23 MEI 2006. - Koninklijk besluit tot vaststelling van de officiële Duitse vertaling van reglementaire bepalingen van het tweede semester van het jaar 2005 tot wijziging van het koninklijk besluit van 21 december 2001 tot vaststelling van de procedures, termijnen en voorwaarden inzake de tegemoetkoming van de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen in de kosten van farmaceutische specialiteiten

ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 31 december 1983 tot hervorming der instellingen voor de Duitstalige Gemeenschap, inzonderheid op artikel 76, § 1, 1°, en § 3, vervangen bij de wet van 18 juli 1990;

Gelet op de ontwerpen van officiële Duitse vertaling - van het koninklijk besluit van 10 augustus 2005 (I) tot wijziging van het koninklijk besluit van 21 december 2001 tot vaststelling van de procedures, termijnen en voorwaarden inzake de tegemoetkoming van de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen in de kosten van farmaceutische specialiteiten, - van het koninklijk besluit van 10 augustus 2005 (II) tot wijziging van het koninklijk besluit van 21 december 2001 tot vaststelling van de procedures, termijnen en voorwaarden inzake de tegemoetkoming van de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen in de kosten van farmaceutische specialiteiten, - van het koninklijk besluit van 22 december 2005 tot wijziging van het koninklijk besluit van 21 december 2001 tot vaststelling van de procedures, termijnen en voorwaarden inzake de tegemoetkoming van de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen in de kosten van farmaceutische specialiteiten, opgemaakt door de Centrale dienst voor Duitse vertaling bij het Adjunct-arrondissementscommissariaat in Malmedy;

Op de voordracht van Onze Minister van Binnenlandse Zaken, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.De bij dit besluit respectievelijk in bijlagen 1 tot 3 gevoegde teksten zijn de officiële Duitse vertaling : - van het koninklijk besluit van 10 augustus 2005 (I) tot wijziging van het koninklijk besluit van 21 december 2001 tot vaststelling van de procedures, termijnen en voorwaarden inzake de tegemoetkoming van de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen in de kosten van farmaceutische specialiteiten; - van het koninklijk besluit van 10 augustus 2005 (II) tot wijziging van het koninklijk besluit van 21 december 2001 tot vaststelling van de procedures, termijnen en voorwaarden inzake de tegemoetkoming van de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen in de kosten van farmaceutische specialiteiten; - van het koninklijk besluit van 22 december 2005 tot wijziging van het koninklijk besluit van 21 december 2001 tot vaststelling van de procedures, termijnen en voorwaarden inzake de tegemoetkoming van de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen in de kosten van farmaceutische specialiteiten.

Art. 2.Onze Minister van Binnenlandse Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 23 mei 2006.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Binnenlandse Zaken, P. DEWAEL

Bijlage 1 FÖDERALER ÖFFENTLICHER DIENST SOZIALE SICHERHEIT 10. AUGUST 2005 - Königlicher Erlass zur Abänderung des Königlichen Erlasses vom 21.Dezember 2001 zur Festlegung der Verfahren, Fristen und Bedingungen in Bezug auf die Beteiligung der Gesundheitspflege- und Entschädigungspflichtversicherung an den Kosten von Fertigarzneimitteln ALBERT II., König der Belgier, Allen Gegenwärtigen und Zukünftigen, Unser Gruss! Aufgrund des am 14. Juli 1994 koordinierten Gesetzes über die Gesundheitspflege- und Entschädigungspflichtversicherung, insbesondere des Artikels 35bis § 5 Absatz 1, eingefügt durch das Gesetz vom 10.

August 2001;

Aufgrund des Königlichen Erlasses vom 21. Dezember 2001 zur Festlegung der Verfahren, Fristen und Bedingungen in Bezug auf die Beteiligung der Gesundheitspflege- und Entschädigungspflichtversicherung an den Kosten von Fertigarzneimitteln, insbesondere der Artikel 55 und 95, abgeändert durch den Königlichen Erlass vom 23. Mai 2005;

Aufgrund der Stellungnahme der Haushaltskontrollkommission vom 24.

November 2004;

Aufgrund der Stellungnahme des Gesundheitspflegeversicherungsausschusses vom 29. November 2004;

Aufgrund der Stellungnahme des Finanzinspektors vom 24. Dezember 2004;

Aufgrund des Einverständnisses Unseres Ministers des Haushalts vom 22.

