Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 23 maart 2006
gepubliceerd op 14 juni 2006

Besluit van de Regering tot wijziging van het koninklijk besluit van 15 december 1977 betreffende de bezoldiging van de voorzitters en de presentiegelden van de leden van de raden voor maatschappelijk welzijn

bron
ministerie van de duitstalige gemeenschap
numac
2006033059
pub.
14/06/2006
prom.
23/03/2006
ELI
eli/besluit/2006/03/23/2006033059/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

23 MAART 2006. - Besluit van de Regering tot wijziging van het koninklijk besluit van 15 december 1977 betreffende de bezoldiging van de voorzitters en de presentiegelden van de leden van de raden voor maatschappelijk welzijn


De Regering van de Duitstalige Gemeenschap, Gelet op de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, inzonderheid op artikel 38, lid 2, gewijzigd bij het decreet van 23 oktober 2000;

Gelet op het koninklijk besluit van 15 december 1977 betreffende de bezoldiging van de voorzitters en de presentiegelden van de leden van de raden voor maatschappelijk welzijn, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 18 april 1983 en 21 januari 1993;

Gelet op het advies van de Raad van State nr. 39.828/1, gegeven op 23 februari 2006 met toepassing van artikel 84, lid 1, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op de voordracht van de Minister bevoegd inzake Sociale Aangelegenheden;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.§ 1. In artikel 3 van het koninklijk besluit van 15 december 1977 betreffende de bezoldiging van de voorzitters en de presentiegelden van de leden van de raden voor maatschappelijk welzijn wordt de passus « , het lid dat hem vervangt » geschrapt. § 2. Artikel 3 van hetzelfde besluit wordt met volgend lid aangevuld : « De raad voor maatschappelijk welzijn mag het lid dat de voorzitter vervangt voor een kortere termijn dan bepaald in artikel 39, lid 1, van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, een dubbel presentiegeld toekennen voor elke volledige week waar hij de voorzitter op zittingen van de raad voor maatschappelijk welzijn vervangt. »

Art. 2.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het wordt aangenomen.

Art. 3.De Minister bevoegd inzake Sociale Aangelegenheden wordt belast met de uitvoering van dit besluit.

Eupen, 23 maart 2006.

Voor de Regering van de Duitstalige Gemeenschap : De Minister-President, Minister van Lokale Besturen, K.-H. LAMBERTZ De Vice-Minister-President, Minister van Vorming en Werkgelegenheid, Sociale Aangelegenheden en Toerisme, B. GENTGES

^