gepubliceerd op 13 september 2017
Koninklijk besluit tot verlening van een Staatswaarborg aan de Regie der Gebouwen in de context van het DBFM-project betreffende het nieuw gevangeniscomplex te Haren
31 JULI 2017. - Koninklijk besluit tot verlening van een Staatswaarborg aan de Regie der Gebouwen in de context van het DBFM-project betreffende het nieuw gevangeniscomplex te Haren
FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 31 december 2012Relevante gevonden documenten type wet prom. 31/12/2012 pub. 31/12/2012 numac 2012009532 bron federale overheidsdienst justitie Wet houdende diverse bepalingen, inzonderheid betreffende justitie sluiten houdende diverse bepalingen, inzonderheid betreffende justitie (1), artikelen 20 en 21;
Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 4 december 2013;
Gelet op het akkoord van de Minister van Begroting van 14 juli 2017 ;
Op de voordracht van de Vice-eersteminister en minister van Veiligheid en Binnenlandse Zaken, belast met de Regie der gebouwen, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Het regeringslid bevoegd voor de Regie der Gebouwen wordt gemachtigd contractueel een Staatswaarborg te verlenen, overeenkomstig de voorwaarden en modaliteiten vastgelegd in onderhavig besluit, voor de nakoming door de Regie der Gebouwen van al haar betalingsverplichtingen in het kader van de overheidsopdracht `DBFM Ontwerp, bouw, financiering en onderhoud van een nieuw gevangeniscomplex te Haren' (bulletin der aanbestedingen van 31 januari 2012, nr. 501932) die de Regie der Gebouwen op zich neemt of zal nemen krachtens de DBFM-overeenkomst.
Die overeenkomst preciseert de voorwaarden voor een beroep op de Staatswaarborg.
Art. 2.De Staatswaarborg dekt honderd procent van alle bedragen verschuldigd door de Regie der Gebouwen in uitvoering van de DBFM-overeenkomst en in uitvoering van de directe overeenkomst, opgenomen als bijlage bij de DBFM-overeenkomst.
De Staatswaarborg dekt eveneens honderd procent van alle bedragen verschuldigd door de Regie der Gebouwen ten gevolge van wijzigingen aangebracht aan de DBFM-overeenkomst en de bijlagen erbij, voor zover die wijzigingen geschieden binnen de door de DBFM-overeenkomst toegestane grenzen.
Art. 3.Zonder afbreuk te doen aan het tweede lid, wordt de Staatswaarborg verleend in de vorm van een borgstelling in de zin van de artikelen 2011 tot 2043 van het Burgerlijk Wetboek.
De artikelen 2021, 2022 en 2037 van het Burgerlijk Wetboek zijn niet van toepassing. De Staat verzaakt aan het voorrecht van uitwinning voorzien in de artikelen 2021 en 2022 van het Burgerlijk Wetboek en aan het voordeel van artikel 2037 van het Burgerlijk Wetboek waardoor de Staat zou zijn ontslagen wanneer hij door toedoen van de opdrachtnemer niet meer in de rechten, hypotheken en voorrechten van de opdrachtnemer kan treden. De Staat is evenwel gerechtigd een verrekening in te roepen ten aanzien van de opdrachtnemer belast met de uitvoering van de DBFM-overeenkomst, op dezelfde wijze als de Regie der Gebouwen zelf gerechtigd is, overeenkomstig de DBFM-overeenkomst, een verrekening in te roepen ten aanzien van die opdrachtnemer.
Art. 4.§ 1. Een beroep op de Staatswaarborg is mogelijk van zodra de Regie der Gebouwen de opeisbare sommen waartoe zij gehouden is in uitvoering van de DBFM-overeenkomst niet betaalt binnen de contractueel vastgelegde termijnen. § 2. Een beroep op de Staatswaarborg geschiedt per aangetekende zending gericht aan de minister bevoegd voor Financiën.
Het beroep op de Staatswaarborg vermeldt: 1° een gedetailleerde berekening van het bedrag waarvoor een beroep wordt gedaan op de Staatswaarborg;en 2° het bankrekeningnummer van de opdrachtnemer belast met de uitvoering van de DBFM-overeenkomst aan wie het bedrag moet worden gestort.
Art. 5.In geval van de vervanging van de DBFM-overeenkomst op grond van de directe overeenkomst opgenomen als bijlage bij de DBFM-overeenkomst, herfinanciering of overdracht van de DBFM-overeenkomst verwezenlijkt overeenkomstig de bepalingen van die DBFM-overeenkomst, blijft de Staatswaarborg bestaan aan dezelfde voorwaarden, zonder dat een nieuw besluit noodzakelijk is. Het voordeel van de borgstelling gaat van rechtswege over op de cessionaris van de DBFM-overeenkomst of op elke schuld die voortkomt uit de DBFM-overeenkomst, overeenkomstig de DBFM-overeenkomst.
Art. 6.Het is de opdrachtnemer belast met de uitvoering van de DBFM-overeenkomst toegelaten een pand te vestigen op zijn rechten onder de borgstelling.
Art. 7.Dit besluit treedt in werking op de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.
Art. 8.De minister bevoegd voor de Regie der Gebouwen is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 31 juli 2017.
FILIP Van Koningswege : De Vice-eersteminister en Minister van Veiligheid en Binnenlandse Zaken, belast met de Regie der gebouwen J. JAMBON