Juni 2005;

Aufgrund des Gutachtens 38.468/1 des Staatsrates vom 9. Juni 2005, abgegeben in Anwendung von Artikel 84 § 1 Absatz 1 Nr. 1 der koordinierten Gesetze über den Staatsrat;

Auf Vorschlag Unseres Ministers der Sozialen Angelegenheiten und der Volksgesundheit Haben Wir beschlossen und erlassen Wir: Artikel 1 - In Artikel 55 des Königlichen Erlasses vom 21. Dezember 2001 zur Festlegung der Verfahren, Fristen und Bedingungen in Bezug auf die Beteiligung der Gesundheitspflege- und Entschädigungspflichtversicherung an den Kosten von Fertigarzneimitteln, dessen heutiger Text Paragraph 1 bilden wird, wird ein Paragraph 2 mit folgendem Wortlaut eingefügt: « § 2 - Ist eine von den Behörden als allgemeine Massnahme bewilligte Erhöhung betroffen, passt der Dienst die Erstattungsgrundlage ohne Beteiligung der Kommission von Rechts wegen an. Die Kommission wird von dieser Anpassung in Kenntnis gesetzt. » Art. 2 - Artikel 95 § 1 Absatz 3 desselben Erlasses, abgeändert durch den Königlichen Erlass vom 23. Mai 2005, wird wie folgt ersetzt: « Für Arzneimittel, die in der Spalte « Bemerkungen » der Liste mit dem Buchstaben « G » gekennzeichnet sind, wird der Betrag aufgrund folgender Formeln berechnet: endgültiger Verkaufspreis einschliesslich Mehrwertsteuer, multipliziert mit 0,4038, wenn der endgültige Verkaufspreis höchstens 17,81 EUR entspricht; endgültiger Verkaufspreis ohne Mehrwertsteuer, verringert um 9,62 EUR, wenn der endgültige Verkaufspreis 17,81 EUR übersteigt, aber höchstens 29,24 EUR entspricht; endgültiger Verkaufspreis einschliesslich Mehrwertsteuer, geteilt durch 1,1060 und verringert um 8,9210 EUR, wenn der endgültige Verkaufspreis 29,24 EUR übersteigt, jedoch höchstens 47,71 EUR entspricht; endgültiger Verkaufspreis einschliesslich Mehrwertsteuer, geteilt durch 1,1119 und verringert um 8,8354 EUR, wenn der endgültige Verkaufspreis 47,71 EUR einschliesslich Mehrwertsteuer übersteigt. Das Ergebnis dieser Formeln wird um die Mehrwertsteuer erhöht und durch die Zahl der in dieser Packung enthaltenen pharmazeutischen Einheiten geteilt. » Art. 3 - Vorliegender Erlass tritt am 1. Januar 2006 in Kraft.

Art. 4 - Unser Minister der Sozialen Angelegenheiten ist mit der Ausführung des vorliegenden Erlasses beauftragt.

Gegeben zu Nizza, den 10. August 2005 ALBERT Von Königs wegen: Der Minister der Sozialen Angelegenheiten und der Volksgesundheit R. DEMOTTE Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 23 mei 2006.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Binnenlandse Zaken, P. DEWAEL

Bijlage 2 FÖDERALER ÖFFENTLICHER DIENST SOZIALE SICHERHEIT 10. AUGUST 2005 - Königlicher Erlass zur Abänderung des Königlichen Erlasses vom 21.Dezember 2001 zur Festlegung der Verfahren, Fristen und Bedingungen in Bezug auf die Beteiligung der Gesundheitspflege- und Entschädigungspflichtversicherung an den Kosten von Fertigarzneimitteln ALBERT II., König der Belgier, Allen Gegenwärtigen und Zukünftigen, Unser Gruss! Aufgrund des am 14. Juli 1994 koordinierten Gesetzes über die Gesundheitspflege- und Entschädigungspflichtversicherung, insbesondere des Artikels 35bis § 12, eingefügt durch das Gesetz vom 22. Dezember 2003;

Aufgrund des Königlichen Erlasses vom 21. Dezember 2001 zur Festlegung der Verfahren, Fristen und Bedingungen in Bezug auf die Beteiligung der Gesundheitspflege- und Entschädigungspflichtversicherung an den Kosten von Fertigarzneimitteln, insbesondere der Artikel 2, 93, abgeändert durch den Königlichen Erlass vom 27. April 2004, und 94, aufgehoben durch den Königlichen Erlass vom 13. September 2004;

Aufgrund der Stellungnahme des Gesundheitspflegeversicherungsausschusses vom 18. April 2005;

Aufgrund der Stellungnahme des Finanzinspektors vom 31. Mai 2005;

Aufgrund des Einverständnisses Unseres Ministers des Haushalts vom 22.

Juni 2005;

Aufgrund des Gutachtens 38.674/1 des Staatsrates vom 12. Juli 2005, abgegeben in Anwendung von Artikel 84 § 1 Absatz 1 Nr. 1 der koordinierten Gesetze über den Staatsrat;

Auf Vorschlag Unseres Ministers der Sozialen Angelegenheiten und der Volksgesundheit Haben Wir beschlossen und erlassen Wir: Artikel 1 - Artikel 2 des Königlichen Erlasses vom 21. Dezember 2001 zur Festlegung der Verfahren, Fristen und Bedingungen in Bezug auf die Beteiligung der Gesundheitspflege- und Entschädigungspflichtversicherung an den Kosten von Fertigarzneimitteln wird wie folgt abgeändert: 1. In Absatz 2 werden die Wörter "so wie sie insbesondere in den Artikeln 80, 81 bis 85, 91, 92 und 93 bestimmt sind" durch die Wörter "die in vorliegendem Erlass bestimmt sind" ersetzt.2. Zwischen Absatz 2 und Absatz 3 werden folgende Absätze eingefügt: « Für die in den Kapiteln I und III der Liste aufgenommenen Arzneimittel werden nur die registrierten Indikationen für die Erstattung berücksichtigt.Für die in den anderen Kapiteln der Liste aufgenommenen Arzneimittel kann die Erstattung nur unter den dort festgelegten Bedingungen bewilligt werden.

Eine Verschreibung mit gebräuchlicher Bezeichnung gemäss den Bestimmungen des Königlichen Erlasses Nr. 78 vom 10. November 1967 über die Ausübung der Gesundheitspflegeberufe ist nur möglich, wenn alle abzugebenden Arzneimittel denselben Erstattungsbedingungen unterliegen oder wenn Artikel 80 des vorliegenden Erlasses auf diese Arzneimittel anwendbar ist.

In den anderen Fällen wird der Fantasiename des Arzneimittels vermerkt. » Art. 2 - Artikel 93 desselben Erlasses, abgeändert durch den Königlichen Erlass vom 27. April 2004, wird wie folgt abgeändert: 1. In § 1 werden die Absätze 2, 3 und 4 aufgehoben.2. Ein § 3 mit folgendem Wortlaut wird eingefügt: « § 3 - Verschreibt der Arzt ein erstattungsfähiges Arzneimittel in einer bestehenden Packung, die grösser als diejenige ist, die für die Erstattung zugelassen ist, gilt die Beteiligung der Versicherung für die grösste erstattungsfähige Packung, deren Anzahl Einheiten unmittelbar unter der Anzahl der verschriebenen Einheiten liegt. Ist eine Verschreibung gemäss dem Königlichen Erlass Nr. 78 vom 10.

November 1967 im Prinzip nicht ausführbar, weil es keine Packung gibt, die die verschriebene Anzahl Einheiten umfasst, kann der Apotheker trotzdem ein der Verschreibung entsprechendes Fertigarzneimittel abgeben, insofern er die grösste erstattungsfähige Packung abgibt, deren Anzahl Einheiten unmittelbar unter der Anzahl der verschriebenen Einheiten liegt.

