Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit
gepubliceerd op 13 januari 2010

Bindende unanieme beslissing nr. 13 van de stuurgroep van de provinciale registratiecommissies genomen in uitvoering van artikel 16, § 2, tweede lid van het koninklijk besluit van 26 december 1998 tot uitvoering van de artikelen 400, 401, 403, Advies met betrekking tot de autonome beoordelingsbevoegdheid van de provinciale registratiecommiss(...)

bron
federale overheidsdienst sociale zekerheid
numac
2009022534
pub.
13/01/2010
prom.
--
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

FEDERALE OVERHEIDSDIENST SOCIALE ZEKERHEID


Bindende unanieme beslissing nr. 13 van de stuurgroep van de provinciale registratiecommissies genomen in uitvoering van artikel 16, § 2, tweede lid van het koninklijk besluit van 26 december 1998 tot uitvoering van de artikelen 400, 401, 403, 404 en 406 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 en van artikel 30bis van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders Advies met betrekking tot de autonome beoordelingsbevoegdheid van de provinciale registratiecommissies Vraagstelling : Zijn de provinciale registratiecommissies gebonden door de beslissing van de arbeidsauditeur om al dan niet te vervolgen ? Antwoord van de stuurgroep : 1. Voorafgaandelijk kan gesteld worden dat de provinciale registratiecommissies organen zijn die administratieve beslissingen nemen, en geen (administratieve) rechtscolleges. Derhalve geldt dat de provinciale registratiecommissies er in geen geval toe gehouden zijn de beslissingen van de arbeidsauditeur of van de strafrechter te volgen.

Het principe « le criminel tient le civil en état » is niet van toepassing.

De procedure voor de provinciale registratiecommissies is volledig te onderscheiden van een gerechtelijke procedure en alle regels en voorschriften die hiervoor gelden. 2. De terminologie « overtreding » waarnaar verwezen wordt in de registratiereglementering heeft een eigen betekenis die los staat van de gebruikelijke strafrechtelijke betekenis. De registratiecommissies gaan niet zelf over tot een strafrechtelijke kwalificatie van de vastgestelde overtredingen, noch op geen enkel tijdstip tot het bepalen van een strafrechtelijke sanctie, maar gaan enkel over tot een afweging van de vastgestelde overtredingen op de betrokken reglementeringen om te bepalen of ze zwaar genoeg doorwegen om een registratienummer te weigeren of te schrappen.

De registratiereglementering is een specifieke reglementering tot stand gekomen om de koppelbazerij te bestrijden en valt niet te situeren in het strafrecht. Op het niet geregistreerd zijn, het foutief geregistreerd zijn of het ten onrechte geregistreerd zijn zelf, staan geen strafsancties. 3. De commissies kunnen overgaan tot het weigeren van een registratienummer of het schrappen van een registratienummer op basis van een onderzoek uitgevoerd door een inspectiedienst, al dan niet opgenomen in een proces-verbaal houdende vaststellingen.Zij dienen het resultaat dat aan dergelijke processen-verbaal gehecht wordt, nl. al dan niet overgaan tot vervolging, en in een verder stadium, een eventuele strafrechtelijke veroordeling, niet af te wachten vooraleer een beslissing te nemen.

Dit wordt bevestigd in de rechtspraak : * Luik, 25 juni 1992 (Pas., 1992, II, 96) : « Attendu que la décision de classement sans suite prise par le procureur de Roi (...) est sans incidence; qu'elle n'etabli pas, par une décision avant autorité erga omnes que l'appelante n'a pas utilisé de fausses factures et encore moins n'a pas tenté d'éluder l'impôt ». * Antwerpen, 27 maart 2001 (BVBA KDBS) : De provinciale registratiecommissie heeft geen jurisdictionele bevoegdheid maar een administratieve. De commissie moet niet wachten met haar beslissing tot de Arbeidsauditeur zijn beslissing om te vervolgen al dan niet genomen heeft. * Voorzitter rechtbank 1e aanleg Antwerpen, zetelend in kort geding, 26 maart 1998 (BVBA General Industrial Works) : De commissie moet niet wachten tot het strafonderzoek is afgerond vooraleer een beslissing te nemen. 4. De arbeidsauditeur kan steeds terugkomen op zijn beslissing om de vastgestelde inbreuken niet te vervolgen zolang de strafvordering niet vervalt door verjaring.De seponering doet geen rechten ontstaan voor de verdachte. Het is geen rechterlijke beslissing en er gaat geen gezag van gewijsde van uit.

Hieruit volgt onweerlegbaar dat de provinciale registratiecommissies niet gehouden zijn deze beslissing, die op geen enkele wijze de onschuld van de betrokkene aantoont, te volgen, en hun eigen beoordelingsvrijheid ten aanzien van de ernst van de overtreding behouden. 5. Een beslissing van de Arbeidsauditeur om niet te vervolgen kan worden ingegeven door verschillende motieven, bijvoorbeeld eveneens o.w.v. technische of beleidsredenen.

De provinciale registratiecommissies verplichten over te gaan tot registratie of niet de mogelijkheid te geven de registratie te schrappen o.w.v. deze redenen druist in tegen de opzet en de draagwijdte van de registratiereglementering.

Bovendien is het mogelijk dat enerzijds de arbeidsauditeur beslist dat een inbreuk niet ernstig genoeg is om strafrechtelijk te vervolgen, terwijl deze inbreuk wel degelijk ernstig genoeg is om geen registratienummer toe te kennen of het registratienummer te schrappen.

Conclusie : De provinciale registratiecommissies hebben een eigen beoordelingsbevoegdheid wat betreft de ernst van de inbreuken en de mate waarin zij vaststaan en bewezen zijn. De regels van strafprocedures zijn niet van toepassing op de procedure voor de provinciale registratiecommissies.

Voor de stuurgroep : De voorzitter, I. BRISART Samenstelling van de stuurgroep : -Een vertegenwoordiger van de Federatie van Algemene Bouwaannemers - Een vertegenwoordiger van het ACLVB - Een vertegenwoordiger van CSC Bâtiment et Industrie - Een vertegenwoordiger van ACV Bouw en Industrie - Een vertegenwoordiger van Agoria - Een vertegenwoordiger van BOUWUNIE - Een vertegenwoordiger van de Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg - Een vertegenwoordiger van de Federale Overheidsdienst Financiën - Een vertegenwoordiger van de Federale Overheidsdienst Sociale Zekerheid - Een vertegenwoordiger van CGSLB - Een vertegenwoordiger van de Centrale générale FGTB - Een vertegenwoordiger van de Confederatie Bouw - Een vertegenwoordiger van het ABVV

^