geparafeerd.

Het comité brengt verslag uit om de raad van bestuur te informeren over de toekenningen van woningen; bij dat verslag voegt hij zijn proces-verbaal. 7. Bezoldiging (31). De uitoefening van het mandaat binnen het comité kan kosteloos zijn.

Mits de beslissing van de algemene vergadering genomen met inachtneming van de regeringsbepalingen wordt een presentiegeld evenwel toegekend aan de leden van het toekenningscomité; de waarde van dit presentiegeld mag niet hoger zijn dan de waarde van het presentiegeld van de bestuurders van de raad van bestuur.

Overeenkomstig de beslissing genomen door de algemene vergadering op .......... wordt het aan de leden van het comité toegekende presentiegeld bepaald op .......... euro (........... euro).

III. Inwerkingtreding.

Dit huishoudelijk reglement treedt in werking zodra het door de raad van bestuur wordt goedgekeurd.

De voorzitter, De ondervoorzitter(s), De bestuurders, De commissaris van de « S.W.L. », De directeur-zaakvoerder, Gezien om te worden gevoegd bij het ministerieel besluit van 11 december 2007 tot goedkeuring van de modellen van het huishoudelijk reglement tot regeling van de werking van de raad van bestuur, van het comité voor de toewijzing van woningen en van het directiecomité van de openbare huisvestingsmaatschappijen.

Namen, 11 december 2007.

De Minister van Huisvesting, Vervoer en Ruimtelijke Ontwikkeling, A. ANTOINE _______ Nota's (21) Artikelen 148 tot 152quater van de Waalse Huisvestingscode. Besluit van de Waalse Regering van 25 januari 2007 tot bepaling van de werkingsmodaliteiten van de beheersorganen van de openbare huisvestingsmaatschappijen.

Besluit van de Waalse Regering van 21 september 2006 tot vaststelling van de ethische en deontologische code. (22) Of elke andere aanduiding bedoeld in de statuten. (23) De commissaris van de « S.W.L. » komt niet in aanmerking in de samenstelling van het comité. (24) De directeur-zaakvoerder komt niet in aanmerking in de samenstelling van het comité.(25) Artikel 10 van het besluit van de Waalse Regering van 25 januari 2007 tot bepaling van de werkingsmodaliteiten van de beheersorganen van de openbare huisvestingsmaatschappijen.(26) Aan de vrije keuze van de openbare huisvestingsmaatschappijen gelaten.(27) De toekenning van het presentiegeld kan slechts plaatsvinden met inachtneming van de bepalingen van artikel 12 van de ethische en deontologische code en van de bepalingen van het besluit van de Waalse Regering van 30 augustus 2007 betreffende het maximumbedrag en de voorwaarden tot toekenning van presentiegeld aan de leden van de beheersorganen en van de bezoldiging van de voorzitter en een ondervoorzitter van de raad van bestuur van een openbare huisvestingsmaatschappij.(28) Artikel 10 van het besluit van de Waalse Regering van 25 januari 2007 tot bepaling van de werkingsmodaliteiten van de beheersorganen van de openbare huisvestingsmaatschappijen.(29) Goedkeurings- of machtigingstoezicht.(30) Vrije keuze van de maatschappij. (31) De toekenning van het presentiegeld kan slechts plaatsvinden met inachtneming van de bepalingen van artikel 12 van de ethische en deontologische code en van de bepalingen van het besluit van de Waalse Regering van 30 augustus 2007 betreffende het maximumbedrag en de voorwaarden tot toekenning van presentiegeld aan de leden van de beheersorganen en van de bezoldiging van de voorzitter en een ondervoorzitter van de raad van bestuur van een openbare huisvestingsmaatschappij.

^