Ist es aufgrund der Verschreibung unmöglich die Anzahl der verschriebenen Einheiten zu bestimmen, gilt die Beteiligung der Versicherung, die für das kleinste erstattungsfähige Muster der verschriebenen Dosierung vorgesehen ist. » Art. 3 - Artikel 94 desselben Erlasses, aufgehoben durch den Königlichen Erlass vom 13. September 2004, wird mit folgendem Wortlaut wieder aufgenommen: « Art. 94 - § 1 - Wird gemäss den Bestimmungen des Königlichen Erlasses Nr. 78 vom 10. November 1967 ein Arzneimittel mit gebräuchlicher Bezeichnung verschrieben, gilt die Beteiligung der Versicherung nur, wenn der Apotheker ein Arzneimittel abgibt, das in der Liste aufgenommen ist und mit der Verschreibung und insbesondere mit der verschriebenen gebräuchlichen Bezeichnung übereinstimmt. § 2 - Gehören mehrere Arzneimittel, die aufgrund ihrer Übereinstimmung mit den Bedingungen von § 1 abgegeben werden können, zu einer Gruppe von Arzneimitteln, auf die Artikel 35ter des Gesetzes anwendbar ist, gilt die Beteiligung der Versicherung nur, wenn der Apotheker ein Arzneimittel abgibt, das: a) gemäss den Bestimmungen von Artikel 8 Nr.3 des vorliegenden Erlasses in der Spalte « Bemerkungen » der Liste mit dem Buchstaben « G » gekennzeichnet ist, b) gemäss den Bestimmungen von Artikel 8 Nr.3 des vorliegenden Erlasses in der Spalte « Bemerkungen » der Liste mit dem Buchstaben « C » gekennzeichnet ist, c) gemäss den Bestimmungen von Artikel 88 § 2 des vorliegenden Erlasses in der Spalte « Bemerkungen » der Liste mit dem Buchstaben « R » gekennzeichnet ist und dessen Preis der neuen Erstattungsgrundlage, die aufgrund der Bestimmungen von Artikel 35ter des Gesetzes festgelegt ist, entspricht. Insofern die Buchstaben a), b) oder c) nicht auf die betreffenden Arzneimittel anwendbar sind, gilt die Beteiligung der Versicherung nur, wenn der Apotheker ein Arzneimittel abgibt, das gemäss den Bestimmungen von Artikel 88 § 2 des vorliegenden Erlasses in der Spalte « Bemerkungen » der Liste mit dem Buchstaben « R » gekennzeichnet ist und dessen Preis der neuen Erstattungsgrundlage, die aufgrund der Bestimmungen von Artikel 35ter des Gesetzes festgelegt ist, nicht entspricht. § 3 - Ist das betreffende Arzneimittel sowohl in Kapitel I als auch in Kapitel II der Liste aufgenommen, gilt die Beteiligung der Versicherung darüber hinaus nur, wenn der Apotheker ein Arzneimittel abgibt, das in Kapitel I der Liste aufgenommen ist. § 4 - Entsprechen mehrere Arzneimittel den kumulativen Bedingungen, die in den Paragraphen 1, 2 und/oder 3 aufgeführt sind, wählt der Apotheker bei der effektiven Abgabe das für den Patienten geeignetste Arzneimittel. Dies bedeutet, dass sowohl finanzielle Parameter als auch das therapeutische Interesse für den Patienten berücksichtigt werden. » Art. 4 - Unser Minister der Sozialen Angelegenheiten ist mit der Ausführung des vorliegenden Erlasses beauftragt.

Gegeben zu Nizza, den 10. August 2005 ALBERT Von Königs wegen: Der Minister der Sozialen Angelegenheiten und der Volksgesundheit, R. DEMOTTE Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 23 mei 2006.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Binnenlandse Zaken, P. DEWAEL

Bijlage 3 FÖDERALER ÖFFENTLICHER DIENST SOZIALE SICHERHEIT 22. DEZEMBER 2005 - Königlicher Erlass zur Abänderung des Königlichen Erlasses vom 21.Dezember 2001 zur Festlegung der Verfahren, Fristen und Bedingungen in Bezug auf die Beteiligung der Gesundheitspflege- und Entschädigungspflichtversicherung an den Kosten von Fertigarzneimitteln ALBERT II., König der Belgier, Allen Gegenwärtigen und Zukünftigen, Unser Gruss! Aufgrund des am 14. Juli 1994 koordinierten Gesetzes über die Gesundheitspflege- und Entschädigungspflichtversicherung, insbesondere des Artikels 35quater, eingefügt durch das Gesetz vom 27. April 2005;

Aufgrund des Königlichen Erlasses vom 21. Dezember 2001 zur Festlegung der Verfahren, Fristen und Bedingungen in Bezug auf die Beteiligung der Gesundheitspflege- und Entschädigungspflichtversicherung an den Kosten von Fertigarzneimitteln, insbesondere des Kapitels II Abschnitt 3 Unterabschnitt 3, abgeändert durch die Königlichen Erlasse vom 9.

