gepubliceerd op 23 maart 2005
Ministerieel besluit tot vaststelling van de schaal van tussenkomsten bedoeld in artikel 16 van het koninklijk besluit van 9 mei 1984 tot uitvoering van artikel 100bis, § 1, van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn
2 MAART 2005. - Ministerieel besluit tot vaststelling van de schaal van tussenkomsten bedoeld in artikel 16 van het koninklijk besluit van 9 mei 1984 tot uitvoering van artikel 100bis, § 1, van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn
De Minister van Maatschappelijke Integratie, Gelet op de wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, inzonderheid op artikel 100bis, § 1;
Gelet op het koninklijk besluit van 9 mei 1984 tot uitvoering van artikel 100bis, § 1, van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, inzonderheid op artikel 16, eerste lid, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 8 april 1987 en 3 september 2004;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 27 oktober 2004;
Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting van 14 januari 2005;
Gelet op het advies 38.120/3 van de Raad van State, gegeven op 23 februari 2005, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State, Besluit :
Artikel 1.De schaal van tussenkomsten waarvan sprake in artikel 16 van het koninklijk besluit van 9 mei 1984 tot uitvoering van artikel 100bis, § 1, van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, is opgenomen in de bijlage van dit besluit.
Art. 2.Overeenkomstig artikel 15 van voormeld koninklijk besluit van 9 mei 1984 zijn de bedragen van de schaal van tussenkomsten gekoppeld aan het spilindexcijfer 103,14 van de consumptieprijzen van toepassing op 1 juni 1999 (basis 1996 = 100).
Art. 3.Het terug te vorderen maandelijks bedrag is beperkt tot het bedrag van de maatschappelijke dienstverlening dat werkelijk betaald werd gedurende de maand waarop de terugvordering betrekking heeft.
Art. 4.De bedragen van de schaal van tussenkomsten gelden voor het geheel van de terugvorderingen die in een bepaalde maand tegen één en dezelfde onderhoudsplichtige kunnen worden ingesteld, zelfs als gelijktijdig kosten van leefloon en van maatschappelijke dienstverlening worden teruggevorderd.
In geval van samenloop van terugvorderingen die in een bepaalde maand tegen één en dezelfde onderhoudsplichtige worden ingesteld door verschillende OCMW's, wordt het terugvorderbare bedrag proportioneel verdeeld tussen de OCMW's, in functie van het door elk OCMW in die maand terug te vorderen bedrag.
Art. 5.Bij toepassing van artikel 14, § 1, derde lid, van hetzelfde koninklijk besluit van 9 mei 1984 is het terug te vorderen bedrag beperkt tot het bedrag dat het in § 1, eerst lid, van datzelfde artikel vermeld belastbaar inkomen te boven gaat.
Art. 6.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 7 oktober 2004.
Brussel, 2 maart 2005.
C. DUPONT
Bijlage bij het ministerieel besluit van 2 maart 2005 Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om te worden gevoegd bij het ministerieel besluit van 2 maart 2005 tot vaststelling van de schaal van tussenkomsten bedoeld in artikel 16 van het koninklijk besluit van 9 mei 1984 tot uitvoering van artikel 100bis, § 1, van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn.
De Minister van Maatschappelijke Integratie, C. DUPONT