Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 27 november 2024
gepubliceerd op 31 januari 2025

Koninklijk besluit tot bepaling van de samenstelling en de werking van het wetenschappelijk Comité van de Sociale Inlichtingen- en Opsporingsdienst

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2024205691
pub.
31/01/2025
prom.
27/11/2024
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

27 NOVEMBER 2024. - Koninklijk besluit tot bepaling van de samenstelling en de werking van het wetenschappelijk Comité van de Sociale Inlichtingen- en Opsporingsdienst


FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op het Sociaal Strafwetboek, artikel 15/5, ingevoegd bij de wet van 15 mei 2024Relevante gevonden documenten type wet prom. 15/05/2024 pub. 28/05/2024 numac 2024004698 bron federale overheidsdienst justitie Wet houdende bepalingen inzake digitalisering van justitie en diverse bepalingen II sluiten houdende wijziging van het sociaal strafrecht en diverse arbeidsrechtelijke bepalingen;

Gelet op het advies van de inspecteur van Financiën, gegeven op 2 augustus 2024;

Gelet op de akkoordbevinding van de Staatssecretaris voor Begroting, gegeven op 27 augustus 2024;

Gelet op het advies nr. 2024/006 van de Adviesraad van het sociaal strafrecht, gegeven op 5 september 2024;

Gelet op het advies nr. 77.053/16 van de Raad van State, gegeven op 7 oktober 2024, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op de voordracht van de Minister van Werk, de Minister van Zelfstandigen, de Minister van Financiën, belast met de Coördinatie van de fraudebestrijding, de Minister van Sociale Zaken, en de Minister van Justitie,

Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

HOOFDSTUK 1. - Samenstelling van het wetenschappelijk Comité van de Sociale Inlichtingen- en Opsporingsdienst

Artikel 1.Het wetenschappelijk Comité van de Sociale Inlichtingen- en Opsporingsdienst, hierna "het wetenschappelijk Comité" genoemd, bestaat uit ten hoogste tien leden die gespecialiseerd zijn in de materies die pertinent zijn voor de strijd tegen de sociale fraude, tegen de illegale arbeid of tegen de sociale dumping.

De leden worden benoemd op basis van hun ervaring of hun bijzondere kennis inzake deze materies.

Art. 2.Iemand mag niet als lid benoemd worden als hij deel uitmaakt van een ministerieel kabinet.

Art. 3.Het wetenschappelijk Comité wordt voorgezeten door een voorzitter en door een ondervoorzitter van een andere taalregeling.

Zij maken zelf deel uit van het wetenschappelijk Comité en worden gekozen uit de leden door de leden.

Zij worden gekozen voor een periode van twee jaar. Hun mandaat is hernieuwbaar.

Zij kunnen zich voor de leiding en de coördinatie van de werkzaamheden laten bijstaan door meerdere leden van het wetenschappelijk Comité en/of het secretariaat van het wetenschappelijk Comité.

Het huishoudelijk reglement van het wetenschappelijk Comité kan voorzien in aanvullende regels of regelingen betreffende het voorzitterschap en het ondervoorzitterschap.

Art. 4.Het secretariaat van het wetenschappelijk Comité wordt verzekerd door de Sociale Inlichtingen- en Opsporingsdienst.

Art. 5.De leden worden door Ons benoemd voor een duur van vier jaar.

Hun mandaat kan worden hernieuwd.

In geval een lid overlijdt of ontslag neemt, wordt hij vervangen. Het plaatsvervangend lid voltooit het mandaat van zijn voorganger.

HOOFDSTUK 2. - Regels over de werking van het wetenschappelijk Comité

Art. 6.Het secretariaat van het wetenschappelijk Comité stelt het huishoudelijk reglement op en legt het, evenals de eventuele latere wijzigingen eraan, ter goedkeuring voor aan de directeur van de Sociale Inlichtingen- en Opsporingsdienst.

Het huishoudelijk reglement bevat ten minste bepalingen in verband met de deontologische regels, het minimumaantal vergaderingen per jaar, de voorwaarden om als ontslagnemend beschouwd te worden, een spoedprocedure, de voorwaarden voor het deelnemen van deskundigen niet-leden aan de vergaderingen, het maximale aantal studiën bedoeld in artikel 15/5 van het Sociaal Strafwetboek per jaar en de vergoeding ervan.

Art. 7.Het wetenschappelijk Comité vergadert op initiatief van zijn Voorzitter of van de directeur van de Sociale Inlichtingen- en Opsporingsdienst.

Art. 8.Het wetenschappelijk Comité kan zich eveneens laten bijstaan door externe deskundigen.

Art. 9.Op voorwaarde dat zij geen deel uitmaken van een overheidsadministratie, van een instelling van openbaar nut of van de rechterlijke orde, ontvangen de leden van het wetenschappelijk Comité: 1° een presentiegeld van 37,18 euro per vergadering als zij op de vergadering aanwezig zijn.Dit wordt gekoppeld aan de spilindex 138,01; 2° als zij deelnemen aan een vergadering die buiten hun werkplaats gehouden wordt, de terugbetaling van reiskosten, volgens de voorwaarden vastgesteld door het koninklijk besluit van 18 januari 1965 houdende algemene regeling inzake reiskosten. De voorzitter van het wetenschappelijk Comité ontvangt een dubbel presentiegeld per vergadering als hij op de vergadering aanwezig is.

Dit wordt gekoppeld aan de spilindex 138,01.

Art. 10.De in artikel 6 bedoelde vergoeding, de in artikel 9 vermelde bedragen en de werkingskosten van het secretariaat zijn ten laste van de begroting van de Sociale Inlichtingen- en Opsporingsdienst.

Art. 11.De minister bevoegd voor Werk, de minister bevoegd voor Zelfstandigen, de minister bevoegd voor Financiën, belast met de Coördinatie van de fraudebestrijding, de minister bevoegd voor Sociale Zaken en de minister bevoegd voor Justitie, zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 27 november 2024.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Werk, P.-Y. DERMAGNE De Minister van Zelfstandigen, D. CLARINVAL De Minister van Financiën, belast met de Coördinatie van de fraudebestrijding, V. VAN PETEGHEM De Minister van Sociale Zaken, F. VANDENBROUCKE De Minister van Justitie, P. VAN TIGCHELT


^