August 2002, 18. Dezember 2002, 23. Mai 2005, 16. Juni 2005 und 10.

August 2005;

Aufgrund der Stellungnahme des Gesundheitspflegeversicherungsausschusses vom 25. Juli 2005;

Aufgrund der Stellungnahme des Finanzinspektors vom 9. September 2005;

Aufgrund des Einverständnisses Unseres Ministers des Haushalts vom 14.

Oktober 2005;

Aufgrund des Gutachtens 39.273/1 des Staatsrates vom 10. November 2005, abgegeben in Anwendung von Artikel 84 § 1 Absatz 1 Nr. 1 der koordinierten Gesetze über den Staatsrat;

Auf Vorschlag Unseres Ministers der Sozialen Angelegenheiten und der Volksgesundheit Haben Wir beschlossen und erlassen Wir: Artikel 1 - In den Königlichen Erlass vom 21. Dezember 2001 zur Festlegung der Verfahren, Fristen und Bedingungen in Bezug auf die Beteiligung der Gesundheitspflege- und Entschädigungspflichtversicherung an den Kosten von Fertigarzneimitteln, so wie bis auf den heutigen Tag abgeändert, wird ein Artikel 55ter mit folgendem Wortlaut eingefügt: « Art. 55ter - Beantragt der Minister gemäss Artikel 35quater des Gesetzes die Schaffung einer Gruppe von Arzneimitteln mit identischer oder ähnlicher Indikation und identischem oder ähnlichem Wirkungsmechanismus, übermittelt er dem Sekretariat zur Information eine Übersicht der Indikation(en), die die Kommission berücksichtigen muss. Der Minister bestimmt die Frist, innerhalb deren die Kommission eine vorläufige Liste der Arzneimittel erstellen muss, die in der Liste aufgenommen sind und deren Indikationen und Wirkungsmechanismen identisch oder ähnlich sind.

Handelt die Kommission auf eigene Initiative, erstellt sie selber diese Übersicht.

Um zu bestimmen, was unter ähnlichen Indikationen und Wirkungsmechanismen wie die Indikationen, die in der in Absatz 1 oder Absatz 2 erwähnten Übersicht aufgenommen sind, zu verstehen ist, zieht die Kommission die in Artikel 122quaterdecies des Königlichen Erlasses vom 3. Juli 1996 zur Ausführung des am 14. Juli 1994 koordinierten Gesetzes über die Gesundheitspflege- und Entschädigungspflichtversicherung erwähnten Sachverständigen hinzu.

Aufgrund der somit erhaltenen Schlussfolgerungen fasst die Kommission einen Beschluss zur Festlegung einer vorläufigen Liste von Arzneimitteln, die in der Liste aufgenommen sind und deren Indikationen und Wirkungsmechanismen identisch oder ähnlich sind. Von dieser Liste ausgeschlossen sind jedoch die in Artikel 34 Absatz 1 Nr. 5 Buchstabe c) Ziffer 1 erwähnten Arzneimittel, auf die Artikel 35ter des Gesetzes angewandt worden ist, und die in Artikel 34 Absatz 1 Nr. 5 Buchstabe b) des Gesetzes erwähnten Arzneimittel, deren wichtigster wirksamer Bestandteil beziehungsweise wichtigste wirksame Bestandteile keine Salze, Ester, Äther, Isomere, Isomerengemische, Komplexmittel oder Derivate des wichtigsten wirksamen Bestandteils beziehungsweise der wichtigsten wirksamen Bestandteile eines in Artikel 34 Absatz 1 Nr. 5 Buchstabe c) Ziffer 1) oder 2) des Gesetzes erwähnten Arzneimittels sind. Sie bestimmt gemäss den in Artikel 35ter des Gesetzes vorgesehenen Regeln ebenfalls die neue Erstattungsgrundlage für jedes Arzneimittel, das in der Liste aufgenommen ist.

Konnte binnen der in Absatz 1 erwähnten Frist keine Einigung innerhalb der Kommission erzielt werden, was unter identischen oder ähnlichen Indikationen und Wirkungsmechanismen zu verstehen ist oder was die Zusammenstellung der vorläufigen Liste betrifft, wird das in vorliegendem Artikel vorgesehene Verfahren abgeschlossen.

