gepubliceerd op 11 december 2001
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 7 februari 2000, gesloten in het Paritair Subcomité voor de terugwinning van lompen, betreffende de buitengewone bijdrage voor het tweede, derde en vierde kwartaal 2000 aan het "Sociaal Fonds voor de lompenbedrijven" - Opleiding
24 OKTOBER 2001. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 7 februari 2000, gesloten in het Paritair Subcomité voor de terugwinning van lompen, betreffende de buitengewone bijdrage voor het tweede, derde en vierde kwartaal 2000 aan het "Sociaal Fonds voor de lompenbedrijven" - Opleiding (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op de collectieve arbeidsovereenkomst van 17 december 1991, gesloten in het Paritair Subcomité voor de terugwinning van lompen, houdende coördinatie van de statuten van het "Sociaal Fonds voor de lompenbedrijven", algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 8 oktober 1993, inzonderheid op artikel 25 van de statuten;
Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de terugwinning van lompen;
Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 7 februari 2000, gesloten in het Paritair Subcomité voor de terugwinning van lompen, betreffende de buitengewone bijdrage voor het tweede, derde en vierde kwartaal 2000 aan het "Sociaal Fonds voor de lompenbedrijven" - Opleiding.
Art. 2.Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 24 oktober 2001.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX _______ Nota (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Koninklijk besluit van 8 oktober 1993, Belgisch Staatsblad van 15 december 1993.
Bijlage Paritair Subcomité voor de terugwinning van lompen Collectieve arbeidsovereenkomst van 7 februari 2000 Buitengewone bijdrage voor het tweede, derde en vierde kwartaal 2000 aan het "Sociaal Fonds voor de lompenbedrijven" (Overeenkomst geregistreerd op 17 mei 2000 onder het nummer 54913/CO/142.02) Opleiding HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers, werklieden en werksters van de ondernemingen welke ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de terugwinning van lompen. Deze annuleert de collectieve arbeidsovereenkomst van 7 mei 1999. HOOFDSTUK II. - Buitengewone bijdrage
Art. 2.Overeenkomstig het artikel 25 van de statuten van het "Sociaal Fonds voor de lompenbedrijven", vastgesteld bij de collectieve arbeidsovereenkomst van 17 december 1991, gesloten in het Paritair Subcomité voor de terugwinning van lompen, houdende coördinatie van de statuten van het "Sociaal Fonds voor de lompenbedrijven", algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 8 oktober 1993, wordt een buitengewone bijdrage bepaald voor het tweede, derde en vierde kwartaal 2000.
Art. 3.Deze buitengewone bijdrage, verschuldigd door de bij artikel 5 van voormelde statuten bedoelde werkgevers, wordt vanaf 1 april 2000 bepaald op 0,40 pct. van de onbegrensde brutolonen aan 108 pct., die voor de werklieden en werksters aan de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid worden aangegeven.
Art. 4.De inning en de invordering van de bijdrage worden door de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid verzekerd bij toepassing van artikel 7 van de wet van 7 januari 1958 betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid.
Art. 5.De aldus door de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid aan het fonds gestorte som is bestemd voor de uitkeringen voorzien door de artikelen 14 en 15 van het sectoraal akkoord 1999-2000 van 7 mei 1999. HOOFDSTUK III. - Slotbepaling
Art. 6.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 april 2000 en houdt op van kracht te zijn op 31 december 2000.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 24 oktober 2001.
De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX