Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 18 april 2000
gepubliceerd op 22 augustus 2000

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 29 juni 1999, gesloten in het Paritair Comité voor de steenbakkerij, tot wijziging en verlenging van de collectieve arbeidsovereenkomsten van 30 maart 1989, 21 maart 1991, 30 juni 1993, 12 mei 1995 en 16 juni 1997 betreffende de bevordering van de werkgelegenheid van werkzoekenden uit de risicogroepen voor de jaren 1989 en 1990, voor 1991 en 1992, voor 1993 en 1994, voor 1995 en 1996, voor 1997 en 1998 en voor 1999 en 2000

bron
ministerie van tewerkstelling en arbeid
numac
2000012236
pub.
22/08/2000
prom.
18/04/2000
ELI
eli/besluit/2000/04/18/2000012236/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

18 APRIL 2000. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 29 juni 1999, gesloten in het Paritair Comité voor de steenbakkerij, tot wijziging en verlenging van de collectieve arbeidsovereenkomsten van 30 maart 1989, 21 maart 1991, 30 juni 1993, 12 mei 1995 en 16 juni 1997 betreffende de bevordering van de werkgelegenheid van werkzoekenden uit de risicogroepen voor de jaren 1989 en 1990, voor 1991 en 1992, voor 1993 en 1994, voor 1995 en 1996, voor 1997 en 1998 en voor 1999 en 2000 (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 maart 1989, gesloten in het Paritair Comité voor de steenbakkerij, betreffende de bevordering van de werkgelegenheid van werkzoekenden uit de risicogroepen voor de jaren 1989 en 1990, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 7 november 1989, gewijzigd en verlengd bij de collectieve arbeidsovereenkomsten van 21 maart 1991, 30 juni 1993, 12 mei 1995 en 16 juni 1997, respectievelijk algemeen verbindend verklaard bij de koninklijke besluiten van 15 april 1992, 23 maart 1994, 19 december 1995 en 15 juni 1998;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de steenbakkerij;

Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 29 juni 1999, gesloten in het Paritair Comité voor de steenbakkerij, tot wijziging en verlenging van de collectieve arbeidsovereenkomsten van 30 maart 1989, 21 maart 1991, 30 juni 1993, 12 mei 1995 en 16 juni 1997 betreffende de bevordering van de werkgelegenheid van werkzoekenden uit de risicogroepen voor de jaren 1989 en 1990, voor 1991 en 1992, voor 1993 en 1994, voor 1995 en 1996, voor 1997 en 1998 en voor 1999 en 2000.

Art. 2.Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Aalst, 18 april 2000.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX _______ Nota (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Koninklijk besluit van 7 november 1989, Belgisch Staatsblad van 5 december 1989.

Koninklijk besluit van 15 april 1992, Belgisch Staatsblad van 6 juni 1992.

Koninklijk besluit van 23 maart 1994, Belgisch Staatsblad van 3 mei 1994.

Koninklijk besluit van 19 december 1995, Belgisch Staatsblad van 18 januari 1996.

Koninklijk besluit van 15 juni 1998, Belgisch Staatsblad van 1 augustus 1998.

Bijlage Paritair Comité voor de steenbakkerij Collectieve arbeidsovereenkomst van 29 juni 1999 Wijziging en verlenging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 maart 1989, van 21 maart 1991, van 30 juni 1993, van 12 mei 1995 en van 16 juni 1997 betreffende de bevordering van de werkgelegenheid van werkzoekenden uit de risicogroepen voor de jaren 1989, 1990, 1991, 1992, 1993, 1994, 1995, 1996, 1997, 1998, 1999 en 2000 (Overeenkomst geregistreerd op 13 augustus 1999 onder het nummer 51904/CO/114) HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt afgesloten in toepassing van hoofdstuk II van het koninklijk besluit van 27 januari 1997, meer bepaald de artikelen aangaande de "Maatregelen ten voordele van de werkgelegenheid en de vorming".

Art. 2.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers, werklieden en werksters van de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Comité voor de steenbakkerij.

Deze collectieve arbeidsovereenkomst is niet van toepassing op de N.V. Scheerders-Van Kerchove's Verenigde Fabrieken, te Sint-Niklaas, en op de werklieden en werksters die er zijn tewerkgesteld. HOOFDSTUK II Aanwerving van werkzoekenden uit de risicogroepen

Art. 3.1. De werkgevers van de sector verbinden er zich toe tijdens de jaren 1989, 1990, 1991, 1992, 1993, 1994, 1995, 1996, 1997, 1998, 1999 en 2000 een bijzondere inspanning te leveren ter bevordering van initiatieven tot tewerkstelling van risicogroepen en over te gaan tot de aanwerving van werkzoekenden die behoren tot de risicogroepen zoals zij werden vastgesteld in het koninklijk besluit van 2 februari 1989 tot uitvoering van artikel 138 van de programmawet van 30 december 1988 en in de wet van 29 december 1990 houdende sociale bepalingen of personen die behoren tot de risicogroepen of op wie een begeleidingsplan van toepassing is als bedoeld in het samenwerkingsakkoord van 22 september 1992 tussen de Staat, de Gemeenschappen en de Gewesten betreffende het begeleidingsplan, zoals de wet van 10 juni 1993 in artikel 1 voorziet. 2. Het aantal aan te werven werkzoekenden uit de risicogroepen wordt vastgesteld op vier per jaar tijdens de jaren 1989 en 1990, op vijf per jaar tijdens de jaren 1991 en 1992, op vier per jaar tijdens de jaren 1993 en 1994, op vier per jaar tijdens de jaren 1995 en 1996, op twee per jaar tijdens de jaren 1997 en 1998 en op twee per jaar tijdens de jaren 1999 en 2000.3. Dit aantal is voor de jaren 1989 en 1990 het equivalent van 0,22 pct.van het totale arbeidersbestand van de sector, voor de jaren 1991 en 1992 het equivalent van 0,26 pct. van het totale arbeidersbestand van de sector, voor de jaren 1993 en 1994 het equivalent van 0,23 pct. van het totale arbeidersbestand van de sector, voor de jaren 1995 en 1996 eveneens het equivalent van 0,23 pct. van het totale arbeidersbestand van de sector, voor de jaren 1997 en 1998 het equivalent van 0,115 pct. van het totale arbeidersbestand van de sector en voor de jaren 1999 en 2000 het equivalent van 0,117 pct. van het totale arbeidersbestand van de sector.

Hiermee wordt door de sector in 1989 en 1990 een inspanning geleverd die minstens 0,18 pct. vertegenwoordigt, in 1991 en 1992 een inspanning die minstens 0,25 pct. vertegenwoordigt, in 1993 en 1994 een inspanning die minstens 0,15 pct. vertegenwoordigt, in 1995 een inspanning geleverd die minstens 0,15 pct. vertegenwoordigt, in 1996 een inspanning geleverd die minstens 0,20 pct. vertegenwoordigt, in 1997 en 1998 een inspanning geleverd die minstens 0,10 pct. vertegenwoordigt en in 1999 en 2000 een inspanning geleverd die minstens 0,10 pct. vertegenwoordigt van de loonmassa aangegeven aan de Rijksdienst voor sociale zekerheid. 4. De aanwervingen gebeuren bij voorkeur door middel van arbeidsovereenkomsten van onbepaalde duur, behalve in de gevallen van stagiairs en de jongeren met deeltijdse leerplicht waar een arbeidsovereenkomst voor een bepaalde duur is aangewezen.5. Een paritair samengesteld toezichtscomité, opgericht in de schoot van het Paritair Comité voor de steenbakkerij, zal, onder het voorzitterschap van de voorzitter van het paritair comité, de naleving van de in paragrafen 1, 2, 3 en 4 vermelde verplichtingen nagaan. Te dien einde zal tijdens een evaluatie te houden voor 31 december van ieder der betreffende kalenderjaren nagegaan worden of de verplichtingen van deze collectieve arbeidsovereenkomst werden gerespecteerd. HOOFDSTUK III. - Geldigheid

Art. 4.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari 1989 en houdt op van kracht te zijn op 1 januari 2001.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 18 april 2000.

De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX

^