Andernfalls übermittelt das Sekretariat dem Antragsteller den Beschluss zur Festlegung der vorläufigen Liste spätestens sechs Monate vor Anwendung der in Artikel 35ter Absatz 4 des Gesetzes erwähnten neuen Erstattungsgrundlagen; der Antragsteller verfügt über eine Frist von dreissig Tagen, um darauf zu reagieren. Bemerkungen oder Einwände, die dem Sekretariat nach Verstreichen der Frist von dreissig Tagen übermittelt werden, werden nicht berücksichtigt.

Selbst wenn ein Arzneimittel in der vorläufigen Liste der Arzneimittel, deren Indikationen und Wirkungsmechanismen identisch oder ähnlich sind, eingetragen ist, ist es möglich, dass für dieses Arzneimittel eine Ausnahme bewilligt wird aufgrund seines bedeutenden Mehrwertes in Bezug auf die Sicherheit (was Benutzerfreundlichkeit und Nebenwirkungen betrifft) und/oder die Nützlichkeit. Es obliegt dem Antragsteller, innerhalb der in Absatz 6 erwähnten Frist die dementsprechenden Nachweise zu erbringen.

In diesem Fall müssen folgende Daten übermittelt werden: 1. Identifizierung des Arzneimittels, 2.neueste vom Minister der Volksgesundheit ausgestellte Registrierungsbescheinigung und neuesten gedruckten zweisprachigen Text der wissenschaftlichen Packungsbeilage, 3. Rechtfertigung der beantragten Ausnahme, zusammen mit veröffentlichten und nicht veröffentlichten klinischen oder epidemiologischen Studien und wissenschaftlichen Begründungen, die ermöglichen, den bedeutenden Mehrwert im Hinblick auf die Sicherheit (was Benutzerfreundlichkeit und Nebenwirkungen betrifft) und/oder die Nützlichkeit zu überprüfen. Nach Prüfung der Ausnahmeanträge und der gegebenenfalls eingereichten Einwände oder Bemerkungen fasst die Kommission einen Beschluss zur Festlegung der definitiven Liste, die das Sekretariat dem Minister binnen einer Frist von sechzig Tagen nach Ablauf der in Absatz 6 erwähnten Reaktionsfrist übermittelt.

Der Minister fasst nach Kenntnisnahme des Beschlusses zur Festlegung der definitiven Liste binnen einer Frist von neunzig Tagen nach Ablauf der in Absatz 6 erwähnten Reaktionsfrist einen Beschluss zur Änderung der Liste. Dieser Beschluss wird den betreffenden Antragstellern vom Minister oder von dem von ihm beauftragten Beamten per Einschreiben mit Rückschein notifiziert. Erfolgt die Notifizierung auf Betreiben des Ministers, wird dem Sekretariat der Kommission eine Abschrift übermittelt.

Die neuen Erstattungsgrundlagen werden angewandt und die abgeänderten Listen werden veröffentlicht gemäss den Bestimmungen von Artikel 35ter Absatz 4 des Gesetzes.

In Ermangelung eines Beschlusses der Kommission zur Festlegung der definitiven Liste innerhalb einer Frist von sechzig Tagen nach Ablauf der in Absatz 6 erwähnten Reaktionsfrist setzt der beauftragte Beamte sofort den Minister hiervon in Kenntnis. Der Minister fasst einen Beschluss über die Bewilligung einer Ausnahme und notifiziert den Beschluss innerhalb einer Frist von neunzig Tagen nach Ablauf der in Absatz 6 erwähnten Reaktionsfrist. Der Minister setzt die Kommission von seinem Beschluss in Kenntnis. » Art. 2 - Vorliegender Erlass tritt am Tag seiner Veröffentlichung im Belgischen Staatsblatt in Kraft.

Art. 3 - Unser Minister der Sozialen Angelegenheiten und der Volksgesundheit ist mit der Ausführung des vorliegenden Erlasses beauftragt.

Gegeben zu Brüssel, den 22. Dezember 2005 ALBERT Von Königs wegen: Der Minister der Sozialen Angelegenheiten und der Volksgesundheit R. DEMOTTE Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 23 mei 2006.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Binnenlandse Zaken, P. DEWAEL