Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 20 december 2001
gepubliceerd op 05 april 2002

Besluit van de Regering tot wijziging van het koninklijk besluit van 29 december 1984 betreffende het financieel en materieel beheer van de Staatsdiensten met afzonderlijk beheer in het Rijksonderwijs

bron
ministerie van de duitstalige gemeenschap
numac
2002033018
pub.
05/04/2002
prom.
20/12/2001
ELI
eli/besluit/2001/12/20/2002033018/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

20 DECEMBER 2001. - Besluit van de Regering tot wijziging van het koninklijk besluit van 29 december 1984 betreffende het financieel en materieel beheer van de Staatsdiensten met afzonderlijk beheer in het Rijksonderwijs


De Regering van de Duitstalige Gemeenschap, Gelet op de wet van 29 mei 1959 tot wijziging van sommige bepalingen van de onderwijswetgeving, inzonderheid op artikel 3, § 1, lid 2, gewijzigd bij het koninklijk besluit nr. 456 van 10 september 1986;

Gelet op de herstelwet van 31 juli 1984, inzonderheid op artikel 83, gewijzigd bij het koninklijk besluit nr. 454 van 29 augustus 1986 en bij het koninklijk besluit nr. 456 van 10 september 1986, alsmede op artikel 84;

Gelet op het koninklijk besluit van 29 december 1984 betreffende het financieel en materieel beheer van de staatsdiensten met afzonderlijk beheer in het Rijksonderwijs, gewijzigd bij het besluit van de Executieve van 17 juni 1992 en bij het besluit van de Regering van 6 maart 1996;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 2 maart 2001;

Gelet op het akkoord van de Minister-President, bevoegd inzake Begroting, gegeven op 15 maart 2001;

Gelet op de beraadslaging van de Regering van 22 maart 2001 betreffende de aanvraag aan de Raad van State om binnen een termijn van ten hoogste één maand een advies uit te brengen;

Gelet op het advies nr. 31.689/2 van de Raad van State, gegeven op 19 september 2001 met toepassing van artikel 84, lid 1, 1°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op de voordracht van de Minister van Begroting en Financiën en van de Minister van Onderwijs en Vorming;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.Het opschrift van het koninklijk besluit van 29 december 1984 betreffende het financieel en materieel beheer van de staatsdiensten met afzonderlijk beheer in het Rijksonderwijs, gewijzigd bij het besluit van de Executieve van 17 juni 1992 en bij het besluit van de Regering van 6 maart 1996, wordt vervangen door de volgende tekst : « Koninklijk besluit betreffende de diensten met afzonderlijk beheer in het gemeenschapsonderwijs ».

Art. 2.Artikel 3 van hetzelfde besluit wordt vervangen door de volgende bepaling : « Artikel 3 - De begroting omvat drie afdelingen : 1° de lopende verrichtingen;2° de kapitaalverrichtingen;3° de lopende verrichtingen voor orde. In de bijlagen 1 en 2 worden de regels voor de berekening van de werkingsdotatie en de begrotingsmodellen opgenomen. »

Art. 3.Artikel 6 van hetzelfde besluit wordt vervangen door de volgende bepaling : « Artikel 6 - De begrotingsontwerpen van de diensten met afzonderlijk beheer worden de Minister bevoegd inzake Onderwijs ter goedkeuring voorgelegd, en dit ten laatste op 15 maart van het begrotingsjaar vóór het begrotingsjaar waarvoor het begrotingsontwerp opgesteld wordt. »

Art. 4.Worden opgeheven : 1° de artikelen 1 en 2 van het koninklijk besluit van 23 mei 1967 houdende vaststelling der regels tot becijfering van de duur der keuken-, restaurant- en onderhoudsprestaties in de rijksonderwijsinrichtingen;2° de artikelen 1 en 2 van het koninklijk besluit van 10 november 1967 houdende vaststelling der regels tot becijfering van de duur van de prestaties die in aanmerking genomen wordt voor de stookdienst en het leerlingenvervoer in de rijksonderwijsinrichtingen;3° artikel 13 van het koninklijk besluit van 29 december 1984 betreffende het financieel en materieel beheer van de staatsdiensten met afzonderlijk beheer in het Rijksonderwijs.

Art. 5.Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2003.

Art. 6.De Minister bevoegd inzake Begroting en Financiën en de Minister bevoegd inzake Onderwijs en Vorming zijn belast met de uitvoering van dit besluit.

Eupen, 20 december 2001.

Voor de Regering van de Duitstalige Gemeenschap : De Minister-President, Minister van Werkgelegenheid, Gehandicaptenbeleid, Media en Sport, K.-H. LAMBERTZ De Minister van Onderwijs en Vorming, Cultuur en Toerisme, B. GENTGES

Bijlage 1 bij het bestuur van de Regering van 20 december 2001 Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld

^